Studiefiche - studiegids UGent

advertisement
Studiefiche
Vanaf academiejaar 2016-2017
Finaliteitskeuze finance and risk management (F710138)
Cursusomvang
(nominale waarden; effectieve waarden kunnen verschillen per opleiding)
Studiepunten 6.0
Studietijd 180 u
Contacturen
45.0 u
Aanbodsessies en werkvormen in academiejaar 2016-2017
A (semester 2)
hoorcollege
Lesgevers in academiejaar 2016-2017
Meir, Jos
Heyman, Dries
45.0 u
EB02
EB02
Aangeboden in onderstaande opleidingen in 2016-2017
Bachelor of Science in de handelswetenschappen
Verantwoordelijk lesgever
Medelesgever
stptn
6
aanbodsessie
A
Onderwijstalen
Nederlands
Trefwoorden
bank, deposito, krediet, intermediatie, ICB, risico, risicobeheer, afgeleide producten
Situering
Het studiedomein ‘finance and risk management’ bestudeert vooreerst hoe
spaaroverschotten optimaal gekanaliseerd kunnen worden van economische agenten
met een overschot aan middelen naar agenten met een tekort aan middelen. Het
bankwezen vervult hierbij van oudsher een cruciale rol door haar intermediatiefunctie
tussen beide partijen. Bijkomend draait het in de financiële wetenschap ook omtrent
risico’s en het optimaal beheer van deze risico’s. Risico is onlosmakelijk verbonden met
beleggen en financieren. Het opleidingsonderdeel ‘finaliteitskeuze finance and risk
management’ bestaat dan ook uit twee subonderdelen: ‘bankwezen’ en ‘financieel
risicobeheer’.
Het subonderdeel ‘bankwezen’ handelt meer specifiek omtrent banken of
kredietinstellingen. Het subonderdeel tracht een overzicht te geven van de belangrijkste
aspecten van de werking van kredietinstellingen en de omgeving waarbinnen
kredietinstellingen opereren. Zo wordt o.m. aandacht besteed aan de belangrijkste
producten van kredietinstellingen, de risico’s die zij lopen en het reglementair kader
waarbinnen zij werken,
Het subonderdeel ‘financieel risicobeheer’ wil de diverse financiële risico’s waarmee
niet-financiële ondernemingen geconfronteerd worden in kaart brengen, zoals
interestvoetrisico, wisselkoersrisico, operationeel risico en kredietrisico. Verder wil het
ook inzicht verschaffen in hoe deze financiële risico’s ontstaan en hoe ze kunnen
beheerd worden. De student wordt ook vertrouwd gemaakt met het opstellen van een
plan om de financiële risico’s onder controle te houden. Ten slotte wordt ook aandacht
besteed aan de recente (globale) ontwikkelingen in verband met het beheren van risico’
s.
Inhoud
De leerinhouden voor de twee subopleidingsonderdelen:
Bankwezen: De volgende thema’s worden behandeld:
•Belang en werking van kredietinstellingen
•Diverse soorten van financiële producten die kredietinstellingen aanbieden
•Profiel van de Belgische kredietinstellingen
•Recente ontwikkelingen in de (internationale) financiële sector
•Diverse actief- en passiefposten van de bankbalans
•Financiële analyse van kredietinstellingen (rendabiliteit en solvabiliteit)
(Goedgekeurd)
1
•Balansbeleid door kredietinstellingen
•Risico’s van kredietinstellingen
•Bancaire reguleringen (o.a. Bazel-1, Bazel-2 en Bazel-3)
Financieel risicobeheer: De volgende thema's worden behandeld:
•Belang van financieel risicobeheer voor niet-financiële ondernemingen
•Diverse soorten van financiële risico’s (wisselkoersrisico, interestvoetrisico,
kredietrisico, operationeel risico)
•Identificeren en meten van risico
•Technieken om risico te beheren en in te dekken (o.a. forwards en futures, swaps en
opties)
•Uitwerken beleidsplan rond financieel risicobeheer
•Recente globale ontwikkelingen en initiatieven op vlak van financieel risicobeheer
Begincompetenties
De vereiste begincompetenties omvatten kennis van micro- en macro-economie,
handels- en financiële verrichtingen, financiële analyse, financiële markten en
producten en financiële rekenkunde. Eindcompetenties
1 De werking van kredietinstellingen kennen en begrijpen.
2 De producten van kredietinstellingen kennen en begrijpen.
3 Kennis van en inzicht hebben in de ruimere omgeving waarin kredietinstellingen
1 opereren.
4 De diverse risico’s waarmee niet-financiële ondernemingen geconfronteerd worden
1 in kaart kunnen brengen.
5 De basistechnieken van risicobeheer kennen en begrijpen. 6 Het volledig proces van financieel risicobeheer kennen en begrijpen.
7 Kennis van en inzicht hebben in de prijs- en waardebepaling van derivaten.
8 (Sommige van) De belangrijkste theorieën binnen het vakgebied financiewezen
1 begrijpen en kunnen interpreteren.
9 Paradigma’s in het vakgebied van financiewezen kunnen toepassen. 10 Een kritische houding aannemen bij het analyseren en evalueren van berichtgeving
1 over en door banken en risicobeheerders.
Creditcontractvoorwaarde
Toelating tot dit opleidingsonderdeel via creditcontract is mogelijk mits gunstige beoordeling
van de competenties
Examencontractvoorwaarde
Dit opleidingsonderdeel kan niet via examencontract gevolgd worden
Didactische werkvormen
Hoorcollege
Toelichtingen bij de didactische werkvormen
Hoorcolleges + discussie van case studies
Leermateriaal
Voor bankwezen:
Eigen syllabus
Aangevuld met slides en artikels uit de vakliteratuur
Voor financieel risicobeheer:
Slides, artikels uit de vakliteratuur en oefeningen.
Referenties
Vakinhoudelijke studiebegeleiding
Studenten kunnen de docenten steeds contacteren in verband met vragen rond de
cursus via e-mail of op afspraak.
Evaluatiemomenten
periodegebonden evaluatie
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de eerste examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen, schriftelijk examen met meerkeuzevragen
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de tweede examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen, schriftelijk examen met meerkeuzevragen
Evaluatievormen bij niet-periodegebonden evaluatie
(Goedgekeurd)
2
Tweede examenkans in geval van niet-periodegebonden evaluatie
Niet van toepassing
Toelichtingen bij de evaluatievormen
Schriftelijk examen: 1/2 bankwezen, 1/2 financieel risicobeheer
Tweede zittijd: De punten van de onderdelen waarvoor een voldoende werd behaald,
worden overgenomen naar de tweede zittijd.
Eindscoreberekening
Schriftelijk examen: 1/2 bankwezen, 1/2 financieel risicobeheer
Wanneer men minder dan 7/20 heeft voor één van beide onderdelen kan men niet
slagen voor het geheel van het opleidingsonderdeel. Indien het mathematisch
gemiddelde een cijfer van 10 of meer op 20 oplevert, wordt dit teruggebracht tot 9/20.
(Goedgekeurd)
3
Download