Wet Werk en Zekerheid (WWZ) VCP-voorlichtingsbijeenkomst Nic van Holstein & Elwin Wolters 1 Wijzigingen WWZ • • • • • • Van BBA naar WWZ Ontslagroutes Transitievergoeding Opbouw en duur WW Ketenbepaling Uitzend/nulurencontract 2 Van BBA naar WWZ Duur WW Regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ Sociaal Akkoord WWZ Eerste 12 maanden laatstverdiende loon. Daarna 12 maanden gebaseerd op het minimumloon. 24 maanden op basis laatstverdiende loon. 1/4 maandsalaris per Transitievergoeding dienstjaar, max. 4 maandsalarissen. Max. €75.000,- via Ontslagvergoeding kantonrechter. Alleen via UWV. Ontslag Max. één jaarsalaris of €75.000,1/3 maandsalaris per dienstjaar, na 10 jaar ½ maandsalaris. Additionele vergoeding mogelijk. UWV & kantonrechter. 3 Ontslagroutes in WWZ • Ingangsdatum – 1 juli 2015 Wederzijds goedvinden Alle redenen • • Kantonrechter (ontbinding) UWV Disfunctioneren Bedrijfseconomisch Verstoorde arbeidsverhouding Arbeidsongeschiktheid Caocommissies Alleen bedrijfseconomisch Hoger beroep en cassatie voor beide routes mogelijk – veel procedures Schriftelijke instemming beëindigingovereenkomst vereist (14 dagen bedenktijd) 4 Cao-afspraken ontslagroutes • Afwijken afspiegelingsbeginsel per cao: – Voor 10% vd werknemers, onder nog te bepalen voorwaarden, kan afgeweken worden. Het dient hierbij dan te gaan over werknemers die bovengemiddeld functioneren of over een meer dan gemiddelde potentie beschikken. Dit geldt niet voor leeftijdscategorieën 15-25 en 55 jaar en ouder. Ontslag gaat nog steeds via UWV. – Via onafhankelijke cao-commissie (‘eigen OAC’) kan worden afgeweken. Deze commissie toetst dan de voorgenomen ontslagen ipv het UWV. Dit mag niet strijdig zijn met overige wet- en regelgeving. 5 Transitievergoeding in WWZ 1 juli 2015 • • Iedere werknemer, minimaal 2 jaar in dienst, wettelijk recht op een transitievergoeding (art. 673). Maximaal 1 jaarsalaris of €75.000,– – – • • • • 1/3e maandsalaris per dienstjaar over de eerste 10 jaar van de arbeidsovereenkomst 1/2e maandsalaris per dienstjaar voor de periode daarna Tot 1 jan 2020, regeling voor 50+ en ten minste 10 jaar in dienst. 1 maandsalaris per dienstjaar. (art 673a) Overgangsrecht – bestaande afspraken gelden. Additionele billijke vergoeding is mogelijk bij ernstig verwijtbaar handelen of nalaten werkgever (ook bij dienstverband minder dan 24 mnd) (art. 681). Bij ernstig verwijtbaar handelen of nalaten werknemer kan de vergoeding ook lager uitvallen. Bij faillissement werkgever vervalt transitievergoeding. 6 Voorbeelden transitievergoeding 1. Ria (55 jaar) werkt 25 jaar en wordt ontslagen vanwege verstoorde arbeidsverhouding. Zij heeft een maandsalaris van €9000 (bruto). Wat is haar ontslagvergoeding en toekomstige transitievergoeding? • Kantonrechter: c=1, is dus €247.500 • • • • • Transitievergoeding: 5 jr (50+): 5 * €9000= €45.000 10 jr (40-50jr): 10 * €4500 (1/2 maandsalaris)= €45.000 10 jr (30-40 jr): 10 * €3000 (1/3 maandsalaris)= €30.000 Zou €120.000 zijn, maar is hoger dan €75.000. Dus jaarsalaris geldt: 12 * €9000= €108.000 2. Vincent (40 jaar) werkt 15 jaar en wordt vanwege bedrijfseconomische redenen ontslagen. Zijn maandsalaris is €3000 (bruto). Wat is zijn ontslagvergoeding en toekomstige transitievergoeding? • UWV: zonder sociaal plan, €0 • • • • Transitievergoeding: 5 * €1500 (1/2 maandsalaris)= €7.500 10 * €1000 (1/3 maandsalaris)= €10.000 Zou €17.500 zijn, maar wordt afgerond naar boven= €18.000 7 Transitie- en inzetbaarheidkosten • Transitiekosten zijn kosten die gemaakt worden voor activiteiten en inspanningen bij (dreigend) ontslag, zoals kosten voor scholing, outplacement en een langere geldende opzegtermijn (wkn is vrijgesteld van arbeid). • Inzetbaarheidkosten zijn kosten voor de bredere inzetbaarheid van de werknemer op de arbeidsmarkt. Kosten zijn bijvoorbeeld: • niet-werkgerelateerde (talen)cursus • cursus persoonlijke ontwikkeling • managementcursus, indien de werknemer geen zicht heeft op een dergelijke functie bij het bedrijf van de werkgever. • Scholingsplicht werkgevers 8 Verrekenen kosten met transitievergoeding • • • Houdbaarheid inzetbaarheidkosten maximaal 5 jaar (tenzij schriftelijk korter of langer overeengekomen) en alleen voor bredere inzetbaarheid. Instemming werknemer vereist om kosten later met transitievergoeding te verrekenen. Deze schriftelijke overeenkomst dient opgenomen te worden in het personeelsdossier. Bij sociaal plan/cao schriftelijk instemming niet vereist. Echter: “De werknemer moet weten wat het gevolg voor zijn transitievergoeding is als hij gebruik maakt van collectieve afspraken. Daarom zal ik als voorwaarde in de AMvB toevoegen dat die kosten altijd duidelijk moeten zijn voor de werknemer, zodat hij weet wat de gevolgen zijn voor de hoogte van zijn transitievergoeding.” aldus minister Asscher na Kamervragen naar aanleiding van VCP-brief. • Transitiekosten niet verrekenbaar indien elders te verhalen. 9 Cao-afspraken transitievergoeding • • • • • Via vaststellingsovereenkomst of regeling bij voorbaat zijn hogere vergoedingen af te spreken. Informeer werknemers over gevolgen verrekenen van kosten voor scholing bij transitievergoeding. Geef werknemers inzage in de waarde van afspraken over instrumenten (bijv. outplacementtraject) in sociale plannen. Werknemers kunnen uitstappen (‘opt-out-principe’). Cao-afspraken (3/4 dwingend recht) over gelijkwaardige voorziening, gericht op voorkomen werkloosheid of bekorten vd periode van werkloosheid, in plaats van transitievergoeding (art. 673b). Bestaande (cao-)afspraken blijven gelden. 10 Additionele billijke vergoeding • Ernstig verwijtbaarheid werkgevers (art. 681 & MvT p. 34): – – – – – discriminatie, waartegen de werknemer bezwaar maakt, en een onwerkbare situatie ontstaat; verstoorde arbeidsrelatie doen ontstaan bijvoorbeeld werknemer wil niet ingaan avances; grovelijk verplichtingen niet nakomt, die voortvloeien; re-integratieverplichtingen bij ziekte ernstig veronachtzamen; valse grond met als enig oogmerk een onwerkbare situatie te creëren; verwijtbaar onvoldoende zorg van de werkgever voor de arbeidsomstandigheden. • • Niet-limitatief! “Kantonrechtersformule 2.0”? • Evaluatie 2017 11 Opbouw en duur WW & WGA in WWZ • • • • • Publieke duur gaat van 38 naar 24 mnd (art. 42). Opbouw: één maand per dienstjaar in de eerste tien arbeidsjaren en een halve maand per dienstjaar in de jaren daarna. Elk jaar arbeidsverleden voor 2016 geeft recht op één maand WW en reeds opgebouwd arbeidsverleden wordt gerespecteerd. Inkomensverrekening. Na zes maanden is alle arbeid passend (ook voor ZW & WGA) (art 24) - 1 juli 2015. Schematisch overzicht verlaging maximale duur WW 31-12-2015 38 mnd. 01-01-2016 37 mnd. 01-04-2016 36 mnd. 01-07-2016 35 mnd. 01-10-2016 34 mnd. 01-01-2017 33 mnd. 01-04-2017 32 mnd. 01-07-2017 31 mnd. 01-10-2017 30 mnd. 01-01-2018 29 mnd. 01-04-2018 28 mnd. 01-07-2018 27 mnd. 01-10-2018 26 mnd. 01-01-2019 25 mnd. 01-04-2019 24 mnd. 12 WW: huidige opbouw versus toekomstige opbouw WW Duur 40 38 Maanden WW Huidige WW 30 Nieuwe WW 24 20 10 0 1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 Aantal gewerkte jaren 13 Aanvullende WW • Uitwerking Sociaal Akkoord in SER-advies Toekomstige Arbeidsmarktinfrastructuur en WW (TAW): – – – • Regie WW Rol vakbeweging 50/50-verdeling voor de financiering van publieke en private deel WW en WGA Opties uitvoering aanvullende WW : – – – UWV Speciaal op te richten fondsen (bijv. transitiefonds) of reeds bestaand sectoraal of cao-fonds Private verzekeringsmaatschappij 14 Cao-afspraken WW • StvdA-aanbeveling: Aanvullende verzekering opbouw en duur WW in cao’s. • Cao-tekst FNV. • De afspraken uit het Sociaal Akkoord staan los van bestaande afspraken over boven- en nawettelijke aanvullingen op de WW en worden derhalve ook niet door deze afspraak beïnvloed. 15 Cao-tekst FNV aanvullende WW Wij vragen jullie met werkgevers in het principe-akkoord de volgende afspraak te maken: • Cao-partijen bevestigen de afspraak uit het sociaal akkoord en in de Stichting van de Arbeid-brief van 11 juli 2014 om de duur en de opbouw van de WW en de loongerelateerde WGA te repareren door middel van een Private Aanvullende WWuitkering, ingaande op het moment van de wettelijke wijzigingen. In de Stichting van de Arbeid is eveneens afgesproken dat huidige boven- en nawettelijke regelingen niet beïnvloed worden door de afspraken uit het Sociaal Akkoord. Voor 30 juni 2015 dienen de volgende punten overeen gekomen te worden. • Cao-partijen spreken af dat iedere werknemer die vanaf 1 januari 2016 in de WW komt aanspraak maakt op de Private Aanvullende WW-uitkering • Cao-partijen spreken af zich aan te sluiten bij het op te richten Landelijke Fonds voor de Private Aanvullende WW. • Uiterlijk per 31 december 2015 gaan cao-partijen ieder de helft van de premie voor de private aanvullende WW betalen. De verwachting is dat totale premie % bedraagt. Zowel werkgevers als werknemers dragen beiden hun deel van de premie af aan het Landelijk Fonds voor de Private Aanvullende WW. Zodra er meer duidelijkheid is over de totale premie volgt nadere informatie. • Cao-partijen komen overeen nadere afspraken te maken over de verdere uitwerking van bovenstaande punten, wanneer er meer duidelijkheid is over het SER-advies ‘Toekomstige arbeidsmarktinfrastructuur en WW’ en/of de precieze invulling van het Landelijke Fonds voor de Private Aanvullende WW. • Cao-partijen maken een langdurige afspraak over de Private Aanvullende WW. Bij voorkeur voor een periode van 5 jaar. • Als cao-partijen een sector cao afsluiten vragen zij de Minister van Sociale Zaken deze cao algemeen verbindend te verklaren. • Mochten sociale partners geen definitieve afspraken kunnen maken bij de verdere uitwerking van de aansluitende private WW dan zal er geen vredesplicht gelden voor wat betreft deze afspraken. Voor publieke eigen risicodragers WW wordt een aparte inzetbrief WW gemaakt 16 Ketenbepaling in WWZ Huidig WWZ (art 668a) Ingangsdatum Opeenvolgende contracten Drie contracten recht op vast Twee jaar (of drie tijdelijke contracten) recht op vast 1 juli 2015 Tussenperiode Drie maanden tussen 2 ketens Zes maanden tussen 2 ketens 1 juli 2015 • • • Doel draaideurconstructies tegengaan (bijv. onderwijs). Geen concurrentiebeding in tijdelijke contracten, alleen als dit noodzakelijk is vanwege zwaarwegende bedrijfsbelangen (1 januari 2015). Een tijdelijk contract moet één maand voordat het afloopt, worden opgezegd door de werkgever, zo niet dan betaalt de werkgever een boete (art. 668) (1 januari 2015). 17 Cao-afspaken ketenbepaling • Afspraken afwijkende ketenbepaling (art. 691): – – – Maximum aantal contracten van 3 naar 6 Verlenging niet langer dan 4 jaar Afwijkingen alleen bij uitzendbranche & specifiek in de cao aan te wijzen functies 18 Proeftijd in WWZ Type overeenkomst Maximale Afwijken bij cao duur proeftijd mogelijk Bepaalde tijd: korter dan Geen Nee 6 maanden Bepaalde tijd: langer 1 maand Ja dan 6 mnd en korter dan 2 jaar Bepaalde tijd: 2 jaar of 2 maanden Nee langer Bepaalde tijd: einde 1 maand Ja arbeidsovereenkomst niet op een kalenderdatum gesteld. Onbepaalde tijd 2 maanden Nee Ingangsdatum 1 januari 2015 19 Uitzend/nulurencontract in WWZ • • • Afwijkingsmogelijkheid bij cao van het uitzendbeding wordt begrensd tot ten hoogste 78 weken. De periode dat oproepkrachten (min-maxcontract of nulurencontract) opgeroepen worden kan niet langer ongeclausuleerd bij cao worden verlengd, maar alleen als de werkzaamheden in bij de cao te bepalen functies incidenteel van aard zijn en geen vaste omvang kennen. Op verzoek van de Stichting van de Arbeid kan bij ministeriële regeling worden bepaald dat voor bepaalde bedrijfstakken, of onderdelen daarvan, afwijking van de loondoorbetalingsplicht niet mogelijk is. 20 VCP-nieuwsbrief Bedankt www.vcp.nl @VCProfessionals Nic van Holstein [email protected] Elwin Wolters [email protected]