Bouwen aan de brug tussen Secundair en Hoger Onderwijs APRIL 2013 Einddocument van het overleg tussen de inrichtende machten en CLB’s uit het secundair onderwijs, de koepels van het hoger onderwijs en de studenten- en leerlingenkoepel over de overgang van het secundair naar het hoger onderwijs 1 Inhoud Inleiding ................................................................................................................................................... 3 Aanleiding ............................................................................................................................................ 3 Methode .............................................................................................................................................. 3 Onderliggende visie ................................................................................................................................. 5 Voorstellen .............................................................................................................................................. 6 1. SO en HO: Betere kennis van elkaar ............................................................................................ 6 2. De SO-HO-overgang voorbereiden en opvolgen ......................................................................... 8 En nu vooruit: bruggen bouwen in wederzijds respect ........................................................................ 10 Bijlagen: opdracht, samenstelling en einddocumenten themagroepen............................................... 11 2 Inleiding Het onderwijs is dynamisch. Mee met de maatschappelijke veranderingen, evolueert het onderwijs continu zowel via groots opgezette systeemwijzigingen als via een constant verfijnen van randvoorwaarden, inhouden en methoden. Gezien het secundair en het hoger onderwijs elk een eigen organisatievorm hebben, ontwikkelen beide systemen relatief los van elkaar. Voor een zo complex probleem als de overgang tussen secundair en hoger onderwijs is het dan ook niet verwonderlijk dat de probleemanalyses, voorstellen en reacties die in een recent en wat verder verleden door het secundair en hoger onderwijs voorgesteld werden, verschillend geformuleerd waren. Deze visies op de brug tussen secundair en hoger onderwijs werden zelden gezamenlijk ontwikkeld. De voorliggende oefening wil dit hiaat verhelpen. Ze is niet opgezet om secundair en hoger onderwijs elk vanuit de eigen logica met elkaar te confronteren, maar wel als een forum voor een gezamenlijke brainstorm. Het is een eerste stap om een gezamenlijke visie te ontwikkelen op de afstemming van secundair (SO) en hoger onderwijs (HO), en samen te bouwen aan de brug tussen SO en HO. Methode In de lente van 2011 maakte de VLIR een analyse van de oriëntatie op het hoger onderwijs vanuit het perspectief van de universiteiten, en bood dit document aan alle partners in SO en HO als uitnodiging voor een gezamenlijke reflectie. De positieve reacties op deze handreiking leidde tot het opzetten van een informeel overleg, dat al gauw evolueerde naar een gezamenlijk gedragen initiatief. Een breed forum selecteerde drie thema’s waarop het overleg zou focussen:instrumenten en methodieken (Thema 1); Implementatie van studiekeuzebegeleiding in het secundair onderwijs (thema 2) en Intake in het hoger onderwijs en heroriëntering (Thema 3). De drie themagroepen kregen elk een specifieke aan het thema aangepaste samenstelling. De themagroepen werkten in parallel, maar waren verbonden met elkaar. Een overkoepelende groep met de voorzitters uit elk van de themagroepen bewaakten de dwarsverbanden tussen de thema’s. Het uitgangspunt in elk van de themagroepen was het belang van de leerling / student. Elk van de thema’s had aandacht voor kansengroepen. De leden van de themagroepen waren experten die op basis van hun ervaring voorstellen ontwikkelen om de overgang tussen secundair en hoger onderwijs verder te stroomlijnen. Deze voorstellen, gegrond in de praktijk, werden daarna voorgelegd aan de bestuursorganen van de betrokken geledingen. Intussen had de Vlaamse Onderwijsraad (VLOR) een gelijkaardig initiatief opgestart, maar met een focus op het nut en de mogelijkheden van een oriëntatieproef, wat in de voorliggende oefening slechts een beperkt onderdeel in het brede thema van afstemming tussen HO en SO was. De VLOR 3 gebruikte ook een andere methode (eerst overleg binnen HO en daarna overleg tussen HO en SO, met formele afvaardiging per geleding in VLOR). Toch was er zekere overlap, al was het maar omdat een deel van de leden in beide groepen actief waren en vele andere leden via hun geleding overleg pleegden. Daarom stellen we dat de resultaten van de 2 parallelle initiatieven eerder als complementair bekeken dienen te worden, dan dat ze in tegenspraak zouden zijn met elkaar. 4 Onderliggende visie In de themagroepen bespraken experten de situatie bij leerlingen en studenten, en stelden voorwaarden, resultaten en methoden ter discussie. Elk van de drie groepen concludeerde dat niet op selectie, maar wel op ondersteuning van de studiekeuze versterkt ingezet moet worden. Als het onderwijs elk individu de kans wil bieden zich te ontwikkelen, in de overtuiging dat elk talent een noodzakelijke bijdrage levert aan de maatschappij, stelt ze onderwijsloopbaanbegeleiding eerder dan selectie voorop. Hierbij mogen we twee belangrijke aspecten niet uit het oog verliezen: het keuzeproces is een proces dat geleidelijk, over een lange periode en gedeeltelijk op het ritme van de individuele leerling verloopt enerzijds en anderzijds is het keuzeproces multidimensioneel; waarbij cognitie, motivatie, attitude belangrijke componenten zijn. Te vroege keuzes of door socioeconomische achtergrond gedreven ontwikkelingen in de onderwijsloopbaan, mogen latere onderwijspaden niet zonder meer uitsluiten. Het SO en HO wensen een flexibele onderwijsorganisatie waar het recht op vrije keuze gekoppeld wordt aan een recht op onderwijsloopbaanbegeleiding. Hoewel uit analyses blijkt dat de verschillende studierichtingen in het SO uiteenlopende slaagkansen bieden in het HO, wordt de wettelijke omnivalentie van het diploma SO dus niet in vraag gesteld. Wel wordt gewezen op de verantwoordelijkheid van alle betrokkenen, zowel HO als SO: de leerlingen en studenten zelf in de eerste plaats, maar bijgestaan door (hoge)school of universiteit, CLB , ouders, lesgevers en begeleiders. Studenten en leerlingen worden in deze visie ‘empowered’ om zelf een gepaste studiekeuze te maken. 5 Voorstellen Binnen de themagroepen werd naast analyse, ook creatief naar verbetermogelijkheden gezocht. De voorzitters hebben de belangrijkste voorstellen, vaak zij die terug komen over de groepen, geclusterd. 1. SO en HO: Betere kennis van elkaar De voorliggende oefening heeft vastgesteld dat de wederzijdse kennis van SO en HO suboptimaal is. Dit geldt zowel voor leerlingen, als leerkrachten en docenten, verantwoordelijken en beleidsmakers. De kennislacune geldt zowel op het vlak van de inhouden en vaardigheden (eindtermen en startcompetenties) als voor de leerling-/studentenbegeleidingsmethodes. • Er bestaat heel veel informatie over het opleidingsaanbod voor studiekiezers. Naast de website onderwijskiezer, en de SID-in-studiebeurzen, verzorgen nog vele andere organisaties informatie in verschillende vormen. Om de informatie nog meer sprekend te maken, wordt voorgesteld dat de hogeronderwijsinstellingen lesmateriaal of opnames van de eerste colleges publiek toegankelijk maken, zodat leerlingen en hun leer- of studiekeuzebegeleiders in het SO er mee aan de slag kunnen gaan. Voor hogeronderwijsinstellingen is een complicerende factor dat objectieve informatie en werving in hun communicatie verweven zijn, een gevolg van hun financieringsmechanisme. Leerlingen moeten zelf al heel bekwaam zijn om in de overdaad aan informatie zelfstandig een weg te vinden. Deze situatie kan benadeling door socio-economische verschillen in de hand werken. Er wordt gepleit om voldoende begeleiding te bieden in het omgaan met de informatie. • Naast informatie over het opleidingsaanbod is er objectieve en vergelijkbare informatie nodig over de organisatie van het hoger onderwijs, zoals over het leerkrediet, het evaluatiesysteem en de flexibilisering. Veel informatie is al beschikbaar is, maar zelden op een gemakkelijk ontsluitbare manier. De leesbaarheid voor leerlingen en hun begeleiders moet verhoogd worden. Overheid, HO, SO , CLB en Pedagogische begeleidingsdiensten, dienen hierin elk afzonderlijk en in afstemming met elkaar hun verantwoordelijkheid te nemen. • Meer inhoudelijk is het nodig dat SO en HO beseffen hoe leren en evalueren in respectievelijk HO en SO gebeurt. De verwachtingen op het vlak van leren en evalueren zowel in HO als in SO zijn op het andere niveau te weinig gekend. Nu gaan veel leraren en docenten uit van hun eigen ervaringen, die veelal gedateerd zijn. Zo spannen veel scholen zich in om leerlingen voor te bereiden op mondelinge examens die men verwacht in het HO, 6 maar niet op de meer en meer courante multiple choice- examenvorm. Ook lesgevers HO (vooral aan begin) moeten zich bewust zijn van de onderwijs- en leermethoden uit het SO, zodat ze de studievaardigheden van nieuwe studenten kunnen inschatten. • Ook op vlak van vakinhouden is er een nood aan afstemming tussen eind- en begintermen SO-HO gedetecteerd. Kennis van de eindtermen en leerplandoelen van het secundair onderwijs en van de startcompetenties van het hoger onderwijs ontbreken vaak, ook al omdat de beschikbare documentatie nood heeft aan interpretatie en duiding, en vaak weinig transparant is geformuleerd. Hoewel er geen behoefte aan of zelfs wens tot een één- opéén- afstemming tussen een studierichting SO en een opleiding HO is, is het wel wenselijk om voor brede groepen van studierichtingen SO en opleidingen HO een vakinhoudelijke afstemming te zoeken tussen de doelen van SO en de verwachtingen van HO. Naast het definiëren van deze algemene begin- en eindtermen is er ook nood aan specifieke afstemming. Het SOHO-project wiskunde verrichte belangrijk pionierswerk op dit vlak. Alle betrokken partijen evalueren het SOHO-project wiskunde positief, maar follow-up is nodig. Nu gaan SO en HO immers elk aan de slag met de resultaten, waardoor risico ontstaat dat interpretaties weer uiteen gaan lopen. Er wordt voorgesteld om opnieuw regelmatige ontmoetingen te organiseren: geen formeel overleg waar standpunten uitgewisseld worden, maar een open en creatief proces waar experten van elkaar leren en constructief gezamenlijk kader scheppen. Naar analogie met het SOHO-project wiskunde, wordt voorgesteld om een SOHO-project rond academisch Nederlands op te starten. Ook hier gaat het om een brede vaardigheid die essentieel is voor het slagen in vele, in het geval van Nederlands misschien zelfs alle, opleidingen in het HO. Het project academisch Nederlands zal focussen op taalvaardigheid in de brede betekenis, niet op het ‘vak Nederlands’ in enge zin. • Het forum dat informeel overleg bood, ervoer zelf al een verrijking van het beeld van SO en HO van elkaar. Er is dus een nood aan dialoog over de niveaugrenzen heen. Niet enkel beleidsmakers, maar ook zij die verantwoordelijk zijn voor de vormgeving van leerlingen- en studentenbegeleiding zouden elkaar best op regelmatige basis ontmoeten. Het zou kunnen gaan om een ontmoetings- of studiedag voor studiebegeleiders uit SO en HO om met elkaars methoden kennis te maken en van elkaar te leren, vanuit een openheid van HO voor ontwikkelingen in SO en vice versa. 7 2. De SO-HO-overgang voorbereiden en opvolgen In de voorliggende oefening werd een waaier aan methoden en instrumenten geïnventariseerd die leerlingen en studenten begeleiden bij hun studiekeuze. Uit de veelheid van nieuwe initiatieven blijkt ook de betrokkenheid van de vele partners, en de caleidoscoop van mogelijkheden tot optimalisering. Er bestaan verschillende modellen en begrippenkaders, maar bij elkaar gelegd, blijken ze heel gelijklopend. • De oefening heeft geen nood aan nieuwe instrumenten opgemerkt. Het inzetten van de waaier aan instrumenten kan wel efficiënter en effectiever. Een aantal instrumenten zijn problematisch instellingsspecifiek. Van vele andere instrumenten is de validiteit niet aangetoond. Om het gebruik van de bestaande instrumenten aan te moedigen dient gefocust te worden op onderbouwing van de kwaliteit en de integratie (brede implementatie) van wat er al bestaat. • Er wordt geconcludeerd dat de voorbereiding op de stap naar het HO best vroeg start door de opbouw van keuzevaardigheid vanaf het basisonderwijs.. Een belangrijke suggestie houdt hier in dat alle leerlingen verplicht begeleid zouden moeten worden bij de overgang naar de 2de en 3de graad, wat in de huidige situatie op veel plaatsen een hiaat is. Daarbij kan het perspectief van het hoger onderwijs meegenomen worden. In een getrapt systeem, waarbij leerlingen in een groeiende zelfstandigheid zich bewust worden van hun mogelijkheden, werkt het uitklaren van een individueel toekomstperspectief motiverend. In dit traject is er plaats voor het analyseren van de eigen onderwijsloopbaan door de leerling, voor het verkennen van het opleidingsaanbod (cfr. de hierboven vermelde begeleiding bij de veelheid aan informatie), voor het vergelijken van startcompetenties uit mogelijke HO-opleidingen, voor het uitproberen van studiemateriaal en zelfevaluatieinstrumenten, en voor de confrontatie met slaagcijfers uit de eigen studierichting (en school) SO voor opleidingen HO waarvoor de leerling geïnteresseerd is. Belangrijk is hier dat het om een traject gaat, geen éénmalig advies, dat begeleidend van aard is zonder dwingende resultaten. • In het trajectidee zit de mogelijkheid van een flexibele onderwijsloopbaan geïntegreerd. Waar een leerling of student een vroegere keuze betreurt omdat die zijn of haar kansen in een vernieuwde toekomstvisie hypothekeert, kan waar mogelijk een remediëring worden opgestart. Dit kan in de verschillende fasen van de onderwijsloopbaan voorkomen, zoals in de derde graad SO en bij het begin van HO. Zo wordt voorgesteld om screenings- en remedieringstrajecten aan het begin van HO te stimuleren en van de juiste randvoorwaarden te voorzien. Waar remediering niet haalbaar is in het HO, dient een heroriënteringbeleid in werking te treden, met waar mogelijk aangepaste trajecten. 8 • Om nieuwe studenten zo goed mogelijk te ontvangen in het hoger onderwijs, zou informatie rond de loopbaan in het SO en rond het voorbereidend keuzetraject meegenomen moeten worden. De informatie biedt immers handvatten om indien nodig remediering of heroriëntering te organiseren. 9 En nu vooruit: bruggen bouwen in wederzijds respect Het overleg benadrukt dat het werken aan een betere overgang vereist dat er stevige bruggen worden gebouwd tussen beide onderwijsniveaus. Dit kan alleen gebeuren in een dialoog die uitgaat van wederzijds respect. Elkaars know-how erkennen en de leerling / student centraal plaatsen zijn hierbij leidende principes. Elke comparatieve of competitieve aanpak dient vermeden te worden. De aanpak moet breed zijn zodat alle actoren betrokken zijn, in de eerste plaats de scholen, de instellingen voor hoger onderwijs en de CLB’s, maar ook hun koepels en organisaties, de leerlingenkoepel en VVS, en het brede maatschappelijke veld. Het overleg benadrukt ook dat ervaring opdoen, bijsturen, valideren van tussentijdse stappen en instrumenten fundamenteel zijn voor de kwaliteit van de aanpak en pleit daarom voor een aanpak die vertrekt van piloten en van daaruit naar verbreding en veralgemening. En in de mate dat deze oefening een basis vormt voor regelmatig en structureel overleg tussen SO en HO, biedt het een vruchtbare grond voor toekomstige initiatieven. Deze oefening heeft een reeks voorstellen ter verbetering van de overgang tussen SO en HO opgeleverd en een begin van gemeenschappelijke grond gecreëerd. De resultaten worden nu aan de beleidsmakers aangeboden. De overheid is tot nog toe niet betrokken geweest. In overleg met hen, kunnen een aantal prioriteiten en proefprojecten uitgezocht worden. 10 Bijlagen: opdracht, samenstelling en einddocumenten themagroepen - Bijlage 0: Opdracht en samenstelling themagroepen - Bijlage 1: Einddocument van themagroep 1: Instrumenten en methodieken overgang van secundair naar hoger onderwijs - Bijlage 2: Einddocument van themagroep 2: Implementatie van studiekeuzebegeleiding in het Secundair Onderwijs - Bijlage 3: Einddocument van themagroep 3: Concrete voorstellen als conclusie - Bijlage 4: Bespreking van de bevraging bij de hogeronderwijsinstellingen over de intake van nieuwe studenten in het Hoger Onderwijs - Bijlage 5: inventaris van instrumenten die gebruikt worden in de begeleiding, (her)oriëntering en remediëring van en in de studiekeuze 11 Bijlage 0: Opdracht en samenstelling themagroepen THEMA’S INFORMEEL OVERLEG SECUNDAIR – HOGER ONDERWIJS Een informele overleggroep met deelnemers uit secundair en hoger onderwijs selecteerde drie thema’s waarrond overleg tussen secundair en hoger onderwijs vorm kan krijgen. De themagroepen werkten in parallel, maar zijn verbonden met elkaar. Een overkoepelende groep met de voorzitters uit elk van de themagroepen hebben de dwarsverbanden tussen de thema’s bewaakt. Het uitgangspunt in elk van de themagroepen is het belang van de leerling / student. Elk van de thema’s heeft aandacht voor kansengroepen. De leden van de themagroepen waren experten die ervaringen kunnen uitwisselen en op basis daarvan voorstellen ontwikkelen om de overgang tussen secundair en hoger onderwijs verder te stroomlijnen. Deze voorstellen, gegrond in de praktijk, worden nu voorgelegd aan de bestuursorganen van de betrokken geledingen. 1. INSTRUMENTEN EN METHODIEKEN Doel: Vanuit een overzicht van de bestaande oriënteringsinstrumenten en –methodieken bijkomende noden definiëren Het gaat zowel om instrumenten uit het hoger als het secundair onderwijs. Aan de hand van een overzicht van alle bestaande instrumenten (miv instrumenten die in ontwikkeling zijn, of die gepland worden) is de nood aan bijkomende instrumenten vastgelegd: deze actie leidt tot een overzicht van de bestaande oriënteringsinstrumenten en –methodieken en een lijst met mankementen in het huidige aanbod. Bij voorkeur worden in de lijst prioriteiten aangegeven en beargumenteerd. Er kan ook al een concreet project voorgesteld worden om aan de belangrijkste noden tegemoet te komen. Wie : VLHORA (6 leden) + VLIR (6 leden) + CLB (3 leden) + SO (3 leden) + VVS (1à2 leden) John Maes Gert Sonck Griet Vermaerke Nathalie Jans Annick Hayen Peter Van Petegem Anneleen Huisman Boris Snauwaert Bie Strypens Martine Van Poucke Lieven Verbert Freddy Cloet Johan David Nadine Feytens Dominique Veulemans Ann Thijssen KHKempen VUB UGent KULeuven UHasselt UAntwerpen PHLimburg HOGent KHLeuven HUB Artesis VSKO VCLB Go! Go! CLB OVSG voorzitter co-voorzitter lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid Henk Ophoff VVS VVS VLHORA lid lid secretaris Bryan Vandenkerkchof Isabel Snauwaert 1 2. IMPLEMENTATIE VAN STUDIEKEUZEBEGELEIDING IN HET SECUNDAIR ONDERWIJS Doel: stimuleren van leerloopbaanbegeleiding / studiekeuze, oriëntatie en bijsturing van in de 2de graad secundair onderwijs voor alle leerlingen Deze themagroep kon eerst een inventaris maken van de huidige praktijken, met aanduiding van goodpractices en pijnpunten. Daarna is afstemming gezocht, en zijn desiderata geformuleerd. Wie: CLB (3 leden) + SO (3 leden) + VLHORA (2 leden) + VLIR (2 leden) + scholierenkoepel (1à2 leden) Luc De Man Freddy Cloet Jan Herpelinck Linda Willems Chris Cnop Geert Speltincx Hilde Van Puyenbroeck Lieve Dillen Johan David Ann Thijssen GO! VSKO KULeuven VUB Vlaamse scholierenkoepel KdG Arteveldehogeschool Go! CLB VCLB OVSG voorzitter voorzitter lid lid lid lid lid lid lid lid 2 3. INTAKE IN HET HOGER ONDERWIJS EN HERORIËNTERING Doel: stimuleren van het doordacht intakebeleid ho en snelle heroriëntering indien nodig Overleg en verkennen van afspraken, methoden en instrumenten die het leerloopbaantraject van het SO in het HO doortrekt, en snelle reflectie en heroriëntering stimuleert. Wie: VLHORA (6 leden) + VLIR (6 leden) + CLB (3 leden) + SO (3 leden) + VVS (1à2 leden) Ludo Melis Bie Strypens Annick Eelbode Clothilde Smedts Linda Willems Annick Hayen Anita Viane Vanessa Claeys Inge De Schuyter Anneleen Huisman Bart Janssens / Liesje Tops John Maes Lieven Verbert Freddy Cloet Mark Verbelen Evy De Groof Dries Mahieu Bryan Vandenkerkchof Johan David Ann Thijssen Jo Breda KULeuven KHLeuven UGent KULeuven VUB UHasselt UAntwerpen HoGent KaHo St-Lieven PHLimburg KdG K.H.Kempen Artesis VVKSO Go! Go! CLB VVS VVS VCLB OVSG VLIR Voorzitter voorzitter lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid lid secretaris 3 Bijlage 1: Einddocument van themagroep 1: Instrumenten en methodieken overgang van secundair naar hoger onderwijs Einddocument themagroep 1: Instrumenten en methodieken overgang secundair naar hoger onderwijs De werkgroep met als thema ‘instrumenten en methodieken overgang SO-HO’ kwam driemaal samen: - Vrijdag 24 augustus 2012 Dinsdag 16 oktober 2012 Vrijdag 30 november 2012 De werkgroep is samengesteld uit : Freddy Cloet (VVKSO), Johan David (VCLB), Evy De Groof (POC/CLB-GO!), Bart Dejonghe (KUL), Nadine Feyters (GO!), Annick Hayen (UHasselt), Anneleen Huisman (PHL), Nathalie Jans (KUL), John Maes (TM), Boris Snauwaert (HoGent), Isabel Snauwaert (VLHORA), Gert Sonck (VUB), Bie Strypens (KHL), Griet Vermaerke (UGent) , Peter Van Petegem (UA), Martine Van Poucke (HUB), Lieven Verbert (Artesis), Dominique Veulemans (CLB-GO!), Henk Ophoff (VVS), Bryan Vandenkerckhof (VVS) De werkgroep staat onder voorzitterschap van John Maes (TM) en Gert Sonck (VUB) De verslaggeving gebeurt door Isabel Snauwaert (VLHORA) Algemeen kader waarbinnen de overgang SO-HO verloopt Initiatieven tijdens het secundair onderwijs De werkgroep stelt vast dat de omnivalentie van het diploma secundair onderwijs als voorbereiding op hoger onderwijs een mythe is. Door de VVKSO is een studie verricht naar het verband tussen de gevolgde studierichting in het SO en de slaagcijfers in het hoger onderwijs. Deze studie toont dat de verschillende studierichtingen in het secundair onderwijs sterk uiteenlopende gemiddelde slaagkansen geven voor diverse opleidingen in het hoger onderwijs. De volledige analyse is raadpleegbaar via http://toekomstso.vvkso.be De werkgroep stelt een veel voorkomende mismatch vast tussen de competenties en de verwachtingen van de student en de eisen die de opleiding in het hoger onderwijs stelt. 1 De werkgroep stelt verder vast dat er nog steeds teveel kandidaat-studenten zijn die het keuzeproces nauwelijks of niet doorlopen hebben en onvoorbereid aan een studierichting in het hoger onderwijs beginnen. In het secundair onderwijs zijn er instrumenten voorhanden die een adequate studiekeuze als doel hebben en die proberen een ondoordachte of onaangepaste studiekeuze te beperken. De onderwijskiezer is een web-based instrument dat zeer veel informatie over studeren in het hoger onderwijs ontsluit en ook mogelijkheden tot zelftesting inhoudt. Het CLB en de secundaire scholen spelen een belangrijke rol om leerlingen te bereiken met dergelijke instrumenten. De werkgroep onderscheidt,in overeenstemming met het dynamisch keuzeontwikkelingsmodel van Van Esbroeck en Zaman (VUB) en het studiekeuzetakenmodel van Verschueren en Germeijs (KU Leuven), in de bestaande instrumenten de volgende vier keuzeacties: • • • • Sensibiliseren en oriënteren op de keuze Exploratie van de omgeving en exploratie in de breedte en in de diepte Exploratie van het ik met zelfconceptverheldering Kristalliseren en beslissen met keuzenabijheid en binding (interne motivatie) aan de gemaakte keuze Er werd een inventaris gemaakt van veel gebruikte instrumenten en deze werden ingedeeld volgens de vorige keuzeacties. In het secundair onderwijs is er een mogelijkheid om tijdens de vrije ruimte in het curriculum eventueel hiaten in verwachte competenties voor diverse studierichtingen van het hoger onderwijs weg te werken en intensief te werken aan de reality check. De vrije ruimte is in het secundair onderwijs een eerste stap naar flexibilisering, maar wellicht zal deze stap nog verder doelgericht uitgebouwd dienen te worden. Hierbij moet evenwichtig omgesprongen worden met de spanning tussen de tendens naar uitstel van beroeps- en studiekeuze in het secundair onderwijs en de nood aan tijdige bindingsacties naar studierichtingen in het hoger onderwijs. De werkgroep stelt voor dat er doelgericht overleg komt tussen de 4 partijen die betrokken zijn bij de studiekeuze naar het HO. De 4 partijen zijn: - Secundair onderwijs Hoger onderwijs (academisch en professioneel en HBO-5) Centra voor leerlingenbegeleiding (CLB) De leerling (kandidaat-student) en de ouders Het doel van het overleg is om beter af te stemmen, van mekaar te leren welke initiatieven voor oriëntering er al zijn in het secundair onderwijs en het hoger onderwijs. Verder dienen de betrokkenen de startcompenties en de gedragsdimensies van effectief studeergedrag voor de diverse studierichtingen in het hoger onderwijs beter te leren kennen. Het hoger onderwijs dient beter in te schatten wat de kennisbasis, vaardigheden en attitudes zijn vanuit diverse 2 studierichtingen in het secundair onderwijs. De SOHO-overleggroep rond wiskunde is een mooi voorbeeld van hoe dergelijk overleg zeer waardevol kan zijn. De werkgroep doet de aanbeveling om deze initiatieven te versterken en uit te breiden. Ten slotte dient het overleg ook om hetzelfde begrippenkader in verband met oriëntering naar en instroom in het hoger onderwijs te (leren) hanteren. De werkgroep noteert dat er initiatieven zijn om het keuzebegeleidingsproces vanuit het secundair onderwijs meer te valideren bij de intake in het hoger onderwijs. Dit kan gebeuren via een portfolio uit het SO of door andere indicatoren die bewijzen dat de keuze in het HO weloverwogen en gemotiveerd is. Onderzoek toont aan dat het studieresultaat in het secundair onderwijs en de gevolgde studierichting een goede indicatie zijn voor mogelijk studiesucces (Van der Wende, 20121). De problematiek stelt zich dat niet alle kandidaat-studenten dezelfde elementen kunnen aanbrengen en dat het hoger onderwijs gegevens over de historiek van de studieloopbaan in het secundair onderwijs niet kan opeisen van startende studenten. Bovendien werkt de concurrentie tussen instellingen allerminst bevorderend om bij aanmelding in het hoger onderwijs veel aandacht te besteden aan het doorlopen studiekeuzeproces. Bovendien vraagt dit een grote tijdsinvestering van het hoger onderwijs. Initiatieven door het hoger onderwijs De werkgroep merkt op dat in de activiteiten van het hoger onderwijs een spanningsveld aanwezig is tussen marketinginitiatieven en initiatieven die naar een effectieve match tussen studiekeuze en persoonlijkheid, motivatie, effectief studeergedrag en startcompetenties streven. Het kan niet ontkend worden dat het financieringsmodel van het hoger onderwijs met een variabele sokkel die gebaseerd is op marktaandeel de instellingen dwingt om de aantrekkelijkheid van hun eigen studierichtingen en studieomgeving soms buiten proportie in de verf te zetten. Hierdoor komt het voor dat kandidaat-studenten lichtzinnig een studiekeuze maken die nadien een verkeerde keuze blijkt te zijn. De werkgroep pleit ervoor dat instellingen een transparantie creëren in het studieaanbod en de erbij horende verwachtingen. De instellingen voor hoger onderwijs zijn bezorgd omwille van de soms lage studie-efficiëntie (% behaalde versus opgenomen credits) en de studieeffectiviteit (behalen van diploma). Dit leidt tot acties van studiebegeleiding die zich situeren net voor de inschrijving tot in de doorstoomfase van de studie. Verschillende instrumenten die worden ingezet zijn door de werkgroep gedocumenteerd. Van sommige instrumenten is de validiteit niet duidelijk. Bijkomend onderzoek hiernaar is aan te bevelen. 1 Van der Wende, M. (2012). Kunnen of moeten universiteiten en hogescholen studenten selecteren? Over het toegangs- en toelatingsbeleid voor studenten in de nabije toekomst. Presentatie gegeven op de ICORstudiedag van 13 september 2012. 3 Het hoger onderwijs heeft initiatieven voor studiekeuzebegeleiding met diverse oriënterings- en remediëringsinstrumenten die gebeuren tijdens de eindfase van het secundair onderwijs, in de tussenliggende periode tussen het beëindigen van het secundair onderwijs en de start in het hoger onderwijs (doorgaans ongeveer 2,5 maanden) en ook nog tijdens de startperiode in het hoger onderwijs (eerste inschrijvingsjaar). De vrije toegang tot hoger onderwijs maakt dat elke kandidaat-student in principe zelf verantwoordelijk is voor de gemaakte studiekeuze. Deze vrije toegang tot hoger onderwijs maakt dat in Vlaanderen verplichte toegangsproeven voor de inschrijving niet mogelijk zijn op uitzondering van de toegang tot de studie van (tand)arts en sommige kunstrichtingen. De mate waarin de kandidaat-student al dan niet ingaat op het aanbod aan mogelijkheden om de juiste studiekeuze in het hoger onderwijs te maken wordt bepaald door de kandidaat-student zelf. Initiatieven tijdens de overgang van het secundair onderwijs naar het hoger onderwijs De werkgroep stelt voor om realistische beeldopnames van lessen in het hoger onderwijs ter beschikking te stellen van kandidaat-studenten. Ook het ter beschikking stellen van capita selecta uit cursusmateriaal wil de werkgroep aanmoedigen om transparant de verwachtingen in diverse studierichtingen te expliciteren. Diverse instellingen hebben tijdens de vakantieperiode in de aanloop naar het academiejaar een vrijblijvend aanbod naar kandidaat-studenten om hiaten in de startcompetenties weg te werken. Het succes in participatie is wisselend. Aan diverse instellingen in het hoger onderwijs lopen initiatieven om nietbindende en adviserende oriënteringsproeven in de ruime betekenis aan te bieden voor kandidaat-studenten. De werkgroep is van oordeel dat dergelijke oriënteringsproeven nuttig kunnen zijn als ze de kandidaat-student toelaten zich te positioneren ten opzichte van goed omschreven profielen voor diverse studierichtingen in het hoger onderwijs. De werkgroep vindt het zeer belangrijk dat deze proeven opgezet worden in overleg tussen hoger onderwijs en secundair onderwijs. De werkgroep pleit ervoor om in dergelijke oriënteringsproeven ook aandacht te hebben voor kennis en vaardigheden rond academisch Nederlands omdat er indicaties zijn dat dit voor steeds meer studenten een hinderpaal is voor studiesucces. De werkgroep stelt vast dat de oriënteringsproeven voor de inschrijving in een krappe tijdsspanne voor de aanvang van het academiejaar dienen te gebeuren. Bovendien worden niet alle kandidaat-studenten bereikt omdat veel kandidaatstudenten nog te weinig inspanningen leveren tot zelfconceptverheldering en het inwinnen van gerichte adviezen. Toch is het waardevol om deze oriënteringsproeven als piste te blijven gebruiken. Hoe meer deze proeven worden aangeboden, hoe groter de aansporing voor kandidaat-studenten om 4 hieraan effectief te participeren. De vraag blijft dan of elke instelling een eigen set van oriënteringsproeven zal uitwerken en of samenwerking tussen instellingen en associaties voor bepaalde (of alle) opleidingen hierin een meerwaarde kan zijn. Initiatieven na de inschrijving voor een bepaalde studierichting in het hoger onderwijs De werkgroep stelt vast dat er veel initiatieven zijn in het hoger onderwijs die leiden tot verdere (her)oriëntering en remediëring na de inschrijving. Het doel is de studie-efficiëntie en de studie-effectiviteit te verhogen. Veel studierichtingen organiseren al dan niet verplichte screeningen net voor of net na de start van de opleiding. Voorbeelden zijn testen op mondeling en schriftelijk taalgebruik, basiskennis wiskunde, basiskennis van een vreemde taal (vb. basiskennis Frans in de lerarenopleiding lager onderwijs). Veel screeningen bouwen verder aan zelfconceptverheldering (leerstijlen, leermotivatie). Via de resultaten van de proeven proberen de instellingen de binding met de studierichting te versterken, adviezen te geven voor (her)oriëntering of de studenten aan te zetten om vrijblijvend remediëringstrajecten te volgen. De remediëringstrajecten die de instellingen aanbieden worden vooral extracurriculair georganiseerd, al dan niet in samenwerking met een externe partner (vb. een CVO). Voor sommige studenten betekent dit een extra tijdsdruk tijdens het begin van de studie. De combinatie van extra-curriculaire remediëringstrajecten met het gewone curriculum is in veel gevallen tijdsbelastend voor de student. Een vermindering van de opgenomen studiepunten dringt zich dan in veel gevallen op. Onderzoek naar de invloed van het aantal opgenomen studiepunten op de studie-efficiëntie2 toont aan dat een vermindering van het aantal opgenomen studiepunten de facto leidt tot een verlenging van de studieduur en in veel gevallen niet leidt tot een hogere studieefficiëntie omdat de binding met de opleiding moeilijker tot stand komt. De werkgroep is van oordeel dat deze binding uitermate belangrijk is voor het studiesucces van een student, en hoopt dat opleidingen hier voldoende aandacht voor hebben bij het uitwerken van remediëringstrajecten. De werkgroep stelt vast dat de learning outcomes en de descriptoren een mogelijkheid bieden tot paradigmadenken in de curriculumopbouw om (her)oriëntering en remediëring een plaats te geven binnen het curriculum. 2 Verdyck Marc, invloed van het aantal opgenomen studiepunten op de studie-efficiëntie, intern onderzoek Thomas More Kempen, 2011. 5 De werkgroep rond thema 1 maakte een inventaris op van instrumenten die gebruikt worden in de begeleiding, (her)oriëntering en remediëring van en in de studiekeuze, die als bijlage 5 bij het einddocument ‘Bouwen aan de brug tussen secundair en hoger onderwijs’ te vinden is. 6 Wat nu? Voorstel ter discussie: De keuzeactie/-taken als componenten van het studiekeuzeproces, vormen even zovele ‘kapstokken’ om de keuzebegeleiding aan op te hangen. De bedoeling is dat we tot een SOHO-begeleidingsvoorstel voor Vlaanderen komen: -op basis van breed gedragen, expliciete doelstellingen per keuzeactie/-taak. -met behulp van een waaier aan kwaliteitsvolle instrumenten, werkvormen en methodieken. -met aanduiding van de verantwoordelijkheid van alle betrokken partners. Bij deze drieledige opdracht is een helder begrip van de keuzeacties/-taken aangewezen. Ad 1.Keuze-actie: sensibiliseren keuze. - Keuzactie: oriënteren op de De leerling is zich bewust van het feit dat de noodzaak van een studiekeuze er aankomt (cognitief) én is bereid dit keuzeproces zo goed mogelijk te volbrengen (affectief). Dit houdt in dat een kwaliteitsvolle keuzebegeleiding zich op beide componenten zal dienen te richten. Zo mogelijk nog meer dan bij andere keuzetaken zal de begeleiding zich doelbewust richten naar specifieke risicogroepen: doelgroepen. Denken we maar aan leerlingen die deze levensfase-beslissing , om welke reden dan ook , uit de weg proberen te gaan of leerlingen die zich moeilijker dan anderen met een studie aan het hoger onderwijs kunnen identificeren hetzij omwille van (kans)armoede , immigratie-achtergrond , of ….? Ad 2.Keuzeactie: exploratie van de omgeving Keuzetaak: exploratie in de breedte + exploratie in de diepte. Leerlingen dienen te beschikken over een voldoende brede kennis van mogelijke studierichtingen én de mogelijkheid om zich voor specifieke studierichtingen die binnen hun keuzebereik vallen meer in de diepte te informen. Dus , zowel ‘verruimen van de horizon’ als verdiepen van noodzakelijke kennis i.v.m. studierichtingen. Hetzelfde geldt echter evenzeer voor de wereld van beroepen en functies. In dit verband kan worden verwezen naar de vakoverschrijdende eindtermen van de derde graad secundair onderwijs i.v.m. ‘studie- en beroepsgerichte keuzebekwaamheid’ : - De leerlingen verwerven een zinvol overzicht over studie- en 7 beroepsmogelijkheden, dienstverlenende instanties met betrekking tot de arbeidsmarkt of de verdere studieloopbaan. De leerlingen zijn bereid alle studierichtingen en beroepen naar waarde te schatten. Dus ook hier weer de affectieve component ! Ad 3. Keuzeactie: exploratie van het ik zelfconcept verhelderen. - Keuzetaak: Evenzeer in overeenstemming met de vakoverschrijdende eindtermen inzake keuzebekwaamheid dient het begeleidingsaanbod de leerling in staat te stellen diverse kenmerken van zichzelf te verkennen en te beoordelen. Mogelijke componenten: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. Dromen: Belangstelling: Waarden: Capaciteiten, in termen van : - schoolse vorderingen - cognitieve vaardigheden - competenties - talenten Studiehouding – motivatie Leerstijlen Keuzestijlen Financiële situatie Gezondheid & functiebeperkingen ……….. Kan het begeleidingsaanbod voldoende tools aanreiken om de leerling in staat te stellen de kenmerken van zichzelf – op gedifferentieerde wijze - te toetsen aan de verwachtingen van het hoger onderwijs ? Ad 4. Keuze-actie: Kristalliseren en beslissen Keuzenabijheid en binden. - Keuzetaak: Welk begeleidingsaanbod kan het maken van een keuze , het beslissen bevorderen in overeenstemming met de meest dominante keuzestijl(en). Het studiekeuzeproces is niet afgewerkt op het moment van de keuze. Het elaboreren van de keuze , het zich identificeren met de gekozen studierichting en de gekozen instelling dragen wezenlijk bij tot studiesucces. 8 Bijlage 2: Einddocument van themagroep 2: Implementatie van studiekeuzebegeleiding in het Secundair Onderwijs Bijlage 2: einddocument themagroep 2 Implementatie van studiekeuzebegeleiding in het Secundair Onderwijs 1 Opzet Deze groep heeft als opdracht te zoeken naar het gebruik van de bestaande instrumenten voor studiekeuzebegeleiding (SKB) en hun effect op het studiesucces in het HO. Vanuit de initiële opdracht “Implementatie van studiekeuzebegeleiding in het SO” impliceert dit in hoofdzaak de vraag of de leerling/student een succesvol oriënteringstraject heeft afgelegd. Binnen dit thema kijken we daarbij naar de instrumenten voor de oriëntering en vooral naar het gebruik dat leerlingen en scholen er (al dan niet) van maken. We kijken vanuit onze observaties naar tekorten en kansen en doen aanbevelingen voor een succesvoller oriëntering. De groep kwam voortdurend terecht bij een bredere focus dan de SOHO-overgang. Het oriënteren en leren kiezen is een leerproces dat als het ware in de kleuterklas moet beginnen. De abituriënt kan voor bijna alle richtingen hoger onderwijs autonoom kiezen als hij het diploma secundair onderwijs behaald heeft. Gegeven die keuzevrijheid zou de keuzebekwaamheid tegen het einde van de leerplicht optimaal ontwikkeld moeten zijn. Het gebruik van bestaande of nog te ontwikkelen instrumenten kan in deze opbouw een beslissende rol spelen… Daarbij moeten we er rekening mee houden dat de keuzebekwaamheid op 18 jaar nog niet bij iedereen volledig ontwikkeld is en de perfectie nooit bereikt zal kunnen worden. 2 Huidige toestand: een aantal observaties We bekeken aan de hand van verschillende kwantitatieve en kwalitatieve data het gebruik van een staal van oriënterende instrumenten en methodes1. Daaruit bleek een veelvuldig gebruik van het aanbod voor de keuze Ba - SO, SO I – SO II en SOHO. De overgang van tweede naar derde graad SO lijkt op veel plaatsen een onderbreking in deze lijn te zijn. We merken grote verschillen tussen scholen in het al of niet met visie omgaan met OLB, het gedragen zijn door een korps. Leraren maken graag gebruik van het aanbod, maar zien de taak van leerlingenoriëntering in hoofdzaak geconcentreerd bij titularis, coördinator, leerlingenbegeleider, CLB, directie. Zeker ook bij het SOHO-gebeuren voelt slechts een deel van het lerarenteam zich actief betrokken. De aanpak verschilt sterk van school tot school. Het al dan niet aanwezig zijn van stevige ankerfiguren binnen de school/klas is van vitaal belang. Ter illustratie geven we enkele observaties over het gebruik van Op Stap (link). Uit een enquête bij secundaire scholen bleek het volgende • Een ruime meerderheid van de scholen werkt aan de vier eerste stappen2 in een oriënteringsproces. Het ’binden’ aan een beslissing krijgt beduidend minder aandacht, wat aanleiding kan geven tot een onvoltooid keuzeproces. 1 We beschikken over gegevens over het gebruik van I-Like, I-Prefer en I-Study, Klaar voor hoger onderwijs, Op Stap (versie 2002-2011), onderwijskiezer.be. De werkgroep maakte ook gebruik van het OBPWO-onderzoek Met een dynamische keuzebegeleiding naar een effectieve keuzebekwaamheid (OBPWO04.01) 2 Keuzeacties: sensibiliseren, exploreren ik, exploreren omgeving, exploreren relatie ik-omgeving, kristalliseren en beslissen. Keuzetaken: oriëntatie, exploratie zichzelf, exploratie omgeving breedte, exploratie omgeving 2 • Een betrekkelijk groot aantal maakt gebruik van “eigen materiaal”, waarbij de vraag naar de validiteit van het instrument gesteld kan worden. • Bij de (inmiddels vervangen versie van de) methode “Op Stap” verklaart een meerderheid van de leraren dat zij geen gebruik maken van de handleiding. Dit kan wijzen op een grote afstand tussen de methodiek en de implementatie; • In het grootste deel van de scholen in de enquête begint de SOHO-werking in het eerste trimese ter van het 6 jaar, 10 % wacht daarvoor tot na Nieuwjaar, maar 20 % vat de werking al aan in e het 5 leerjaar. De vraag kan gesteld worden of in dit bestek het volledige proces kan doorlopen worden. Leerlingen rapporteren een grote variatie aan kwaliteit en intensiteit van loopbaanbegeleiding. Niet alle scholen geven hun leerlingen de indruk dat er vanuit een visie/gericht aan hun SOHO-stap en bij uitbreiding aan hun studieloopbaan gewerkt wordt. Het verschil in de gevolgen van een foute oriëntering is in HO groter dan in SO. In een SO-carrière wordt een jongere dikwijls slechts in beperkte mate met de gevolgen van een verkeerde keuze geconfronteerd. Na bijvoorbeeld het behalen van een B-attest in een leerjaar waartegen de klassenraad had geadviseerd kan een leerling alsnog aansluiten in een hoger leerjaar van een richting die oorspronkelijk wel gunstig geadviseerd was. Zo blijft het negeren van een advies in de feiten uiteindelijk zonder gevolgen. In het hoger onderwijs hebben de gevolgen van een dergelijke ’foute’ keuze een meer fataal karakter 3 Aanbevelingen 1 Op basis van onze gegevens concluderen we dat secundaire scholen voornamelijk investeren in OLB in het tweede jaar SO en ook in SOHO. We zien op veel scholen een onderbreking van deze leerlijn in het kiezen voor de derde graad SO. In een kwaliteitsvol, integraal schoolloopbaanbeleid zal de school/scholengemeenschap/scholengroep ook aan deze stap de nodige aandacht schenken en daarvoor de nodige ondersteuning van o.m. CLB en PB zoeken. 2 In het brede curriculum moet explicieter op keuzevaardigheid ingezet worden. Dit dient te worden opgenomen in de visie van de school, breed gedragen en effectief geïmplementeerd... Keuzevaardigheid kan een plaats krijgen in eindtermen. Scholen moeten meer aantoonbaar omgaan met het ‘leren kiezen’ als onderdeel van de VOET leren leren. Leraren in alle onderwijsniveaus en onderwijsvormen moeten het een plaats geven in de didactiek. Het onderzoekend leren bv. ondersteunt de ontwikkeling van keuzevaardigheden. 3 Er is nood aan een objectieve/instellingonafhankelijke/transparante informatierijke omgeving over het wat en hoe in het HO: overheid, HO, scholen(gemeenschappen/groepen), CLB en Pedagogische begeleiding, dienen hierin elk en in afstemming hun verantwoordelijkheid te nemen. Het betreft informatie over: – Het onderwijsaanbod; – generieke en specifieke startcompetenties HO en mogelijk belang van de matching tussen richtingen/domeinen; – leerkrediet, evaluatie en flexibilisering; diepte, beslissing en binding ook aan ’exploratie van het ik’ ‘en “relatie met de omgeving’ wordt soms minder aandacht besteed 3 2013-04-22 – leerlingenstromen, slaagcijfers en hun betekenis; systematische gegevensverzameling over en analyse van de onderwijsloopbaan van de leerling – het leren en de didactische methodes in het HO; – openheid van HO voor ontwikkelingen SO en vice versa. 4 De leerling/student heeft recht op een kwaliteitsvolle onderwijsloopbaanbegeleiding: een versterkt, op visie en methodisch werken gebaseerd proces tijdens de gehele studieloopbaan (KO-LO-SO-HO). We pleiten voor een ontwikkeling van brede keuzevaardigheid: informatierijke omgeving voor de studiekeuze, met ’kwalitatieve’ elementen ... bv. het leren reflecteren op de eigen studieloopbaan, zelfconcept, de leerprogressie, deskundig verwerkte ervaringen van oud-leerlingen, gekoppeld aan het omgaan met de kwantitatieve gegevens (bv. slaagcijfers) waarover de school moet kunnen beschikken en waarover ze doelgericht communiceert. 5 De vrije studiekeuze blijft bestaan, maar wordt sterker ondersteund door coaching en professioneel onderbouwde adviezen van de delibererende klassenraad. In het proces dat daartoe leidt speelt elke partner een rol en draagt hij zijn verantwoordelijkheid. Het gebruik van een studiekeuzeportfolio kan hierbij proactief een ondersteunende rol spelen: het rugzakje aan info van de kandidaat-student m.b.t. zijn keuzeproces kan bij de intake in het hoger onderwijs mee in aanmerking worden genomen. Ouders en studenten dragen mee verantwoordelijkheid in dit proces. 6 Er is nood aan een selectie van gevalideerde instrumenten waarvan het gebruik en de effecten onderzocht werden. Nieuwe instrumenten moeten aan wetenschappelijke criteria voldoen en geen rekruteringsdoelen nastreven. 7 Er is nood aan beleidsvoorbereidend wetenschappelijk onderzoek naar de processen in de studieoriënteringen die de effecten die deze processen sorteren (op niveaus SO en SOHO). Enkele mogelijke onderzoeksvragen - Hoe/in welke mate werken scholen aan SKB/oriëntering? Waar liggen de accenten? Met welke elementen houden zij rekening? - Hoe komen adviezen tot stand? In welke mate houden ouders en leerlingen daar rekening mee? Met welke effecten op de schoolloopbaan? - Hoe verloopt de intake die volgt op advisering? Bijlage 3: Einddocument van themagroep 3: Concrete voorstellen als conclusie Bijlage 3: Einddocument thema 3: Concrete voorstellen als conclusie van het informeel overleg, themagroep 3 1. Positie bepalen en differentiëringstrajecten Themagroep 3 is van mening dat het confronteren tussen de verworven competenties en de verwachte comptetenties (‘reality check’) belangrijk is. Een cruciale ‘reality check’ ligt aan het begin van het HO. Haast elke hogeronderwijsinstelling heeft ingrepen in het opleidingsprogramma ingevoerd om nieuwe studenten vroeg (bv 6 weken na de start van het academiejaar) feedback te geven over hun positie: er wordt melding gemaakt van proefexamens, voorbeeldexamens, zelftesten, signaaltoetsen, en permanente evaluatie. Een aantal instellingen organiseren praktijkervaringen met hetzelfde doel. Er is ook sprake van opdelingen in korte lesperiodes, zodat de evaluatie en bijhorende feedback snel na de start van het academiejaar komen. Alle hogeronderwijsinstellingen zetten in op snel feedback geven aan hun nieuwe studenten. De bedoeling is onder andere bijsturing in studiemethodes maar ook heroriëntering mogelijk te maken. De heroriënteringsbegeleiding is meestal individueel en vrijblijvend, maar een aantal instelling melden uitdrukkelijk dat uitschrijvers verplicht een (heroriënterings-)gesprek moeten aangaan. Kunnen de instellingen / opleidingen die heroriënteerders ontvangen tijdens het academiejaar, ze een gepast traject bieden (inclusief HBO5)? Zijn onderlinge afspraken of uitwisselingen van informatie nodig? Daarnaast is er in veel instellingen een verplichte deelname aan een screening van instroomcompetenties aan de start van het academiejaar, met soms ook een verplichte deelname aan een remediërend traject. De themagroep meent dat dit systeem werkt en op ruimere schaal toegepast kan worden. Dit moet wel doordacht gebeuren. De vrije toegang tot het hoger onderwijs wordt niet in vraag gesteld: ieder heeft recht om te proberen, gelijke kansen zijn cruciaal. De vrije toegang tot het hoger onderwijs is zeer waardevol, maar mag niet betekenen dat een toekomstige student aan zijn of haar lot wordt overgelaten. Gelijke kansen betekent ook steun voor zij die met een relatieve achterstand vertrekken. Een screening mag niet de toegang beperken, maar wel studenten wijzen op zijn of haar individuele engagement en een kader bieden om op verantwoordelijkheden te wijzen en mogelijkheden te bieden om zich bij te scholen. Ook de slaagcijfers van eerstejaarstudenten zijn immers publiek goed, en kunnen demotiveren, terwijl slagen een individueel verhaal is. Een screening met remediëringsmogelijkheid kan de individuele kansen vergroten en het vertrouwen van een student versterken. In hoeverre kan men plaats vrijmaken in het curriculum om remediërend te werken zonder het bachelor-niveau in gevaar te brengen? Zou de opbouw van een programma herzien kunnen worden zodat wel de nodige competenties verworven worden, maar de weg ernaar toe anders is? Een optie is dat bij de intake in het HO studenten aangeraden wordt om minder studiepunten uit het bachelorprogramma op te nemen, en dit te combineren met een remedieringstraject bij het HO-programma (bv in CVO). Wie ga je verplichten om een traject met minder studiepunten op te nemen? Hoe ziet het remediëringsprogramma er uit (zeer heterogene groepen, verschillende noden tot remediëring, duur, …)? Belangrijk is in ieder geval dat de juiste studenten hiervoor aangesproken worden, en dat persoonlijksheidkenmerken (bv. faalangst) niet te zwaar doorwegen. Nieuwe studenten dienen zich ook genoeg betrokken en 1 gemotiveerd te weten bij het hoger onderwijs. Bovendien dient bij een praktische uitwerking een contract / kader geschapen te worden voor het sociale statuut (bv ivm kinderbijslag). Wanneer wordt geheroriënteerd, wanneer wordt een remediëringstraject voorgesteld? Remediëring tijdens het hoger onderwijs heeft zijn beperkingen in de zin dat specifieke voorkennis wel opgehaald kan worden, maar meer algemene competenties niet zo snel verworven kunnen worden. Hoewel de focus van thema 3 bij de intake in het hoger onderwijs lag, werd ook regelmatig opgemerkt dat de ‘reality check’ best vroeg komt. Vaak wordt hiervoor de start van de 3de graad SO genoemd. In een getrapt systeem, waarbij leerlingen in een groeiende zelfstandigheid zich bewust worden van hun mogelijkheden, werkt het uitklaren van een individueel toekomstperspectief motiverend. Inspirerende leerkrachten en een grondige systematiek van studiekeuzebegeleiding motiveren leerlingen om zich voor te bereiden op het hoger onderwijs. Daarbij kan een instrument ingezet worden dat tegelijk een confrontatie en een voorproef inhoudt. Het instrument zou niet zo breed mogen zijn dat het een algemene intelligentietest is, maar ook niet zo specifiek dat de keuze voor aan welke test deel te nemen hartverscheurend is. Een aantal categorieën lijken aangewezen: per wetenschapsdomein en academisch of professioneel. Motiveren en smaak geven voor een verdere studie is belangrijk. Tegelijk dienen de instrumenten ook valide en genormeerd te zijn. Dit soort instrumenten hebben op zich een leereffect, wat kan zorgen voor minder mismatch en grotere motivatie om zich in te zetten in de laatste jaren so en zich voor te bereiden op (keuze in) ho. Een belangrijk argument voor een vroege ‘reality check’ is ook de uitgebreidere mogelijkheid tot remediëring. Belangrijk is evenwel dat de remediëring ingebed is in het reguliere SO-traject, waar leerlingen door hun keuze van studierichting zich voorbereiden op mogelijke keuzes in het HO. Het perspectief op het hoger onderwijs dient dus meegenomen te worden de keuze voor 3de graad. Daarnaast zijn nog wijzigingen van toekomstperspectief mogelijk, en in die uitzonderlijke gevallen zou een specifiek remediëringstraject de leerling kunnen bijstaan. Zo’n remedieringstraject dient dat niet om anderen uit te sluiten, maar om leerlingen in specifieke gevallen te versterken. Het kan immers niet de bedoeling zijn dat leerlingen extra-curriculair opleidingen moeten volgen om in het hoger onderwijs een kans te krijgen. De omnivalentie van het secundair-onderwijs-diploma wordt niet in vraag gesteld. Zo’n remediëringstraject is maatwerk en zou in de vrije ruimte binnen de opleiding kunnen worden ingepast. De themagroep stelt voor niet kiezen voor initiatieven die aan iedereen tegelijk opgelegd worden, maar ook niet een blijvende volledige vrijwilligheid voorop te stellen, maar kiezen voor een proefproject dat progressief uitgebouwd kan worden. 2. SOHO-project De werkgroep stelt vast dat de afstand tussen SO en HO nu groot is, en dat professionaliseringsinspanningen om elkaar beter te kennen nodig zijn. De kloof verdichten tussen SO en HO moet op verschillende vlakken gebeuren, zowel op het vlak van keuzebegeleiding als cognitief. Op cognitief vlak wordt verwezen naar de SOHO-groep rond wiskunde die de kennis van wat verwacht wordt in SO en HO wederzijds heeft verduidelijkt. De werkgroep stelt voor om de oefening SOHO-wiskunde te herhalen, maar dan voor Nederlands. De keuze voor Nederlands is ingegeven door het feit dat dit een grote determinant is van studiesucces in HO in alle opleidingen. Taal is centraal voor de slaagkansen. Om de oefening voor taal te herhalen, dient een dialoog opgezet te worden, met gelijkwaardige partners, die focust op taalvaardigheid: wat te verwachten op dat vlak uit SO, wat wilt HO, en wat kunnen we doen in SO en HO? Wie betrekken: 2 - programmaverantwoordelijken en leerplanmakers en - leerkrachten, docenten en zij die leermateriaal maken - zij die in SO met taalbeleid bezig zijn - specialisten academisch nederlands in ho - studenten- en leerlingenvertegenwoordigers Doel: duidelijk omschrijven welke de academische vaardigheden zijn voor de onderwijstaal en welke instrumenten beschikbaar zijn om deze te versterken. Hierbij dient niet enkel gefocust te worden op mensen met andere moedertaal, maar naar een uitgebreide beheersing van het Nederlands voor iedereen. Opzet: rondetafelgesprekken als probleemverkenning en bespreking in de diepte van alle relevante dimensies. Een eerste gesprek kan op korte termijn opgezet worden; deze groep kan een eigen timing en agenda volgen, los van andere initiatieven. De werkgroep rond thema 3 werkte haar conclusies uit op basis van een bevraging bij de hogeronderwijsinstellingen rond de intake van nieuwe studenten. De resultaten van die bevraging zijn te vinden als bijlage 4 bij het einddocument ‘Bouwen aan de brug tussen secundair en hoger onderwijs’. 3 Bijlage 4: Bespreking van de bevraging bij de hogeronderwijsinstellingen over de intake van nieuwe studenten in het Hoger Onderwijs Bijlage 4: Bespreking van de bevraging bij de hogeronderwijsinstellingen over de intake van nieuwe studenten in het Hoger Onderwijs Methode Er werd een vragenlijst opgesteld waarbij de respondenten gevraagd werd om de activiteiten op te lijsten van hun instelling op het vlak van 1) sensibiliseren, 2) positie bepalen en 3) opvolgen en activeren, deze drie categorieën telkens uitgesplitst voor inschrijving en na inschrijving van de student. Van elke activiteit werd een korte beschrijving gevraagd en een aantal kenmerken uit een lijstje dat echter ook aangevuld kon worden: Kenmerken activiteit 1: Deze activiteit gebeurt in groep of individueel. Deze activiteit is verplicht of vrijblijvend. Deze activiteit is voor iedereen of selectief. Indien selectief: welke doelgroep / hoe geselecteerd? Deze activiteit wordt georganiseerd door de studie- of studentenbegeleidingsdienst, of de docenten, of de studenten, of anderen (welke?). De vragenlijst heeft geprofiteerd van de feedback van een expert uit een hogeschool en één uit een universiteit. In de begeleidende mail werd gevraagd om te focussen op de typische initiatieven, en daarnaast de variatie aan te geven. De vragenlijst werd gestuurd naar de leden uit hogeronderwijsinstellingen van het informeel overleg: één uit elk van de Vlaamse universiteiten, 6 uit hogescholen. De hogescholen die geen vertegenwoordiger hadden in het informeel overleg, werden aangeschreven via hun vertegenwoordiger in de VLHORA-werkgroep Onderwijsbeleid. De vragenlijst werd ingevuld door 8 hogescholen en 5 universiteiten. Resultaten De opdeling in 1) sensibiliseren, 2) positie bepalen en 3) opvolgen en activeren blijkt moeilijk. Vooral het onderscheid tussen ‘positie bepalen’ en ‘opvolgen en activeren’ wordt door de respondenten niet steeds gemaakt: vaak staat onder de laatste categorie ‘zie vorige categorie’ of worden (een deel van) de antwoorden onder de vorige categorie hernomen. In de bespreking hierna is de categorisatie aangegeven die bij het verwerken van de vragenlijsten soms aangepast is. Door het beperkt aantal respondenten, dat voor hogescholen weinig evidentie biedt voor een representatief beeld, is het niet mogelijk om kwantitatieve of vergelijkende besluiten voor te stellen. De bevraging levert, zeker voor de universiteiten, wel een beeld op van de waaier aan initiatieven die hogeronderwijsinstellingen nemen. Bespreking vd bevraging over intake in het hoger onderwijs, informeel overleg thema 3 1 Algemene bespreking Initiatieven zijn vrijblijvend en los van het opleidingsprogramma, maar de eerste periode in ba 1 zorgt voor feedback Opvallend is dat het overgrote deel van de gerapporteerde activiteiten vrijblijvend is: initiatieven worden aan leerlingen of studenten of aan scholen aangeboden. Binnen een school die vrijwillig op een aanbod uit het hoger onderwijs ingaat, is deelname door hun leerlingen soms verplicht. In de lijn daarvan blijkt dat initiatieven die na inschrijving voor studenten georganiseerd worden veelal los van het opleidingsprogramma opgezet worden. Misschien is dit beïnvloed door de methode waarbij een centrale verantwoordelijke bevraagd is, en worden de initiatieven uit de opleidingen zelf ondergerapporteerd. Een belangrijke uitzondering hierop, die haast door elke hogeronderwijsinstelling wordt aangehaald, zijn ingrepen in het opleidingsprogramma om nieuwe studenten vroeg (bv 6 weken na de start van het academiejaar) feedback te geven over hun positie: er wordt melding gemaakt van proefexamens, voorbeeldexamens, zelftesten, signaaltoetsen, en permanente evaluatie. Een aantal instellingen organiseren praktijkervaringen met hetzelfde doel. Een aantal opleidingen in hogescholen universiteiten hanteren daarnaast ook een wat ander model , waarbij studenten bij het begin van de lessen getoetst worden (er is sprake van beginsituatietoetsen, beginassesment, voorkennistoetsen, instapscreening, rekenvaardigheidstest en taaltest) en aansluitend naar een remediërings- of gedifferentieerd traject geleid worden. Er is ook sprake van opdelingen in korte lesperiodes, zodat de evaluatie en bijhorende feedback snel na de start van het academiejaar komen. Stimuleren voor inschrijving in het licht van maatschappelijk belangrijke vraagstukken Veel van de activiteiten die gericht zijn op leerlingen voordat ze zich in het hoger onderwijs inschrijven, hebben een band met maatschappelijk belangrijke vraagstukken. Er is een uitgebreide waaier aan initiatieven om leerlingen te stimuleren hoger onderwijs te volgen, vooral in de richting van maatschappelijk belangrijk geachte richtingen: (exacte) wetenschappen, techniek,… Ook om de doelgroep van allochtone jongeren te stimuleren worden specifieke initiatieven ingericht. Al deze initiatieven worden door een variatie aan actoren opgezet: opleidingen, hogeronderwijsinstellingen, de Vlaamse overheid, vzw’s, associaties, per provincie,… De bulk aan initiatieven om leerlingen te stimuleren lijken te passen in twee groepen: een groep gericht op studiekeuze, en een groep die meer inhoudelijk gericht zijn. De groep activiteiten gericht op het stimuleren van leerlingen om een keuze te maken in het hoger onderwijs hebben vaak traditionele vormen (brochures, websites, infodagen, SID-ins, individuele keuzebegeleiding,…) maar er wordt duidelijk ook vernieuwd (contactsessies met allochtone ouders, open lesdagen, cursussurfen,…). De groep activiteiten die inhoudelijk gericht zijn, bestaan in een aantal variëteiten: ofwel komen leerlingen naar de hogeronderwijsinstelling (bv voor een open labo of herfstkamp), ofwel komt een docent naar een secundaire school, ofwel wordt materiaal ter beschikking gesteld aan leerkrachten of individuele leerlingen. Ook hier zijn inhouden vaak gefocust op (exacte) wetenschappen, zoals hoger gemeld. Een derde soort activiteiten die her en der vermeld wordt, zijn studie- of infodagen voor directies en / of leerkrachten van het secundair onderwijs. Band secundair en hoger onderwijs zichtbaar in stimulering voor inschrijving Uit deze bevraging blijkt de samenwerking van hoger onderwijs met secundair onderwijs grotendeels beperkt is tot het stimuleren van leerlingen voor inschrijving. In deze categorie zijn er wel veel Bespreking vd bevraging over intake in het hoger onderwijs, informeel overleg thema 3 2 initiatieven en er is ook een grote verscheidenheid te vinden. In een heel aantal gevallen wordt ook gemeld dat materiaal of een bezoek aan een hogeronderwijsinstelling beschikbaar is voor vijfde- en zesdejaars secundair onderwijs. Bij de tutoring-projecten gaat het om studenten die leerlingen begeleiden. Deze initiatieven kunnen een aspect van ‘positie bepalen’ omvatten. Nergens wordt een remediëringstraject in het secundair onderwijs expliciet voorgesteld, hoewel de tutoringprojecten kunnen dat (deels) omvatten. Weinig selectief De meeste instellingen organiseren hun activiteiten voor alle (toekomstige) studenten, door sommige expliciet als een inclusief beleid bestempeld. Waar instellingen selectief zijn voor inschrijving, richten ze voornamelijk op TSO/BSO-leerlingen, of leerlingen met een minder aangepaste vooropleiding. Eén instelling meldt expliciet dat dit ook inhoudt dat studenten uit een ASO-richten een technologische instapcursus kunnen volgen. Een kleinere groep definieert allochtonen als een doelgroep van bepaalde initiatieven voor inschrijving. Ook na inschrijving zijn de meeste vermelde initiatieven voor iedereen. Waar het selectief is, verbindt men deelname met niet-slagen op evaluaties buiten het curriculum om of studierendement binnen het normale opleidingsprogramma. Zomercursus voor of na inschrijving? Sommige instellingen bieden vakantie- of brugcursussen of bijwerkmodules aan vooraleer studenten ingeschreven zijn, andere daarna. Bespreking per categorie Sensibiliseren voor inschrijving Deze groep activiteiten is hoger besproken onder de hoofding ‘Stimuleren voor inschrijving in het licht van maatschappelijk belangrijke vraagstukken’. Positie bepalen voor inschrijving Een heel aantal hogeronderwijsinstellingen melden verschillende initiatieven om aankomende studenten de mogelijkheid te geven om hun competenties in te schatten zoals zelftests en zelfstudiepaketten, maar ook collectieve evaluaties bestaan. Veel van deze initiatieven richten zich op wiskunde en exacte wetenschappen, maar ook op talen. Hier en daar wordt de mogelijkheid vermeld om op individuele basis met een begeleider te spreken. De meerderheid van de opleidingen lijken geen gericht initiatief te hennen dat leerlingen help hun positie te bepalen voor de inschrijving. Een uitzondering in deze categorie zijn de verplichte en bindende toelatingsproeven arts/tandarts en kunst. Opvolgen en activeren voor inschrijving Ter opvolging en activering wordt voornamelijk individuele begeleiding naar voor geschoven. Een aantal instellingen verzorgen voor een beperkt aantal opleidingen een zomercursus. Sensibiliseren na inschrijving Het sensibiliseren na inschrijving gebeurt duidelijk op systematische manier in alle opleidingen en instellingen. De initiatieven om nieuwe studenten te sensibiliseren richten zich enerzijds op het Bespreking vd bevraging over intake in het hoger onderwijs, informeel overleg thema 3 3 studeren en studentenleven in zijn algemeenheid en anderzijds op de doelstellingen, eisen of verwachtingen per opleidingsonderdeel. Algemeen worden nieuwe studenten ontvangen op startdagen of onthaalweken, die vaak een verplicht onderdeel zijn van het curriculum maar nergens een bindende uitkomst lijken hebben. Soms wordt expliciet vermeld dat in de onthaalactiviteiten gefocust wordt op de verwachte studieinspanningen en studievaardigheden. Soms worden studievaardigheden opgenomen in een individueel opleidingsonderdeel. Per opleidingsonderdeel krijgen studenten informatie soms ofwel in de eerste les ofwel schriftelijk in een studiewijzer, ECTS-fiche, opleidingsbeschrijving, maar blijkbaar meestal in combinatie met elkaar. Soms wordt individuele studieloopbaanbegeleiding in deze categorie vermeld. Positie bepalen na inschrijving Zoals aangehaald in de algemene bespreking, lijken alle hogeronderwijsinstellingen in te zetten op snel feedback geven aan hun nieuwe studenten: sommigen werken met korte lesmodules waarop een formele evaluatie volgt, anderen zetten proefexamens of tussentijdse toetsen op. Er bestaan op vele plaatsen vrijblijvende toetsingsmogelijkheden, waarop een vrijblijvend remediërend traject kan volgen. Vaak worden deze voor alle opleidingen van de instelling samen aangeboden, zoals bv voor academisch Nederlands. Er worden enkele specifieke initiatieven per opleiding, haast per opleidingsonderdeel vermeld, waar een begin-(bv Lassi of Lemo) of voorkennistoets kan leiden tot een remediërende leerinspanning. Gezien de centrale respondenten, is hier misschien sprake van onderrapportering. In enkele opleidingen wordt een verplichte voorkennistest gekoppeld aan remediëring, die soms een verplicht onderdeel , maar soms ook een vrijblijvend aanbod vormt. In één opleiding dient de student te slagen voor een wiskundetoets, voor het vervolg van het traject aangevat kan worden. Opvolgen en activeren na inschrijving Voor het opvolgen en activeren wordt vaak verwezen naar leertrajectbegeleiders en studieloopbaanbegeleiders. Natuurlijk komen hier ook de docenten zelf aan bod, en studiebegeleiding in kleine groepen of individueel. Een aantal instellingen organiseren een mentorenwerking, waarbij docenten een begeleidende rol opnemen voor een beperkt aantal studenten uit de opleiding waarin ze lesgeven. Deze begeleiding is soms gestructureerd, bv met contact voor en na de (proef)examens. Soms is een feedbackgesprek verplicht voor studenten met een slecht resultaat op de proefexamens. Eén hogeschool meldt een studiebegeleidingsplan-traject, waar studenten vrijwillig voor intekenen, en dan aansluitend bij een aantal cruciale opleidingsonderdelen extra begeleiding krijgen die een permanente werkhouding stimuleert. Zoals hierboven aangekondigd, passen ook de verplichte of optionele remediëringstrajecten in deze categorie. Sommige remedieringsinitiatieven zijn algemeen en breed (bv academisch Nederlands) anderen zijn domeinspecifiek (bv wiskunde). Ook de studievoorgangsbewakingsmaatregelen en heroriënteringsbegeleiding worden in deze categorie vermeld. De studievoortgangsbewaking heeft zowel een vrijblijvende als bindende component. De heroriënteringsbegeleiding is meestal individueel en vrijblijvend, maar een aantal Bespreking vd bevraging over intake in het hoger onderwijs, informeel overleg thema 3 4 instelling melden uitdrukkelijk dat uitschrijvers verplicht een (heroriënterings-)gesprek moeten aangaan. Bespreking vd bevraging over intake in het hoger onderwijs, informeel overleg thema 3 5 Bijlage 5: Inventaris van instrumenten die gebruikt worden in de begeleiding, (her)oriëntering en remediëring van en in de studiekeuze Bijlage 5: inventaris van instrumenten die gebruikt worden in de begeleiding, (her)oriëntering en remediëring van en in de studiekeuze Inhoud Deze inventaris bevat ............................................................................................................................................... 3 De indeling .............................................................................................................................................................. 3 Begrippen en keuzes................................................................................................................................................. 5 1. Keuze-actie: sensibiliseren - Keuzactie: oriënteren op de keuze .............................................................................. 5 A. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. .......................................................................................................... 5 B. Aanvullingen uit de bevraging. ........................................................................................................................... 8 2. Keuzeactie: exploratie van de omgeving - Keuzetaak: exploratie in de breedte + exploratie in de diepte. .................... 9 A. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. .......................................................................................................... 9 B. Aanvullingen uit de bevraging. ..........................................................................................................................14 3. Keuzeactie: exploratie van het ik - Keuzetaak: zelfconcept verhelderen .................................................................22 C. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. .........................................................................................................22 D. Aanvullingen uit de bevraging. ..........................................................................................................................25 4. Keuze-actie: Kristalliseren en beslissen - Keuzetaak: Keuzenabijheid en binden. ......................................................32 E. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. .........................................................................................................32 F. Aanvullingen uit de bevraging. ..........................................................................................................................34 5. Keuzetaak: binden, na de inschrijving ..................................................................................................................35 Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 1 Deze tekst bevat hyperlinks. De lectuur van de digitale versie verdient dan ook aanbeveling. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 2 Deze inventaris bevat - de instrumenten en werkvormen uit de Materialenbox van Onderwijskiezer (d.d. 30.10.2012) - de instrumenten en werkvormen uit de bevraging door de werkgroep van de instellingen voor Hoger Onderwijs samengebracht in de documenten De indeling In overeenstemming met de twee wetenschappelijk getoetste modellen die we in Vlaanderen kennen , zijnde: -Van Esbroeck & Zaman ( VUB): het dynamisch keuzeontwikkelingsmodel -Verschueren & Germeijs (K.U.Leuven): het “studiekeuzetakenmodel” vormt het werken met de keuze-acties ( GO! ) of de studiekeuzetaken ( VCLB en VSKO ) de ruggengraat van de SOHO-onderwijsloopbaanbegeleiding . Beide ordeningschema’s zijn volstrekt verzoenbaar. Zie hiervoor de vergelijkende tabel uit het document in bijlage “Algemeen kader voor Onderwijsloopbaanbegeleiding”, STOLB 2008. Dit vereenvoudigd ordeningsschema wordt hier als indelingscriterium voor onze inventaris gehanteerd. Keuzeacties 1. Sensibiliseren: het zich bewust worden van welke acties er nodig zijn, wat de normale moeilijkheden zijn en wat de consequenties zijn van keuzen. 2. Exploratie van de omgeving: betreft de actie waar in brede zin externe factoren, mogelijke keuzealternatieven, onderzocht worden. Concreet gaat het om activiteiten zoals: verzamelen van inlichtingen en evalueren van de bekomen informatie over studierichtingen, vormingen, beroepen, loopbanen, arbeid in het algemeen, enz. Keuzetaken 1. Oriëntering op de keuze: leerlingen beseffen dat ze een studiekeuze moeten maken en zijn bereid zijn zich in te zetten om een zo goed mogelijke keuze te maken. 2. Exploratie in de breedte: het opzoeken van algemene informatie over het onderwijslandschap (b.v. over de structuur van het hoger onderwijs) en Exploratie in de diepte: Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 3 3. Exploratie van het Ik: betreft de actie waar de exploratie van interne factoren centraal staat. Het omvat alle acties en het verzamelen van gegevens die de zelfkennis bevorderen zoals: analyseren en evalueren van capaciteiten, interesses, waarden, overtuigingen, persoonlijke doelen, bereidheid tot inzet, zelfvertrouwen, studievaardigheden, enz. 4. Kristalliseren en beslissen: De actie Kristalliseren omvat het beperken van de mogelijke alternatieven door het uitdiepen van gegevens bekomen uit de exploratie. De actie Beslissen (BE) betreft het maken van een effectieve keuze, door een integratie van het weten en het doen. betekent dat men meer gedetailleerde informatie over bepaalde studierichtingen (b.v. een cursusboek van een bepaalde studierichting bekijken) opzoekt. 3. Exploratie van het Zelf: leerlingen staan stil bij kenmerken van zichzelf (b.v. interesses, studiegewoonten, waarden, capaciteiten, zelfvertrouwen, …). 4. Keuzenabijheid: Tijdens het keuzeproces maken de leerlingen op een bepaald moment een keuze voor een studierichting. Leerlingen kunnen verschillen in de mate waarin ze dicht bij dit moment staan. en Binding: de mate waarin men zeker is van zijn keuze, zijn keuze wil behouden en zich identificeert met de keuze. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 4 Begrippen en keuzes Het onderscheid tussen instrumenten, werkvormen en methodieken is vaak moeilijk te maken. Daarenboven zijn bepaalde instrumenten,…. bij verscheidene keuzetaken inzetbaar of zijn dermate ruim van opzet dat ze werkvormen voor verscheidene studiekeuzetaken bevatten. Een instrument, werkvorm of methodiek is dus niet exclusief verbonden aan een keuzeactie/studiekeuzetaak . In de Materialenbox van Onderwijskiezer worden de meeste materialen dan ook aan verschillende studiekeuzetaken gelinkt. Bij de aanvullende oplijsting uit de bevraging Hoger Onderwijs heeft elk “instrument” voorlopig een unieke plaats gekregen. Het moge duidelijk zijn dat dit in belangrijke mate arbitrair (!) is en een andere toewijzing vaak makkelijk te beargumenteren valt. Deze unieke toewijzing mag de lezer er niet van weerhouden “over het muurtje te kijken” en na te gaan wat dit instrument, werkvorm of methodiek voor een andere keuzeactie/-taak kan betekenen. Bepaalde instrumenten, …. kunnen bij een grote groep van kandidaat-studenten worden toegepast; andere zijn dan weer eerder sector-, vak- of studierichtingspecifiek. 1. Keuze-actie: sensibiliseren - Keuzactie: oriënteren op de keuze _________________________________________________________________________________________ _________________________ A. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. Elk item bevat een link naar de materialenfiche op Onderwijskiezer. Blik op jong talent: De rest van je leven: De Schoolbrug: Spel over beroepskeuze. Boek met achtergronden, handige tips en opdrachten om een studiekeuze te maken die bij je past. Organisatie voor het onderwijsopbouwwerk in Antwerpen. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 5 De wereld aan je voeten: Projecten om leerlingen te helpen bewust een keuze te maken. Duikerin - Studiekeuze en diversiteit: Hoe studiekeuze maken?: Didactisch pakket om jongeren te helpen bij hun studiekeuze hoger onderwijs. Stappenplan bij het maken van een studiekeuze. In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten: keuzetaken grondig aan bod komen Digitaal keuzewerkboek voor leerlingen waarin alle In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten - Handleiding: alle keuzetaken grondig aan bod komen. Keuzerooster: Zelfhulpinstrument bij het maken van een keuze voor hoger onderwijs. Kieskeurig: Werkboek voor laatstejaars SO Kieswijzer: Werkboek voor laatstejaars SO Kijk op kiezen: Werkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar hoger onderwijs. Klaar voor hoger onderwijs: onderwijs. Klimop!: Handleiding digitaal keuzewerkboek waarin Digitaal instrument dat leerlingen sensibiliseert over verwachtingen van het hoger Getuigenissen van studenten over studeren in het hoger onderwijs. Mini-onderneming: Didactische werkvorm waarbij een mini-onderneming wordt opgericht. Op stap naar een job of verdere opleiding: Keuzedossier/werkmap voor leerlingen met aandacht voor alle keuzetaken. Op stap naar een job of verdere opleiding-handleiding: Op stap naar het hoger onderwijs: Handleiding voor keuzebegeleiders Keuzewerkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar HO met aandacht voor Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 6 alle keuzetaken. SIHO: Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs - over studeren met een functiebeperking. Sleutelmap: Werkmap voor keuzebegeleiders voor het opstellen van keuzebegeleidingsprogramma's. SOS Studiekeuze: Website voor leerlingen over hoe je je studiekeuze voor hoger onderwijs kan aanpakken. Starten als zelfstandige: Startersgids met informatie over starten als zelfstandige. Techniekbasis - TechnoKit: Universiteit Leiden: VUURwerkt: Website over techniek en studiekeuze Website met oefeningen en informatie over hoger onderwijs in Nederland. Begeleidingsmethode voor mensen uit kansengroepen. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 7 B. Aanvullingen uit de bevraging. Presentaties over studiekeuzebegeleiding en studiekeuzeprocessen Ouders/leerkrachten/clbmedewerkers Doel: sensibiliseren Individuele begeleidingsgesprekken met leerlingen Werken met rolmodellen (Ambassadeurs vb. Jahoo-Foyer, KUL,Gent, Limburg) Individuele gesprekken om te motiveren om na te denken over een studiekeuze Studenten SW van Thomas More (Kempen) begeleiden leerlingen uit kortgeschoold thuismilieu. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO onderzoek Raoul Van Esbroeck waarin belang van persoonlijk contact, zeker met kansengroepen duidelijk wordt grote impact van rolmodellen op keuze zie Raoul Van Esbroeck +Studies Ides Nicaise HIVA 5° jaar secundair onderwijs 8 2. Keuzeactie: exploratie van de omgeving breedte + exploratie in de diepte. - Keuzetaak: exploratie in de _________________________________________________________________________________________ _______________________________ A. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. Elk item bevat een link naar de materialenfiche op Onderwijskiezer. Beroepenzoeker Social Profit: praktijkgerichte insteek. Blik op jong talent: Competent: Brochure over de verschillende beroepen in de sociale sector met een technische of Spel over beroepskeuze. Het competentiemanagementsysteem voor de Vlaamse arbeidsmarkt. De Schoolbrug: Organisatie voor het onderwijsopbouwwerk in Antwerpen. de Stap - De grote stap: Infobrochure over het onderwijsaanbod SO in de regio Gent. de Stap - De wijze stap: Infobrochure over volwasseneneducatie in Oost-Vlaanderen. de Stap - Middelen-databank: De wereld aan je voeten: Design 2030: Dream Day: Databank met middelen die kunnen helpen bij het maken van een studiekeuze. Projecten om leerlingen te helpen bewust een keuze te maken. Project met aandacht voor techniek, wetenschap en samenleving. Ontmoetingsdag om jongeren te laten kennis maken met een beroep. Duikerin - Studiekeuze en diversiteit: Didactisch pakket om jongeren te helpen bij hun studiekeuze hoger onderwijs. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 9 Een waaier van beroepen: Euroguidance: Organisatie die informatie verschaft over onderwijs en opleiding in Europa. EVC Vlaanderen: Fan van horeca: Website met informatie over EVC - Erkenning van verworven competenties Website over opleidingen en jobs in de horeca Hoe studiekeuze maken?: Hogeronderwijsregister: HZO: Website met beroepenfiches van beroepen in de social profit sector. Stappenplan bij het maken van een studiekeuze. Website met een volledig overzicht van het erkende hoger onderwijs in Vlaanderen. Holland Zelfonderzoek voor beroeps- en loopbaankeuzes I love IT: Icares: Workshops in ondernemingen en onderwijsinstellingen Website met o.m. een studiekeuzetest. Iets met economie: Ik leer bij: Website over economische opleidingen. Website over volwassenenonderwijs in de regio Antwerpen. In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten: keuzetaken grondig aan bod komen . Digitaal keuzewerkboek voor leerlingen waarin alle In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten - Handleiding: alle keuzetaken grondig aan bod komen. InfinITy: Handleiding digitaal keuzewerkboek waarin Game dat als doel heeft inzicht te verwerven in ITC-beroepen. Inleefmoment zorgsector: Website over zorg en welzijn, jobs en opleidingen - met agenda van inleefmomenten Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 10 Jobs in vrouwenhanden: Keuzerooster: Methodiek van competentiegebaseerde jobherorientering ontwikkeld voor jonge vrouwen. Zelfhulpinstrument bij het maken van een keuze voor hoger onderwijs. Kies voor media: Website over de mediasector met belangstellingstest. Kieskeurig: Werkboek voor laatstejaars SO Kieswijzer: Werkboek voor laatstejaars SO Kijk op kiezen: Werkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar hoger onderwijs. Klaar voor hoger onderwijs: KlasCement: Klimop!: Portaalsite voor leerkrachten uit Vlaanderen Getuigenissen van studenten over studeren in het hoger onderwijs. Leren & Werken: Let's Go: Digitaal instrument dat leerlingen sensibiliseert over verwachtingen van het hoger onderwijs. Website over het leerstelsel - leren en werken. Website over de transportsector - met pedagogische brochure. Mini-onderneming: Didactische werkvorm waarbij een mini-onderneming wordt opgericht. Onderwijsaanbod in Vlaanderen: Overzicht van officieel erkend onderwijs in Vlaanderen. Op stap naar een job of verdere opleiding: Keuzedossier/werkmap voor leerlingen met aandacht voor alle keuzetaken. Op stap naar een job of verdere opleiding-handleiding: Op stap naar het hoger onderwijs: keuzetaken. Handleiding voor keuzebegeleiders Keuzewerkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar HO met aandacht voor alle Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 11 Pak & Go: Didactisch pakket over de grafische sector. Plan(k)gas: Ploteus: Wedstrijd om ondernemingszin bij leerlingen aan te wakkeren. Website met informatie over studeren in Europa. Praktische gids voor uitzendkrachten: Profielengids VLOR: Robocop Junior: E-learning cursus over uitzendarbeid. CD-Rom met beroepsopleidingprofielen Robotwedstrijd om interesse voor techniek te stimuleren. Routeplanner SO: Didactische instrumenten om jongeren te helpen bij hun studiekeuze. SERV: Website met o.m. beroepscompetentieprofielen en informatie over beroepssectoren. SIHO: Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs - over studeren met een functiebeperking. Sleutelmap: Werkmap voor keuzebegeleiders voor het opstellen van keuzebegeleidingsprogramma's. SOS Studiekeuze: Website voor leerlingen over hoe je je studiekeuze voor hoger onderwijs kan aanpakken. Starten als zelfstandige: Steunpunt GOK: Startersgids met informatie over starten als zelfstandige. Website over gelijke onderwijskansen, competenties en beroepen Stroom-Opwaarts: Website van de elektrotechnische sector. Studeren in het hoger onderwijs voor vluchtelingen: hoger onderwijs. Studiekiezer Universiteit Gent: Gids voor het begeleiden van vluchtelingen die willen studeren in het Studiekeuze-website over de opleidingen aan de Universiteit Gent. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 12 Studiewijzer Antwerpen: Syntra.be: Website met het studieaanbod in Antwerpen en informatie voor keuzebegeleiders. Website over leertijd, beroepsgerichte opleidingen voor ondernemers en hun medewerkers. Techniek is sjiek: Website over techniek en studiekeuze Techniekbasis - TechnoKit: The Flow: TKMST: Website over techniek en studiekeuze Website met o.m. een digitale versie van een magazine over de logistieke sector. Website over studeren in Nederland. Toekomstopwielen: Website met o.m. filmpjes met getuigenissen van jongeren over hun job in de autosector. Universiteit Leiden: Website met oefeningen en informatie over hoger onderwijs in Nederland. Unizo - Startsimulator: Interactieve website voor het uitwerken van een ondernemings- en financieel plan. VCLB - Wat na een praktische opleiding?: VDAB Beroepenfiches en -filmpjes: VUURwerkt: Infobrochure over de mogelijkheden na een praktische opleiding. Website met beroepenfiches en filmpjes over een beroep in al zijn facetten. Begeleidingsmethode voor mensen uit kansengroepen. Wat na het secundair onderwijs?: Wegwijs in de informatica: Wild van TEXTIEL: Wordwatjewil.be: Brochure voor laatstejaars SO over de keuzemogelijkheden na het SO. Didactische instrument om meisjes/vrouwen aan te sporen een informaticaberoep te kiezen. Website over de textielsector. Website over volwassenenonderwijs. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 13 B. Aanvullingen uit de bevraging. Informatiebrochures en website Facultaire infodag (in maart) Open lesweek tijdens de herfst- en krokusvakantie Universitaire infodag in mei en september (bachelorbeurs) Junior colleges Doel: leerlingen kunnen zo ervaring opdoen met universitair onderwijs. Profieldag voor leerkrachten SO Toekomstige studenten krijgen info over inhoud, verwachtingen (voorkennis, vaardigheden, attitudes) en beroepsuitwegen van de opleiding waar ze aan denken Toekomstige studenten krijgen informatie over inhoud, verwachtingen (voorkennis, vaardigheden, attitudes) en beroepsuitwegen van de opleiding. Ze kunnen cursussen inkijken en maken kennis met enkele docenten en studenten en diensten voor studiebegeleiding. Toekomstige studenten kunnen een of meer colleges van hun keuze bijwonen en zo ‘ervaren’ wat een les in het hoger onderwijs inhoudt. Ze kunnen eveneens beoordelen of de inhoud en aanpak hen ligt. Studenten kunnen naar een ‘beurs’ met een infostand per faculteit. Ze krijgen er brochures mee, kunnen cursussen inkijken en een gesprek aangaan met iemand van de faculteit. Alle geïnteresseerde (toekomstige) studenten http://www.kuleuven.be/toeko mstigestudenten/index.html Alle geïnteresseerde (toekomstige) studenten http://www.kuleuven.be/toeko mstigestudenten/bachelors/inf odag/ Alle geïnteresseerde toekomstige studenten, maar het aantal plaatsen per college is wel beperkt http://www.kuleuven.be/toeko mstigestudenten/bachelors/op enlesweek/index.html Alle geïnteresseerde (toekomstige) studenten http://www.kuleuven.be/toeko mstigestudenten/bachelors/inf odag/bachelorbeurs.html Een aantal opleidingen biedt ‘juniorcolleges’ aan. Aan de universiteit vindt een inleidend en afsluitend college door een vakdocent plaats. Leerkrachten kunnen op school lessen (modules) geven die voor het junior college zijn ontwikkeld. Activiteiten worden erg positief onthaald Initiatief is bestemd voor leerlingen van deelnemende secundaire scholen http://www.kuleuven.be/onde rwijs/juniorcollege/ . Elk jaar komen andere opleidingen Geïnteresseerde leerkrachten http://www.kuleuven.be/toeko Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 14 aan bod. uit het secundair onderwijs mstigestudenten/profieldag/ Driemaandelijkse nieuwsbrief (september, december, april, juni) met de meest recente evoluties in het onderwijsaanbod, activiteiten, publicaties … Een overzicht van alle activiteiten voor studiekeuzebegeleiders en studiekiezers vind je in de agenda. Studiekeuzebegeleiders in secundair onderwijs http://www.kuleuven.be/toeko mstigestudenten/studiekeuzeb egeleiders/nwsbrf/1112/19/ Zowel voor abituriënten, als leerkrachten secundair onderwijs http://www.kuleuven.be/onde rwijs/begintermenbachelor.ht ml Allochtone studenten (en hun familie) http://www.kuleuven.be/diver siteit/allochtonen/rondleidinge n.html Doel: door een kennismakingsdag met een bepaalde opleiding kunnen de leerkrachten hun leerlingen beter informeren over die opleiding E-nieuwsbrief voor studiekeuzebegeleiders Algemene begintermen Doel: expliciteren van de verwachtingen van academisch opleidingen (≠ beginvoorwaarden) De huidige begintermen zijn redelijk algemeen en/of abstract geformuleerd. De KU Leuven wil deze herevalueren. Rondleidingen en workshops op maat voor allochtone studenten Doel: de rondleidingen zijn bedoeld om toekomstige studenten en hun ouders kennis te laten maken met de KU Leuven en met de verschillende studentenvoorzieningen in Leuven. Ontwikkeling en mailing van brochures en magazines Toekomstige studenten Doel: sensibiliseren (aankomende studenten bewust maken van de eisen, inhoud en beroepsmogelijkheden e.d. van de gekozen opleiding, bv. in de programmabrochure) Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 15 Bemannen van infopunten op beurzen georganiseerd in het kader van het studiekeuzeproces Doel: sensibiliseren Ontwikkeling en onderhouden van website voor studiekiezers Doel: sensibiliseren Begeleid schoolbezoek aan de infotheek van het Adviescentrum voor studenten Doel: sensibiliseren Algemeen: de meeste opleidingen bieden intensieve opleidingsspecifieke oriëntatie-initiatieven aan Bemannen van infopunten op beurzen georganiseerd in het kader van het studiekeuzeproces Doel: sensibiliseren Organiseren van infodagen Doel: sensibiliseren Ontwikkeling en onderhouden van website voor studiekiezers: o.a. studentenprofielen Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Doel: sensibiliseren Informatieve filmpjes over de opleiding Doel: sensibiliseren Brochures over de beroepsmogelijkheden na specifieke masters Toekomstige studenten Toekomstige studenten Doel: sensibiliseren Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 16 Open lessen: deelnemen aan een reguliere les Doel: sensibiliseren Cursuscruisen: samen met begeleidende student een reguliere lesdag meemaken Doel: sensibiliseren Op vraag, informatieve schoolbezoeken van onderzoekers/proffen naar secundaire scholen Doel: sensibiliseren Schoolbezoek van secundaire schoolklassen aan de faculteitsgebouwen, labo, veldwerk … ter kennismaking, demonstratie en/of participatie aan proeven/onderzoek Doel: sensibiliseren Presentaties over studiekeuzebegeleiding en studiekeuzeprocessen Doel: sensibiliseren Ouderdagen Doel: sensibiliseren DREAM Day: nationale ontmoetingsdag met wetenschappers en Proffen (in het kader van Biologie Doel: positie bepalen Scientists@work: een dag in een academisch of industrieel labo (biotechnologie en biochemie) Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Ouders/leerkrachten/clbmedewerkers Ouders/leerkrachten/clbmedewerkers Toekomstige studenten Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 17 Word wetenschapper: spoedcursus studiekeuze biowetenschappen Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Doe-Chemie Centrum: activiteiten rond chemie Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Doe-Fysica: focus op ontwikkeling van onderzoekscompetenties Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Deelname aan Jongeren en wetenschap, wetenschapsweek Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Rondleiding in musea met aansluitende workshops (diergeneeskunde: morfologie) Doel: positie bepalen Lespakketten • Project 'Geo-mobiel': workshops rond geomatica • Project 'Cosmas': leerlingen vertrouwd maken met de wereld van observatiesatellieten en luchtfotografie • Project 'Geologis': elektronische leeromgeving: interactieve 4DGis omgeving • schoolfilmwebsite voor geschiedenislessen • Griekse dag Doel: positie bepalen Schoolbezoek van secundaire schoolklassen aan de faculteitsgebouwen, labo, veldwerk … ter kennismaking, demonstratie en/of Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten Toekomstige studenten en leerkrachten Toekomstige studenten en leerkrachten 18 participatie aan proeven/onderzoek Doel: positie bepalen Voorbereiding op SID-in o.m. met behulp van de uitgewerkte lessen op website ond. Vlaanderen Bezoek SID- in onderzoek over SID- in waarbij lln. aangeven SID-in belangrijk te vinden hersenonderzoek R. Spijkermandat nog eens duidelijk stelt dat herhaling en bespreking nodig zijn voor verwerving van info Nabespreking SID- in Aanwezigheid op SID-ins Doel: informeren (We hebben er bewust voor gekozen om het wervend aspect van dergelijke initiatieven minimaal te houden. De nadruk ligt op informeren en de dagelijkse realiteit.) Organisatie infodagen Doel: informeren Uitgebreid informatiepakket Doel: informeren Infodagen, infomomenten, aanwezigheid op SID-INs Hieronder ook sprekers die ter plaatste zowel voor scholieren als hun ouders specifieke informatie geven aangaande studiekeuzeprocessen en de organisatie van het hoger onderwijs. Toekomstige studenten zicht geven op • de opleidingen (doelen, inhouden, vereiste begincompetenties) en op de manier waarop het onderwijs in de opleiding georganiseerd worden(doelen, inhouden, onderwijsvormen, vereiste begincompetenties) • beroepsmogelijkheden bij de opleidingen Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten 19 Dag van de studiekeuzebegeleider Om studiekeuzebegeleiders zicht te geven op nieuwe evoluties, nieuwe methodieken en tools in het hoger onderwijs Studiebegeleiders, studiekeuzebegeleiders uit het secundair onderwijs en clb’s Infoavond voor ouders van toekomstige studenten • Ouders inlichten over het reilen en zeilen van studeren op Plantijn en het hoger onderwijs in het algemeen • De betrokkenheid van ouders in het leerproces van hun zoon/dochter vergroten Om kandidaat-studenten op een interactieve manier te laten kennismaken met de opleiding en de campus. Ouders van toekomstige studenten Open Lesdag (proefstuderen, voorheen ‘Meeleefdag’) Bemannen van infopunten op beurzen georganiseerd in het kader van het studiekeuzeproces (SIDins) Doel: • sensibiliseren • informeren • oriënteren Ontwikkeling en onderhouden van website voor studiekiezers Doel: • sensibiliseren • informeren • oriënteren Organisatie informatiedagen en open campusdagen Doel: • informeren • sensibiliseren • oriënteren Individuele informatiegesprekken Doel: Toekomstige studenten Toekomstige studenten Naast de website ook actief op Facebook, Twitter, Flickr, Foursquare Toekomstige studenten Toekomstige studenten Via individuele informatiegesprekken tijdens de informatiedagen wordt een duidelijk beeld geschetst van de Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten 20 • • • informeren oriënteren sensibiliseren Infoweek voor de start van het academiejaar + inleefdagen Doel: • informeren • oriënteren opleiding en van wat er van de studenten verwacht wordt. Dit is vooral nuttig wanneer de vooropleiding niet aansluit bij de gekozen richting. Deze week heeft tot doel de toekomstige studenten te laten proeven van de beroepsidentiteit als orthopedagoog. Op deze manier krijgen ze een beeld van wat de mogelijkheden zijn en waar de focus van de richting ligt. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten orthopedagogie 21 3. Keuzeactie: exploratie van het ik - Keuzetaak: zelfconcept verhelderen _________________________________________________________________________________________ _________________ C. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. Elk item bevat een link naar de materialenfiche op Onderwijskiezer. 123 test: Nederlandse commerciele website met testen. Academische taalvaardigheden: Belangstellingsproef I-Prefer: Blik op jong talent: C-stick: Oefenboek academisch taalgebruik Brengt je belangstelling voor opleidingen in het hoger onderwijs in kaart. Spel over beroepskeuze. Digitaal portfolio voor leerlingen als hulp bij studie- en/of beroepskeuze. Choisir apres la Rheto: De rest van je leven: Dream Day: Franstalige website en stripverhaal over studiekeuze. Boek met achtergronden, handige tips en opdrachten om een studiekeuze te maken die bij je past. Ontmoetingsdag om jongeren te laten kennis maken met een beroep. Duikerin - Studiekeuze en diversiteit: Hoe studiekeuze maken?: HZO: Didactisch pakket om jongeren te helpen bij hun studiekeuze hoger onderwijs. Stappenplan bij het maken van een studiekeuze. Holland Zelfonderzoek voor beroeps- en loopbaankeuzes I love IT: Workshops in ondernemingen en onderwijsinstellingen Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 22 Icares: Website met o.m. een studiekeuzetest. Iets met economie: Website over economische opleidingen. In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten: keuzetaken grondig aan bod komen . Digitaal keuzewerkboek voor leerlingen waarin alle In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten - Handleiding: alle keuzetaken grondig aan bod komen. Jobs in vrouwenhanden: Kerntalententest: Keuzerooster: Methodiek van competentiegebaseerde jobherorientering ontwikkeld voor jonge vrouwen. Vragenlijst over je talenten. Zelfhulpinstrument bij het maken van een keuze voor hoger onderwijs. Kieskeurig: Werkboek voor laatstejaars SO Kieswijzer: Werkboek voor laatstejaars SO Kijk op kiezen: Werkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar hoger onderwijs. Klaar voor hoger onderwijs: Kwaliteitenspel: Lassi: Digitaal instrument dat leerlingen sensibiliseert over verwachtingen van het hoger onderwijs. Spel over leerlingen bewust maken van hun eigen kwaliteiten. Testinstrument met als doel de leer- en studiestrategieën van studenten na te gaan. Leer ons kennen: Lemo: Handleiding digitaal keuzewerkboek waarin Digitaal leerplatform als brug tussen secundair en hoger onderwijs. Testinstrument met als doel de leercompetenties en motivatiekenmerken van studenten te peilen. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 23 Levenskunstspel: Spel over inzicht in je levensstijl. Mini-onderneming: Didactische werkvorm waarbij een mini-onderneming wordt opgericht. My Digital Me/Mijn loopbaan: Digitaal portfolio voor leerlingen als hulp bij studie- en/of beroepskeuze. Op stap naar een job of verdere opleiding: Keuzedossier/werkmap voor leerlingen met aandacht voor alle keuzetaken. Op stap naar een job of verdere opleiding-handleiding: Op stap naar het hoger onderwijs: keuzetaken. Pienternet: Keuzewerkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar HO met aandacht voor alle Website met informatie over werk zoeken, loopbaan en opleidingsmogelijkheden. Robocop Junior: SIHO: Handleiding voor keuzebegeleiders Robotwedstrijd om interesse voor techniek te stimuleren. Steunpunt Inclusief Hoger Onderwijs - over studeren met een functiebeperking. Sleutelmap: Werkmap voor keuzebegeleiders voor het opstellen van keuzebegeleidingsprogramma's. SOS Studiekeuze: Steunpunt GOK: Studeerwijzer: Studielicht: Website voor leerlingen over hoe je je studiekeuze voor hoger onderwijs kan aanpakken. Website over gelijke onderwijskansen, competenties en beroepen Boek en website voor laatstejaars SO - hulp bij studiekeuze hoger onderwijs Website over beoordelingsvormen in het hoger onderwijs. Studiemotivatie en -methodetoets I-Study: onderwijs. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toets voor studiemotivatie en -methode voor laatstejaars van het secundair 24 TaalVaST: Testinstrument met als doel de taalvaardigheid van studenten na te gaan. Universiteit Leiden: USolv-IT: Elektronisch oefen- en toetsplatform met o.m. wiskundige oefeningen. VUURwerkt: WACKER: Website met oefeningen en informatie over hoger onderwijs in Nederland. Begeleidingsmethode voor mensen uit kansengroepen. Website met methodiek rond competenties. D. Aanvullingen uit de bevraging. Oriënteringstoets wiskundewetenschappen Doel: studenten informeren over de hoeveelheid en de kwaliteit van hun voorkennis van wiskunde en wetenschappen – afgetoetst aan de begincompetenties nodig voor de door hen gekozen opleiding; (2) De opleiding en haar lectoren informeren over de hoeveelheid en de kwaliteit van de voorkennis van hun instromende studenten. De test is niet-bindend en niet verplicht – de test is nog in ontwikkeling, met de bedoeling hem volgend academiejaar te gebruiken. Instromende studenten (bij voorkeur voor inschrijving) opleidingen BLT, VD, TI en Chemie De test is deze week (week van 28/09) uitgetest geweest met 2 doelen: (1) het doel en de vragen te testen – feedback werd gevraagd aan de studenten, (2) resultaten van studenten na semester 1 zullen vergeleken worden met de resultaten op deze test – om betrouwbaarheid van de toetsitems in te kunnen schatten. Uit de test volgt een advies voor de studenten – dit moet nog geformuleerd worden. IJkingstoets (pilootproject) Doel: de ijkingstoets is bedoeld om toekomstige studenten te helpen bij de overgang van secundair naar hoger onderwijs. Met deze (niet-verplichte) toets kunnen ze nagaan of ze beschikken over voldoende wiskundige Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Abituriënten die geïnteresseerd zijn in de opleidingen burgerlijk ingenieur, burgerlijk ingenieurarchitect, bio-ingenieurs of de opleiding wiskunde of fysica 25 voorkennis en vaardigheden. Allerhande zelftests on line Wordt voornamelijk gebruikt door meest gemotiveerde (en sterkere) studenten Geïnteresseerde studenten leggen een zelftest af voor een bepaalde opleiding sTERK Niet-bindend, niet-verplichtend Bachelor lager onderwijs Bepalen van ERK-niveau voor de 5 communicatieve vaardigheden De screening werd sterk aangeraden maar vermits deze buiten het officiële academiejaar viel, werd deze niet verplicht. Er werd in de circulaire wel verwezen naar het belangrijke oriënterende karakter van de screeningtesten. Doel: heeft een dubbele doelstelling: - Dient als interessetest (om abituriënten te laten kennismaken met de inhoud; wat er in een bepaalde opleiding zal worden gedoceerd) - Wil aankomende studenten daarnaast ondersteunen bij het inschatten van hun competenties in verhouding tot de eisen van de gekozen opleiding Eerstelijnsadviesgesprekken m.b.t. (her)oriëntering, studievaardigheden … Doel: sensibiliseren Workshops aan toekomstige Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO SoE-project stERK in Frans (project waarvoor KHLeuven penvoerder was in 20092010, 2010-2011, met als promotor Elly Voets en Liesbeth Martens. De onderzoeksresultaten van dit project konden op ruime persbelangstelling rekenen. De gebruikte teksten werden wetenschappelijk gekalibreerd door het onderzoeksteam van Rianne Janssen, van het dep. Onderwijseffectiviteit en – evaluatie van de KU Leuven. Deze testen worden/werden als screeningsinstrument gebruikt in nagenoeg elke Bachelor Lager onderwijs in Vlaanderen. Toekomstige studenten Toekomstige studenten 26 studenten over hoe efficiënt te studeren (aan de universiteit) Doel: sensibiliseren Open lesweek tijdens de herfst- en krokusvakantie Try-outs Doel: positie bepalen uniMath Doel: positie bepalen Toekomstige studenten kunnen een of meer colleges van hun keuze bijwonen en zo ‘ervaren’ wat een les in het hoger onderwijs inhoudt. Ze kunnen eveneens beoordelen of de inhoud en aanpak hen ligt. binnen bepaalde studiedomeinen ervaren wat het betekent aan de universiteit een les te volgen, de les te verwerken en de verwerkte lesmaterie weer te geven op examenvragen Leerlingen uit secundair (met minimaal 6 uur wiskunde) krijgen een aantal uren les wiskunde in hun school van UGent-medewerkers Masterclass deeltjesfysica Doel: positie bepalen DREAM Day: nationale ontmoetingsdag met wetenschappers en Proffen (in het kader van Biologie Doel: positie bepalen Scientists@work: een dag in een academisch of industrieel labo (biotechnologie en biochemie) Alle geïnteresseerde toekomstige studenten, maar het aantal plaatsen per college is wel beperkt http://www.kuleuven.be/toek omstigestudenten/bachelors/o penlesweek/index.html Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Word wetenschapper: spoedcursus studiekeuze biowetenschappen Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Doe-Chemie Centrum: activiteiten rond chemie Toekomstige studenten Doel: positie bepalen Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 27 Doe-Fysica: focus op ontwikkeling van onderzoekscompetenties Doel: positie bepalen Deelname aan Jongeren en wetenschap, wetenschapsweek Doel: positie bepalen Rondleiding in musea met aansluitende workshops (diergeneeskunde: morfologie) Doel: positie bepalen Voorkennistesten voor toekomstige studenten • Dialang: taaltest Frans • Schnuppertest: taaltest Duits Doel: positie bepalen Elektronische zelftesten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten Toekomstige studenten wiskunde: voorkennis wiskunde voor een goed begrip van statistiek • zelftest chemie en fysica voor geneeskunde en gezondheidswetenschappen • usolv-it: voorkennis wiskunde voor wiskundeopleiding zelfstudiepakket fysica en chemie voor diergeneeskunde • Doel: positie bepalen Feedback op voorkennistesten en zelftesten Doel: opvolgen en activeren Academisch Nederlands voor toelatingsproef (tand)arts: multiplechoicevragen oplossen Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten Toekomstige studenten 28 Doel: opvolgen en activeren Introductie Start Competent zelftoetsinstrument Doel: toetsing instapcompetenties HO (focus op bepaalde studiegebieden) + draaiboek en scenario’s voor oriëntatiegesprek) Werken met begeleiders uit beroepsleven: Introductie BOOST Koning Boudewijstichting, project voor kwetsbare allochtone en getalenteerde jongeren ASO/TSO Studie Raoul Van Esbroeck toont impact beroepsbeoefenaars bij maken van keuze Intensieve ondersteuning gedurende 3 jaar Schoolfeedbackproject Voor leerlingen uit de eerste en tweede graad voor de vakken Nederlands en Wiskunde Artistieke toelatingsproeven Doel: introspectie Stoomcursussen Doel: introspectie; kandidaatstudenten wordt een spiegel voorgehouden op het vlak van hun competentieniveau. Webbased Student Intake Platform (SIP) Studenten kunstopleidingen Doel: remediëring en heroriëntering Resultaten worden desgewenst persoonlijk besproken en men krijgt een persoonlijk niet-bindendstudieadvies. Studenten binnen de academische, eerder wetenschappelijk georiënteerde opleidingen Het aanvangscompetentieprofiel van elke student wordt gekoppeld wordt aan het aanvangsopleidingsprofiel van de betrokken opleiding. Studenten in de professionele bacheloropleidingen Centrum voor Onderwijseffectiviteit en Evaluatie (CO&E) We plannen om het SIP op termijn ook via de website aan te bieden om abituriënten te ondersteunen bij hun studiekeuze-proces.. De terugkoppeling gebeurt individueel voor de studenten waar een bepaalde lacune wordt vastgesteld. Aan de hand van een remediërend of heroriënterend studieloopbaangesprek worden deze Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 29 Take-in test tijdens de informatiedagen Doel: • peilen naar motivatie van de studenten • informeren • oriënteren Vakantiecursussen: 1. Wiskunde (IWT) 2. CVO-Wiskunde (H&B) 3. TI Doel: • opfrissen van de geziene leerstof om de overschakeling naar het hoger onderwijs te vergemakkelijken • remediëren • morele ondersteuning studenten verder begeleid in hun studieloopbaan. Op informatiedagen krijgen toekomstige studenten de kans om een take-in test af te nemen. Aan de hand van deze tests wordt nagegaan of de toekomstige studenten wel het juiste beeld hebben over de richting. Daarnaast wordt ook hun motivatie en hun creativiteit aangesproken. 1. Toekomstige studenten IWT kunnen deelnemen aan een vakantiecursus wiskunde om de reeds geziene leerstof nog eens op te frissen. Dit kan erg nuttig zijn voor studenten die een niet-wiskundige richting volgden in het secundair onderwijs. 2. De studenten die in het secundair een richting volgden waarin slechts 2 of 3 uur wiskunde aan bod kwam kunnen zich in deze cursus inschrijven. Ze worden georganiseerd in samenwerking met het CVO. 3. Tijdens de week voor de start van het academiejaar krijgen de studenten de kans om gedurende 3 halve dagen een vakantiecursus te volgen. De basis xhtml, wiskunde en javascript komen hier aan bod Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO Toekomstige studenten IWTMCT 1. Toekomstige studenten IWT 2. Toekomstige studenten H&B 3. Toekomstige studenten H&B-TI 30 Voorkenniswebsite wetenschappen: doel is om toekomstige en startende studenten in de wetenschappen een concreet beeld te geven van de inhoudelijke voorkennis die hun studie vereist; daarnaast is het de bedoeling studenten een tool te bieden om zichzelf te testen en remediëringsmogelijkheden aan te bieden; bijkomend doel is leraars SO te informeren zodat ze hun leerlingen optimaal kunnen voorbereiden en met deze leraars in dialoog te gaan rond de overgang SOHO Wie een universitaire studie wil beginnen zit vaak met praktische vragen: heb ik genoeg wiskunde gehad? Wat moet ik van fysica of chemie kennen? Hoe kan ik me goed voorbereiden? Deze website bevat concrete informatie voor toekomstige studenten om zich zo goed mogelijk voor te bereiden. Er wordt een overzicht gegeven van de verwachte voorkennis wiskunde, chemie en fysica voor de verschillende opleidingen in de wetenschappen. Er zijn ook zelfevaluatietests beschikbaar. Deze voorkenniswebsite is online beschikbaar en vrij te raadplegen en wordt oko gebruikt als begeleiding bij studiekeuze en op PR-activiteiten Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO De website richt zich nu tot toekomstige studenten die een opleiding in de exacte wetenschappen en bioingenieurswetenschappen willen aanvatten. http://we.vub.ac.be/~zscb/vo orkennis/ 31 4. Keuze-actie: Kristalliseren en beslissen binden. - Keuzetaak: Keuzenabijheid en _________________________________________________________________________________________ _________________ E. Uit de Materialenbox van Onderwijskiezer. Elk item bevat een link naar de materialenfiche op Onderwijskiezer. Academische taalvaardigheden: De rest van je leven: Oefenboek academisch taalgebruik Boek met achtergronden, handige tips en opdrachten om een studiekeuze te maken die bij je past. Duikerin - Studiekeuze en diversiteit: Hoe studiekeuze maken?: Icares: Didactisch pakket om jongeren te helpen bij hun studiekeuze hoger onderwijs. Stappenplan bij het maken van een studiekeuze. Website met o.m. een studiekeuzetest. In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten: keuzetaken grondig aan bod komen Digitaal keuzewerkboek voor leerlingen waarin alle In vijf stappen naar het Hoger onderwijs en opleiding erbuiten - Handleiding: alle keuzetaken grondig aan bod komen. Keuzerooster: Handleiding digitaal keuzewerkboek waarin Zelfhulpinstrument bij het maken van een keuze voor hoger onderwijs. Kieskeurig: Werkboek voor laatstejaars SO Kieswijzer: Werkboek voor laatstejaars SO Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 32 Kijk op kiezen: Werkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar hoger onderwijs. Klaar voor hoger onderwijs: onderwijs. Digitaal instrument dat leerlingen sensibiliseert over verwachtingen van het hoger Op stap naar een job of verdere opleiding: Keuzedossier/werkmap voor leerlingen met aandacht voor alle keuzetaken. Op stap naar een job of verdere opleiding-handleiding: Op stap naar het hoger onderwijs: alle keuzetaken. SOS Studiekeuze: VUURwerkt: Handleiding voor keuzebegeleiders Keuzewerkboek voor leerlingen bij de overgang van SO naar HO met aandacht voor Website voor leerlingen over hoe je je studiekeuze voor hoger onderwijs kan aanpakken. Begeleidingsmethode voor mensen uit kansengroepen. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 33 F. Aanvullingen uit de bevraging. Mogelijkheid tot individueel gesprek met studietrajectbegeleider van de opleiding of met een adviseur van Dienst Studieadvies Dergelijke gesprekken vinden meestal pas plaats na tegenvallende januari-examens. Doel: studenten ondersteunen bij hun studiekeuzeproces Eerstelijnsadviesgesprekken m.b.t. (her)oriëntering, studievaardigheden … Doel: sensibiliseren Voorbereidingsactiviteiten: hebben als doel de startende studenten in optimale omstandigheden en goed voorbereid hun studie te laten aanvatten Brugboeken wiskunde, fysica en chemie: zelfstudiemateriaal dat de student helpt om zich optimaal voor te bereiden op de inhoud en de wetenschappelijke aanpak in de cursussen aan de universiteit Voor abituriënten die een studie aan de KU Leuven overwegen en al veel hebben gelezen, nagedacht en zich hebben geïnformeerd , maar waarbij het toch niet lukt om een definitieve studiekeuze te maken http://www.kuleuven.be/stude ntenvoorzieningen/studieadvies /contact.html Toekomstige studenten Kennismakingsactiviteiten laten de startende student voor aanvang van het academiejaar wennen aan de nieuwe onderwijsomgeving; brugcursussen (wiskunde, fysica, chemie, geschiedenis) helpen de startende student om noodzakelijke vakspecifieke kennis op te frissen; workshops helpen de studenten om indien nodig hun studiemethode bij te sturen en aan te passen aan een studie aan de universiteit Toekomstige studenten die de voorbereidingsactiviteiten niet willen afwachten maar zelf al vroeger aan hun voorbereiding willen werken, kunnen gebruik maken van het brugmateriaal dat aan de VUB werd ontwikkeld. Voor wiskunde en chemie is het studiemateriaal dat tijdens de brugcursussen gebruikt wordt beschikbaar bij de Cursusdienst van de VUB. Ze kunnen ook van thuis al aan de slag met het downloaden (fysica pilootversie) of on-line consulteren (wiskunde) van brugboeken. Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO alle toekomstige studenten http://www.vub.ac.be/infovoor/t oekomstigestudenten/voorberei dingsactiviteiten.html Alle studenten die sterke component wetenschappen in hun opleiding hebben. http://www.basiswiskunde.be/ 34 Zomercursussen/ voorbereidende cursussen Doel: opfrissing van de geziene leerstof - Verhogen zelfvertrouwen - Vlottere overgang SO-HO - Extra manier om ‘interesse’ en beginverwachtingen af te toetsen wordt bereikt - Nadeel: niet de volledige doelgroep - De KU Leuven wil deze initiatieven beter afstemmen op de gewenste doelgroep, bijvoorbeeld door studenten eerst een voorkennistest te laten afleggen en op basis hiervan studenten het advies te geven om al dan niet deel te nemen. Het tempo en niveau van de cursus dienen ook te worden gericht op de groep die zich situeert tussen een vooraf vastgelegde cesuur en een bepaalde ondergrens (= schemerzone) Toekomstige studenten waarvan de scores op een voorkennistest gesitueerd zijn tussen een vooraf vastgelegde cesuur en een bepaalde ondergrens Meeleefdagen Doel: informeren; abituriënten al eens laten proeven van het ‘klassikale’ studentenleven. 5. Keuzetaak: binden, na de inschrijving Algemeen kennismakingsopleidingsonderdeel Doel: • informeren • oriënteren Oriënterende stage/ snuffelstage Doel: • informeren • studiekeuzebegeleiding • heroriëntering In dit opleidingsonderdeel maken de studenten kennis met het werkveld en krijgen ze een beeld van de beroepsmogelijkheden. Instromende studenten SW Oriënterende stage om kennis te maken met het werkveld. Na deze stages worden de resultaten met de studenten besproken tijdens een individuele leertrajectbegeleiding. Instromende studenten GEZ Tussentijds rapport werkgroep instrumenten en methodieken overgang SO-HO 35