Bloemwerk - Ontwikkelcentrum

advertisement
HET OUDE EGYPTE
23
Bloemwerk
Boeketten
Boeketten werden zowel voor levenden als voor overledenen
gemaakt. Zij zagen er over het algemeen anders uit dan we nu
gewend zijn. Eenvoudig gebundelde bloemen, maar ook meer
ingewikkelde boeketten kwamen voor. Ook hierin speelden de
lotusbloem en de papyrus weer een belangrijke rol.
Als basis diende vaak een papyrusstengel of een aantal
gebundelde papyrusstengels. Daar omheen werden
lotusbloemen gebonden, soms gecombineerd met bladeren en
vruchten. Op afbeeldingen is vaak te zien dat deze boeketten
de vorm kregen van een soort zuilen met op regelmatige
afstand aangebrachte bladranden en/of lotusbloemen.
Reliëf ‘Wandeling in de tuin’.
Semenchare krijgt bloemen van
Meritaton.
Let ook op de halskragen op basis van
natuurlijk materiaal.
Boeketten parallel gebonden.
Naast papyrus- en lotusbloemen werden ook andere soorten
bloemen en planten gebruikt, zoals korenbloemen, klaprozen
(Papaver), margriet (Chrysanthemum), nachtschade
(Mandragora), kaasjeskruid (Malva), gele lis (Iris), ridderspoor,
jasmijn (Jasminum) en klimop (Hedera).
Slingers
Slingers van blad- en bloemmateriaal werden tijdens feesten of
riten toegepast als versiering van opgesteld voedsel en
wijnkruiken. Soms werden slingers verwerkt tot complete
netten die over een mummie in de kist kwamen te liggen.
Muurschildering. Twee danseressen
dansen om met slingers versierde
wijnkruiken.
MET KUNST & BLOEMWERK
Bij deze slingers moeten we ons niet de bekende zware
guirlandes voorstellen. Ze waren beslist minder dik, eerder
zelfs vrij mager en plat. Dit wordt duidelijk door de toegepaste
24
HET OUDE EGYPTE
technieken. De materialen werden voornamelijk door middel
van vlecht-, rijg-, naai- en weeftechnieken samengevoegd tot
lange snoeren met een ritmisch karakter. Daarbij werden als
basis vaak dunne repen papyrus gebruikt. Maar ook repen van
het blad en schutbladvezels van de dadelpalm (Phoenix
dactilifera) werden toegepast. Door middel van vlechten, rijgen
en/of weven werden de bladeren en vaak ook bloemblaadjes
(vaak lotusbloem) aan deze repen bevestigd.
Soms werden ook kleine bloemetjes en vruchtjes tussen
gevouwen bladeren geklemd.
Verschillende technieken voor slingers.
Tekening van mummie versierd met
slingers, waartussen lotusbloemen
gestoken zijn.
Voor slingers werden vaak takken en bladeren van de
levensboom (Mimusops schimperi), de olijf (Olea europaea) of
de wilg (Salix) gebruikt.
Bloemen die in slingers verwerkt werden, waren o.a.: de lotus,
de korenbloem en de saffloer (Carthamus tinctorius).
Lichaamsversieringen
De belangrijkste plantaardige lichaamsversieringen waren
hoofdkransen en hals- en schouderversieringen.
De hoofdkransen werden op dezelfde manier gemaakt als de
slingers en konden er daardoor hetzelfde uitzien. Op feesten
werden deze hoofdkransen vaak gecombineerd met een aan
de voorzijde over het hoofd gelegde lotusbloem.
Hoofdkransen met lotusbloem.
MET KUNST & BLOEMWERK
27
De Klassieke
Oudheid
(ca. 1100 v.C. - 300 n.C.)
Het oude Griekenland (1100 - 150 v.C.) en het Romeinse rijk (200 v.C. - 300 n.C.)
Het oude Griekenland
1100 - 150 v.C.
Inleiding
Onze Europese cultuur is voor een belangrijk deel gevormd
door de beschavingen van de Oude Grieken en de Romeinen.
In de filosofie, democratie, rechtspraak, wiskunde, literatuur,
medicijnen, toneelkunst, beeldhouw-, bouw- en schilderkunst
herinnert nog veel aan deze oude volken.
De samenleving
Zeus, volgens sommige bronnen
Poseidon.
MET KUNST & BLOEMWERK
Het gebied van het oude Griekenland omvatte destijds
ongeveer het huidige Griekenland en de huidige westkust van
Turkije.
De bewoners van het oude Griekenland behoorden tot
verschillende volksstammen. De belangrijkste waren de
Doriërs, die op het Griekse vasteland woonden, en de Ioniërs,
die op de eilanden woonden.
Ze leefden in zogeheten stadstaten. Tot een stadstaat
behoorde een stad met de dorpjes en het platteland eromheen.
Athene was wel de beroemdste stadstaat.
Alhoewel de stadstaten vaak met elkaar in oorlog waren,
voelden de Grieken zich tegenover vreemde volkeren één. Ze
hadden tenslotte dezelfde taal, vereerden dezelfde goden en
hadden dezelfde gewoonten.
Download