Cursus Planten herkennen

advertisement
Oefenbestand
Soortenkennis O41
April 2016
Leren voor soortenkennis
De presentatie start met wat algemene kenmerken van
planten.
Je moet die kennen, maar daarnaast ook termen als:
buis- en lintbloemen, een- en tweehuizig, een- en
tweeslachtig. En de belangrijkste kenmerken van de
meest voorkomende plantenfamilies.
Daarna krijg je in deze presentatie meestal een foto te
zien. Raad wat het is.
Op de pagina daarna zie je de naam van de plant of het
dier, met eventueel nog wat bijzondere kenmerken.
Succes met leren.
De termen hoofdje, aar, pluim en scherm moet je kennen.
Indeling Planten
• Sporenplanten:
- lagere planten: algen, schimmels, mossen
- Vaatplanten:
varens, paardenstaarten, wolfsklauwen
• Bloemplanten (zijn ook allemaal vaatplanten):
- Naaktzadigen: naaldbomen (zaadbeginsels liggen open op schubben)
- Bedektzadigen: loofbomen en andere planten.
Binnen bedektzadigen heb je:
Eenzaadlobbigen (één zaadlob, bloemen 3-tallig, bladeren
parallelnervig, voorbeelden: Grassen, russen, zeggen, biezen,
cypergrassen, lelies, etc.)
Tweezaadlobbigen (2 zaadlobben, bloemen 4- of 5-tallig,
bladeren hand- of veernervig, (andere plantenfamilies)
oefening: schrijf de bloemformule
scherpe boterbloem
* K 5 Kr 5 M 
peen
* K5 Kr 5 M 5
aardappel
* K(5) [Kr(5) M 5]
Opm.: V (vruchtbeginsel moet er niet bij)
 K(5) [ Kr(3+2) M4]
 K(5) [ Kr(3+2) M4]
Witte en Paarse dovenetel hebben dezelfde
bloemformule  ze behoren tot dezelfde familie,
namelijk de lipbloemenfamilie
Tot welke familie hoort deze plant?
Composietenfamilie
Echte kamille
Hoog bloemhoofdje met kleine hoofdjes
Jacobskruiskruid
Bezemkruiskruid
Boerenwormkruid
Bloemen hebben alleen buisbloemen
Paardenbloem
Gewoon biggenkruid
Biggenkruid en paardenbloem hebben allebei een
bladrozet.
Verschil met paardenbloem:
- Bladeren paardenbloem kaal, biggenkruid
behaard.
- Bloemstengel paardenbloem bleek en hol, met
melk. Bij biggenkruid is bloemstengel groen en
stevig.
- Bloemen paardenbloem aan eind onvertakte
stengel; bij biggenkruid stengel vertakt.
Buisbloemen en
Lintbloemen
In één
bloemhoofdje bij
het Madeliefje
Korenbloem
Omwindsel met
bijzondere
omwindselbladeren
Gewone klit
Brem
Vlinderbloemenfamilie
Houtige plant
Tweezijdig symmetrische bloem
Stekelbrem
Lage deels houtachtige plant
Lange stekels aan het hout
Gele vlinderbloemen
Gewone rolklaver
Vlinderbloem
Bloemen met meerdere bij elkaar.
Groei meestal op wat drogere gronden
Kelkbladeren liggen tegen de
bloemkroon aan
Samengestelde bladeren
Moerasrolklaver
Stengel hol
Punten van kelkbladeren
krommen naar buiten toe.
Rode klaver
Meestal ongetande bladeren
Bladeren 3-tallig.
Witte klaver
3-tallige bladeren
Deelblaadjes getand aan de rand
Maakt kruipende uitlopers
Ringelwikke
Wikke’s hebben samengestelde
bladeren, met aan het eind een
rank. Daarmee klimmen ze in het
gras en houden ze zich overeind.
Ringelwikke heeft lichtgekleurde
bloempjes
In de peultjes zitten 2 zaadjes.
Vogelwikke
Wikke met grotere blauw-paarse
bloemen.
Ook vlinderbloemfamilie
Merel
Zanglijster
Mannetje en vrouwtje zelfde verenkleed.
Gewone Braam
Kenmerken braam

Komt vooral voor in bossen en ruigten, op beschaduwde
plekken

Rozenfamilie – Rosaceae

Wit/ roze bloemen, 5 kelk en kroonbladen

Tweeslachtig

Rode stengel, gestekeld

Samengestelde bladeren met rondachtige deelbladen
met punt, gezaagd

Onderkant bladen witachtig

wortelstok
Framboos
Kenmerken framboos
• Standplaats, loofbossen op voedselrijke vochtige plek
•
Rozenfamilie – rosaceae
•
Hoogte 0,60 tot 1,50m
•
Lichte stekels op de stengels
•
Verspreide bladstand
•
Blad samengesteld. Puntige deelbladeren en gezaagd
Hondsroos
Kenmerken hondsroos
• Standplaats
Op vochtige tot droge, voedselrijke grond in heggen, struikgewas en
loofbossen.
• Rozenfamilie – Rosaceae
• Hoogte 1 tot 3m
• Wit roze bloemen
• 5 kroon en kelkbladeren
• Kromme stekels op de groene stengels
• Rozenbottels
• Gezaagde bladrand
Egelantier
Kenmerken egelantier

Standplaats, Op droge tot vochtige, al of niet kalkhoudende grond in heggen
en struwelen.

Rozenfamilie – Rosaceae

Hoogte 0,60 tot 2m

Rozenbottels

Donker roze bloemen

Smalle kromme stekels

Bladeren kaal van boven, behaard van onderen
En na wrijven een appeltjesgeur
Tormentil
Kenmerken tormentil

Standplaats Op natte tot vochtige, zure tot zwak zure grond in heiden,
schraallanden en duinvalleien.

Rozenfamilie – Rosaceae

Hoogte 0,15 tot 0,50m

Gele bloem

8 kelkbalden 4 kroonbladen

Bladstand verspreid

Handvormig blad en gezaagd

Stengels harig
Zilverschoon
Kenmerken zilverschoon

Standplaats Op natte tot vochtige, voedselrijke of brakke
tot zilte grasgrond aan wegen, op akkers, in duinvalleien
en aan de rand van schorren.

Rozenfamilie – Rosaceae

Hoogte 0,05 tot 0,45m

Bloemen geel

Zilverkleurige bladeren

Bloemen laag

10 kelkbladen 5 kroonbladen

Verspreide bladstand

Gezaagde bladrand
Koolmees
Kenmerken koolmees

Gele buik

Zwarte kop

Ongeveer 14 cm groot
http://www.vogelgeluid.nl/koolmees/
Pimpelmees
Kenmerken Pimpelmees

Gele buik

Paars witte kop

Ongeveer 12cm groot

http://www.vogelgeluid.nl/pi
mpelmees/
Staartmees
Kenmerken Staartmees

Lange staart kort lichaam

Wit met zwarte kleur

Ongeveer 14 cm groot waarvan 7 cm
staart

Ze leven in groepen van 20 tot 60

http://www.vogelgeluid.nl/staartmee
s/
Akkerhoornbloem
Grote bloemen, 5-delig
Hoornbloemen hebben behaarde
bladeren en stengels
Bij de muren is maar weinig beharing,
of slechts op één bepaalde plek meer.
Hoornbloemen hebben 5 stijlen; muren
hebben 3 stijlen.
Vogelmuur
Dagkoekoeksbloem
Linksboven: Echte koekoeksbloem
Rechtsboven: Avondkoekoeksbloem
Onder: Blaassilene
Heidespurrie
Scherpe boterbloem
Hogere opgaande boterbloem
Ronde bloemstengel
Nooit uitlopers
Kruipende boterbloem
Maakt in de loop van het jaar lange
uitlopers
Gewoon Speenkruid
Voor de ongeslachtelijke voortplanting
maakt hij speentjes aan de wortels en
stengelknopen
Bosanemoon
Pinksterbloem
Roze bloemen
Kruisbloemenfamilie
Samengestelde bladeren
Kleine veldkers
Kruisbloemfamilie
Grondrozet
Witte bloemen
Vruchten een hauw (vrucht veel langer
dan breed)
Herderstasje
Kruisbloemfamilie
Grondrozet met opgaande stengels
Witte bloemen
Vruchten een hauwtje (vrucht ongeveer
even lang als breed)
Haagwinde
Witte ‘pispotjes‘
Wat diepere bloem
Slingert zich vaak in hogere
planten en heggen omhoog.
Akkerwinde
Vaak licht roze gekleurde bloemen.
Ondieper dan die van de haagwinde
Groeit meer op en over de grond,
soms ook in hebben en hekken.
Aparte sporenaren
Dikke bleke stengels met groene ‘bladeren’
Groeit in brongebieden
Reuzenpaardenstaart
Dikke bleke stengels
Grote plant
Aparte sporenaren
Eerste grote
bladstengellid langer
dan stengelschub
Heermoes
Zandzegge
Lange wortelstokken
Grassen hebben tongetjes waar het blad met een
bladschede aan de stengel zit.
De lengte en vorm van het tongetje is specifiek
voor de grassoorten en belangrijk bij het
determineren.
Sommige grassen hebben een tongetje van haren,
bijv. riet.
Tot welke groep behoort deze bloeiwijze?
Tot de pluimgrassen
Tot welke groep behoort dit gras?
Ook tot de pluimgrassen
Hoe heet dit gras? Tot welke groep hoort die?
Timoteegras
Aarpluimgras
Lijkt op een echte aar, maar de
aartjes waaruit de bloem bestaat
zitten toch met een steeltje op de
bloemstengel. Bij een aar zitten ze
er direct op.
Welke soort en welke bloemvorm
Engels raaigras
Dit is wel een aargras. Aartjes
zitten direct op de bloemsteel.
Welke aarvorm heeft dit gras volgens jou?
Dit is een aargras.
Het heet kruipertje. Granen, zoals
gerst, tarwe en rogge, zijn ook
aargrassen.
•Beemdkroon
•Blaadjes van het bijzonder
omwindsel zijn vrij breed
•Veerspletige tot ongedeelde
bladeren
•Beemdkroon
•Gulden sleutelbloem
•Donker gele bloemen met
oranjegele vlek
•Bloemkroon niet vlak
•Kelk wat opgeblazen
•Slanke sleutelbloem
•Bleekgele bloemkroon
•Bloemkroon veel vlakker
•Kelk meer aangedrukt
•Slanke sleutelbloem
•Gulden sleutelbloem
Download