ORTHO - Reumatoide Artritis ochtendstijfheid gedurende minimaal 1 uur† artritis simultaan aanwezig in 3 of meer gewrichtsgroepen (zelden DIP’s) (links of rechts PIP’s, MCP’s, pols, elleboog, knie, enkel, MTP’s) † 3. artritis van ten minste één handgewricht: pols, MCP of PIP† 4. symmetrische artritis† 5. subcutane reumanoduli (vaak onder elleboog; DD met cholesteroldepositie jichttophi: biopsie) 6. reumafactor aantoonbaar 7. radiologische veranderingen (op X-hand/pols of - voorvoet) *Indien 4 van de 7 criteria aanwezig zijn, spreekt men van reumatoïde artritis. † Criteria moeten ten minste zes weken aanwezig zijn. Anamnese Eerst moet trauma worden uitgesloten, vervolgens: Wanneer zijn de klachten begonnen en zijn er eerdere episodes van gewrichtsklachten geweest? Is er alleen pijn bij bewegen (onbelast en belast) of ook in rust? Is er nachtelijke pijn? (Ontstoken gewrichten zijn ook in rust pijnlijk). Is er ochtendstijfheid die langer dan één uur aanhoudt? 1. 2. Klinisch onderzoek Inspectie Palpatie algemeen let op roodheid, zwelling, atrofie, standafwijkingen let op warmte, zwelling, pijn let op capsulair patroon PIP spoelvormige zwelling pijnlijke gewrichtsspleet en zwelling flexie meer beperkt dan extensie MCP ruimte tussen de knokkels opgevuld, later ulnaire deviatie pols diffuse zwelling a/d dorsale zijde v/d pols en handrugatrofie intrinsieke musculatuur, later radiaire deviatie a. zwelling dorsale zijde; kuiltjes lateraal en mediaal van olecranon zijn opgevuld b. voorkeurslokalisatie voor subcutane noduli diffuse zwelling dorsale zijde voorvoet, uiteenwijken (spreidstand) tenen circulaire zwelling van onderste en bovenste spronggewricht a. zwelling boven en naast de patella door verdikking van synovia en hydrops b. zwelling aan achterzijde (Bakerse cyste) a. moeilijk te palperen gewrichtsspleet distaal van de knokkel bij geringe flexie b. pijn bij ‘handen geven’: tangentiële drukpijn pijnlijke gewrichtsspleet aan de dorsale zijde juist distaal van de proc. styloïdeus radii en ulnae; warmte en zwelling verminderde knijpkracht, niet volledig kunnen sluiten van de vuist, flexie meer beperkt dan extensie beperking bij flexie en extensie in gelijke mate pijnlijke gewrichtsspleet ter hoogte van ruimte tussen laterale epicondylus en het olecranon en zwelling flexie meer beperkt dan extensie; opvallend: eerst (geringe) flexiecontractuur a. tangentiële drukpijn b. MTP’s en PIP’s afzonderlijk palperen in licht gebogen stand pijnlijke gewrichtsspleet op de wreef en onder de malleoli; warmte a. pijnlijke gewrichtsspleet juist boven het tibiaplateau en naast het ligamentum patellae b. ballottement patella c. warmte (huidtemperatuur vergelijken met de temperatuur boven de quadriceps) flexie en extensie beperkt elleboog MTP/PIP enkel knie Bewegingsonderzoek passief plantairflexie meer beperkt dan extensie a. flexie meer beperkt dan extensie b. bij geringe artritis alleen pijn in de uiterste standen Axiaal: Cervicaal (zelden thoraco-lumbaal): atlanto-axiaal en facettair. Extra-articulair: algemeen onwel, huid (nodules,vasculitis), ogen (sicca,(epi)scleritis), longen (nodules, interstitieel, pleuritis), hart (myocarditis, pericarditis, kleppen), neuromusculair, Felty, verminderde botdensiteit Technisch onderzoek Labo: Reumafactor (RF) weinig toegevoegde waarde voor diagnose, enkel ondersteuning, + RF is een prognostisch slecht teken. Sedimentatie en CRP: verhoogd bij artritis, normaal bij artrose, goed voor volgen activiteit bij behandeld reuma. Anti-CCP AS: verschijnt vroegtijdig, indien op en af gaande symmetrische poly-synovitis én + anti-CCP AS: zeer waarschijnlijk RA. RX: handen, polsen, voorvoeten: erosies (meestal pas na 6m. zichtbaar) zijn een maat voor progressie van de ziekte, weinig diagnostische waarde, INVENTARISATIE Differentieel diagnose Artritis - - spondylartropathie: SIgewricht reactieve artritis, na gastroenteritis met Salmonella paratyphi, Campylobacter jejuni of Yersinia enterocolitica, uretritis door Chlamydia trachomatis of tonsillitis door de bètahemolytische streptokok van groep A. (Reiter Syndroom) episode van artritis bij artrose jicht: mannen, MTP grote teen, knie, enkel bacteriële artritis: 1 groot gewricht, koorts, roodheid LE, polymyositis en sclerodermie Behandeling NSAID’s: onmiddellijk opstarten, in de diagnostische fase. Voorkeur: ibuprofen, naproxen, diclofenac. Hoge dosering: ibuprofen viermaal daags 600 mg, naproxen tweemaal daags 500 mg of diclofenac driemaal daags 50 mg, na 4 weken op geleide van de pijnklachten afbouwen tot onderhoudsdosering. Na enkele weken onvoldoende effect? Ander NSAID, niet meer dan 2 proberen Risicopatiënten: maagbescherming! Na 6 tot 12 weken niet onder controle? reumatoloog : DMARD’s Meest voorkomende bijwerkingen veel gebruikte DMARD's: Sulfasalazine maagdarmklachten, hoofdpijn, depressieve gevoelens, huiduitslag, leukopenie, agranulocytose, leverfunctiestoornissen Methotrexaat maagdarmklachten, leukopenie, trombopenie, pneumonitis, leverfunctiestoornissen, stomatitis, subcutane noduli Leflunomide maagdarmklachten, leverfunctiestoornissen, leukopenie, hypertensie Etanercept, infliximab Goud, d-penicillamine Huidreacties, pruritus; onduidelijk of de kans op infecties en (op lange termijn) maligniteiten verhoogd is maagdarmklachten, leukopenie, trombopenie, proteïnurie, stomatitis, dermatitis (Hydroxy)chloroquine retina-afwijkingen bij langdurig hoge dosering, zonlichtintolerantie Azathioprine maagdarmklachten, leukopenie, trombopenie, griepachtig beeld, leverfunctiestoornissen nierfunctieverlies, hypertensie, hypertrichose, tandvleeshypertrofie Ciclosporine regelmatig labo: COFO, nierfunctie, leverfunctie , begin behandeling: 2-4 wkn, later 3 mnd Exacerbatie: NSAID’s toevoegen/dosis verhogen medicatie aanpassen in overleg met reumatoloog Cortisone-infiltratie in gewricht Stabiele fase: controle bij reumatoloog BSE-bepaling, anamnese naar algemeen welzijn Oefentherapie Functie aangedane gewrichten bewaren, spiertonus, zwemmen