Goed en Kwaad

advertisement
Waarden & normen
De inbraak
 Peter : aanzet tot inbraak
 Bart : chanteert beste vriend
 Youssef : handlanger
 Jordy : verklikker, oneerlijk
 Directeur : handelt naar vooroordelen
De inbraak
 Waarden in het verhaal :
 Eerlijkheid
 Rechtvaardigheid
 Vriendschap
 Bezit
 Autoriteit
Waarde : nastrevenswaardige ervaringen of situaties die
we als ‘goed’ ervaren
De inbraak
 Normen
 “Gij zult niet stelen”
 Je moet de waarheid vertellen
 Je mag je vrienden niet verraden
 Je mag je niet laten leiden door vooroordelen
 Je moet je eigen werk maken
Normen : concrete regels, geboden of verboden, die de
realisatie van waarden mogelijk maken
Goed en Kwaad
 Moord = Kwaad
 Waarde : recht op leven
 Norm : “Gij zult niet doden”
Goed en Kwaad
 Gerechtvaardigde moord ?
 Zelfverdediging
 Dwang
 Oorlog
 Preventief
 Uit lijden verlossen
Goed en Kwaad
 Euthanasie = Goed of Kwaad ?
 Waarde : recht op kwaliteitsvol leven
 Euthanasiedebat = debat over waarden
 Welke waarden iemand belangrijk vindt : afhankelijk
van opvoeding, culturele invloeden, persoonlijke
overtuigingen ...
Moreel debat : voorbeelden
 Abortus
 Geboortebeperking
 Hoofddoekendebat
 Camerabewaking
 Humanitaire interventie – oorlog
 Dierenproeven
 Censuur
Welke waarden staan in deze debatten op spel ?
Waarde(n)volle mensen
Normen & geloof
 Jodendom : Halacha : 613 wetten (mitswot)
 150. Eet geen worm die je tussen het fruit vindt. (Lev.
11:41)
 101. Heb geen gemeenschap met een vrouw wanneer zij
menstrueert. (Lev. 18:19)
 367. Draag geen kleren die zowel van wol als van linnen
gemaakt zijn. (Deut. 22:11)
 444. De priester mag niet met slordig haar het
Heiligdom betreden. (Lev. 10:6)
 ...
Normen & geloof
 Islam : Sharia
 Kledingvoorschriften
 Verhoudingen tussen man en vrouw
 Erfrecht
 Strafrecht
 Geloofsafval
 Spijswetten
 Belastingen
 Landbouw en milieubescherming
Normen & geloof
 Christendom : 10 geboden
 Toen sprak God deze woorden: ‘Ik ben de HEER, uw God, die u
uit Egypte, uit de slavernij, heeft bevrijd.
 1. Vereer naast mij geen andere goden.
 2. Maak geen godenbeelden, geen enkele afbeelding van iets dat
in de hemel hier boven is of van iets beneden op de aarde of in
het water onder de aarde. Kniel voor zulke beelden niet neer,
vereer ze niet, want Ik, de HEER, uw God, duld geen andere
goden naast Mij. Voor de schuld van de ouders laat Ik de
kinderen boeten, en ook het derde geslacht en het vierde,
wanneer ze Mij haten; maar als ze Mij liefhebben en doen wat Ik
gebied, bewijs Ik hun Mijn liefde tot in het duizendste geslacht.
 3. Misbruik de naam van de HEER, uw God, niet, want wie Zijn
naam misbruikt laat Hij niet vrijuit gaan.
4. Houd de sabbat in ere, het is een heilige dag. Zes dagen lang
kunt u werken en al uw arbeid verrichten, maar de zevende dag
is een rustdag, die gewijd is aan de HEER, uw God; dan mag u
niet werken.
5. Toon eerbied voor uw vader en uw moeder. Dan wordt u
gezegend met een lang leven in het land dat de HEER, uw God, u
geven zal.
6. Pleeg geen moord.
7. Pleeg geen overspel.
8. Steel niet.
9. Leg over een ander geen valse getuigenis af.
10. Zet uw zinnen niet op het huis van een ander, en evenmin op
zijn vrouw, op zijn slaaf, zijn slavin, zijn rund of zijn ezel, of wat
hem ook maar toebehoort.’
 Basis van christelijk geloof :
DUBBELGEBOD VAN LIEFDE
- Bemin één God
- Bemin je naaste als jezelf
Illustratie : God, The Devil & Bob
Normen
 Waarom hebben we regels nodig ?
 Opdracht : Als jij God was, welke regels zou jij aan je
volgelingen opleggen ? Hoe zou je Kerk eruitzien ?
Hoe zou je de samenleving organiseren ?
 Maak je eigen 10 geboden
Normen : negatief
 Regels worden ons OPGELEGD door God /
machtsinstellingen / maatschappij / ...
 Wij dienen te gehoorzamen
 Uit vrees voor STRAF
 Voorbeeld : kindje speelt niet met schaar want als
mama het ziet, zal ze boos worden.
Normen : positief
 Regels zijn ons door God / machtsinstellingen /
maatschappij GEGEVEN om op basis van die regels
een gelukkige, welvarende samenleving te kunnen
opbouwen
 Wij willen gehoorzamen
 Ten dienst van het algemeen belang
 Voorbeeld : kind speelt niet met schaar want weet dat
dat gevaarlijk is
Minimale normen
 Minimale ethiek :
 Normen als ONDERGRENS
 “Doe niet aan de ander wat je niet wil dat de ander aan
jou doet”
= eenvoudige basisregel, nodig om overeen te komen en
samen te kunnen leven
Maximale normen
 Maximale ethiek :
 Normen als BOVENGRENS
 10 geboden / dubbelgebod van liefde
= na te streven idealen die ons aansporen om meer te doen
dan samenleven mogelijk maken : samenleven zo goed
mogelijk te maken voor zoveel mogelijk mensen
Download