Concept-beleidsplan Liturgie - RK parochie Paus Johannes XXIII

advertisement
Pastoraal beleidsplan 2010 – 2015
Parochie Paus Johannes XXIII
Wees Woord voor iedereen!
Voorwoord
Het schrijven van een beleidsplan vraagt veel voorbereiding en tijd. Veel mensen zijn
in de aanloop van dit plan actief geweest in het schrijven en bedenken van
doelstellingen, concrete projecten en visie-ontwikkelingen.
De profielpastores hebben samen met hun geprofileerd bestuurlijk overleg een
eerste aanzet gegeven op het gebied van hun eigen profiel. Vervolgens heeft het
pastoraal team twee maal een bezinningsdag gehouden onder leiding van
projectmedewerker Henk Brussel van het Aartsbisdom Utrecht. Uit deze
bezinningsdagen is ons thema “Wees Woord voor iedereen” naar voren gekomen.
Dit thema ziet u verder uitgewerkt in onze missie en visie.
Uiteindelijk lagen er ruwe plannen klaar waarin zowel het beleid als de concretisering
beschreven stonden. Het pastoraal team heeft een onderscheid gemaakt tussen het
‘beleidsplan’ en het ‘jaarwerkplan’. Het beleidsplan is voor derden en voor onszelf.
Het beleidsplan is voor de leesbaarheid beknopt gehouden, in tegenstelling tot het
jaarwerkplan. Het jaarwerkplan is met name geschreven voor intern gebruik. In de
jaarwerkplannen staan meer achtergronden beschreven om zo de
vertegenwoordigers in het profielberaad een goed inzicht te geven in het hoe en
waarom van bepaalde projecten. Zij hebben als taak om het beleid in hun
geloofsgemeenschap uit te dragen. Een inhoudelijk overzicht en inzicht is daarbij een
goede steun. Uiteindelijk zullen het pastoraal team, de profielberaden en het
parochiebestuur de voortgang van het jaarwerkplan in de gaten houden door middel
van een jaarlijkse rapportage.
Zoals gezegd worden deze plannen gedragen door zowel de bestuur, het pastoraal
team en de geprofileerde bestuurlijke overleggen. Deze bestuurlijke overleggen
zullen na de fusie profielberaden gaan heten. Om die reden spreken we in dit
beleidsplan in het vervolg van profielberaad. Naast de profielen catechese, diaconie,
gemeenschapsopbouw en liturgie vindt u ook het bijzonder project
jongerenpastoraat. In onze parochie vinden we het jongerenpastoraat zo belangrijk
dat we daarvoor een aparte plaats in ons beleidsplan inruimen. Ook zal de in 2010
startende jongerenpastor dit speerpunt verder kracht bijzetten.
Het vele voorwerk is gedaan door talloze vrijwilligers en door het pastoraal team. We
spreken de hoop uit dat dit beleidsplan structureel op de agenda komt te staan van
de verschillende beraden. Het is in ieder geval een beleidsplan waarin op alle
terreinen een ambitie is waar te nemen om de parochie Paus Johannes XXIII Woord
voor iedereen te laten zijn.
Het pastoraal team:
Gerard Peters
Lidy van der Graaf
Annemiek de Jong-van Campen
Wouter de Paepe
Lilian Weijman
Edwin van der Zande
November 2009
2
Inhoudsopgave
Missie ......................................................................................................................... 4
Liturgie: Beeldbepalend en divers .............................................................................. 6
Catechese: Inwijdend en levenslang leren ................................................................. 9
Diaconie: ‘Als de kerk niet dient, dient zij tot niets’ ................................................... 12
Gemeenschapsopbouw: Versterken van de draagkracht ........................................ 15
Jongerenpastoraat: Uitdagend en weerbarstig ......................................................... 18
3
Missie
Huidige situatie
De parochie Paus Johannes XXIII is een bestuurlijk geheel van acht
geloofsgemeenschappen. Deze fusieparochie is voortgekomen uit het R.K.
parochieverband De Krommerijnstreek. De komende beleidsperiode 2010-2015 is
erop gericht de parochie tot een organisch geheel te maken, waarin iedere
geloofsgemeenschap wel haar eigen kleur behoudt. Het beleid is bestemd voor de
parochie als geheel, waarbij de concrete uitwerking per geloofsgemeenschap
verschilt.
De missie van onze parochie is:
Wees Woord voor iedereen
Woord voor iedereen:
Wij willen leven en werken vanuit de bijbel (het Woord van God) naar het voorbeeld
van Jezus Christus.
Oord voor iedereen:
Wij willen een open en dynamische gemeenschap zijn die erop gericht is mensen
met elkaar te verbinden.
Oor voor iedereen:
Wij willen omzien naar ieder mens, als beeld en gelijkenis van God.
De missie nader uitgelegd
Woord voor iedereen:
De bijbel wordt ook wel het Woord van God genoemd. In het evangelie van
Johannes wordt ook Jezus het Woord van God genoemd. Hij wilde daarmee zeggen
dat Jezus heeft laten zien wat het betekent te leven volgens Gods bedoelingen. Als
gemeenschap van gelovigen hebben we de opdracht dit voorbeeld in praktijk te
brengen en de mensen in contact te brengen met Gods Woord. Zo is het Woord
geen dode letter, maar gaat het leven in ons.
Wil het Woord gaan leven in ons, dan vraagt dat om een vertaalslag. De vertaalslag
vereist begrijpelijke taal en aansluiting op menselijke ervaring. Het serieus nemen
van de menselijke ervaring betekent in de praktijk dat we verhalen uit de Bijbel en de
traditie op allerlei manieren relevant en actueel maken. Dit vraagt van het pastoraal
team en vrijwilligers een innovatieve, flexibele en ontvankelijke houding.
Oord voor iedereen:
Een geloofsgemeenschap is een verzameling van kleine groepen waar het Woord
klinkt, leeft en gevierd wordt. Mensen voelen zich op eigen wijze verbonden met de
parochiegemeenschap. Om een gemeenschap te (blijven) vormen, moet er cohesie
zijn tussen de diverse groepen in de geloofsgemeenschap. Bovendien vraagt het om
een open houding naar mensen die niet of minder bekend zijn. We willen een thuis
4
bieden voor deze mensen waar zij persoonlijk gekend worden en een eigen plek
mogen innemen. Groepen zijn zich ervan bewust deel uit te maken van een groter
geheel; dit geldt zowel op het niveau van de geloofsgemeenschap als ook op het
niveau van de parochie.
Een oord betekent ook een plek: een plaats met meerdere ruimtes die gastvrij en
uitnodigend ingericht zijn om elkaar te ontmoeten, maar waar je ook kan thuiskomen
bij jezelf of bij God.
Oor voor iedereen:
Oog en oor hebben voor iedereen houdt in dat mensen zich gekend, gezien en
gehoord voelen. Dit geldt niet alleen voor de (kern)vrijwilligers, maar ook voor minder
actieve parochianen en passanten. Het betreft een basishouding van gastvrijheid en
omzien naar elkaar. In het bijzonder vraagt het om een gelovige antenne om de
kwetsbare mens in onze samenleving te signaleren. Uitgangspunt is dat we iedere
mens beschouwen als beeld en gelijkenis van God, met andere woorden: voor God
is iedereen gelijk.
Door de schaalvergroting komt de pastorale nabijheid onder spanning te staan.
Daarom is het nodig om een systematische aanpak van zowel structurele als
incidentele betrokkenheid te organiseren. Op het gebied van structurele
betrokkenheid hebben pastoraatsgroepen een kerntaak, bijgestaan door het
pastoraal team en iedere parochiaan. Bij incidentele betrokkenheid denken we aan
creatieve manieren om mensen met de kerk in contact te brengen en te houden.
5
Liturgie: Beeldbepalend en divers
Inleiding
Binnen de vier profielen van het pastoraat neemt liturgie een beeldbepalende plaats
in. Voor veel parochianen vormt de liturgie het eerste en vaak ook enige contact met
de kerk. Maar dat betekent niet dat liturgie in de parochie op zichzelf staat. Liturgie is
het sterkst wanneer zij is ingebed in geloofsverdieping, diaconie en opbouw van de
gemeenschap.
In onze parochie is er een diversiteit aan vieringen die mede bepaald wordt door de
verschillende koren en de acht verschillende plaatsen om vieringen te houden in
onze parochie. De H. Eucharistie geldt voor ons parochieleven als bron en
hoogtepunt en krijgt ook de vanzelfsprekende aandacht. De komende jaren staat
echter de diversiteit onder druk door onder andere een inkrimpend aantal koorleden.
Naast de bedreigingen voor de diversiteit zien we ook kansen met name in het
ontwikkelen van liturgische initiatieven voor mensen die verder van het kerkelijk
leven afstaan. We omschrijven liturgie als volgt:
Het samenkomen van gelovigen rond de Heer, om het leven te vieren in woord en
gebaar, om zo op mysterievolle wijze God en elkaar te ontmoeten.
Beleid
In onderstaande beleidslijnen is er aandacht om het bestaande liturgische aanbod
kwalitatief te verbeteren, alsmede nieuwe initiatieven te ontplooien. We vatten dat
samen in de woorden ‘kwaliteitsverbetering’ en ‘diversiteit’. Voor de komende vijf jaar
zal er een geconcentreerde aandacht zijn voor drie projecten waarin zowel
bestaande als vernieuwende liturgie plaats zal vinden.
Algemene doelstelling:
De kwaliteit en diversiteit van het liturgisch aanbod binnen de parochie Paus
Johannes XXIII versterken en verbeteren.
Subdoelstellingen:
Kwaliteit, diversiteit en levendige liturgie
1. Verzorgen van levendige liturgie die aansluit bij het levensritme, het kerkelijk jaar,
het parochieleven, de wereldkerk en de actualiteit;
2. Versterken van de gastvrijheid bij aanvang en bij uitgaan van liturgische
samenkomsten;
3. Bestendigen en ontwikkelen van ‘bijzondere’ vieringen;
4. Aandacht voor koren met betrekking tot ‘verjonging’ en ‘kwaliteit’;
5. Opstellen kwaliteitsnormen liturgie.
Structuur, organisatie en vrijwilligers
6. Verzorgen van ‘verplichte’ toerusting voor allen die een actieve rol spelen in de
voorbereiding en uitvoering van de liturgie;
7. Zorg dragen voor een inhoudelijk profielberaad liturgie;
8. Vorming en werving van misdienaars;
9. Stroomlijnen van voorbereiding liturgie, met name de bijzondere vieringen;
10. Vernieuwen liturgische materialen voor voorbereidingsgroepen.
6
Projecten voor de komende vijf jaar
Liturgie rond het Woord voor iedereen: vraagt om kwaliteit. Beleid is structurele
toerusting en aandacht te geven aan alle vrijwilligers die direct bij de liturgie
betrokken zijn. Bijzondere aandacht deze periode gaat uit naar vitalisering en
kwaliteitsverbetering en uitwisseling van koren.
Project 1: Korenslag
De titel is ontleend aan het bekende TV-programma Korenslag van de
Evangelische Omroep, waarin koren strijden om de eerste plaats. De koren
kennen een verschillend repertoire en een verschillende achtergrond en toch
doen ze mee aan één wedstrijd. Kenmerkend voor die wedstrijd is de aandacht
voor kwaliteit en de uitdaging andere dingen te doen. En juist die twee
kenmerken zullen dit project Korenslag kenmerken.
De acht vierplekken kennen afzonderlijk meerdere koren voor de
weekendliturgie en voor de rouw- en trouwliturgie. Wanneer we naar de lange
termijn kijken, dan zien we dat het voortbestaan en ook de kwaliteit van veel
koren onder druk komen te staan. Om de kwaliteit van nu te behouden en op
sommige plaatsen te verbeteren is het verstandig nu beleid te ontwikkelen.
Kernwoorden zijn: verjonging en kwaliteit. Verjonging spreekt voor zichzelf. Het
voortbestaan hangt in grote mate af van nieuwe leden. Dat vraagt om keuzes.
Men kan en mag niet verwachten dat nieuwe leden naadloos in een bestaande
groep passen. Het gaat dan om keuzes over het repertoire, over de gewoonten
op het koor, etc.
Ten tweede is kwaliteit een belangrijk aandachtspunt. Kwaliteit wordt door
verschillende factoren bepaald. Het is van belang om binnen het profielberaad
gezamenlijk tot een formulering van kwaliteitsnormen te komen.
Een derde slag die we willen maken is de inzet van koren in de acht
geloofsgemeenschappen. Concreet kan men denken aan een rouw- en
trouwkoor voor de hele parochie, als ook aan de inzet van koren op
verschillende vierplekken.
Er zijn veel vrijwilligers betrokken bij dit beleidspunt en daarom wil het pastoraal
team er projectmatig aan werken. Het beleid rond de koren vraagt om zorg,
geduld en aandacht.
Liturgie is een oord voor iedereen: gastvrijheid is de komende beleidsperiode een
speerpunt.
Project 2: Gastvrijheid: een nieuw vaandel
In de traditie kennen we voor talloze verenigingen en feestdagen vaandels. Die
vaandels verbeeldden iets van de identiteit van de club of de afbeelding van
een heilige. Die gewoonte is in onbruik geraakt ten noorden van de grote
rivieren. Maar als we het vaandel van onze parochie zouden moeten
ontwerpen, dan zou spreekwoordelijk gastvrijheid er hoog in komen te staan.
De drempel om een liturgie bij te wonen is hoog. De vanzelfsprekendheid is er
niet meer. Met name bij vieringen rond de initiatiesacramenten en de uitvaart
zijn veel niet-kerkelijke en niet-gelovige mensen aanwezig. In de zondagse
7
liturgie is er voor een ‘gast’, een ‘nieuwsgierige’ in veel van onze vierplekken
geen vanzelfsprekend welkom. Die aandacht kunnen we deels organiseren en
structureren door mensen aan het begin van iedere viering gastvrij te
ontvangen. Ook de voorgangers kunnen zich nooit genoeg bewust zijn van
‘gasten’. Moeilijker is het om de kerkgangers van deze verantwoordelijkheid te
doordringen. Dat vraagt om een mentaliteitsverandering. Het verschilt
weliswaar per geloofsgemeenschap, maar over het algemeen zijn katholieken
op zichzelf, of in gebed op God betrokken. Door de invoering van de
vredeswens is er liturgisch ook aandacht voor de ‘naaste’ gekomen. Die
aandacht voor ‘gasten’ willen we tot speerpunt maken. De uitwerking van dit
speerpunt is aan het profielberaad liturgie.
Liturgie met oor voor iedereen: aandacht voor mensen die zowel voor het eerst, als
ook vaker rond het Woord samenkomen.
Project 3: Gezinsviering Extra!
Voor de komende beleidsperiode hebben we de gezinsviering om meerdere
redenen in het vizier. Op meerdere plaatsen in onze parochie blijkt dat juist bij
een gezinsviering het mogelijk is aansluiting te vinden bij een activiteit in het
dorp. Te denken valt aan de Tour de Schalkwijk in Schalkwijk, Sint Maarten en
Oogstdankdag in ’t Goy. Uitdaging is om op alle plekken per jaar ten minste een
dergelijke viering te ontwikkelen. En niet alleen een viering, maar ook een
activiteit ervoor of erna. Een activiteit die juist de gezinnen bij de gemeenschap
betrekt, een extra biedt. Extra zou ook de succesvolle gezinsviering van 4
oktober 2009 kunnen worden. Deze gezinsviering was een gezamenlijke viering
voor al onze geloofsgemeenschappen met medewerking van alle kinderkoren.
Het is zinvol om te onderzoeken of dit een jaarlijkse gebeurtenis kan worden.
Het kan een impuls zijn voor de kinderkoren. Het profielberaad zal dit punt
verder uitwerken.
Bovendien is de gezinsviering speerpunt in deze periode om juist de gezinnen
in onze parochie als doelgroep extra in het vizier te krijgen. Een goede
afstemming met scholen, op feesten in het kerkelijk jaar en ook goede PR
vergroten de aanwezigheid van gezinnen in deze vieringen.
In het bijzonder voor deze vieringen kijken we naar kwaliteit. Kwaliteit in de
voorbereiding, in de materialen en in de uitvoering. Een extra impuls dient ook
om het aantal vrijwilligers in de werkgroepen te vergroten. Deze extra impuls en
de ontwikkeling uit project 1 voor de kinderkoren moeten leiden tot een
versteviging van de gezinsviering de komende vijf jaar.
8
Catechese: Inwijdend en levenslang leren
Inleiding
Als bron van inspiratie geldt voor ons dat God een relatie met mensen wil aangaan
en dat mensen zoeken hoe te antwoorden op deze uitnodiging. De christelijke
geloofstraditie biedt een weg waarop gelovigen en spirituele zoekers worden ingewijd
in het geheim van de relatie tussen God en mensen. De Schrift, het Woord, geldt
daarbij als bronboek dat laat zien hoe mensen lerend in deze relatie stonden.
In het bijzonder worden wij geïnspireerd door de relatie van Jezus Christus met God,
die Hij als zijn en onze Vader zag. Wij voelen ons opgeroepen om in zijn Geest onze
levensweg te gaan, die voert tot menswording en gemeenschapsvorming, om een
oord te creëren waar men vrijmoedig met het Woord kan omgaan.
We omschrijven catechese als volgt:
Catechese is een systematisch proces van inwijden en leren waarbij de eigen
geloofservaring in gesprek gaat met de Schrift en andere bronnen uit de christelijke
traditie om te komen tot een verdieping van het geloofsinzicht die bijdraagt aan de
menswording van de catechisanten en het uitgroeien tot vrije en kritische christenen.
Beleid
We brengen in ons catechetisch beleid een drieslag in manieren van leren aan,
namelijk:
1) geloofsinformatie, 2) geloofstoe-eigening en 3) geloofscommunicatie.
In het aanbod dat voor de komende periode voorzien is, zal de nadruk steeds op één
van de drie genoemde leerwijzen liggen, zonder de twee andere leerwijzen uit te
sluiten. In dat aanbod zijn verschillende vormen van permanente catechese,
sacramentencatechese en missionaire catechese opgenomen, die al langer bestaan
in onze parochie.
Algemene doelstelling:
We willen het huidige catechetische aanbod bestendigen en uitbouwen en de
deelname van ouders in de sacramentencatechese vergroten.
Subdoelstellingen:
Structuur en organisatie:
1. Zorgdragen voor een inhoudelijk profielberaad catechese;
2. Zorgen voor een warm en gastvrij onthaal in een sfeervolle ruimte;
3. Catechetische werkgroepen samenbrengen om elkaar te inspireren en van
elkaar te leren;
4. Toerusten van een aantal vrijwilligers voor volwassenencatechese, als ook
van de vrijwilligers die bezig zijn met de voorbereiding op heilig doopsel,
eerste heilige communie en heilig vormsel;
5. Aandacht vragen in de liturgie op enkele momenten in het jaar specifiek voor
catechese naast de nu al bestaande initiatiesacramenten. Ook organiseren we
overlappende projecten met de andere profielen;
6. Sacramentenvoorbereiding herstructureren door teruglopend aantal
vrijwilligers;
7. Actualiseren catechetische materialen in de geloofsgemeenschappen;
9
Geloofsinformatie:
8. Sacramentencatechese bestendigen en inbedden in een doorlopend en
aansluitend catechetisch aanbod voor kinderen en volwassenen;
9. Opzetten van een parochiebrede Werkgroep Huwelijksvoorbereiding;
10. In alle 8 geloofsgemeenschappen een ‘Opfriscursus’ ten minste één maal in
deze vijf jaar aanbieden;
11. Opzetten en uitvoeren van een minicursus “geloofsopvoeding”;
12. Ontwikkelen van ad hoc aanbod voor verschillende doelgroepen, waaronder
‘vrijwilligers’, ‘niet-katholieken’, ‘herbeginners’ en ‘zoekende mensen’;
Geloofstoe-eigening:
13. Bestendigen van het catechumenaat;
14. Ontwikkelen van kloosterweekends;
15. Ontwikkelen en uitvoeren van bezinningavonden;
Geloofscommunicatie:
16. Voorbereiden en begeleiden van Geloven nu!-groepen;
17. Opzetten en begeleiden van themagroepen, ad hoc en structureel.
Projecten voor de komende vijf jaar
In het jaarwerkplan vindt u een beschrijving van de concrete plannen op het gebied
van geloofsinformatie, geloofstoe-eigening en geloofscommunicatie. Het gaat hier
om de reeds lopende catechetische activiteiten die we willen bestendigen in aanbod
en kwaliteit. Hieronder beschrijven we een drietal projecten die de komende vijf jaar
extra en intensieve aandacht vragen.
Catechese rond het Woord vindt tijdens vele fasen van het leven plaats. De
sacramentencatechese biedt volgens ons kansen om mensen ook in contact te
brengen met andere vormen van catechese. Vereiste is dat de kwaliteit goed is en
dat mensen ook kunnen doorstromen. In deze periode krijgt de catechese in de
huwelijksvoorbereiding prioriteit.
Project 1: “Huwelijksvoorbereiding: samen sterk!”
De kerkelijke huwelijkssluiting is voor mensen een bewuste keuze. Men is bereid
zich terdege voor te bereiden om en aan deze mooie dag ook een verdieping te
geven. Binnen onze parochie bestaat er niet of nauwelijks een gestructureerde
huwelijksvoorbereiding.
Voor de komende periode willen we een werkgroep Huwelijksvoorbereiding
opzetten, toerusten en voor een groot deel de voorbereiding laten uitvoeren.
Gezien het aantal huwelijken in de parochie is één werkgroep voldoende. Niet
alleen in het huwelijk ben je samen sterk, maar ook is samenwerking binnen de
parochie in deze vorm van catechese een sterk punt.
Naast de structuur en organisatie dient er ook een catechetische methode
ontwikkeld te worden. De methode dient aan te sluiten bij de belevingswereld van
de mensen die willen trouwen.
Catechese biedt voor mensen een veilig oord om hun vragen te stellen. Het draait
om de vragen en niet om de antwoorden. We proberen de vragen in het bredere
kader van de christelijke traditie te plaatsen. Het eerste en belangrijkste oord waar
10
vragen gesteld worden, is het gezin. Daarom krijgt de ontwikkeling en uitvoering van
‘geloofsopvoeding’ prioriteit de komende periode.
Project 2: “Geloofsopvoeding: niets bijzonders!”
Geloofsopvoeding is een integraal onderdeel van de totale opvoeding. Je kunt
beide niet splitsen. In die zin moet je geloofsopvoeding niet meer bijzonder
maken dan het is. Het is een onderdeel van de opvoeding waarbij evenveel
gezocht wordt naar antwoorden, naar houdingen, naar omgaan met vragen. In die
zin niets bijzonders. Aan de andere kant ervaren ouders vaak wel een bepaalde
onzekerheid bij geloofsvragen. Voornaamste uitgangspunt is dat hun eigen geloof
het belangrijkste materiaal is waarmee ze werken. Dat ze hun eigen geloof ten
dienste stellen van de opvoeding. Naast deze bewustwording is het samen leren,
het samen zoeken naar antwoorden, maar ook het vertrouwd raken met rituelen
en andere elementen in de geloofsopvoeding een welkome aanvulling. Tenslotte
sluit dit project nauw aan op het project Gezinsviering Extra!. Beide projecten zijn
gediend bij een goede afstemming op elkaar.
Catechese is je oor te luister leggen naar de vragen die niet, half of wel uitgesproken
worden. Veel mensen hebben sinds hun lagere schooltijd nauwelijks nog catechese
gevolgd. Ook vrijwilligers die als actieve groep in de parochie vertrouwder is met
geloof en kerk, zijn minder bekend met de rijkdom die catechese je kan bieden.
Project 3: “Opfriscursus: een nieuw begin!”
Op een aantal plaatsen in onze parochie is de opfriscursus al een groot succes.
Van vrijwilliger tot rand-kerkelijke, er is een behoefte aan een cursus waarin alles
gevraagd kan worden. De opfriscursus is een plek waar de meest elementaire
zaken van het christelijk geloof worden verteld en uitgelegd. Veelal ontstaat er bij
mensen een honger naar meer. In onze parochie kan men doorstromen naar bij
voorbeeld Geloven nu!
Het succes van deze cursus willen we uitbreiden naar andere
geloofsgemeenschappen om zo ook daar een structureel inwijdend
geloofsleerproces te laten plaatsvinden. Elke plek vraagt om een eigen
benadering en vraagt om een zorgvuldige voorbereiding.
11
Diaconie: ‘Als de kerk niet dient, dient zij tot niets’
Inleiding
‘Als de kerk niet dient, dient zij tot niets’, is een uitspraak van de Franse bisschop
Gaillot. Deze uitspraak is bepalend voor het bestaansrecht van de parochie samen
met de andere taken van gemeenschapsopbouw, catechese en liturgie.
Het profiel diaconie wil het missiestatement van onze parochie “Wees Woord voor
iedereen” op vele wijzen gestalte geven. Daar waar diaconaal wordt gehandeld, komt
God aan het licht en wordt het Woord impliciet verkondigd. Gods goedheid en liefde
tegenwoordig stellen kan alleen wanneer de diaconie aansluit bij de noden en vragen
van mensen. Dit vraagt van ons dat we oog en oor hebben voor de eigen
leefomgeving van mensen dichtbij en ver weg.
Uit dit alles vloeit voort dat wanneer diaconie in haar handelen aansluit bij de noden
en vragen van de naasten - de eigen naaste, de naaste dichtbij en de naaste ver weg
-, dat zij de parochie als een fysiek of spiritueel toevluchtsoord kunnen en mogen
ervaren.
De definitie voor diaconie die we hanteren, is ontleend aan het Landelijk Pastoraal
Overleg (1987) en luidt als volgt:
Allerlei manieren waarop groepen christenen (waaronder parochies) zich
solidariseren met mensen in nood of werken aan het oplossen van maatschappelijke
problemen.
Binnen deze werkdefinitie komen de zogenaamde drie “S”-en aan bod, namelijk
Steun, Solidariteit en Strijd. Het gaat om steun aan mensen in geestelijke, dan wel
materiële nood. Deze mensen verdienen vanuit een christelijke gemeenschap
solidariteit. Strijd betekent het onder de aandacht brengen van maatschappelijke
noden bij kerkelijke en politieke organisaties en het werken aan meer
rechtvaardigheid.
Beleid
De ondersteunende beleidslijnen zijn tot stand gekomen in het Bestuurlijk Overleg
Diaconie (in de parochie het huidige profielberaad diaconie). De inspiratie voor het
beleid ontlenen we grotendeels aan de acht werken van barmhartigheid zoals
verwoord in het evangelie van Matteüs 25,31-40.
Die werken van barmhartigheid bestrijken een aantal groepen in de toenmalige
maatschappij: hongerigen, dorstigen, vreemdelingen, naakten, zieken en
gevangenen. In het Jodendom en later in het Christendom is ook het begraven van
de doden opgenomen als officieel werk van barmhartigheid. In de praktijk van alle
dag moet het diaconaal handelen zich aanpassen aan de dan aanwezige of
groeiende noden.
Zo is in onze dagen ook het vrede stichten een belangrijk werk van barmhartigheid.
Het aanpassen aan de vragen van onze tijd vereist een periodieke heroriëntatie op
de formulering van de Bijbelse werken van barmhartigheid. Dat brengt hun actuele
waarde aan het licht en lukt het ook om ze adequaat te doen zijn voor huidige
12
maatschappelijke ontwikkelingen. Een nadere begripsanalyse helpt de horizon te
verbreden, zodat de “moderne noden” niet aan onze aandacht ontsnappen.
Ook vergroot het het bewustzijn dat de dienende taak van de Kerk ieders
verantwoordelijkheid is. Het is niet realistisch om te denken dat we binnen vijf jaar dit
bewustzijn bij iedere parochiaan hebben ontwikkeld. Wel zetten we onze eerste
stappen bij de diaconale vrijwilligers om vanuit deze kring het bewustzijn door te
laten dringen naar andere parochianen.
Algemene doelstelling:
We houden een periodieke heroriëntatie op de formulering en uitvoering van de
werken van barmhartigheid en we vergroten het bewustzijn in de
geloofsgemeenschap dat de dienende taak van de Kerk ieders verantwoordelijkheid
is.
Subdoelstellingen:
Structuur en organisatie:
1. Zorg dragen voor een inhoudelijk profielberaad diaconie;
2. Diaconale beraden en werkgroepen bouwen aan een netwerk van contacten
met andere kerken en maatschappelijke instellingen in de verschillende
geloofsgemeenschappen;
3. Diaconale beraden en werkgroepen initiëren en bevorderen contacten met
andere (profiel)werkgroepen binnen de parochie;
4. Toerusten van vrijwilligers in de uiteenlopende diaconale werkgroepen, waar
het gaat om hun eigen uitvoerende taak;
5. Werven van nieuwe vrijwilligers;
Periodieke heroriëntatie en projecten:
6. Toetsingsinstrument ontwikkelen, uitvoeren en toe laten passen door
vrijwilligers ten dienste van een evaluatie van diaconale activiteiten;
7. Initiëren, toerusten en begeleiden van rouwgroepen;
8. Tweejaarlijkse projecten en speerpunten formuleren en initiëren, onder andere
op basis van de moderne vertaling van de werken van barmhartigheid;
9. Toekomstige visie en beleid ontwikkelen voor PCI (Parochiële Caritas
Instelling);
10. Gezamenlijke keuze voor vastenactiedoel vaststellen en waar mogelijk
materiaal en gastsprekers uitwisselen en gebruiken;
11. Versterken en uitbreiden van de Gideonsbende.
Projecten voor de komende vijf jaar:
Diaconaal handelen vindt zijn inspiratie in het Woord, zoals het door de Bijbel tot ons
komt. Deze oude woorden vragen om een vertaling naar de moderne tijd.
Tegelijkertijd dienen niet alleen die oude woorden vertaald te worden, maar is het
ook noodzakelijk telkens onze ‘ogen’ te scherpen en te focussen, zodat we de
huidige noden ook echt zien.
Project 1: “Werken van barmhartigheid: toen en Nu!”
Dit project heeft het meest betrekking op de grondslagen van de diaconie. Wat
betekent diaconaal handelen in deze moderne tijd? Leden van diaconale
werkgroepen vinden het vaak lastig om te komen tot een moderne vertaling
13
van de Bijbelse werken van barmhartigheid. Bovendien richten zij zich
voornamelijk op de eigen parochianen en hun noden. De werken van
barmhartigheid vragen juist ook onze blik naar buiten te richten.
Een moderne vertaling willen we stimuleren door ons handelen meer op
gestructureerde wijze te evalueren. De profielpastores en de leden van het
profielberaad diaconie stellen zich tot taak de werkgroepen een
toetsingsinstrument in handen te geven, dat geënt is op het missiestatement
Wees Woord voor iedereen. Hierdoor zal een nieuwe manier van werken
ontstaan: meer projectmatig en kleinschalig van gestalte. Dit zal ook nieuwe
vrijwilligers moeten aantrekken, als ook het bewustzijn vergroten dat de
diaconie ieders verantwoordelijkheid is. Dit project oefent de periodieke
heroriëntatie en vergroot het bewustzijn van ieders verantwoordelijkheid in de
dienende taak van de Kerk.
Je oren laten luisteren naar wat mensen wel en niet zeggen. Het meeste wordt nog
gezegd tussen de regels door. Luisteren met aandacht naar mensen in een
rouwproces van welke aard ook is een kernvaardigheid in diaconie en pastoraat.
Project 2: “Rouwverwerking: aandacht voor verlies!”
Binnen de parochie hebben enkele geloofsgemeenschappen al langer
ervaring met rouwverwerkingsgroepen. Het gaat om volwassenen die langer
dan een half jaar geleden een dierbare hebben verloren. In groepsverband
komt ieders rouwproces met verschillende werkvormen aan bod. De eerste
stappen zijn gezet voor een rouwgroep voor kinderen. In de toekomst willen
we dit aanbod uitbreiden ook naar andere soorten van verlieservaringen.
In onze geloofsgemeenschappen zijn verschillende werkgroepen actief bij het
bezoeken/ begeleiden van mensen in rouw. In overleg met de profielpastores
worden toerusting en bezinning geboden aan deze werkgroepen.
De parochie is al eeuwenlang een oord waar men terecht kan voor pastorale nood.
We denken aan nood van financiële en van geestelijke aard. Deze uiteenlopende
noden vragen om een projectmatige aanpak. Het gaat om nieuwe speerpunten, maar
ook om langer lopende projecten die een impuls nodig hebben.
Project 3: “Speerpunten: woorden in daden!”
Het profielberaad diaconie stelt zich ten doel om tweejaarlijks in iedere
geloofsgemeenschap een speerpunt te omschrijven en als project op te
starten. Het werken met speerpunten, opgesteld door de geloofsgemeenschap
zelf, vergroot de draagkracht en daarmee ook de slagingskans van een
project. Het maakt het diaconaal werken tastbaar en concreet.
De speerpunten betreffen zowel nieuwe initiatieven die naar voren komen uit
de ‘getoetste’ evaluaties, als ook langer lopende activiteiten. Door de
intensieve aandacht aan een klein onderdeel binnen het diaconale
takenpakket verstevigen we uiteindelijk het geheel van de diaconie.
Het spreekt voor zich dat ideeën uit project 1 als speerpunt terug kunnen
komen in dit project. In het jaarwerkplan 2010 staan voor de komende twee
jaar per geloofsgemeenschap de speerpunten uitgeschreven.
14
Gemeenschapsopbouw: Versterken van de draagkracht
Inleiding
Willen we kunnen opbouwen, dan moeten we eerst de rol van de kerk en in het
bijzonder de plaats van de kerk in de samenleving onder de loep nemen. Het gebied
van de parochie is van oudsher een agrarische regio. Binnen deze regio zijn plaatsen
als Houten en Bunnik groeigemeenten, Wijk bij Duurstede kent een stedelijke
geschiedenis. De andere plaatsen zijn kleine agrarische dorpen. Hoewel er een
bepaalde diversiteit is in onze regio zien we ook dat de rol van de kerk in de
samenleving in toenemende mate aan verandering onderhevig is. Rekening houdend
met de cultuur van iedere locatie, is de vraag:
Hoe kunnen we met wat we hebben, uitbouwen en opbouwen?
Vanuit deze vraag komt het Profielberaad Gemeenschapsopbouw tot de volgende
visie:
Gemeenschapsopbouw begint met aandacht voor mensen (oor) aan de basis en
brengt hen met elkaar in verband (oord), teneinde mensen – die beeld en gelijkenis
van God zijn - te laten groeien in hun geloof op weg naar het Rijk van God (Woord).
Hierbij zijn inspiratie, kwaliteit, communicatie en verbondenheid in geloof de
sleutelbegrippen voor de opbouw van een vitale parochie en van vitale, hun
eigenheid behoudende, geloofsgemeenschappen in de Krommerijnstreek.
Beleid
In de komende beleidsperiode staan voor gemeenschapsopbouw drie zaken
centraal, namelijk:
a. Lokale geloofsgemeenschappen zijn vitaal en ontwikkelen van binnenuit een
blijvende inspiratie, een gewaarborgde kwaliteit en een gestroomlijnde
communicatie binnen de parochie, die daardoor wordt gevoed.
b. Vanuit een gezamenlijke verbondenheid in het geloof laat de kerk haar stem
horen en draagt door haar aanwezigheid bij aan maatschappelijke
verantwoordelijkheden in de samenleving van eigen stad, dorp of regio.
c. We scheppen voorwaarden waardoor parochianen – individueel of
groepsgewijs – de nodige zorg en aandacht voor zichzelf en voor elkaar
kunnen hebben.
Juist voor het profiel gemeenschapsopbouw is er een cruciale rol weggelegd voor het
laten functioneren van de ene parochie met acht geloofsgemeenschappen. Daarom
ligt in de komende beleidsperiode het accent juist op het opbouwen van het gevoel te
behoren tot één vitale en inspirerende parochie. Door de fusie is er speciale
aandacht voor contacten die in het gedrang zouden kunnen komen, zoals die binnen
de oecumene en de scholen, die een lokaal karakter hebben.
Algemene doelstelling:
We versterken de draagkracht van de plaatselijke geloofsgemeenschappen in hun
structuur en organisatie en we accentueren dát wat de acht geloofsgemeenschappen
tot een nieuwe parochie bindt.
15
Subdoelstellingen:
Structuur, organisatie en opbouw:
1. Zorg dragen voor een inhoudelijk profielberaad gemeenschapsopbouw;
2. Begeleiden pastoraatsgroepen na installatie- en verkenningsfase;
3. Bewustzijn en krachten versterken dat parochianen dragers van de
geloofsgemeenschap zijn;
4. We organiseren ‘gelovige’ aandacht voor persoonlijke gebeurtenissen
waarvoor niet altijd vanzelfsprekend een pastoraal ‘oog’ en ‘oor’ is;
5. We inventariseren bij parochianen vaardigheden, wensen en interesses ten
bate van het vrijwilligerswerk;
6. We brengen werkgroepen in het profiel gemeenschapsopbouw samen voor
uitwisseling, inspiratie en verbondenheid;
7. We maken kerkgebouwen tot voor iedereen toegankelijke plekken in de
samenleving;
8. We bevorderen actief contact tussen kerk en samenleving;
Van 8 geloofsgemeenschappen naar 1 parochie:
9. Uitdragen en versterken van de identiteit van de nieuwe parochie Paus
Johannes XXIII;
10. Interne en externe communicatie verbeteren en stroomlijnen;
11. We bewaken en verzorgen de oecumenische contacten van de ene parochie –
middels haar locaties - met de verschillende zusterkerken in de regio;
12. We bevorderen de contacten tussen de parochie – middels haar locaties - en
de scholen.
Projecten voor de komende vijf jaar:
Het Woord is tot ons gekomen, en ook wij willen God ter sprake brengen door dat
Woord te delen, door dat Woord naar elkaar en naar de maatschappij te
communiceren. Dat zo’n communicatie werkt, blijkt uit het feit dat wij nog steeds
samenkomen rond het levende Woord van de Heer. In deze tijd met haar vele
communicatiemiddelen en –technieken is het voor de opbouw van de gemeenschap
van vitaal belang goed beleid te voeren op communicatie.
Project 1: “Communicatie: schept gemeenschap!”
Communicatie schept gemeenschap (communio). Gemeenschap en
verbondenheid zijn de kernwaarden van het katholiek geloof. Vanuit die
kernwaarden willen we de komende vijf jaren de interne en externe
communicatie nauwkeurig onder de loep nemen.
Wat betreft de interne communicatie zijn met name het parochieblad en de
website de belangrijkste peilers. De externe communicatie geschiedt
eveneens via de website als ook de lokale pers.
Belangrijkste doel naar binnen toe is dat de communicatie en informatie goed
gestroomlijnd is teneinde frustraties onder vrijwilligers en parochianen door
gebrekkige informatievoorziening te voorkomen. Voor zowel de interne als
externe berichtgeving stellen we ons ten doel dat de nieuwe parochie zich
meer en meer een plaats verovert onder gelovigen en in de maatschappij en
dat daarmee haar bekendheid vergroot wordt.
16
De parochie is altijd een oord geweest waar mensen terecht konden voor pastorale
zorg en aandacht. De pastorie was bewoond en dat gaf de mensen een ‘gerust’
gevoel. Om die pastorale aanwezigheid te waarborgen hebben we een aantal jaren
geleden de pastoraatsgroepen in het leven geroepen.
Project 2: “Pastoraatsgroep: presentie en aandacht!”
Nu alle pastoraatsgroepen gepresenteerd zijn komen we in een volgende
fase. Voor iedere pastoraatsgroep is het zoeken naar een plek binnen het
geheel van de plaatselijke geloofsgemeenschap. De acht kerkplekken zijn
verschillend in organisatie, structuur, grootte en cultuur. Bovendien zijn de
vrijwilligers in de pastoraatsgroepen ook verschillend met onderscheidende
talenten. Al deze verschillen betekenen dat iedere functie-omschrijving reeds
is aangepast aan de eigenheid van de locatie. Niettemin blijft het ook dan nog
een zoeken naar een eigen invulling van die omschrijving.
Naast het zoeken van een eigen plek en invulling willen we ook de bekendheid
vergroten en de aanwezigheid versterken. De pastoraatsgroepen hebben een
spilfunctie in het welslagen van dit pastorale beleidsplan. Met name hun
aanwezigheid en hun aandacht zijn van vitaal belang voor de toekomst en het
bestaan van de plaatselijke geloofsgemeenschap. Om die reden geven we
ook de komende vijf jaren de pastoraatsgroepen de aandacht die zij verdienen
en nodig hebben.
Het voortbestaan van de parochie en met name het vele werk dat verzet wordt, ligt in
handen van heel veel vrijwilligers. Door verschillende omstandigheden staat hun
werk onder druk. De schaalvergroting van de parochie, de op afstand staande
pastores en de schaarste aan nieuwe vrijwilligers zijn bedreigingen voor een goed
draaiend vrijwilligerskader. De komende vijf jaren leggen we daarom goed ons oor te
luister bij juist deze groep parochianen.
Project 3: “Vrijwilligers: dragers van de gemeenschap!”
Zonder vrijwilligers zou het parochieleven saai en doods zijn. De inbreng van
vrijwilligers brengt inspiratie, creativiteit en vernieuwing in een parochie. Voor
het pastoraal team zijn de vrijwilligers van groot belang. Het pastoraal beleid
kan alleen in samenwerking met anderen slagen. In onze parochie hebben we
in de vorige beleidsperiode een tevredenheidsonderzoek gehouden onder
vrijwilligers. De resultaten van dit onderzoek bieden voldoende informatie om
de komende periode het vrijwilligersbeleid tot één van de kernactiviteiten te
maken van zowel pastoraal team als ook parochiebestuur.
In het kader van gemeenschapsopbouw geldt bovendien dat aandacht, zorg
en waardering voor vrijwilligers gewaarborgd dient te worden. Door de waan
van de dag lijkt juist deze aandacht en zorg het kind van de rekening te
worden. De vrijwilligers dragen de gemeenschap.
17
Jongerenpastoraat: Uitdagend en weerbarstig
Inleiding
Naast de vier bekende profielen onderscheiden we een bijzonder project in onze
parochie, namelijk het jongerenpastoraat. Per 1 mei 2010 zal er ook een
jongerenpastor worden aangesteld. De jongerenpastor zal het ingezette beleid
verder uitwerken en continueren.
We schenken apart aandacht aan het jongerenpastoraat, omdat we daarmee het
belang ervan willen onderstrepen. Ten tweede hebben we een visie op
jongerenpastoraat en jongerenwerk die het niet toelaat deze vorm van pastoraat
binnen één van de profielen in te delen, maar heel expliciet bij alle profielen te
benoemen. Dat bevordert een intensieve samenwerking tussen de verschillende
profielen en het bijzonder project jongerenpastoraat. De keuze voor een bijzonder
project jongerenpastoraat dient als waarborg jongeren een eigen plek en aandacht te
geven om ze niet tussen de wal en het schip te laten vallen.
De ervaring in onze parochie leert dat wanneer je tijd en ruimte vrij maakt voor
jongeren en hen aandacht kan geven dat het jongerenwerk groeit. In die zin is het
een uitdagend onderwerp. Het is constant zoeken naar de juiste sleutel. Het
jongerenpastoraat is ook weerbarstig omdat het slagen van het ene project niet
inhoudt dat het volgende project ook automatisch slaagt. Jongeren hebben een
veelheid aan activiteiten, een druk programma waarin de kerk meestal niet de eerste
prioriteit heeft. Het is daarom ook leren omgaan met teleurstellingen. Allereerst
formuleren we onze werkdefinitie.
Jongerenpastoraat is het brede spectrum van parochiële activiteiten door en voor
jongeren van 11-30 jaar met als doel hen te betrekken bij de Rooms-katholieke
geloofsgemeenschap, waarbij ze enerzijds meedraaien in de organisatie en
anderzijds deelnemer zijn van specifieke jongerenactiviteiten.
Beleid
Het jongerenpastoraat is in de acht geloofsgemeenschappen verschillend van
invulling en intensiteit. Naast de plaatselijke initiatieven zijn er georganiseerde en
spontane parochiebrede activiteiten ontstaan. In de toekomst willen we het
jongerenpastoraat verankeren in iedere geloofsgemeenschap op een wijze die
haalbaar en realistisch is voor de plaatselijke kerk. Daarnaast stimuleren we ook de
gezamenlijke ontmoetingen om ook via de jonge generatie te werken aan een
gedeelde identiteit van de ene parochie.
Algemene doelstelling:
We geven in onze parochie jongeren fysiek en geestelijk de ruimte en bieden hen
een veilige plaats waar zij zich gelovig kunnen ontwikkelen in contact met elkaar en
met de geloofsgemeenschap.
Subdoelstellingen:
Structuur en organisatie in de parochie
1. Zorg dragen voor een inhoudelijk werkoverleg jongerenpastoraat;
2. Werven en toerusten van vrijwilligers;
18
3. Stimuleren en begeleiden van lokale stuurgroepen en het platform Jong
Origineel Katholiek (JOK);
4. Onderlinge contacten tussen verschillende jongerengroepen bevorderen;
5. Vernieuwen van materialen ten dienste van jongerenpastoraat en –werk;
Veelzijdig jongerenpastoraat: voor ieder wat wils
6. Organiseren en begeleiden van parochiële Taizé-reis;
7. Organiseren en begeleiden van Wereldjongerendagen 2011 in Madrid;
8. Begeleiden en coachen van plaatselijke jongerengroepen;
9. Bezoeken van jongerenkoren;
10. Ontwikkelen van materiaal voor groepen van 11-17-jarigen;
11. Initiëren van jongerenpastoraat waar het nog niet georganiseerd is;
12. Jongeren fysiek en geestelijk een eigen plek bieden;
13. Begeleiden van 18+ groepen;
14. Samenwerking met de vier profielen in jongerenwerk voor 7 tot en met 11jarigen en 11+.
Projecten voor de komende vijf jaar
De komende beleidsperiode onderscheiden we een drietal projecten. Deze projecten
zijn verschillend van aard. In de projecten komen de subdoelstellingen gedeeltelijk
aan de orde.
Jongerenpastoraat rond het Woord vindt op uiteenlopende manieren plaats. In
jongerengroepen, jongerenvieringen en op reis naar andere plaatsen.
Project 1: “Wereldjongerendagen: voor wereldse jongeren!”
In onze parochie is al een bescheiden ervaring met de organisatie van de
Wereldjongerendagen in Keulen en Sydney. De afgelopen jaren hebben we
de WJD in ieder geval breed onder de aandacht kunnen brengen. Die
bekendheid en de relatief korte afstand tot Madrid maken de kansen groter dat
er deze keer meer jongeren zich in zullen schrijven. We stellen een
projectgroep samen om de WJD in onze parochie te organiseren, te promoten
en te sponsoren.
De WJD bieden jongeren in ons land een kans om te ervaren wat het betekent
deel uit te maken van een wereldkerk. Tijdens deze dagen ontmoet je talloze
jongeren uit de hele wereld en je kunt deelnemen aan uiteenlopende
activiteiten. Voor veel jongeren betekent dit een rijke geloofservaring, een
verdieping en ook een stimulans om het geloof in het dagelijks leven een
ruimere plek te geven.
Voor de parochie betekent een reis naar de WJD, evenals naar Taizé, een
kans om jongeren met elkaar te verbinden. Samen reizen, voor langere tijd
weg zijn in een ‘gelovige’ omgeving is van grote waarde voor het opbouwen
van het jongerenpastoraat.
In deze beleidsperiode zal ook een volgende WJD vallen. Na de WJD van
Madrid volgt een evaluatie door de projectgroep met aanbevelingen voor de
WJD in 2014.
Het jongerenpastoraat kan weerbarstig zijn vanwege het dynamische leven van
jongeren. Op papier kun je mooie plannen uitdenken die in de praktijk net even
19
anders uitpakken. Om die reden is het belangrijk constant voeling te houden met de
leefwereld van jongeren, je oor te luisteren leggen.
Project 2: “Hefboomtechniek: beginnen met wat er is!”
Het uitgangspunt van het jongerenpastoraat is vooral te kijken naar wat we al
hebben. Een goede manier om verder beleid op het jongerenpastoraat te
ontwikkelen is de hefboomtechniek.
In deze manier van werken zijn er drie bewegingen. Eerst is er de analyse van
wat je al hebt in een parochie. Kijk naar wat er al aanwezig is. De tweede fase
is de droomfase. Wat zou je willen dat er zou zijn? De bedoeling is ‘vrij’ te
dromen, zonder je te laten beperken door de werkelijkheid. De derde fase is
de evaluatie. De dromen uit fase 2 worden geëvalueerd en je kiest voor het
meest interessante en belovende idee.
Het idee achter deze werkwijze is, om dat wat je hebt, je als hefboom kunt
gebruiken om iets nieuws te creëren.
Het werkoverleg jongerenpastoraat en de jongerenpastor stellen zich ten doel
op deze wijze het jongerenpastoraat zowel in de geloofsgemeenschap als in
de parochie stap voor stap te verstevigen en uit te breiden. Deze manier van
werken is projectmatig en gericht op kleine successen die motiverend werken
voor de vrijwilligers en de jongeren. Elk jaar doorlopen we de drie fasen. In dit
project stellen we ons ook ten doel een goede projectomschrijving te geven
om ook extra subsidie, of sponsorgeld van derden te kunnen aanvragen.
Een eigen plek, een eigen oord voor jongeren. Die plek kan op verschillende
manieren geboden worden. Het creëren van een plek voor kinderen en jongeren
brengt ook langzamerhand een verandering in bewustzijn met zich mee. Een
zichtbare plek zorgt ervoor dat jongeren niet opgaan in de massa en dat ze zo voorbij
gelopen worden. Tussen de generaties groeit daardoor wederzijdse waardering.
Project 3: “Een eigen plek”
Voor jongeren is het belangrijk een eigen plek te hebben in de
geloofsgemeenschap. Een eigen plek in fysieke en geestelijke zin. Door de
aanstelling van de jongerenpastor bieden we een ‘geestelijke plek’, omdat op
deze wijze een professional vrijgesteld is om juist deze doelgroep de pastorale
aandacht te geven die nodig is. Sommige geloofsgemeenschappen hebben
ook een fysieke plek voor de jongeren. Zo’n eigen ruimte werkt stimulerend en
laat zien dat de geloofsgemeenschap belang hecht aan de aanwezigheid van
jongeren. Vanuit die eigen plek, is de ervaring, worden ook stappen gezet
naar andere plekken in de geloofsgemeenschap. Het is niet de bedoeling dat
men zich isoleert.
Een eigen plek moet er ook zijn in de communicatiemiddelen, zoals het
parochieblad en de website. Samen met jongeren willen we in deze periode
onderzoeken op welke wijze we invulling geven aan deze ‘plek’.
Dit project heeft als doel per jaar te bezien hoe jongeren zichtbaar zijn voor
andere jongeren, voor de geloofsgemeenschap en ook dat ze doelgroep
gericht pastoraat ontvangen.
Ook zal binnen dit project een intensieve samenwerking gelden met andere
profielen. Voor de liturgie geldt de eigen plek in en door de jongerenvieringen.
Voor gemeenschapsopbouw zijn initiatieven als de paasnachtwake en de
20
Driekoningenvoettocht belangrijke activiteiten die verbindend werken door alle
generaties heen. Voor diaconie komt bij voorbeeld de actie Diaconaction in
beeld, maar ook het diaconale bewustzijn in jongerengroepen. Voor catechese
is er samenwerking in de zogenaamde tussencatechese, tussen eerste heilige
communie en heilig vormsel, maar ook wat betreft geloofsinwijding in
jongerengroepen en gespreksgroepen van jong-volwassenen.
21
Download