MEDICATIE

MEDICATIE
MEDROL 2X4mg 2X1co 8u-20u
Therapeutische indicaties
1. Reumatologische aandoeningen (reuma is een verzamelnaam voor meer dan
200 verschillende aandoeningen van het houdings- en bewegingsapparaat
(botten, spieren, gewrichten, pezen) die niet worden veroorzaakt door een
ongeval of blessure)
2. Pulmonale aandoeningen (aandoeningen van de longen)
3. Gastro-enterologische aandoeningen (aandoeningen van het maagdarmkanaal)
4. Hematologische aandoeningen (aandoeningen van het bloed en de
bloedvormende organen)
5. Nefrologische aandoeningen (aandoeningen van de nieren)
6. Endocrinologische aandoeningen (aandoeningen van de klieren met inwendige
Secretie, d.w.z. dat hun producten (hormonen) door het bloed worden
opgenomen)
7. Oncologische aandoeningen (vorming van gezwellen)
8. Neurologische aandoeningen (aandoeningen van het zenuwstelsel)
9. Oogheelkundige aandoeningen (aandoeningen van de ogen)
10. Dermatologische aandoeningen (aandoeningen van de huid)
Bijwerkingen
Er is niet zozeer sprake van bijwerkingen of complicaties maar van aan de
corticosteroïdtherapie (therapie waarbij men bijnierschorshormonen krijgt
toegediend) onafscheidelijk verbonden met de werkingen die ongewenst zijn. Samen
vormen deze een vrijwel volledige nabootsing van het syndroom van Cushing
(ziektebeeld gekenmerkt door o.a. vetzucht, vollemaansgezicht, bloeddrukverhoging,
osteoporose, psycholabiliteit, moeheid, hyperglycemie (verhoogt glucose
verhoudingen van het bloed).)
1. Verstoringen van het vocht- en elektrolytenevenwicht {elektrolyt = verbindingen
(zuren, basen, zouten) die in waterige oplossing in ionen worden opgesplitst}.
2. Afwijkingen aan het bewegingsapparaat
3. Gastro-intestinale afwijkingen (afwijkingen van de maag en de ingewanden)
4. Dermatologische afwijkingen (afwijkingen van de huid)
CORVATON 4mg 3X1co 8u-16u-20u
Indicaties:
Tabletten: profylactische (voorbehoedend) behandeling en behandeling op lange
termijn van angina pectoris. (Is een hartziekte die wordt veroorzaakt door
vernauwing van de kransslagaderen (= coronair arteriën) van het hart.) Hierdoor is
de doorbloeding van de hartspier plaatselijk verminderd (= ischemie). Het
zuurstoftekort (= hypoxie) dat daar dan ontstaat, veroorzaakt ernstige benauwdheid
(= angina), pijn op de borst (= pectoris), in de rug en/of de armen.)
.
NB: tabletten niet bruikbaar voor een angora crisis (beklemming, angst).
Bijwerkingen:
(2 mg en 4 mg tabletten) Cefalia (pijn in het hoofd) en, uitzonderlijk, gastro-intestinale
stoornissen (stoornissen van de maag en de ingewanden), fenomenen van
orthostatische hypotensie (lage bloeddruk bij rechtopstaande houding) en allergische
symptomen die kunnen optreden.
Corvaton kan een verlaging van de bloeddruk veroorzaken. Deze ongewenste
effecten zullen vermeden of verminderd worden door individuele aanpassing van de
posologie (aanpassen van de dosis).
CEDOCARD 5mg zo nodig
Waarvoor gebruiken?
Angina pectoris; instelling op en onderhoudsbehandeling. Hartfalen, matig tot
ernstig (Hartziekte waarbij het hart niet in staat is om -vooral bij inspanning voldoende bloed door het lichaam te pompen.)
Mogelijke bijwerkingen
Bloeddrukverlaging en duizeligheid bij opstaan van bed of stoel (= orthostatische
hypotensie), afnemend na verloop van tijd en/of na aanpassing van de dosering
Duizeligheid, afnemend na verloop van tijd en/of na aanpassing van de dosering
Hartkloppingen, afnemend na verloop van tijd en/of na aanpassing van de dosering
Hoofdpijn, vooral aan het begin van de behandeling
Misselijkheid, afnemend na verloop van tijd en/of na aanpassing van de dosering
Rood gezicht, vooral aan het begin van de behandeling
Vermoeidheid, afnemend na verloop van tijd en/of na aanpassing van de dosering
INDERAL RETARD 80mg 1X1co 8u
Waarvoor gebruiken?
Angina pectoris, stabiele
Bevingen, zonder bekende oorzaak (= tremor simplex)
Bloeddrukverhoging (= hypertensie)
Feochromocytoom (Sterk verhoogde afgifte van epinefrine (= adrenaline) en
norepinefrine (= noradrenaline) waardoor de bloeddruk sterk en blijvend is verhoogd
(= hypertensie))
Hartritmestoornissen (= hart-aritmieën), bepaalde
Migraine, onderhoudsbehandeling (Migraine is een aandoening met aanvallen van
hevige, bonzende hoofdpijn, die 1 uur tot 3 dagen kunnen duren en regelmatig
terugkeren.)
Voorkomen van hartinfarct (Een acuut hartinfarct is een (vrij) plotselinge, plaatselijk
beschadiging en/of -afsterving (= necrose) van een bepaalde hoeveelheid
hartspierweefsel (= myocard-weefsel). De aard en de ernst van de klachten tijdens
en ná een hartinfarct zijn sterk afhankelijk van plaats, duur en omvang van de
coronaire afsluiting.)
Mogelijke bijwerkingen
Ademnood door bronchospasmen (kramp (toestand) van de longspieren bij astma)
Bloeddrukverlaging (= hypotensie)
Concentratie- en reactievermogen, verminderd
Depressie
Droge ogen
Duizeligheid
Gevoelswaarneming via de huid, verminderd (= paresthesie)
Haaruitval (= alopecia)
Hartfalen
Hartfrequentie, verlaagde (= bradycardie)
Hoofdpijn
Koude en blauwe vingers en tenen (= perifere ischemie)
Maagdarmklachten
Ogen, irritatie
Overgevoeligheidsreacties van de huid
Slaapstoornissen
Vermoeidheid
TAGAMET 800 1X1co 20u
Waarvoor dient het?
Behandeling en voorkómen van (= preventie) maag-/darmzweren (= ulcus
pepticum), al of niet als gevolg van het gebruik van pijnstillers van het type
prostaglandine-synthetase-remmer (= NSAID's)
Slokdarmaandoeningen t.g.v. terugvloeiing van actief maagsap in de slokdarm (=
Reflux oesofagitis: Terugvloeiing van zure maaginhoud vanuit de maagholte naar de
slokdarm. De aandoening komt vooral voor op middelbare leeftijd en bij ouderen.)
Zollinger-Ellison-syndroom (Overmatige productie en afgifte van maagsap door
een sterke toename van de afgifte van het lokale spijsverteringshormoon gastrine.
Gastrine is een maagdarmhormoon dat de maagsapsecretie stimuleert. Als gevolg
daarvan heeft het maagsap een zeer hoge zuurgraad (= hyperaciditeit).)
Mogelijke bijwerkingen
Borstvorming bij mannen (= gynaecomastie), na gebruik van 1 maand of langer
Diarree
Duizeligheid
Huiduitslag (rash)
Spierpijn
Vermoeidheid
Verwardheid, voornamelijk bij ouderen, ernstig zieken en/of na hoge doses
FRAXIPARINE 0,3cc S.C. 8u
Waarvoor dient het?
Trombose, diep veneuze trombose, voorkomen van en behandeling (Gedeeltelijke of
totale afsluiting van een slagader (= arteriële trombose), ader (= veneuze trombose)
of van een bloedvat in het hart (= cardiale trombose) of de hersenen (= cerebrale
trombose)).
Trombo-embolische aandoeningen en complicaties daarvan.
Mogelijke bijwerkingen
Bloedbeeldafwijking (trombocytopenie), meestal tijdelijk.
Bloedingen rond de plaats van injectie en/of operatie.
Bloedwaarden, afwijkingen (verhoging van de levertransaminasen)
WOORDVERKLARINGEN
RX = Dit onderzoek bestaat uit het ‘doorlichten’ van een lichaamsdeel (bij deze
patiënt waren dit de linker en rechterheup en de borstkas of thorax) van de patiënt
met röntgenstralen. De röntgenstralen die doorheen de patiënt gaan worden
opgevangen op een röntgenfilm. Deze laatste wordt ontwikkeld, op dezelfde manier
zoals we kennen van de klassieke fotografie, om daarna door de arts bekeken te
worden met het oog op de diagnostiek. Naargelang de weefsels van de patiënt,
worden de röntgenstralen meer of minder geabsorbeerd en komen er respectievelijk
meer of minder röntgenstralen op de röntgenfilm terecht. Deze verschillen in
röntgenabsorptie tussen de weefsels is van essentieel belang om tot een
beoordeelbaar röntgenbeeld te komen, omdat dit verschil de arts toelaat om
bijvoorbeeld goedaardige van kwaadaardige weefsels te onderscheiden. De RXthorax wordt genomen om te zien of er geen vocht is op de longen en dat er geen
gaten zijn in de longvliezen.
Prothese, prothesis = Vervanging van ontbrekende lichaamsdelen door kunstmatig
lichaamsdeel; BV. Een heupbol.
EKG = Het doel van het onderzoek is om door middel van geluidsgolven het hart in
beeld te brengen, om eventuele afwijkingen of stoornissen op te sporen.
Kruisproef = proef om de compatibiliteit (verenigbaarheid) der bloedgroepen van
gever en ontvanger te onderzoeken door voor de bloedtransfusie zowel erytrocyten
van de gever met serum van de ontvanger als erytrocyten van de ontvanger met
serum van de gever samen te brengen; wanneer in beide gevallen geen agglutinatie
(klontering) optreedt, is er compatibiliteit.
Packed Cells = (PC) thans erytrocytenconcentraat; (EC) synoniem = hematocriet(Ht)
= is het volume van de bloedcellen in verhouding tot het bloedvolume: gemiddelde:
0,45 liter bloedcellen / liter bloed.
Heuprevisie = vervangen van heupprothese
Artrose, artrosis = Meest bij ouderen voorkomende degeneratie van één of meer
gewrichten, niet berustend op ontsteking, gekenmerkt door o.a. deformatie (=
misvorming) van het gewrichtsbot, abnormale botwoekering (= ongecontroleerde
vermenigvuldiging van cellen van het bot) en atrofie (= degeneratie) van slijmvlies en
gewrichtskraakbeen, soms gevolgd door secundaire ontsteking van het omringende
weefsel, meestal verergerd door jarenlange te zware belasting van het gewricht
Tapotage, tapotement = een vorm van massage, bestaat o.a. uit bekloppen met
stomp-, hak-, klap- en tikbewegingen (vaak ook gedaan door een massage machine
dat deze trillingen nabootst.)
PLANNING VAN DE ZORGVERLENING
Voorbereiding:
Dossier van de patiënt nemen.
In dossier nakijken:
Medicatie:
-Diagnose
-Juiste patiënt
-Naam van de patiënt
-Juiste medicatie
-Wijze van toediening
-Rede van toediening
-Plaats van toediening (bij Fraxiparine)
-Dosering
-Individuele aandachtspunt: BV: nuchter of niet?
Bedwassing:
-Toestand van de patiënt
-Mogelijkheden en beperkingen
-Zelfredzaamheid bevorderen
-incontinentie, urinesonde, obstipatie?
-Individuele aandachtspunten: BV: speciale zeep gebruiken?
-Nagaan of de patiënt Ted-kousen heeft
Wondverzorging:
-Soort ontsmettingsmiddel
-Soort kleefpleister
-Allergie aan kleefpleister
-Plaats van de wonde
-Datum en aard van de ingreep
-Is het toedienen van een pijnstiller gewenst?
-Vorige observaties
-Soort wonde
voeding:
-Nuchter of niet
-Diabeet of niet
Uitvoering:
Jezelf voorstellen aan de patiënt en de zorgplanning mee delen.
Op de kamer na gaan welk materiaal er al aanwezig is en het ontbrekende materiaal
nadien mee nemen. Nakijken of er nieuw linnen nodig is.
Handen wassen. Medicatie nemen en goed controleren of je de juiste hebt deze dan
meenemen naar de kamer.
 Toedienen van medicatie die voor het eten moeten worden in genomen of
waar dit geen rol voor speelt. Wel enkel die van 8u.
Bij binnenkomen in de kamer. Beletsignaal aanzetten. Patiënt inlichten over wat je nu
gaat doen. Zorgen voor de privacy van de patiënt. Bed op werkhoogte brengen.
Patiënt comfortabel installeren.
Patiënt verwittigen voor de inspuiting. Resterende medicatie oraal toedienen,
wanneer deze na het eten moeten worden ingenomen dit zeggen tegen de patiënt en
ze in zicht zetten zodat hij ze niet vergeet.
 Bedwassing: Er is geen pijnmedicatie bij, dus men kan meteen beginnen aan
de bedwassing. Handen wassen.Vragen of patiënt nog naar het toilet moet.
Zo ja, patiënt het bedpan/urinaal geven. Alle materiaal klaarzetten en
overtollige kussens en lakens verwijderen. Zorgen dat patiënt goed afgedekt is
met afdekdeken (schaamte en privacy). Beginnen met bedwassing, de patiënt
moet volledig gewassen worden want kan nog niets zelf. Volgorde en
hygiënevoorschriften respecteren. De patiënt ook vragen of hij zijn gezicht met
of zonder zeep wil wassen, of de temperatuur van het water goed is. Proberen
om de patiënt toch te stimuleren tot zelfredzaamheid door voor te stellen of hij
zelf zijn gezicht wil wassen zo niet kan je het zelf doen. Bij draaien kussen
tussen de benen steken en op het goede been draaien (rechts). Alvorens de
patiënt terug op de rug wordt gedraaid, proper incontinentieverband
aanleggen. Aandoen van proper pyjama, en eventueel Ted-kousen aandoen.
Uitvoeren van de nazorgen (patiënt is een fiere en verzorgde bejaarde) zoals
scheren, tanden poetsen. De patiënt even laten rusten terwijl je het meeste
gerief op ruimt. Na het opruimen de patiënt met behulp van een tillift of hulp
van een 2de verpleegkundige aan tafel zetten om te eten. Tijdens de gehele
verzorging wordt er gelet op drukletsels, roodheid,…
 Bed opdekken volgens techniek. Vuil linnen verwijderen en proper leggen.
Bij het verlaten het beletlichtje uit doen.
 Voeding voorbereiden en hem er aan doen denken om zijn medicatie te
nemen met een glas water. Hem ook aanmoedigen en stimuleren om te eten.
Als de patiënt klaar is zijn plateau weg halen en hem nog wat rustig de tijd
geven om te bekomen voor te beginnen aan zijn wondzorg.
 Wondverzorging: je verzorgingskar in orde brengen zodat je de juiste
kleefpleisters hebt, juiste ontsmettingsmiddel, ether, enkele
wondverzorgingssets, en enkele reserve deppers. (controleer alles op steriliteit
dan moet je dit niet meer op de kamer doen.), hang een proper vuilzakje aan
je kar. Ontsmet het werkvlak van je kar. Handen wassen. Naar de kamer gaan
(beletlichtje, privacy) en de patiënt voorbereiden door hem terug in bed te
leggen en hem ook uitleggen wat je gaat doen. Was je handen en doe
handschoenen aan . De kleefpleister van de wonde verwijderen volgens de
aangeleerde technieken en kleefresten verwijderen (ether). Je handen
opnieuw wassen. Verbandset voorbereiden. Leg een bedbescherming.
Wondverzorging uitvoeren volgens de correcte techniek en controleren op
allergische reacties op de kleefpleister, roodheid van de wonde, zwelling,
pijnscore van de patiënt,… Juiste kleefpleister gebruiken.
Na het uitvoeren van de verzorgingen letten op de orde van de kamer. (patiënt is erg
gesteld op orde en netheid). Vragen of de patiënt nog iets nodig heeft.
Beletsignaal uitdoen, bedgordijnen openen, bed terug in laagstand plaatsen.
Mondeling en schriftelijk rapporteren (van medicatie, bedbad en bed opdekken en
voeding kan je al doen tijdens de periode dat de patiënt aan het eten is). Je kunt
roodheid aan de enkels, stuit, ellebogen, … melden. Over urine en stoelgang, of er
bloed bij is, verkleuring optreed, diarree,… Bij bedwassing kan je rapporteren of hij
heeft kunnen helpen of niet, dat hij je de helle tijd volgde of je het wel goed deed of
niet. Over de voeding kan je zeggen of hij alles heeft opgegeten of niet. Bij wondzorg
kun je over de wonde zeggen, dat ze ontstokken is of dat er nog een lekkage is, dat
de hechtingsdraad terug los komen, dat hij irritatie heeft van de kleefpleisters. Over
het algemeen kan je rapporteren over wat de patiënt zegt: BV: pijn, brandend gevoel
aan de wonde, ook kan je iets rapporteren over angsten of onzekerheden die de
patiënt heeft. Een mondelinge rapportage naar de andere verpleegkundige toe als er
iets bijzonder is (zeker tegen hoofdverpleegkundige), zo weten zij wat er aan de
hand is.