`Soms grijpt dit werk je wel naar de strot, ja`

advertisement
Reportage
'Soms grijpt dit werk je wel naar de strot, ja'
Ilona Thijssen praat met een patiënt. Zij
is praktijkondersteuner-ggz en biedt
assistentie aan huisartsen bij patiënten
met psychische klachten.
Foto Marcel van den Bergh
VENRAY
Hulp voor de huisarts Ook met
psychische klachten moet je naar
de huisarts. Alleen heeft die vaak
geen tijd. De oplossing: een
praktijkondersteuner-ggz.
VAN ONZE VERSLAGGEEFSTER
ANNEKE STOFFELEN
'Het is gewoon niks. Het wás
gewoon niks. Ik zag het afgelopen
week niet meer zitten. We zijn nog
gaan wandelen. Het was dat de
afspraak al was gemaakt, maar
voor mij had het niet gehoeven.
Eigenlijk had ik het hele weekend
zoiets van: was het maar
afgelopen.' In de spreekkamer zit
Harry. Een man van middelbare
leeftijd, in korte broek en met een
buikje. Een op het oog
ongecompliceerd type dat je in
deze tijd van het jaar op de
camping vrolijk achter de barbecue
zou verwachten.
Maar schijn bedriegt. Harry is
herstellende van kanker en gaat
mentaal door diepe dalen. Hij is
een van de patiënten met
psychische klachten die vandaag in
Huisartsenpraktijk Antoniusveld in
Venray aan Ilona Thijssen voorbij
trekt. Als praktijkondersteuner-ggz
geeft ze tips. Maar soms is alleen
luisteren en de goede vragen
stellen al voldoende.
Tegen Harry zegt ze, als hij even
pauzeert: 'Als u nou de hele
© de Volkskrant
revalidatie van het afgelopen jaar
bekijkt, vindt u het dan vreemd dat
u zich af en toe zo slecht voelt?'
Harry: 'Nee, eigenlijk niet. Ze
komen toch, één of twee van zulke
dagen.' Thijssen vindt de zwarte
momenten 'een goed teken'. 'Want
dat betekent dat u niet meer
voortdurend bezig bent met dat
stukje negeren, waar we het eerder
over hadden.'
Harry vertrekt enigszins
gerustgesteld. En daar komt Mia
alweer binnen, die na een burn-out
afgelopen tijd voorzichtig begonnen
is met werken. 'Gister zei dus een
collega: we kunnen Mia
woensdagmiddag toch vragen om
de telefoondienst te doen? En toen
heb ik dus gewoon gezegd: ik doe
het niet.' Thijssen knikt
bewonderend: 'Wauw. Wat goed.'
Ongeveer 60 procent van de
huisartsen heeft een
praktijkondersteuner-ggz, en dat
percentage groeit. Minister
Schippers wil bezuinigen op de
geestelijke gezondheidszorg.
Daarom moeten psychische
klachten in de toekomst zoveel
mogelijk door de huisarts worden
behandeld, en niet in de veel
duurdere specialistische ggz.
'Maar ik heb geen tijd om met alle
patiënten met psychische klachten
meerdere gesprekken te voeren',
zegt huisarts Harry Schraven.
'Bovendien zijn wij er niet voor
opgeleid.' Daarom heeft zijn praktijk
Antoniusveld hulp ingeroepen van
twee praktijkondersteuners-ggz. Zij
helpen patiënten in meerdere
gesprekken van een half uur.
Alleen als het nodig is, wordt
doorverwezen naar andere
behandelaars.
'Wat we momenteel veel zien, zijn
patiënten van achterin de vijftig,
vaak mannen, die hun baan
verliezen en daardoor in de knel
komen', zegt Schraven. 'Zij hebben
dertig jaar geleefd voor hun werk
en voelen zich ineens niks meer
donderdag 08 augustus 2013
waard.' Het zijn mensen met
klachten die niet ernstig genoeg
zijn om hen naar een psycholoog of
psychiater te sturen, maar die toch
serieus worstelen. 'Ook mensen die
last blijven houden van rouw om
een overleden partner of familielid,
of patiënten met ernstige
relatieproblemen, kunnen vaak erg
opknappen van een paar
gesprekken met de
praktijkondersteuner.'
Praktijkondersteuners-ggz zijn
veelal hbo-opgeleid als sociaal
psychiatrisch verpleegkundige,
maar soms ook academisch
geschoold psycholoog, zoals Ilona
Thijssen. Zij is in dienst van PRO
Praktijksteun, een onafhankelijk
bureau dat haar op drie plekken
inzet. Er zijn ook tweedelijns ggzinstellingen die
praktijkondersteuners leveren voor
huisartsen. 'Maar wij vinden het
belangrijk dat iemand de patiënt
onafhankelijk kan adviseren', zegt
Schraven. 'Als de
praktijkondersteuner wordt betaald
door een ggz-instelling, is
hetverleidelijk om door te verwijzen
naar de eigen werkgever.'
Terug in de spreekkamer van
Thijssen. Patiënte Ella zit nog niet,
of ze gooit haar verhaal er al uit:
'We hebben een probleem. Het
verpleeghuis zet Frank 1 oktober
op straat. Bij de zorgboerderij willen
ze hem niet hebben. Ik weet niet
hoe het verder moet.' Frank, haar
echtgenoot, is een
Parkinsonpatiënt met zware
gedragsproblemen.
Thijssen kijkt bezorgd. 'En wat doet
dat met u?' Ella begint te snikken.
'Dat ik de zin van het leven niet
meer zie, als hij nergens terecht
kan.' Even later zegt ze quasi
luchtig: 'Ach ja, er komt wel een
oplossing. Dan maar een
crisisopname.' Thijssen: 'Voor hem,
of voor u?' Ella: 'Ik denk bij mij. Dan
stop ik er mee.'
Thijssen vertelt dat ze het werk als
Pagina 11 (1)
praktijkondersteuner zo leuk vindt
dankzij de gevarieerde patiënten en
de soms snelle resultaten. Als ze
na de wanhopige Ella nog een 17jarig meisje heeft gezien dat is
aangerand en een Marokkaanse
moeder met symptomen van een
postnatale depressie, zucht ze wel
even. 'Soms grijpt dit werk je wel
naar de strot ja. Maar vijf minuten
later zit je met je hoofd alweer bij
de volgende patiënt.'
De namen van de patiënten zijn
gefingeerd.
© de Volkskrant
donderdag 08 augustus 2013
Pagina 11 (2)
Download