THEMA IV.3. Diabetes Mellitus Selectiecriteria Voor deze selectie worden alle ziekenhuisverblijven weerhouden die beantwoorden aan de algemene selectiecriteria (cfr. Inleiding 2.4.a) en bovendien als hoofddiagnose de ICD-9-CM code “250.**” hebben, de code voor diabetes mellitus. Vermits diabetes mellitus zeer frequent als nevendiagnose gecodeerd wordt, is het ook hier aangewezen alleen de verblijven te selecteren met diabetes mellitus als hoofddiagnose. Het opnemen in de selectie van alle verblijven met diabetes als nevendiagnose zou een te groot percentage heropnamen als resultaat hebben. De prevalentie van de aandoening wordt dan minder goed benaderd. In totaal bevinden er zich 16835 verblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose in de MKG databank voor het registratiejaar 1998. Hiervan vonden er 16412 in een klassiek ziekenhuisverblijf en 423 in daghospitalisatie plaats. De selectie die hieronder in kaart wordt gebracht, beperkt zich tot de 16412 klassieke ziekenhuisverblijven. In vergelijking met het registratiejaar 1996 wordt hier een stijging van 7.3% voor de klassieke verblijven en bijna een verdubbeling van het aantal dagopnames vastgesteld. Registratiejaar 1998 Geografisch niveau Administratieve arrondissementen Toelichting Kaart IV.3.a. toont sterke geografische verschillen aan. Het aantal verblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose is hoger dan verwacht1 in de Henegouwse arrondissementen Moescroen, Doornik, Aat, Bergen, en Charleroi. Ook in de regio Namen-Luik-Luxemburg (de arrondissementen Virton, Aarlen, Dinant, Neufchâteau, March-en-Famenne, Bastenaken, Hoei, Luik en Tongeren) zijn er meer verblijven dan verwacht1. Veel minder verblijven dan verwacht1 vindt men in de West-Vlaamse arrondissementen Veurne, Oostende, Brugge en Ieper, in de Oost-Vlaamse 1 Voor de berekening van het verwacht aantal verblijven wordt verwezen naar Inleiding 3. Methodologie. Thema IV.3.: Diabetes Mellitus arrondissementen Eeklo, Gent en Oudenaarde, en in Leuven en Halle-Vilvoorde. De exacte cijfers waarop de kaart gebaseerd is zijn terug te vinden in tabel IV.3.a. Figuur IV.3.a. geeft de leeftijds- en geslachtsdistributie weer van de klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose. Deze figuur toont aan dat een niet te verwaarlozen aantal kinderen reeds op jonge leeftijd worden opgenomen voor diabetes. 3% van alle verblijven (zijnde 523 ziekenhuisverblijven) worden gegenereerd door kinderen jonger dan 15 jaar. Het aantal verblijven stijgt met de leeftijd zowel bij de vrouwen als bij de mannen. De vrouwen staan in voor 56 % van alle verblijven. Voor de mannelijke patiëntenpopulatie komt 77 % van de verblijven voor tussen 40 en 80 jaar. Voor de vrouwen ligt het merendeel van de verblijven op iets oudere leeftijd: 77 % van de verblijven wordt gegenereerd door vrouwen tussen 50 en 90 jaar. Binnen de patiëntengroep met diabetes kan men onderscheid maken tussen twee types diabetici: patiënten met juveniele diabetes (= diabetes type I ) en patiënten met ouderdomsdiabetes (= diabetes type II). Patiënten met juveniele diabetes lijden aan diabetes van jongsaf aan, patiënten met ouderdomsdiabetes krijgen de ziekte pas op oudere leeftijd. Het type kan in de MKG-registratie teruggevonden worden als het vijfde cijfer van de ICD-9-CM code voor diabetes. In tabel IV.3.b. wordt het aandeel weergegeven dat elk van deze types heeft in de totale selectie van 16412 klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose. Hieruit blijkt dat 66 % van alle verblijven behorend tot de selectie gegenereerd wordt door patiënten met diabetes type II. De figuren IV.3.b. en IV.3.c. illustreren dat de leeftijds- en geslachtsdistributies van de ziekenhuisverblijven van elk van deze twee types wel degelijk van elkaar verschillen. Het apart in kaart brengen van de ziekenhuisverblijven voor diabetes type I en diabetes type II levert twee duidelijk verschillende kaarten op. Kaart IV.3.b. geeft de geografische spreiding weer van de ziekenhuisverblijven van patiënten met diabetes type I. De beide zones die op kaart IV.3.a. donker gekleurd zijn (delen van Henegouwen en Namen-Luik-Luxemburg) vallen ook hier op omwille van het feit dat er meer ziekenhuisverblijven met diabetes type I voorkomen dan verwacht1. De meest Oostelijke arrondissementen van de provincies Luik en Luxemburg (Verviers, Bastogne, Aarlen en Virton) zijn op kaart IV.3.b. echter opvallend lichter ingekleurd en is er ook een groter deel van de provincies Brabant, Antwerpen en Limburg met minder ziekenhuisverblijven met diabetes type I als hoofddiagnose dan verwacht1. De exacte cijfers die aan de basis liggen van kaart IV.3.b. worden weergegeven in tabel IV.3.c. De kaart voor diabetes type II (kaart IV.3.c.) geeft een ander beeld. Men vindt duidelijk minder ziekenhuisverblijven van patiënten met ouderdomsdiabetes als hoofddiagnose terug dan verwacht1 in delen van Oost- en West-Vlaanderen. De Henegouwse arrondissementen Doornik, Aat, Bergen en Charleroi daarentegen vallen 1 Voor de berekening van het verwacht aantal verblijven wordt verwezen naar Inleiding 3. Methodologie. Thema IV.3.: Diabetes Mellitus op omwille van een groter aantal verblijven dan verwacht1. Dit was ook het geval op de twee andere diabeteskaarten: deze arrondissementen scoren hoog voor zowel type I als type II diabetes, en dus voor diabetes in zijn geheel. Verder valt het in deze kaart op dat voor redelijk veel arrondissementen de afwijking van de SAR niet significant is. Voor de arrondissmenten Antwerpen, Mechelen, Luik en Virton worden wel significant méér verblijven met type II diabetes als hoofddiagnose teruggevonden dan verwacht1. Tabel IV.3.d. presenteert de cijfers waarop kaart IV.3.c. gebaseerd is. Het onderscheid tussen diabetes type I en diabetes type II berust, zoals hierboven vermeld, op de registratie van het vijfde cijfer van de ICD-9-CM diagnose code 250.**. Men kan hier uiteraard de vraag stellen naar de kwaliteit van de registratie. De analoge kaarten voor type I en type II diabetes in ‘MKG 1996 in Beeld’ hebben wel overeenkomsten met de huidige versie voor MKG 1998 maar vertonen toch ook verschillen. Men kan zich dus opnieuw de vraag stellen of de geografische verschillen en de verschillen tussen versie 1996 en versie 1998 te wijten zijn aan een verschillend/gewijzigd codeergedrag, of dat integendeel deze verschillen reële verschillen in het aantal klassieke ziekenhuisverblijven van patiënten met diabetes, type I of type II als hoofddiagnose weerspiegelen. Het is bijvoorbeeld mogelijk dat insulinebehoevendheid bij type II patiënten beschouwd of gecodeerd werd als diabetes type I. Het is ook mogelijk dat er codeerfouten gemaakt werden tegen het gebruik van de diabetescode als hoofddiagnose wanneer een patiënt wordt opgenomen omwille van een complicatie. Anderzijds kan op basis van figuur IV.3.c. (de leeftijds- en geslachtsdistributie van de klassieke ziekenhuisverblijven van type II diabetici) opgemerkt worden dat er ook een aantal ziekenhuisverblijven voorkomen bij patiënten jonger dan 40 jaar (585 verblijven of 5%) waarbij diabetes type II gecodeerd werd. Ook hier kan men zich afvragen hoe groot het aandeel is van foutieve registratie enerzijds en anderzijds in hoeverre de steeds dalende leeftijd van diabetici type II, die bijvoorbeeld in de Verenigde Staten werd vastgesteld, ook hier weerspiegeld wordt in de cijfers. Het feit dat het aandeel van de patiënten met type II diabetes, jonger dan 40 jaar, gedaald is ten opzichte van 1996 (nu 5% ten opzichte van 7% in voor MKG 1996) doet eerder vermoeden dat het codeergedrag werd bijgestuurd/verbeterd. De ICD-9-CM codering laat toe door middel van het vierde cijfer van de diabetescode (250.**) aan te geven of er al dan niet een complicatie aanwezig is, en zo ja welke. Tabel IV.3.e. geeft een overzicht van de verblijven die behoren tot de selectie met hun verdeling over de verschillende hoofddiagnosen volgens aard van complicatie. In 34% van de verblijven wordt er geen complicatie vermeld en dit is 5% meer dan voor 1996 het geval was. In 9% van de verblijven is er een complicatie aanwezig maar werd ze niet gespecificeerd, terwijl het aandeel van deze niet gespecificeerde code voor MKG 1996 nog 21% bedroeg. Er kan dus wel degelijk een verbetering van de nauwkeurigheid van de registratie vastgesteld worden, wat niet wil zeggen dat deze niet nog kan opgedreven worden. In 13% van de verblijven worden er neurologische manifestaties ten gevolge van diabetes geregistreerd. De verdeling van het aantal ziekenhuisverblijven met diabetes als hoofddiagnose volgens aard van complicatie, is zowel voor de verblijven van juveniele diabetici als voor de verblijven van patiënten die aan ouderdomsdiabetes lijden, ongeveer gelijk aan de verdeling van de verblijven volgens aard van complicatie van beide types Thema IV.3.: Diabetes Mellitus samen (tabel IV.3.e.) vandaar dat in deze tabel geen onderscheid wordt gemaakt tussen beide types van diabetes mellitus. Kaart IV.3.a. Diabetes als hoofddiagnose - MKG 1998 Definitie klassen + (aantal arrondissementen) 120 < SAR 110 < SAR =< 120 100 < SAR =< 110 90 < SAR =< 100 80 < SAR =< 90 SAR =< 80 (8) (7) (7) (7) (7) (7) De * geeft aan of de afwijking van de waarde van de SAR significant is voor het desbetreffende administratief arrondissement Thema IV.3.: Diabetes Mellitus Administratief arrondissement Naam Nummer ANTWERPEN MECHELEN TURNHOUT BRUSSEL-HOOFDSTAD HALLE-VILVOORDE LEUVEN NIJVEL BRUGGE DIKSMUIDE IEPER KORTRIJK OOSTENDE ROESELARE TIELT VEURNE AALST DENDERMONDE EEKLO GENT OUDENAARDE ST-NIKLAAS AAT CHARLEROI BERGEN MOESCROEN ZINNIK THUIN DOORNIK HOEI LUIK VERVIERS BORGWORM HASSELT MAASEIK TONGEREN AARLEN BASTENAKEN MARCHE-EN-FAMENNE NEUFCHATEAU VIRTON DINANT NAMEN PHILIPPEVILLE Aantal verblijven 11 12 13 21 23 24 25 31 32 33 34 35 36 37 38 41 42 43 44 45 46 51 52 53 54 55 56 57 61 62 63 64 71 72 73 81 82 83 84 85 91 92 93 SAR 1607 692 558 1533 716 581 447 327 81 148 407 215 272 165 79 424 320 89 600 151 391 167 792 510 143 246 227 420 180 1243 347 103 492 268 311 85 61 99 99 112 190 425 89 Totaal Ondergrens 95% BI Klasse 104 137 91 101 80 79 85 72 102 86 91 84 119 116 76 98 107 66 75 79 111 129 117 127 124 90 96 181 116 128 84 94 86 87 107 109 101 129 112 150 120 97 91 4 6 3 4 1 1 2 1 4 2 3 2 5 5 1 3 4 1 1 1 5 6 5 6 6 2 3 6 5 6 2 3 2 2 4 4 4 6 5 6 5 3 3 Bovengrens Significante 95% BI afwijking SAR 99 127 84 96 74 72 77 64 80 72 82 73 105 99 59 88 95 53 69 66 100 109 109 116 104 79 84 163 99 120 75 76 78 76 95 86 76 103 90 122 103 88 72 109 147 99 106 85 85 92 80 124 100 99 95 133 134 93 107 119 80 81 91 122 148 125 138 144 101 109 198 132 135 93 112 93 97 119 133 127 154 134 177 137 106 110 * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * 16412 Tabel IV.3.a. Klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose - MKG 1998 Figuur IV.3.a. Leeftijds- en geslachtsdistributie - MKG 1998 100 90 80 70 Leeftijd 60 50 40 30 20 10 0 300 200 100 0 100 Aantal klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes als hoofddiagnose Mannen Vrouwen 200 300 Thema IV.3.: Diabetes Mellitus ICD-9-CM code Omschrijving Aantal verblijven % verblijven 250.*0 of 250.*2 DM type II 10750 250.*1 of 250.*3 DM type I 5662 totaal 16412 Tabel IV.3.b. Diabetes, aandeel type I - type II - MKG 1998 66% 34% 100% Figuur IV.3.b. Leeftijds- en geslachtsdistributie - MKG 1998 100 90 80 70 Leeftijd 60 50 40 30 20 10 0 250 200 150 100 50 0 50 100 150 200 250 100 50 0 50 100 150 Aantal klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes type II als hoofddiagnose 200 250 Aantal klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes type I als hoofddiagnose Mannen Vrouwen Figuur IV.3.c. Leeftijds- en geslachtsdistributie - MKG 1998 100 90 80 70 Leeftijd 60 50 40 30 20 10 0 250 200 150 Mannen Vrouwen Thema IV.3.: Diabetes Mellitus Kaart IV.3.b. Diabetes type I als hoofddiagnose - MKG 1998 Definitie klassen + (aantal arrondissementen) 120 < SAR (13) 110 < SAR =< 120 (4) 100 < SAR =< 110 (4) 90 < SAR =< 100 (4) 80 < SAR =< 90 (5) SAR =< 80 (13) De * geeft aan of de afwijking van de waarde van de SAR significant is voor het desbetreffende administratief arrondissement Thema IV.3.: Diabetes Mellitus Administratief arrondissement Naam Nummer ANTWERPEN MECHELEN TURNHOUT BRUSSEL-HOOFDSTAD HALLE-VILVOORDE LEUVEN NIJVEL BRUGGE DIKSMUIDE IEPER KORTRIJK OOSTENDE ROESELARE TIELT VEURNE AALST DENDERMONDE EEKLO GENT OUDENAARDE ST-NIKLAAS AAT CHARLEROI BERGEN MOESCROEN ZINNIK THUIN DOORNIK HOEI LUIK VERVIERS BORGWORM HASSELT MAASEIK TONGEREN AARLEN BASTENAKEN MARCHE-EN-FAMENNE NEUFCHATEAU VIRTON DINANT NAMEN PHILIPPEVILLE 11 12 13 21 23 24 25 31 32 33 34 35 36 37 38 41 42 43 44 45 46 51 52 53 54 55 56 57 61 62 63 64 71 72 73 81 82 83 84 85 91 92 93 Totaal Aantal verblijven 472 184 175 492 196 190 137 110 27 88 136 93 65 55 21 105 133 43 241 77 151 63 307 168 60 102 62 196 106 502 98 39 113 100 110 21 14 43 44 16 90 183 34 SAR Ondergrens 95% BI Klasse 90 107 80 94 63 75 73 72 100 150 88 111 83 113 62 71 129 95 87 119 123 142 131 122 153 107 76 248 195 152 68 103 55 88 107 76 65 159 144 61 164 119 100 2 4 1 3 1 1 1 1 3 6 2 5 2 5 1 1 6 3 2 5 6 6 6 6 6 4 1 6 6 6 1 4 1 2 4 1 1 6 6 1 6 5 3 5662 Tabel IV.3.c. Klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes type I als hoofddiagnose - MKG 1998 Kaart IV.3.c. Diabetes type II als hoofddiagnose - MKG 1998 Definitie klassen + (aantal arrondissementen) 120 < SAR 110 < SAR =< 120 100 < SAR =< 110 90 < SAR =< 100 80 < SAR =< 90 SAR =< 80 (8) (5) (8) (7) (7) (8) De * geeft aan of de afwijking van de waarde van de SAR significant is voor het desbetreffende administratief arrondissement 82 92 68 86 54 64 61 58 62 119 73 88 63 83 36 57 107 67 76 92 104 107 117 103 114 87 57 213 158 138 54 71 45 71 87 43 31 111 101 31 130 102 67 Bovengrens Significante 95% BI afwijking SAR 98 123 92 102 72 86 85 85 138 182 103 133 103 142 89 84 151 123 98 145 143 178 146 140 191 128 95 283 232 165 81 136 65 105 127 108 99 206 186 91 198 137 134 * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * * Thema IV.3.: Diabetes Mellitus Administratief arrondissement Naam Nummer ANTWERPEN MECHELEN TURNHOUT BRUSSEL-HOOFDSTAD HALLE-VILVOORDE LEUVEN NIJVEL BRUGGE DIKSMUIDE IEPER KORTRIJK OOSTENDE ROESELARE TIELT VEURNE AALST DENDERMONDE EEKLO GENT OUDENAARDE ST-NIKLAAS AAT CHARLEROI BERGEN MOESCROEN ZINNIK THUIN DOORNIK HOEI LUIK VERVIERS BORGWORM HASSELT MAASEIK TONGEREN AARLEN BASTENAKEN MARCHE-EN-FAMENNE NEUFCHATEAU VIRTON DINANT NAMEN PHILIPPEVILLE 11 12 13 21 23 24 25 31 32 33 34 35 36 37 38 41 42 43 44 45 46 51 52 53 54 55 56 57 61 62 63 64 71 72 73 81 82 83 84 85 91 92 93 Totaal Aantal verblijven 1135 508 383 1041 520 391 310 217 54 60 271 122 207 110 58 319 187 46 359 74 240 104 485 342 83 144 165 224 74 741 249 64 379 168 201 64 47 56 55 96 100 242 55 SAR Ondergrens 95% BI Klasse 111 152 98 105 88 81 91 72 103 53 92 71 138 118 83 111 96 52 68 58 104 121 109 130 109 80 107 146 73 115 93 89 103 86 108 128 122 112 95 197 97 85 86 5 6 3 4 2 2 3 1 4 1 3 1 6 5 2 5 3 1 1 1 4 6 4 6 4 1 4 6 1 5 3 2 4 2 4 6 6 5 3 6 3 2 2 Bovengrens Significante 95% BI afwijking SAR 104 139 88 99 80 73 81 62 76 40 81 58 119 96 61 99 82 37 61 45 91 98 99 116 86 67 90 127 56 107 81 67 93 73 93 96 87 83 70 158 78 74 63 117 165 107 111 96 89 101 81 130 66 103 83 157 140 104 123 109 67 75 72 118 145 119 144 133 94 123 165 90 123 104 111 113 99 122 159 156 142 120 236 115 96 108 * * * * * * * * * * * * * * * * * * * 10750 Tabel IV.3.d. Klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes type II als hoofddiagnose - MKG 1998 ICD-9-CM-code Omschrijving 250.0* 250.1* 250.2* 250.3* 250.4* 250.5* 250.6* 250.7* 250.8* 250.9* Diabetes mellitus without mention of complication Diabetes with ketoacidosis Diabetes with hyperosmolarity Diabetes with other coma Diabetes with renal manifestations Diabetes with ophtalmic manifestations Diabetes with neurologic manifestations Diabetes with peripheral circulatory disorders Diabetes with other specified manifestations Diabetes with unspecified complication Totaal Aantal verblijven % verblijven 5534 832 229 703 1060 1425 2207 1423 1533 1466 34 5 1 4 6 9 13 9 9 9 16412 100 Tabel IV.3.e. Klassieke ziekenhuisverblijven met diabetes mellitus als hoofddiagnose - verdeling over de verschillende hoofddiagnosen volgens aard van complicatie - MKG 1998