jaarverslag 2006

advertisement
JAARVERSLAG 2009
NATIONAAL INSTITUUT NEDERLANDS SLAVERNIJVERLEDEN EN ERFENIS
1
INHOUDSOPGAVE
INLEIDING
1. MUSEAAL
6
Semi-permanente tentoonstelling
6
Wisseltentoonstellingen
6
Reizende tentoonstelling
7
Bezoekers
7
2. EDUCATIE
9
Programma’s
9
Films/Tv-producties
10
In het kader van…
10
Summer School on Black Europe
12
3. ONDERZOEK
14
Projecten
14
Publicaties
18
Artikelen
21
4. LEZINGEN, CONGRESSEN, COLLEGES
22
Lezingen in het NiNsee
22
Lezingen en presentaties NiNsee-medewerkers
26
Symposia, debatten, Dag van het slavernijverleden
26
Congressen
28
Gastcolleges
31
Deelname aan internationale congressen en lezingen
31
5. HERDENKINGEN
33
6. DOCUMENTATIE VIA HET WEB
35
Website
35
Zoekmachine
35
CECN
35
2
7. SAMENWERKING
36
8. OVERIGE ACTIVITEITEN
40
Communicatieplan 2009-2013
40
Public relations
40
Nieuwsbrief
40
Bezoeken
41
Theater
42
Financiële bijdragen
42
9. PERSONEEL
45
Vrijwilligers
45
10. BESTUUR EN ADVIESORGANEN
46
Bestuur
46
Raadgevend Orgaan
46
Wetenschappelijke Raad
47
BIJLAGE
48
School- en groepsbezoeken
3
MISSIE
De stichting NiNsee wil zich ontwikkelen en positioneren als hét nationale symbool van het gedeelde
slavernijverleden van alle Nederlanders. Dit doet ze door structureel en vanuit verschillende
invalshoeken het Nederlands slavernijverleden en de gevolgen daarvan voor de Nederlandse
samenleving, zowel nationaal als internationaal voor het voetlicht te brengen.
DOEL
De stichting NiNsee ontwikkelt een genuanceerd en realistisch beeld van het Nederlandse
slavernijverleden en zijn erfenis en draagt dat beeld uit. Doel daarvan is dat huidige en toekomstige
generaties dat verleden en de erfenis daarvan onder ogen kunnen gezien, gedenken, herdenken en
verwerken.
Daarvoor ontplooit de stichting activiteiten die hiermee rechtstreeks of zijdelings verband houden en
helpen het doel te bereiken. Die activiteiten spelen zich af op de vier aandachtgebieden of domeinen
van het NiNsee: het museale, het educatieve, het onderzoeks- en het documentatiedomein.
Bovendien organiseert het NiNsee de jaarlijkse nationale herdenking Nederlands slavernijverleden.
4
INLEIDING
1. MUSEAAL
SEMI-PERMANENTE TENTOONSTELLING
Doorbreek de stilte
Tot ver in de negentiende eeuw werden vele miljoenen Afrikanen onder dwang naar de Amerika’s en
het Caribische gebied vervoerd om daar slavenarbeid te verrichten. Zij voorzagen Europa van goud,
zilver en edelstenen, en later ook van suiker, cacao, koffie en katoen. Om hoeveel mensentransporten
het exact gaat, zullen we nooit met zekerheid kunnen zeggen. Zeker is wel dat de Nederlanders een
aanzienlijk deel hiervan voor hun rekening hebben genomen.
De gevolgen van deze racistische erfenis werken nog steeds door. Deze slavernijgeschiedenis, waarbij
onze voorouders direct of indirect betrokken waren, wordt nog steeds niet door alle Nederlanders
gedeeld, laat staan verwerkt. Er heerst vooral stilte. Het is hoog tijd die stilte te doorbreken. Daarom
staat vanaf 2004 de semi-permanente tentoonstelling Doorbreek de stilte in het NiNsee.
Masterstudenten van de Reinwardt Academie bogen zich in 2009 over de vraag hoe deze
tentoonstelling verbeterd kan worden. In januari 2010 komen zij met praktische aanbevelingen.
WISSELTENTOONSTELLINGEN
Living Ancestors
De wisseltentoonstelling Living Ancestors toonde een serie pastelportretten van de Zuid-Afrikaanse
kunstenares Gabrielle Le Roux. Zij schilderde honderdjarige vrouwen uit Dominica. Een van die
vrouwen was Elisabeth Israel, geboren op 27 januari 1875 en beter bekend als Ma Pampo. Zij was op
het moment dat zij geschilderd werd, de oudste persoon ter wereld. Le Roux heeft de vrouwen niet
alleen geschilderd, maar ook hun levensverhalen opgetekend. Hiermee legde zij een stukje van het
slavernijverleden in Dominica bloot.
Gabrielle Le Roux is geboren in Londen en groeide op in Zuid-Afrika. Zij woonde vele jaren in het
Caribische gebied. Haar feministische achtergrond en haar strijd tegen seksisme, racisme,
klassenverschillen en homodiscriminatie beïnvloeden haar huidige werk.
Kind aan de Ketting. Opgroeien in slavernij, toen en nu
Onder grote belangstelling vond op 21 maart de opening plaats van de tentoonstelling Kind aan de
Ketting. Opgroeien in slavernij, toen en nu. Deze tentoonstelling gaat niet alleen over het Nederlandse
5
slavernijverleden, maar ook over slavernijgeschiedenis in het algemeen en over de miljoenen kinderen
over de hele wereld die nog steeds in slavernij leven. Verhalen, liedjes en filmpjes maken enigszins
invoelbaar hoe het moet zijn om kindslaaf te zijn.
De tentoonstelling is onderdeel van een groter project, uitgevoerd onder leiding van Aspha Bijnaar.
Een werkgroep voor dit project richtte zich op de realisatie van tentoonstelling (gastcurator Dineke
Stam), lesmateriaal (Ineke Mok), website (Zwing Wieland), wetenschappelijke bundel en kinderboek
(Aspha Bijnaar). Voor projectmanagement en public relations zorgden respectievelijk Amanda
Vollenweider en Simpla.
Dr. Howard Dodson, directeur van het wereldvermaarde instituut over zwarte cultuur en geschiedenis
The Schomburg Centre for Research in Black Culture (Harlem, New York), opende de tentoonstelling.
De tweede sleutelgast was Arjan Erkel, directeur van de stichting Stop Kindermisbruik, die de
tentoonstelling opende. Het NiNsee en Stop Kindermisbruik sloegen het afgelopen jaar de handen
ineen om actuele kinderslavernij maatschappelijk onder de aandacht te brengen.
REIZENDE TENTOONSTELLING
Onder de Hoede van de Heer
De reizende tentoonstelling Onder de Hoede van de Heer geeft een overzicht van de geschiedenis van
de Evangelische Broedergemeente (EBG). Die ontstond in 1735 toen drie broeders van de Bruder
Unitat in het Duitse plaatsje Herrnhut naar Suriname kwamen om de mogelijkheden van zendingswerk
te onderzoeken. De broeders gingen ervan uit dat hun werk onder Gods hoede stond. Daarnaar verwijst
de naam van de tentoonstelling.
Centraal in de tentoonstelling staan 22 brieven uit de archieven van het Hernhutter-genootschap in
Duitsland: brieven van tot slaaf gemaakten, brieven van marrons (ontsnapte slaven) en brieven van exslaven na de afschaffing van de slavernij in 1863.
In 2009 was de tentoonstelling te zien op Aruba, Curaçao en St. Maarten. In maart en april stond
Onder de Hoede van de Heer in de Openbare Bibliotheek van Aruba. Tijdens de opening ging
dominee Hans Mötel in op het ontstaan en de betekenis van de Hernhutters. Maria Reinders-Karg
hield een presentatie over de achtergrond van de brieven. De opening werd opgeluisterd door het
vrouwenkoor van de EBG.
Van mei tot september was de tentoonstelling te zien in het Nederlands Antilliaans Archeologisch en
Antropologisch Museum (NAAM) op Curaçao. Minister van Onderwijs en Cultuur Omayra Leeflang
verrichtte de opening. Daarna hield prof. Jandi Paula een inleiding over de Franse revolutie van 1789
en de gevolgen daarvan voor het Caribische gebied. Bij de tentoonstelling op Curaçao werd het
educatieve programma Een kwestie van geloven van het NiNsee aangeboden, dat door vrijwilligers
van het NAAM werd uitgebreid met een speurtocht.
6
In het najaar verhuisde de tentoonstelling, met dank aan de Koninklijke Marine, naar de Philipsburg
Library op St. Maarten. Mede door de inzet en creativiteit van het personeel werd de tentoonstelling
ook hier een succes.
BEZOEKERS
Het jaar begon vrij rustig, maar na de opening eind maart van de wisseltentoonstelling Kind aan de
Ketting, waar ruim 200 bezoekers op afkwamen, namen de bezoekersaantallen toe. Een week later
bezochten ongeveer 400 leerlingen van de bovenbouw van het basisonderwijs, samen met hun
leerkrachten en begeleiders, de wisseltentoonstelling en de permanente tentoonstelling Doorbreek de
stilte. Toch was het aantal bezoeken van scholen en individuele bezoekers niet indrukwekkend.
Na de zomervakantie meldden bezoekers en scholen zich vaker aan. De bezoekersaantallen van vmbo
en voortgezet onderwijs bleven middelmatig, maar zowel de onder- als bovenbouw van de
basisscholen bezocht massaal beide tentoonstellingen.
Nieuw was de belangstelling van scholen buiten Amsterdam. De redenen daarvoor liepen uiteen van
“past bij het vak Maatschappijleer en Geschiedenis” tot “Week van de Mensenrechten, waarin
slavernij een belangrijke rol speelt”. Eén middelbare school had zijn tweedejaarsleerlingen een aantal
onderwerpen ter bestudering voorgelegd, waaronder slavernij. Leerlingen die dit onderwerp kozen,
bezochten ook het NiNsee.
Ook leerlingen uit het voortgezet onderwijs in Amsterdam Zuidoost bezochten het NiNsee. Ter
afsluiting van een themaweek 'slavernij' kregen zij de opdracht hun indrukken van Kind aan de Ketting
op een creatieve manier tot uiting te brengen.
In de week van 9 t/m 13 november bezochten 250 leerlingen het NiNsee, waaronder verschillende
klassen van een islamitische school uit Amsterdam. Zowel leerlingen als leerkrachten waren zeer
onder de indruk.
Op 30 november kwamen er zeventien buitenlandse studenten en twee docenten van de DePaul
University uit Chicago naar het NiNsee. De studenten kregen een rondleiding en een lezing van
antropologe Miriyam Aouragh van de Universiteit van Amsterdam.
7
2.
EDUCATIE
PROGRAMMA’S
Een kwestie van geloven
Rondom de tentoonstelling Onder de Hoede van de Heer is een educatief programma opgesteld. Dit
programma bevat een speurtocht die de leerlingen spelenderwijs op de hoogte brengt van het
slavernijverleden van Suriname, de ontstaansgeschiedenis van de Evangelische Broedergemeente in
Suriname en de slavenbrieven.
Kind aan de Ketting
Op initiatief van mevrouw Peggy Wijntuin, lid van de gemeenteraad van Rotterdam, verzorgde het
NiNsee op vier Rotterdamse basisscholen gastlessen. Eén school voerde een programma uit bij het
NiNsee.
Centraal in de lessen stond het slavernijsysteem, dat aan de hand van een leskoffer en het gedicht Slaaf
Kindje Slaaf van Dolf Verroen werd besproken. Aan het eind van de les maakten de leerlingen een
ketting van kaartjes. Op de kaartjes konden ze een wens, mening of tekening kwijt. De kaartjes werden
aaneengeregen tot een bevrijdingsketting, die Arjan Erkel van de stichting Stop Kindermisbruik
meenam.
Lespakket Anton de Kom
In 2009 was het 75 jaar geleden dat het boek Wij slaven van Suriname van Anton de Kom werd
uitgegeven. In het kader daarvan verzorgde het NiNsee samen met het stadsdeel Amsterdam Zuidoost
en het Centrum voor Beeldende Kunst Zuidoost voor leerlingen uit de bovenbouw van de basisschool
(groep 6, 7 en 8) een lesbrief met dvd over deze Surinaamse verzetsheld en vrijheidsstrijder, genaamd
Anton de Kom – Vandaag schijnt de zon.
Aspha Bijnaar en Annet Zondervan (CBK) stelden de bijbehorende schriftelijke opdrachten samen.
Regisseur Ida Does tekende voor de productie van de dvd met verhalen over de vader van de drie nog
levende kinderen van De Kom en met uniek beeldmateriaal uit het familiearchief.
Slavenroute
Amsterdam vervulde een belangrijke rol tijdens de bloeiperiode van de trans-Atlantische slavenhandel
en slavernij. Zo was de Amsterdamse kapitaalmarkt ingeschakeld bij de financiering van de
slavenplantages in het Caribische gebied. Verschillende monumentale gebouwen in Amsterdam
herinneren aan die rol, bijvoorbeeld de Amsterdamse beurs en de vele suikerraffinaderijen in
Amsterdam. Het educatieve programma In de voetsporen van het Amsterdamse slavernijverleden, een
8
lespakket voor groep 8 van het basisonderwijs en de eerste klas van het voortgezet onderwijs, richt
zich op die rol.
In 2009 namen negen klassen of groepen, in totaal 222 leerlingen, deel aan dit programma:

Openbare Scholengemeenschap Laar en Berg (4 klassen – 86 deelnemers)

Octra (1 groep – 17 deelnemers)

Dag van het slavernijverleden (1 groep – 54 deelnemers)

Openbare Scholengemeenschap Reigersbos (3 klassen – 65 leerlingen)
FILMS/TV-PRODUCTIES
De Koopmannen van Amsterdam
De documentaire De Koopmannen van Amsterdam geeft een beeld van de slavernijgeschiedenis van
Amsterdam. De documentaire is gemaakt door MTNL (Migranten Televisie Nederland) en bestaat uit
twee delen.
In het eerste deel vertelt prof. Alex van Stipriaan Luïscius het verhaal achter de vele historische,
Amsterdamse gebouwen die een rol speelden tijdens de slavernij. In het tweede deel wordt de
slavernijgeschiedenis belicht vanuit de NiNsee-tentoonstelling Doorbreek de stilte. Aan dit deel
werkte drs. Maria Reinders-Karg mee.
Slavenbrieven
In Suriname zijn brieven uit 1757 en 1763 gevonden, waarin de tot slaaf gemaakte Boston Band het
koloniaal bestuur oproept tot vrede te komen. Deze Surinaamse marron, zijn echte naam was Benti
Basiton, prikte de brieven op bomen, liet ze achter in plantagewoningen of op stokken.
De MTNL-documentaire Slavenbrieven gaat dieper in op de brieven van Band en belicht ook de
positie van de marrons, gevluchte slaven die een vrij bestaan opbouwden in de oerwouden van
Suriname. Zij krijgen weinig erkenning van de Afro-Surinamers in Paramaribo.
De documentaire werd gemaakt door Mike Ho-Sam-Sooi en Hennah Renfurm, met medewerking van
dr. Frank Dragtenstein.
IN HET KADER VAN …
De Rode Loper en De Rode Loper op school
Op 26 en 27 september 2009 vond voor de negende keer het Rode Loper Festival plaats in Amsterdam
Oost-Watergraafsmeer. Tijdens dit levendige, inspirerende en veelzijdige cultureel festijn waren, op
9
het centrale podium en in de buurt, voorstellingen en tentoonstellingen van verschillende professionele
cultuurmakers te zien.
Op zaterdag 26 september kon de wandelroute Slavernijverleden worden gevolgd, die het NiNsee in
samenwerking met het Tropenmuseum organiseerde. De route is beschreven in Slavernij Dichtbij, een
boekje over het slavernijverleden van Nederland. De route begon in het Tropenmuseum met een
rondleiding door de tentoonstelling Latijns-Amerika en de Caraïben, werd vervolgd in het NiNsee,
met een rondleiding door de tentoonstelling Doorbreek de stilte en ging daarna naar het
slavernijmonument in het Oosterpark. Elke deelnemer ontving een gratis exemplaar van het boekje.
Op zondag 27 september 2009 bestond het programma uit een rondleiding door de tentoonstellingen
Doorbreek de stilte en Kind aan de Ketting, en een workshop voor kinderen en volwassenen. Op een
schildersdoek konden de bezoekers hun impressies verwerken in de vorm van een collage, tekening,
een paar woorden of een gedicht.
De Rode Loper op school stond dit jaar in het teken van Kind aan de ketting. Vertelkunstenaar Hilli
Arduin nam de kinderen mee door de tentoonstelling en vertelde een verhaal over hoe kindslaven
opgroeiden, wat ze moesten doen op de koffie- en suikerplantages en hoe ze zich soms wisten te
bevrijden. Ook was er een workshop waarin de kinderen een wens op kaartjes konden schrijven. De
kaartjes werden aaneengeregen tot een bevrijdingsketting voor de klas.
“Geen kind mag slavernij meemaken. Minder winst, minder spullen, meer aandacht,” luidde een van
de wensen.
Week van de Geschiedenis
De Week van de Geschiedenis, van 19 tot en met 25 oktober, had als thema Oorlog en Vrede. Het
NiNsee nam er aan deel met het programma Getrommelde Vrede. Op zaterdag 24 oktober vertelde
vertelkunstenares Hilli Arduin op verschillende tijden verhalen. Daarna kregen bezoekers een
rondleiding door de tentoonstellingen Doorbreek de stilte en Kind aan de Ketting. Tot slot was er op
zondag 25 oktober een djembe-workshop.
Ruim 100 bezoekers namen deel aan het NiNsee-programma.
MuseumN8, Winti Neti Tour
In 2009 nam het NiNsee voor het eerst deel aan de MuseumN8. Samen met het Tropenmuseum
organiseerde het hiervoor een programmaonderdeel over goden uit de winti: de Winti Neti Tour.
Onder leiding van Marianne Markelo, en ondersteund door muziek van de band Awidya, stelden Aisa,
Apuku, Busi Ingi en andere goden zich persoonlijk aan de bezoekers voor en maakten duidelijk hoe ze
herkend konden worden, wat hun plaats is in de kosmos en wat hun boodschap is voor ons, aardse
wezens.
Winti is de religieuze voorstellingswereld van Afro-Surinamers. Het is een complex geloof in goden
en geesten, waar binnen magisch-religieuze praktijken centraal staan.
10
De avond was geslaagd: 250 bezoekers maakten kennis met winti.
Dag van de Amsterdamse Geschiedenis
Op 6 juni 2009 vond voor het eerst de Dag van de Amsterdamse Geschiedenis plaats. Verspreid over
Amsterdam - in huizen van particulieren, openbare gebouwen, cafés, culturele instellingen en zelfs op
bruggen en bij standbeelden - vertelden historici, schrijvers en ooggetuigen verhalen over de
geschiedenis van een bepaalde plek.
Dit grootschalige evenement was een initiatief van het Amsterdams Historisch Museum, het Parool,
het Historisch Nieuwsblad, Ons Amsterdam en het Stadsarchief Amsterdam. Het NiNsee hield in het
Geelvinck Hinloopen Huis een inleiding over het slavernijverleden van het pand. Aan de orde kwamen
de West-Indische Compagnie en de Sociëteit van Suriname.
Kunstschooldag
De Kunstschooldag is een jaarlijkse kunstmanifestatie van één dag voor leerlingen van groep 8 uit het
Amsterdamse basisonderwijs. Veertig Amsterdamse kunstinstellingen nemen eraan deel. De kinderen
en hun leerkrachten bezoeken op die dag drie kunstinstellingen met drie kunstdisciplines.
Ruim 400 leerlingen en hun leerkrachten bezochten de tentoonstelling Kind aan de Ketting in het
NiNsee. Na een rondleiding konden de leerlingen een kijkdoos over het leven van een slavenkind
maken of een actieposter over de strijd tegen kindslavernij.
Kinderconferentie
Ruim 200 kinderen en ouders namen in het Erasmus Expo- & Congrescentrum in Rotterdam deel aan
een kinderconferentie die in het teken stond van de VN Internationale Dag voor de Rechten van het
Kind. De kinderconferentie was georganiseerd door OCaN en de Stichting Welzijn Antillianen en
Arubanen (SWA). De kinderen leerden over hun rechten en plichten en gingen hierover met elkaar in
gesprek. Na de opening konden ze kiezen uit een van de tien workshops, die vooral in het teken
stonden van de kinderrechten zorg, bescherming, eigen mening en identiteit.
Het NiNsee was vertegenwoordigd met de workshop Kind aan de ketting, waarin de kinderen leerden
hoe toen en nu kinderen gedwongen werden en worden arbeid te verrichten en hoe hun alle vormen
van menselijke waardigheid ontnomen werden en worden.
Ban tende un kuenta: verhalen uit de Antilliaanse slaventijd
In het kader van de herdenking van de grote slavenopstand op Curaçao organiseerde het NiNsee een
evenement met Antilliaanse verhalen en muziek, dat twee weken voor de herdenking plaatsvond.
Tijdens een interactief programma konden de bezoekers kennismaken met verhalen en liederen uit de
Antilliaanse slavernijtijd. In de pauzes kregen de kinderen een rondleiding door de tentoonstellingen
Kind aan de Ketting en Doorbreek de Stilte.
11
De bekende verhalenverteller Mariëta Emers uit Tilburg vertelde verhalen uit de Antilliaanse
slaventijd. Runny Margarita, begeleid door Edsel Juliet op percussie, leerde de bezoekers liederen die
in die tijd ontstaan zijn.
SUMMER SCHOOL ON BLACK EUROPE
Na het succes van vorig jaar organiseerde het NiNsee in samenwerking met de Vrije Universiteit van
Amsterdam wederom de Black Europe Summer School. Het Engelstalige programma had als
onderwerpen ras, etniciteit, diversiteit en xenofobie in Europa, zowel in het verleden als in het heden.
De lessen werden verzorgd door Ramon Grosfoguel en Stephen Small (University of California,
Berkeley), Kwame Nimako (Universiteit van Amsterdam), Philomena Essed (Antioch University),
David Theo Goldberg (Humanities Research Institute van de University of California), Dienke
Hondius en Thomas Spijkerboer (beiden Vrije Universiteit van Amsterdam).
Dit jaar schreven dertien studenten zich in, minder dan het voorgaande jaar. Een verklaring hiervoor is
dat Amerikaanse universiteiten in verband met de kredietcrisis geen studiebeurzen voor buitenlandse
zomerprogramma’s meer aanboden.
Volgend jaar wordt het programma opgenomen in het reguliere masterprogramma van de Vrije
Universiteit als keuzevak voor alle masterstudenten.
12
3.
ONDERZOEK
PROJECTEN
Rebelse slavinnen
Karin Lurvink, student Geschiedenis van de Vrije Universiteit Amsterdam, onderzocht voor het
NiNsee welke vrouwen zich stelselmatig hebben verzet tegen de slavernij, waardoor ze als rebelse
slavinnen gezien kunnen worden. Het betrof hier een stageplaats.
Wat de trans-Atlantische slavernij heeft betekend voor slaven, wordt meestal belicht vanuit het
perspectief van de mannelijke slaaf. Vooral het verzet van slaven is een verhaal van mannelijke
helden. Bekend zijn opstandelingen als de Surinaamse Baron, Boni & Joli Coeur, Boston Band, Codjo,
Mentor en Present. Van de Nederlandse Antillen kennen we de verzetsdaden van Tula, Bastiaan
Carpoata en Thico.
Al is het niet aannemelijk dat slavinnen zich ook groots hebben verzet tegen de slavernij, toch zou hier
meer aandacht aan mogen worden besteed. Sinds begin jaren negentig van de vorige eeuw is er wel
meer aandacht voor het verborgen verzet van vrouwen dat zich uit in bijvoorbeeld abortus,
babymoord, zelfmoord, (zelf)vergiftiging of werkweigering.
In ruimere zin wordt de ontwikkeling van een verzetscultuur wel aan slavinnen toegeschreven. Binnen
deze cultuur kregen nieuwe vormen op het gebied van verwantschap, taal, zang, dans en muziek een
belangrijke plaats. Dit proces wordt ook wel creolisering genoemd.
Toch moeten er ook sterke, markante vrouwen zijn geweest die het verloop van slavernij hebben
beïnvloed. We kennen er slechts een paar, en zelfs die zijn bij het grote publiek nauwelijks bekend. De
slavin Serafina en haar dochter Jansie bijvoorbeeld, die hun meesteres in een put wilden duwen; Ma
Cato, die als orakel bij de vredesonderhandelingen tussen de marrons en het koloniale gezag een
invloedrijke rol speelde; en de Arubaanse slavin Virginia die op straffe van opsluiting en zweepslagen
keer op keer het koloniale gezag tartte. Wat dreef deze vrouwen?
Dr. Aspha Bijnaar begeleidde dit onderzoek dat in december werd afgerond.
Sailing Letters
Er is weinig bekend over het leven van plantersvrouwen in de Nederlandse koloniën Suriname en
Curaçao, maar de vondst van een aantal brieven in The National Archives in London kan hierin
verandering brengen. Het gaat zowel om brieven uit Nederland, van vrouwen aan hun partners die
voor hun werk naar de West waren gevaren, als om brieven die vrouwen vanuit de koloniën schreven
aan hun dierbaren in Nederland. De brieven dateren uit de zeventiende en achttiende eeuw, toen
Nederlandse schepen onder regie van de West-Indische Compagnie scheepsladingen vol buskruit,
wapens, textiel en alcohol naar West-Afrika vervoerden.
13
Dr. Aspha Bijnaar werkte mee aan de verdere ontsluiting van een selectie van deze brieven.
Economische ontwikkelingen onder de creolen na de emancipatie van slaven in Suriname, 1873–1940
In de jaren na de afschaffing van de slavernij kwamen er op economisch gebied verschillende
ontwikkelingen op gang. De plantages konden zich handhaven, omdat slaven niet onmiddellijk
massaal wegliepen en omdat contractanten van Azië naar Suriname werden gehaald. Rond de
eeuwwisseling, toen de mijn- en bosbouwsectoren tot ontwikkeling werden gebracht, ontstonden er
meer economische mogelijkheden voor creolen. Balata en goud zorgden voor een opleving in de
economie. De winning van bauxiet in de eerste helft van de twintigste eeuw was een verdere stimulans
voor de Surinaamse economie.
Creolen leverden hier in eerste instantie een grote bijdrage aan. Toch schetsen studies over die tijd een
stereotiep beeld van de luie creool. Dit beeld is terug te vinden in diverse publicaties en rapporten.
Daarom is het belangrijk dat er een systematische beschrijving komt van de participatie van creolen in
de economie van Suriname vanaf 1873. Daarin moet ook de gestaag verlopende intrede van creolen in
de ambtenarij worden beschreven. De beschrijving zal het stereotype beeld van creolen doorbreken en
de bijdrage van creolen aan de ontwikkeling van de Surinaamse maatschappij in kaart brengen.
Het onderzoeksproject Economische ontwikkelingen onder de creolen na de emancipatie van slaven in
Suriname, 1873–1940 richt zich hierop. Startpunt is 1873; toen verdween immers het toezicht op de
ex-slaven. Eindpunt is 1940, omdat de Tweede Wereldoorlog de economische ontwikkelingen
diepgaand beïnvloedden.
Het onderzoek wordt uitgevoerd in nauwe samenwerking met het Instituut voor Maatschappij
Wetenschappelijk Onderzoek (IMWO) van de Anton de Kom Universiteit van Suriname, en staat
onder leiding van Jerome Egger MA.
Pacificatiebeleid in het Caribische gebied
Suriname was tussen 1650 en 1975 een Nederlandse kolonie en, met enkele kleine onderbrekingen,
ook van het Britse rijk. Vrijwel direct na de bezetting begonnen Nederlandse kolonisten met de aanleg
van plantages met tropische gewassen. De blanke Europeanen lieten de inheemse bevolking, door hen
indianen genoemd, het zware werk verrichten. Veel inheemsen verzetten zich tegen de uitbuiting en
onderdrukking. In 1675 begonnen ze zelfs een guerrillaoorlog tegen de kolonisten. Omdat de
opstandelingen moeilijk te bestrijden waren, besloot het koloniaal bestuur een pacificatiepolitiek te
voeren en vrede te sluiten met de inheemsen.
In de periode hierna werden honderdduizenden Afrikanen gedwongen naar Suriname gehaald, ter
vervanging van de inheemsen op de plantages. Veel Afrikanen verzetten zich en vluchtten de
ondoordringbare bossen in. In de loop der jaren probeerde het koloniaal bestuur met strenge wetten en
bospatrouilles de verschillende groepen ontsnapte slaven, de marrons, te bestrijden. De marrongroepen
bleven echter niet alleen in aantal maar ook in omvang toenemen en ondanks alle maatregelen kon niet
14
worden voorkomen dat zij de plantages aanvielen. Vanaf het midden van de achttiende eeuw sloten
verschillende gouverneurs vredesverdragen met marronstammen.
Met medewerking van het NiNsee onderzocht Eric Jagdew MSc de afgelopen drie jaar, zowel in
Suriname als in Nederland, literatuur en archieven op de vredesinitiatieven die het Nederlandse
koloniale bestuur tussen 1650 en 1863 nam tegen opstandige inheemse en marrongroepen. In het
voorjaar van 2009 werd het onderzoeksrapport gepubliceerd.
Sociale banden tussen slavenfamilies
Vanaf 2004 werken het NiNsee en de Hernhutter Archieven Suriname nauw samen in het
onderzoeksproject Sociale banden tussen slavenfamilies in de 18e en 19e eeuw.
De catalogi van de Evangelische Broedergemeente in Suriname vormen de basis voor dit onderzoek.
In de publicaties wordt aandacht besteed aan de verschillende aspecten van het leven van de slaven op
plantages waar missionarissen vanuit Charlottenburg zendingsarbeid verrichtten. Ook wordt ingegaan
op pogingen van de missionarissen om de levenswandel van de slaven te veranderen.
In 1734 vertrokken Duitse missionarissen van de Brüder Unitat in opdracht van graaf Nikolaus
Ludwig von Zinzendorf naar Suriname om er zendingswerk onder de tot slaaf gemaakte bevolking te
verrichten. Het resultaat van hun zendingsarbeid is in verschillende documenten vastgelegd. Hierin is
ook de kerkelijke levensloop van de doopkandidaten beschreven.
Prof. dr. H. Lamur, mr. N. Boldewijn en drs. R. Dors voeren dit onderzoek uit.
West-Indische immigranten in Suriname
Met het onderzoeksproject West-Indische immigranten is in 2007 een begin gemaakt. Na de
afschaffing van de slavernij in 1863 was er een tekort aan arbeidskrachten voor de Surinaamse
plantages. Daarom werden mannen en vrouwen in het Caribische gebied geworven die als
contractarbeiders op de plantages in Suriname gingen werken. In totaal zijn tussen 1863 en 1892 circa
2.500 personen uit het Caribische gebied ingevoerd: mensen van Afrikaanse origine, Chinezen en
Hindoestanen.
Het gegevensbestand van de West-Indische immigranten bevat een schat aan informatie over deze
contractarbeiders: familienaam, voornaam, leeftijd, geslacht, geboorteplaats, verwantschapsrelaties,
religie, beroep, geboorte, sterfte en doodsoorzaken. In de databank is ook informatie opgenomen over
lengte, lichaamskenmerken en huidskleur van de contractarbeiders, naam van de ‘eigenaar’ en de
plantage waar de contractant te werk werd gesteld, duur van de arbeidsovereenkomst, desertie en
uitgifte van gronden.
Het onderzoek hiernaar wordt uitgevoerd door prof. H. Lamur en drs. R. Dors.
15
De brieven van Boston Band 1657-1763
De correspondentie van Boston Band met de hoogste gezagsdragers is uniek in de
slavernijgeschiedenis. De vertalingen van zijn brieven zijn bewaard gebleven en geven ons inzicht in
de denkbeelden en handelingen van ex-slaven in de door hen zelf gecreëerde samenlevingen, en van
de plantagehouders en bestuurders.
Het onderzoek hiernaar van dr. Frank Dragtenstein is in 2009 afgerond.
Opgroeien in slavernij, toen en nu
Naar het lot van slavenkinderen is weinig historisch onderzoek gedaan. Evenmin is er voldoende
aandacht voor de miljoenen kinderen wereldwijd die vandaag de dag slachtoffer zijn van
kinderslavernij. Met financiële bijdragen van het VSBfonds en de Mondriaan Stichting is begonnen
met de uitvoering van het onderzoeksproject Opgroeien in slavernij, toen en nu. Dit project doorbreekt
de stilte over het leven van kinderen in slavernij. Onder de titel Kind aan de Ketting is vanaf begin
2009 een tentoonstelling te zien in het NiNsee. Verder staan gepland een wetenschappelijke bundel,
een educatief programma, een website en een kinderboek (2010).
Projectleider is dr. Aspha Bijnaar.
Wat zeiden ze zelf
Het onderzoek Wat zeiden ze zelf omvat een analyse en bewerking van brieven, verklaringen en
getuigenissen van bewoners van Suriname in de zeventiende en achttiende eeuw. Het doel van dit
project is de denkbeelden over slavernij van andere tijdgenoten dan plantagehouders en bestuurders
voor het voetlicht te brengen en daarmee verdieping te geven aan de discussies over slavernij.
Het onderzoek wordt uitgevoerd door dr. F. Dragtenstein.
De emancipatie van marronvrouwen in Suriname
Slaven die de Surinaamse plantages in de zeventiende en achttiende eeuw ontvluchtten, stichtten in het
oerwoud, langs de grote rivieren, nieuwe gemeenschappen waar vanuit georganiseerd verzet tegen de
slavernij plaatsvond. Deze gemeenschappen ontwikkelden zich tot zes volksstammen die van elkaar
verschilden qua taal en cultuur. De nazaten van deze gevluchte slaven worden marrons genoemd.
Marronvrouwen hebben historisch gezien een belangrijke bijdrage geleverd aan het voortbestaan van
de marrongemeenschappen. Bij de stammen geldt de matrilineaire lijn, wat het belang van de positie
van vrouwen onderstreept. In deze positie en de traditionele marronsamenleving is in de loop der tijd
verandering gekomen door onder meer urbanisatie, industrialisatie, modernisatie, missie, zending,
onderwijs en de binnenlandse oorlog.
Het onderzoek De emancipatie van marronvrouwen in Suriname richt zich op de effecten van de
urbanisatie in de tweede helft van de twintigste eeuw op de sociaal-economische positie van
marronvrouwen in Suriname. Martina Amoksi MSc, rondde dit onderzoek in 2009 af.
16
Programma’s van The International Slavery Museum en The British Empire & Commonwealth Museum
Op woensdag 9 september presenteerde Polly Redman, student van de Reinwardt Academie en stagiair
bij het NiNsee, de resultaten van haar afstudeeropdracht over gevoelige onderwerpen als de Tweede
Wereldoorlog, de Holocaust en het slavernijverleden. Levert het ene museum, bijvoorbeeld de Anne
Frank Stichting, op dit gebied indrukwekkende producten, andere, zoals het NiNsee, zijn nog
zoekende. Redman deed onderzoek naar de succesvolle programma’s van The International Slavery
Museum in Liverpool en The British Empire & Commonwealth Museum.
De slavenhandel tussen Curaçao en Colombia
In 2009 zijn voorbereidingen getroffen voor een grootschalig onderzoek naar de Nederlandse handel
van tot slaaf gemaakten tussen Curaçao en Zuid-Amerika, in het bijzonder de handel met Colombia.
Het onderzoek is erop gericht inzicht te verschaffen in de aantallen tot slaaf gemaakten die vanuit
Curaçao naar Colombia werden vervoerd en het effect van de slavernij op de hedendaagse
Colombiaanse gemeenschap. Het wordt in 2010 uitgevoerd, in samenwerking met het Nationaal
Archeologisch en Antropologisch Museum (NAAM) op Curaçao en de Cunono Universidad del Valle
in Colombia.
Het project staat onder leiding van drs. Martha Machado.
PUBLICATIES
Opgroeien in slavernij, in heden en verleden – Aspha Bijnaar (red.)
Uitgegeven in samenwerking met KIT Publishers
In Suriname, de Nederlandse Antillen en Aruba hebben tot 1863 honderdduizenden slaven gewerkt op
suiker-, koffie- en katoenplantages, in zoutpannen en in de huishouding. Daar waren veel meer
kinderen bij dan tot voor kort werd aangenomen.
In de eerste delen van de bundel Opgroeien in slavernij, in heden en verleden gaan onderzoekers in op
de omstandigheden waaronder deze kinderen opgroeiden.
Hoewel de slavernij overal ter wereld al lang is afgeschaft, leven nog steeds miljoenen kinderen in
slavernij. In het laatste deel van deze publicatie gaan de onderzoekers in op de huidige vormen van
(gedwongen) kinderarbeid.
Dr. Aspha Bijnaar (NiNsee), dr. Dienke Hondius (Vrije Universiteit), prof. Alex van Stipriaan
Luïscius (Erasmus Universiteit en Tropenmuseum), Elise Verheij (COS Zuid-Holland), Ronald Donk
(Stichting OONC), dr. Rose Mary Allen (Universiteit Nederlandse Antillen en Allen Social Research
and Consultancy), Luc Alofs (Instituto Pedagogico Aruba), prof. Wim Rutgers (Universiteit
Nederlandse Antillen, IOL), Jaimie McIntyre MA (Kunstgeschiedenis UvA), Mercita M. Coronel
17
(publicist), prof. Kristoffel Lieten (Universiteit van Amsterdam, IISG en IREWOC), Sarah de Vos
(IREWOC) en dr. Birendra Raj Giri (Open University Milton Keynes) leverden een bijdrage aan deze
bundel.
Kind aan de Ketting. Opgroeien in slavernij, toen en nu – Ineke Mok (red.)
Gemaakt door Bureau Cultuursporen, in opdracht van het NiNsee
Kind aan de Ketting. Opgroeien in slavernij, toen en nu is een lesboek voor het voortgezet onderwijs.
In het boek wordt ingegaan op de vraag wat een slaaf is, wat slavernij is, en wat moderne slavernij is.
Het boek bespreekt bovendien de levens en ervaringen van kindslaven vroeger in Suriname, op de
Nederlandse Antillen en Aruba. Aan de hand van boeiende casussen worden de ervaringen van de
kindslaven van nu in landen als West-Afrika, China, India beschreven.
Aan het boekje werkten een groot aantal onderzoekers mee. Het kwam uit in 2009 en beleefde in
datzelfde jaar nog zijn tweede druk.
De Marronvrouw in de stad – Martina Amoksi
“Een meisje is de rijkdom van de bee” is een uitdrukking die de centrale rol van de vrouw in de
marrongemeenschap kenmerkt. De bee is een groep marrons met een matrilineaire verwantschap
tussen de leden. De marrons ontwikkelden onder uiterst moeilijke omstandigheden een nieuwe cultuur
met veel Afrikaanse elementen.
In dit boek plaatst Amoksi, zelf een nazaat van de marrons, de rol en positie van de marronvrouwen in
een historisch perspectief. Uit haar analyse blijkt dat de marronvrouwen een grote bijdrage hebben
geleverd aan het overleven van de marrongemeenschappen sinds hun oprichting tot heden.
De centrale vraag in dit boek gaat over de effecten van de urbanisatie, in de tweede helft van de
twintigste eeuw, op de sociaal-economische positie van de marronvrouwen in Suriname. Daarbij gaat
Amoksi voornamelijk in op de historische positie van de marronvrouwen en de manier waarop die
positie in het heden doorwerkt.
Deze publicatie is de eerste beschrijving van een systematisch onderzoek waarin de marronvrouw
centraal staat. Hiermee wordt een belangrijke lacune in de historiografie van Suriname aangevuld,
namelijk die van de bijdrage van vrouwen aan de geschiedenis van Suriname. Hopelijk leidt het ook
tot een beter begrip voor de positie van de marronvrouw in de Surinaamse samenleving.
Tula – Artwell Cain (red.)
Op 17 augustus 1795 brak op Curaçao een slavenopstand uit, geleid door Tula. Deze opstand eindigde
met de executie van ruim honderd tot slaaf gemaakten. De uitermate wrede terechtstelling van de
leiders van de opstand staat in het geheugen van veel Antillianen gegrift.
In 1985 is door proclamatie vastgesteld dat de opstand voortaan ieder jaar op 17 augustus wordt
herdacht en de leiders van de opstand worden geëerd. Ook is in dat jaar de Parke di Lucha pa Libertat
18
(Park voor de Vrijheidsstrijd) geopend. Anders dan op Curaçao is in Suriname 1 juli, de dag waarop
de slavernij officieel werd afgeschaft, de dag van de vrijheid.
In het boek worden verschillende thema’s behandeld. Don Martina, ex-premier van de Nederlandse
Antillen, gaat in op de betekenis van 1795 voor de huidige positie van de Antilianen mede in relatie tot
Nederland; Charles do Rego bespreekt onder meer de relatie tussen de opstand en de Franse revolutie;
en de Surinaamse historicus Sandew Hira analyseert de Antilliaanse opstand op basis van originele
bronnen en plaatst deze in een internationaal kader. Het boek is zowel in het Nederlands als in het
Papiamento beschikbaar.
Alles voor de Vrede – Frank Dragtenstein
Alles voor de Vrede gaat over de brieven van de verzetsstrijder en ex-slaaf Boston Band. Hij
bewerkstelligde door zijn correspondentie met het koloniaal bestuur in Paramaribo de vrede tussen dat
bestuur en de marrons in het oosten van Suriname en gaf die vrede vorm. De brieven van Boston zijn
uniek, omdat ze door een (ex-)slaaf zijn geschreven in een periode waarin tot slaaf gemaakten niet of
nauwelijks schreven en het hun zelfs vaak verboden was te leren lezen en schrijven. Bovendien zijn er
heel weinig schriftelijke getuigenissen uit bovengenoemde periode overgeleverd, waardoor de brieven
van grote betekenis zijn voor de historiografie van de slavernij.
Boston arriveerde vermoedelijk na het jaar 1749 in Suriname en stierf in 1766. Hij werd een van de
leiders van rebellerende slaven in Oost-Suriname.
Catalog C en D Hernhutter Archieven Suriname - H.E. Lamur, N. Boldewijn en R. Dors
In 2005 is een begin gemaakt met het transcriberen en analyseren van de Catalogus der
Negergemeine, een van de vele soorten documenten waarin de zendelingen van de Evangelische
Broedergemeente Suriname gegevens over slaven en hun nazaten vastlegden. Deze catalogi kunnen als
doopregisters worden beschouwd. Inmiddels hebben onderzoekers prof. dr. H. E. Lamur, mr. N.
Boldewijn en drs. R. Dors het materiaal van negen van de in totaal twintig catalogi die in het archief
van de EBG zijn getraceerd, getranscribeerd. Het relatief grote aantal getranscribeerde catalogi maakt
het mogelijk om van enkele families genealogische gegevens te verzamelen.
In 2009 verschenen in deze serie Catalog C en D.
ARTIKELEN

Aspha Bijnaar: boekbespreking van “Zwart; Sambo, Tien kleine negertjes, PijpjeDrop,
Pompernikkel en anderen. Het beeld van de zwarte mens in de Nederlandse illustratiekunst
1880-1980”, geschreven door Jeroen Kapelle en Dirk J. Tang
In: OSO, tijdschrift voor Surinamistiek en het Caraïbisch gebied.
19

Aspha Bijnaar: “‘Veel meysie genoeg daar gij u plasier kan hebben, en denke niet om uw
vrouw’. De wetenschappelijke relevantie van brieven van (witte) plantersvrouwen voor het
onderzoek naar de transatlantische slavernij”.
In: Sailing Letters, Koninklijke Bibliotheek.

Aspha Bijnaar: “Breaking the taboo of exhibiting past slavery together with modern slavery”.
In: Exhibiting Slavery, Engeland, Horniman Museums Publishers.

Aspha Bijnaar: “Kinderlijke onschuld. Beelden van slavernij in Suriname”.
In Kind aan de Ketting. Opgroeien in slavernij, toen en nu, Amsterdam, KIT Publishers

Artwell Cain: “Colour Blindness and Dutch integration policy in relation to Surinamese,
Antilleans and Arubans”.
In Trajectories of Emancipation Volume One, Kwame Nimako, Stephen Small en Artwell
Cain (red). Nog te verschijnen.

Artwell Cain: “Ambiguous Citizenship as impediment to social mobility in the Netherlands:
The case of Afro-Caribbean Dutch”.
In Peoples without State, Ramon Grosfoguel (red). Nog te verschijnen.

Kwame Nimako en Stephen Small: “Theorizing Black Europe and African Diaspora:
Implications for citizenship, nativism and xenophobia”.
In Black Europe and the African Diaspora, VS, University of Illinois Press.

Kwame Nimako en Glenn Willemsen: “Chattel Slavery and Racism: Reflections on the Dutch
Experience”.
In Dutch Racism, Philomena Essed en Isabel Hoving.(red). Nog te verschijnen.

Kwame Nimako: “Nkrumah, African Awakening and Neo-colonialism: How black America
awakened Nkrumah and Nkrumah awakened Black America”.
In The Black Scholar, Journal of Black Studies and Research, Oakland, Black World
Foundation.
20
4.
LEZINGEN, CONGRESSEN, COLLEGES
LEZINGEN IN HET NINSEE
De lezingen in het NiNsee werden georganiseerd door projectleider drs. Ruth Dors.
Nola Hatterman, portret van een eigenzinnig kunstenares (Ellen de Vries)
16 januari
Nola Hatterman (1899-1984) verwierf in de jaren dertig van de vorige eeuw in Nederland bekendheid
als 'schilderes van negers'. De blanke Hatterman, afkomstig uit een koloniaal milieu, voelde zich naar
eigen zeggen 'van binnen een neger'. In 1953 emigreerde ze naar Suriname om daar een kunstopleiding
op te zetten. Aan het eind van haar leven trok ze zich terug in het binnenland van Suriname om te
midden van de marrons haar historische vierluik over slavernij en marronage te voltooien.
Journalist Ellen de Vries schreef over het opmerkelijke levensverhaal van Nola Hatterman het boek
Nola, portret van een eigenzinnig kunstenares. Aan de hand van een diapresentatie vertelde zij over
het leven en werk van Nola Hatterman.
Ellen de Vries werkt als zelfstandig journalist. Over Suriname maakte ze reportages voor verschillende
dagbladen en KRO-radio. In 2005 verscheen haar boek Suriname na de Binnenlandse Oorlog. Zij is
een van de auteurs van K'ranti! De Surinaamse pers 1774-2008.
Black Fathers (Helen Skinner)
vrijdag 13 maart
Vaak onbekend, afwezig of onverantwoordelijk: dat is het stereotype beeld van zwarte vaders. Met het
Black Fathers-project, in 2007 uitgevoerd door stichting MAKI (Multiculturele Activiteiten en
Kleurrijke Initiatieven), wordt geprobeerd dit beeld enigszins te nuanceren. Dit project heeft geleid tot
een boek en een foto- en poëzietentoonstelling over zwarte vaders. Het boek heeft als centraal thema
de verantwoordelijkheid van het vaderschap, en is een inspirerende compositie van foto’s, gedichten,
verhalen van vaders en quotes.
Helen Skinner, voorzitter van stichting MAKI ,vervulde sinds 1974 diverse functies in het
opbouwwerk, was 22 jaar beleidsadviseur bij de gemeente Delft, en later ouderenadviseur. Zij leidt nu
haar bureau voor subsidieadvies, subsidiewerving en projectontwikkeling: Deweni Consultancy.
Inheemsen, marrons en koloniale overheid: Vredestraktaten in Suriname 1650 – 1863 (Erik Jagdew)
vrijdag 10 april
Eric Jagdew deed in zijn masterscriptie Oorlog en Vrede in het wingewest Suriname: het
pacificatiebeleid van de koloniale overheid jegens de Inheemsen en Marrons in de kolonie tussen 1650
en 1790 verslag van zijn onderzoek naar de vredesverdragen die de Nederlandse koloniale overheid in
21
de zeventiende en achttiende eeuw met inheemsen en marrons afsloot. Een vervolg op deze studie was
zijn onderzoek naar de hernieuwde vredestraktaten uit de periode 1790 -1863.
In zijn presentatie ging Jagdew in op zijn analyse van 200 jaar pacificatiebeleid (1650–1863) van het
koloniale bestuur in Suriname en vertelde hij in hoofdlijnen over de inhoud van de verschillende
vredesverdragen.
Eric R. Jagdew Msc. (34) is historicus. Hij studeerde aan het Instituut voor de Opleiding van Leraren
(IOL) en de Universiteit van Amsterdam (2008). Van 1998 tot en met 2006 werkte hij als leraar
Geschiedenis op de havo en de afdeling Curriculum Ontwikkeling van het Ministerie van Onderwijs
en Volksontwikkeling in Suriname. Momenteel is hij onderzoeker op het Instituut voor Maatschappij
Wetenschappelijk Onderzoek (IMWO) van de Anton de Kom Universiteit van Suriname.
Surinaamse rug, Joodse buik (Wim Egger)
vrijdag 8 mei
In het boek Surinaamse Rug, Joodse buik beschrijft Wim Egger, nazaat van Surinaamse slaven en
overlevende van de Shoah, hoe zijn leven dramatisch veranderde door de oorlog.
Mr. Wim Egger (1935) werd in Amsterdam geboren, een week nadat zijn familie met de boot uit
Suriname aankwam. In Nederland was op dat moment sprake van een economische crisis. Bovendien
wierp het nazisme zijn schaduw vooruit. Egger was zeven jaar oud toen de Duitsers in 1943 zijn
slaapkamer binnenvielen. Na de oorlog specialiseerde hij zich in het uitgeversvak. Later volgde hij
therapie om de gevolgen van de oorlog te verwerken. Ten slotte ging hij rechten studeren.
Gij zijt blank en wij zijn zwart (Humphrey Lamur en Frank Dragtenstein)
zaterdag 5 september
In zijn boek Gij zijt blank en wij zijn zwart, waaraan hij tot zijn overlijden heeft gewerkt, geeft dr. J.P.
Siwpersad een antwoord op de vraag waarom niet meer slaven de plantages in Suriname hebben
verlaten. De auteur gaat onder meer in op aspecten van en trends in slavengedrag, en op de aard en de
omvang van de spanningen tussen de slaven en de meesters. Prof. dr. H.E. Lamur en dr. F.
Dragtenstein verzorgden korte inleidingen op dit boek.
Dr. Jozef P. Siwpersad was historicus en promoveerde in 1979 met de dissertatie De Nederlandse
regeringen en de afschaffing van de Surinaamse slavernij (1833-1863) aan de Universiteit van
Groningen. Ook nam hij het initiatief tot de 'Dag van de geschiedenis' in Den Haag.
De marronvrouw in de stad (Martina Amoksi)
vrijdag 18 september
Tegenwoordig zitten Surinaamse marronvrouwen in het centrum van de macht en bekleden ze
politieke functies. Dat was vroeger anders. In haar masterscriptie De marronvrouw in de stad
analyseert historica Martina Amoksi de gevolgen van de urbanisatie voor Surinaamse marronvrouwen.
22
Zij gaat onder meer in op de factoren die geleid hebben tot de urbanisatie, zoals transmigratie als
gevolg van de bouw van de Afobaka-stuwdam, de binnenlandse oorlog en de veranderingen in
traditionele
rituelen.
Deze
ontwikkelingen
hadden
ook
consequenties
voor
de
man-
vrouwverhoudingen en de sociaal-economische positie van de marronvrouwen.
Martina Amoksi Msc (1964, Wanhatti, Suriname) studeerde aan het Instituut voor de Opleiding van
Leraren (IOL) en aan de Universiteit van Amsterdam. Tot 2007 was zij lerares Geschiedenis op het
vwo. Sinds 2007 werkt zij als onderzoeker bij het Nationaal Archief van Suriname.
Het onderzoek van Martina Amoksi is mede mogelijk gemaakt door het NiNsee.
Het marrongezag: toen en nu (Ray Landveld)
vrijdag 9 oktober
In het verleden werd het binnenland van Suriname uitsluitend bestuurd door het traditionele gezag:
grootopperhoofden, kapiteins en basja. Maar de positie van deze gezagsdragers ondergaat op dit
moment ingrijpende veranderingen. Het traditionele gezag past zich weliswaar aan de veranderingen
aan, maar de nieuwe gezagsverhoudingen leveren ook spanningen op. Vragen zijn onder meer hoe het
traditionele gezag zich in Suriname manifesteert, hoe de marrongemeenschap in Nederland hiermee
omgaat, en of de marrons naar behoud van hun gezagstructuur zullen streven of naar een vorm van
modernisering waarin hoogopgeleide marronvrouwen een rol zullen krijgen.
Ray Landveld, voorzitter van de Stichting Saamaka Soni, voerde het publiek terug naar het ontstaan
van het traditionele gezag in het binnenland van Suriname, en ging in op de vraag of het traditionele
gezag zich zal kunnen handhaven in de moderne tijd.
Hoe maak ik mijn stamboom (Paul Davids)
zaterdag 28 november
Het maken van een stamboom is moeilijk en vergt veel wijsheid en geduld. Een probleem is dat de
archieven van Surinamers verspreid zijn over Nederland en Suriname en dat er tot nu toe nog maar
weinig digitaal is vastgelegd. Dat zal in de komende jaren veranderen, als de originele archieven terug
worden gebracht naar Suriname.
Deze introductie tot de genealogie werd geleid door Paul Davids (1948), bestuurslid van de Stichting
voor Surinaamse Genealogie. Davids is interim-manager en werkzaam in de woningsector. Tien jaar
geleden begon hij samen met zijn Surinaamse vrouw een zoektocht naar haar roots. Op grond van die
ervaringen weet hij mensen de weg te wijzen in de diverse Surinaamse genealogische registers.
De Zwarte Lord (Rihana Jamaludin)
vrijdag 4 december
In haar debuutroman De Zwarte Lord beschrijft Rihana Jamaludin het verhaal van de Bossche
gouvernante Regina Winter die naar Suriname vertrekt om les te geven aan Walther Blackwell, een
23
jonge kleurling die van zijn blanke vader een plantage heeft geërfd. Door de kolonisten wordt hij
spottend de Zwarte Lord genoemd, binnen de elite wordt hij met wantrouwen bekeken vanwege zijn
buitenissige gedrag. In haar zoektocht naar de waarheid ontmoet ze veel personen uit verschillende
lagen van de Surinaamse samenleving. Het leven in Suriname in het woelige jaar 1848 blijkt verstoken
van conventies en fatsoensnormen, maar ook gehuld in taboes en mysteries.
Het NiNsee en KIT Publishers organiseerden deze boekpresentatie met paneldiscussie. Presentator
was Tanja Fraai, televisie- en radiojournaliste bij Radio Nederland Wereldomroep.
Rihana Jamaludin (1959, Paramaribo) vertrok in 1983 naar Nederland, waar ze werkte als beeldend
kunstenaar en docent Volwasseneneducatie. In 1999 debuteerde ze met het verhaal De Schepping, dat
werd opgenomen in de Crossing Borderbundel van het gelijknamige festival in Den Haag. De bundel
Minnewake verscheen in 2008 (Paramaribo).
Alles voor de vrede: De brieven van Boston Band (Frank Dragtenstein)
vrijdag 27 maart
Boston Band, zijn echte naam was Benti Basiton, was een tot slaaf gemaakte man uit Jamaica die kon
lezen en schrijven. In het midden van de achttiende eeuw schreef hij meer dan achttien brieven aan het
koloniaal bestuur in Paramaribo. Deze brieven leidden tot de beëindiging van de lange, gewapende
strijd tussen de bestuurders en de marrons in Oost-Suriname, en de ondertekening van de Aucaanse
vrede van 1760. Zijn correspondentie met de hoogste gezagsdragers is uniek in de
slavernijgeschiedenis, omdat werd verondersteld dat tot slaaf gemaakten niet konden lezen en
schrijven en geen wezenlijke schriftelijke bijdrage hebben geleverd aan de geschiedschrijving over de
slavernijperiode. Boston Band bewijst het tegendeel.
Dr. Frank Dragtenstein is historicus en onderzoeker bij het NiNsee. Hij heeft zich gespecialiseerd in de
geschiedenis van Afrikanen in de diaspora en in die van de slavernij. In 2002 promoveerde hij aan de
Universiteit Utrecht op het proefschrift De ondraaglijke stoutheid der wegloopers; Marronage en
koloniaal beleid in Suriname, 1667-1768. Verder is hij coauteur van het boek Manumissies in
Suriname, 1832-1863 (1997). In 2004 verscheen van zijn hand Trouw aan de blanken, Quassie van
Nieuw Timotibo, twist en strijd in de 18de eeuw in Suriname.
LEZINGEN EN PRESENTATIES NINSEE-MEDEWERKERS

Child in chains – Aspha Bijnaar. Congres Atlantic World and the Dutch (NiNsee, Erfgoed
Nederland, KITLV, Nationaal Archief)
24

De hete actualiteit: Opgroeien in slavernij – Aspha Bijnaar. Symposium Historici gaan voor de
inhoud (Nationaal Historisch Museum)

De ontstaansgeschiedenis van het NiNsee en de betekenis van het herdenken in het Caribische
gebied – Frank Dragtenstein (Rijksuniversiteit Leiden)

De Sociëteit van Suriname 1621-1790 – Frank Dragtenstein (Stadsarchief Amsterdam)

Alles voor de vrede: De brieven van Boston Band – Frank Dragtenstein (Club Culinair)

Slavernij en naamgeving – Frank Dragtenstein (Lions Rotterdam Rijnmond)

De ontstaansgeschiedenis van het NiNsee en de betekenis van het herdenken – Frank
Dragtenstein (Tilburg)

De doorwerking van de Afro-Surinaamse cultuur binnen de EBG Suriname – Ruth Dors
(EBGN Predikantenconferentie Doorn)

Je zelf zijn en toch hogerop komen. Identiteitsontwikkeling en sociale stijging in Nederland –
Artwell Cain (Weekendschool Amsterdam Zuidoost)

Een selectief beeld van integratie werkt averechts: Hoe staan Surinamers en Antillianen er
voor? – Artwell Cain (Vrije Universiteit)

Surinaamse, Antilliaanse en Arubaanse vrouwen en hun sociale mobiliteit in Nederland –
Artwell Cain (Zwarte vrouwen op weg)
SYMPOSIA, DEBATTEN, DAG VAN HET SLAVERNIJVERLEDEN
The Atlantic World and the Dutch
27 februari
Muiderkerk
Samen met het KITLV, het Nationaal Archief en Erfgoed Nederland organiseerde het NiNsee de
conferentie The Atlantic World and the Dutch 1500 – 2000. Op weg naar een nieuwe samenwerking.
Het programma bestond uit een viertal korte presentaties waarin de sprekers lopende projecten op het
gebied van cultureel erfgoed belichtten: dr. Henk den Heijer (Universiteit van Leiden) over de
Nederlandse slavenhandel, prof. Alex van Stipriaan Luiscius (KIT/Erasmus Universiteit) over het
marrons-project en drs. Dirk Tang over het project Sailing Letters.
In de bijdrage Child in Chains vertelden Aspha Bijnaar en gastcurator Dineke Stam hoe de
tentoonstelling Kind aan de Ketting over kinderen in slavernij tot stand is gekomen. Zij gingen in op
inhoudelijke dilemma’s - moesten ze bijvoorbeeld de actualiteit met het verleden verbinden - en op de
beperkingen van het historische materiaal - er is weinig materiaal over kinderen in slavernij vanuit het
perspectief van het slavenkind zelf.
Symposium Zwarte Vrouwen Op Weg
25
7 maart
Muiderkerk
Op 7 maart, de internationale Dag van de Vrouwen, vond het symposium Zwarte Vrouwen Op Weg
plaats, met als thema de sociale mobiliteit van Surinaamse en Antilliaanse vrouwen in verleden, heden
en literaire verbeelding. Het symposium was georganiseerd in nauwe samenwerking met het
Internationaal Informatiecentrum en Archief voor de Vrouwenbeweging (IIAV).
Centraal stond de vraag wat er nodig is voor opwaartse sociale mobiliteit en welke criteria gelden voor
het verwerven van een bepaalde sociale status. Duidelijk is dat sociale mobiliteit en statusverwerving
enerzijds worden bepaald door de samenleving en anderzijds door individuele omstandigheden en
inbreng. De manieren waarop een betere sociale positie wordt verworven, zijn dus afhankelijk van tijd
en plaats.
Kijken en bekeken worden
Donderdag 16 april
Muiderkerk
Thema van de presentatie van Stevo Akkermans boek De inboorling was Kijken en bekeken worden.
De inboorling is een eigentijdse roman over een bizarre tentoonstelling. Voor een kwartje extra
entreegeld konden bezoekers van de Koloniale Tentoonstelling in Amsterdam in 1883 een groep van
28 levende Surinamers bezichtigen in een tent bij het Rijksmuseum. Meer dan een eeuw later vindt
Jozef Muskiet, hoofdpersoon van De inboorling en nazaat van een van de tentoongestelde Surinamers,
in de nalatenschap van zijn moeder brieven hierover van zijn overgrootvader. De inboorling is het
verhaal van een bevrijde slaaf die naar Nederland reist om koning Willem III te ontmoeten maar in een
circustent terechtkomt. Portretten van de 28 tentoongestelde Surinamers zijn te zien bij het NiNsee.
Tijdens de presentatie gaf Stevo Akkerman een korte uiteenzetting over zijn publicatie, waarna
minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen dr. Ronald Plasterk via een videoboodschap de
aanwezigen toesprak. De middag werd afgesloten met een paneldiscussie onder leiding van journalist
Patrick Meershoek. Panelleden waren: Mavis Carrilho (directeur van het onderzoeks- en adviesbureau
I-.Nova), Michiel van Kempen (hoogleraar West-Indische letteren aan de Universiteit van
Amsterdam), John Leerdam (Tweede-Kamerlid namens de PvdA), Bert Sliggers (conservator van het
Teylers Museum en maker van de expositie De exotische mens) en Urwin Vyent (directeur van
Podium Kwakoe).
Symposium Historische romans en slavernijgeschiedenis
9 september
Muiderkerk
Het symposium Historische romans en slavernijgeschiedenis speelde zich af in het kader van
Amsterdam Wereldboekenstad en was gerealiseerd in samenwerking met Podium Kwakoe.
26
De laatste jaren is het Nederlandse slavernijverleden tot leven gekomen, onder meer dankzij de
historische romans van de Surinaamse auteur Cynthia McLeod. McLeod c.q. haar historische romans
worden als autoriteit beschouwd en gebruikt in allerlei debatten.
De vraag kan worden gesteld of historische romans een rol vervullen in de beeldvorming over het
slavernijverleden en zo ja, welke. Hebben historische romans ook een informatieverstrekkende
functie? Vertellen ze over feiten en gebeurtenissen uit de slavernijperiode of dienen ze louter te
worden gezien als fictie? Welke specifieke rol is voor dit genre weggelegd in de canonisering van de
Caribisch-Nederlandse geschiedenis? Welke rol en functie hebben zij in de hedendaagse discussie
over de doorwerking van het slavernijverleden in het algemeen en in de persoonlijke beleving van de
nazaten van slaven in het bijzonder?
Dag van het slavernijverleden
10 september
verschillende locaties
Op de tweede Dag van het Slavernijverleden, met als thema Weg uit de slavernij, kwam een aantal
onderwerpen van het slavernijverleden aan bod, bijvoorbeeld de marrons, Nederlanders actief in de
antislavernijbeweging, de activist en verzetsheld Anton de Kom, en het belang van het levend houden
van de slavernijgeschiedenis. Het programma - met een stadswandeling, tentoonstelling, lezingen,
interviews, columns, debat, muziek en theater - bood de nieuwste inzichten in de slavernij en haar
erfenis voor een breed publiek.
CONGRESSEN
Trajectories for Emancipation: Black European Thinkers
29 en 30 juni
Vrije Universiteit, Amsterdam
Organisatie: Center for Global Studies and Humanities van de Duke University in de Verenigde
Staten, het Institute for Postcolonial and Transcultural Studies van de Universiteit van Bremen en het
NiNsee
Initiatief: Black European Research Network, een groep van internationale wetenschappers die zich
bezighouden met Black European en African American Studies
Aantal bezoekers: ongeveer vijftig hoogopgeleiden uit tien verschillende landen
Projectleiders: drs. Amy Abdou en dr. Kwame Nimako
Dit symposium, het tweede in een serie van drie, was een groot succes. In 2010 zal het NiNsee de
inleidingen bundelen en uitgeven.
27
Rehabilitatie Tula
3 oktober
Curaçao
Organisatie: Fundashon Rehabilitashon Tula, in nauwe samenwerking met het NiNsee
Voorzitter: Don Martina, oud-premier van de Nederlandse Antillen
Dit internationale symposium had tot doel de rehabilitatie te bewerkstelligen van de Curaçaose
verzetsstrijder Tula. Tula was een van de belangrijkste aanvoerders van de grote Curaçaose
slavenopstand van 1795. De opstand begon op 17 augustus op plantage Knip (Kenepa), toen ongeveer
vijftig slaven hun plantage-eigenaar vertelden dat ze niet meer voor hem als slaaf wilden werken. De
opstand breidde zich snel uit, waarna het koloniaal bestuur hard ingreep. De aanvoerders van de
opstand werden uiteindelijk publiekelijk op wrede wijze ter dood gebracht.
De officiële opening werd verricht door Marylin Alcalá-Walle, gedeputeerde van cultuur Belangrijkste
spreker was de Afro-Amerikaanse filosoof prof. Lewis Gordon.
Nederlandse Museumvereniging
Tijdens het museumcongres van de Nederlandse Museumvereniging, op 8 en 9 oktober in het Zeeuws
Archief, nam het NiNsee deel aan de werkgroep Gevoeligheden, monument of museum?, die ging over
de vraag hoe om te gaan met de gevoeligheden in collectie en presentatie.
De Afrikaanse diaspora: uitdagingen voor het behoud van het erfgoed
(in het kader van het International Americanist Congress)
Mexico-Stad
Organisatie: NiNsee
Projectleider: drs. Martha Machado
Vanaf 1875 komen om de drie jaar internationale wetenschappers uit een breed scala aan vakgebieden
(zoals antropologie, archeologie, rechten, economie, onderwijs, filosofie, geografie, geschiedenis,
sociologie, mensenrechten) bijeen om de laatste ontwikkelingen op hun vakgebied te bespreken. Er
werden zestien presentaties gegeven, door wetenschappers uit onder meer Mexico, Colombia,
Suriname, Brazilië, Verenigde Staten, België, Duitsland en Frankrijk.
Onderdeel van dit congres was het door het NiNsee georganiseerde symposium African Diaspora:
Challenges to the Consolidation of its Heritage. Het was de tweede keer dat het NiNsee in het kader
van dit congres een symposium organiseerde. De papers worden volgend jaar gepubliceerd. Daarvoor
wordt samengewerkt met de Universidad del Valle in Colombia.
Colloquium Anton de Kom, Wij Slaven van Suriname
7 november
Het Tropentheater
Organisatie: Instituut voor Bevordering van de Surinamistiek (IBS), in samenwerking met het NiNsee
28
Projectleider: dr. Aspha Bijnaar
In 2009 was het 75 jaar geleden dat het boek van de linkse Anton de Kom, Wij slaven van Suriname,
uitkwam. Op het colloquium stonden de turbulente geschiedenis van dit boek en de invloed ervan op
de politieke bewustwording van Surinamers centraal.
Het boek is een aanklacht tegen het Nederlandse kolonialisme in Suriname. Voor het eerst werd de
Surinaamse geschiedenis vanuit een antikoloniaal perspectief en de optiek van de onderdrukten
geschreven. De Nederlandse Centrale Inlichtingen Dienst (CID) probeerde in 1934 publicatie te
voorkomen, omdat de Nederlandse regering repercussies in Suriname vreesde. Uiteindelijk verscheen
het boek in gecensureerde vorm.
Het zou tot 1971 duren voordat er een herdruk verscheen. Linkse Surinaamse studenten in Nederland
herontdekten het boek eind jaren zestig en beschouwden het als inspiratiebron voor hun ontluikend
politieke bewustzijn. Door deze herontdekking vond dit boek brede ingang onder het Surinaamse en
Nederlandse lezerspubliek. In 1999 verscheen de negende druk.
Public History and Collective Memory. Representation of Slavery Museums, Memorial and Monuments
in the 21st Century
Projectleiding: drs. Amy Abdou, drs. Ruth Dors en dr. Kwame Nimako
In 2009 is begonnen met de voorbereidingen voor het international congres Public History and
Collective Memory. Representation of Slavery Museums, Memorial and Monuments in the 21st
Century. Tijdens het symposium zal een aantal Nederlandse en buitenlandse wetenschappers
discussiëren over de betekenis van public history and collective memory.
Nederland kent een lange en rijke traditie van public history en herdenkingen. De herdenkingstraditie
van het slavernijverleden is echter relatief jong. Eind jaren negentig diende de vrouwengroep
Sophiedela een petitie in voor de oprichting van een herdenkingsmonument. Dit leidde ertoe dat in
2002 het nationaal slavernijmonument werd opgericht in het Oosterpark te Amsterdam. Vanaf dat jaar
wordt de afschaffing van de slavernij ook formeel herdacht op 1 juli.
GASTCOLLEGES
Verschillende onderzoekers verzorgden in 2009 gastcolleges.

Van sociale uitsluiting naar sociale mobiliteit – Artwell Cain (Universiteit van Tilburg)

De Weg naar de Top – Artwell Cain (workshop met student-assistenten van de rechtenfaculteit
van de Erasmus Universiteit)

Settlement, enslavement, resistance and pacification. The case of St. Vincent and the
Grenadines – Artwell Cain (Universiteit van Leiden)
29

Social Mobility of non-Whites in the Netherlands - Artwell Cain (NiNsee Summer School on
Black Europe)

Focusing on the history of discrimination and thoughts on choices in the exhibition of slavery
– Artwell Cain (Zomerprogramma Humanity in Action)

De gevolgen van de slavernij in het heden – Frank Dragtenstein (KITLV – Caribische studies)
DEELNAME AAN INTERNATIONALE CONGRESSEN EN LEZINGEN
Begin maart vond in de Horniman Museums & Gardens in Londen de conferentie Exhibiting Slavery
Possibilities & Problematics plaats. Centraal stond de vraag met welke dilemma’s culturele
instellingen, vooral in relatie tot het publiek, geconfronteerd worden bij het presenteren van
tentoonstellingen over slavernij. Curatoren en onderzoekers uit landen als de Verenigde Staten,
Frankrijk, België, Duitsland en Jamaica gaven acte de presence. Aspha Bijnaar gaf namens het NiNsee
de lezing Breaking the Taboo of Exhibiting Past Slavery together with Modern Slavery.
Presentaties en lezingen op internationale fora van andere onderzoekers van het NiNsee waren:

Alles voor de vrede. De brieven van Boston Band – Frank Dragtenstein (Tori Oso,
Paramaribo)

Race, racism and social mobility: an inquiry into the position and status of Afro-Caribbeans in
the Netherlands – Artwell Cain (Conference Racism against peoples without states, Parijs)

Ontwikkeling van de slavengemeenschappen – Ruth Dors (Cultureel Centrum Suriname,
Paramaribo)

Managing the memory of slavery – Artwell Cain (Internationaal symposium Rehabilitatie
Tula, Curaçao)

Color Blindness and Social Mobility in the Netherlands – Artwell Cain (Universiteit van
Aruba, Oranjestad)

Ambiguous Citizenship as impediment to Social Mobility in the Netherlands: The case of
Surinamese, Arubans and Antilleans – Artwell Cain (Universiteit van de Nederlandse
Antillen, Curaçao)

Creación i establecimiento de NiNsee - Artwell Cain (Internationaal congres in Cartagena,
Colombia)

NiNsee en U – Artwell Cain (Openbare Bibliotheek Aruba)

The Unfinished Business of Emancipation: The Legacies of British and Dutch Abolition –
Artwell Cain (Internationaal congres Trajectories of Emancipation, Amsterdam)
30

Historic Injustice and Emancipation: Leadership Challenges – Kwame Nimako (Internationaal
congres Trajectories of Emancipation, Amsterdam)

Displaced People as Peoples without State: The Case of Africa – Kwame Nimako
(Conferentie Racism against peoples without states, Parijs)

La estetica, un archivo de la memoria de la Diaspora Africana en el arte Chocó – Martha
Machado (International Congress of Americanists, Mexico-Stad)

Historia Cultural: culturas, mitos y esculturas sagrados en el litoral Pafico Colombiano –
Martha Machado (International Congress of Americanists, Mexico-Stad)
31
5.
HERDENKINGEN
1 juli-herdenking
Op 1 juli 1863 werd in Suriname en de Nederlandse Antillen de slavernij afgeschaft. Dit wordt
herdacht tijdens de nationale 1 juli-herdenking bij het slavernijmonument in het Oosterpark te
Amsterdam. Tijdens de herdenking in 2009 betuigde staatssecretaris van Koninkrijksrelaties Ank
Bijleveld-Schouten namens de Nederlandse regering diepe spijt voor de slavernij en slavenhandel. Ze
beschreef de ellende uit die tijd en merkte op dat de situatie waarschijnlijk nog veel erger was dan uit
haar beschrijving bleek. Bijleveld benadrukte dat we de plicht hebben onrecht als slavernij te
bestrijden.
Na toespraken van onder meer Job Cohen, toenmalig burgemeester van Amsterdam, en NiNseevoorzitter Eddy Campbell, werden kransen gelegd bij het slavernijmonument ter nagedachtenis van de
honderdduizenden die omkwamen tijdens de slavernij.
De herdenking was dit jaar grootser van opzet dan de voorafgaande jaren. Voor de kranslegging was er
een optocht van muzikanten en mensen in traditionele Surinaamse, Antilliaanse, inheemse en Ghanese
kledij. Freek Ossel, wethouder Diversiteit van de gemeente Amsterdam, nam een koperen bekken met
fruit aan van een vertegenwoordiger van de optocht. Tijdens het Keti Koti Festival, in de middag en
avond, waren er op vijf podia meer dan dertig muziek- en theateroptredens.
De organisatie van de herdenking was in handen van het NiNsee, dat daarbij nauw samenwerkte met
de gemeente Amsterdam en het stadsdeel Amsterdam Oost-Watergraafsmeer. Door in 2009 groot uit
te pakken hopen zij meer Nederlanders bij de herdenking te betrekken dan alleen de nazaten van de
etnische groepen die het slachtoffer waren van de slavernij. ''Het slavernijverleden is immers het
verleden van alle inwoners van dit land'', aldus NiNsee-voorzitter Eddy Campbell.
Tula-herdenking
In een afgeladen Muiderkerk te Amsterdam vond op 17 augustus de herdenking plaats van de grote
slavenopstand van 1795 op Curaçao. Het centrale thema van de herdenking wasr Trots op de
waarheid. Het decor bestond uit het schilderij Op een gouden schaal van Vincent Jong Tjien Fa.
Professor Jandi Paula ging in zijn speech in op de vele geslaagde en minder geslaagde opstanden op
Curaçao en het Caribische gebied. Hij merkte op dat een diepgevoelde solidariteit een van de
belangrijkste voorwaarden is voor het slagen van revoluties en emancipatiebewegingen.
Tijdens de herdenking werd ook het boek Tula, de slavenopstand van 1795 op Curaçao gepresenteerd
door redacteur en directeur van het NiNsee, Artwell Cain. Tweede-Kamerlid John Leerdam, Dellali
Janzen en wethouder Freek Ossel van de gemeente Amsterdam namen ieder een exemplaar in
ontvangst.
32
Ook was er plaats voor theater, muziek en kunst. Raymi Sambo verzorgde een theatrale vertelling
waarin Izaline Calister het klaaglied Lamento di Mosa Nena zong. Zij sloot de avond af met haar lied
Pueblo Lanta waarin ze het Antilliaanse volk oproept het werk van Tula af te maken.
Internationale Unesco-dag
Op 23 augustus 2009 organiseerde het NiNsee ter gelegenheid van de internationale Unesco-dag ter
herdenking van de slavenhandel en de afschaffing van slavernij de eerste Glenn Willemsen-lezing. Dr.
Robert Allen, hoogleraar Afrikaans-Amerikaanse studies en etniciteit aan de Universiteit van
California, Berkeley hield een inleiding ter nagedachtenis aan Glenn Willemsen, de in 2008 overleden
directeur van het NiNsee, getiteld Barack Obama and the Children of Globalization. De ongeveer
tachtig bezoekers konden, voorafgaand aan de lezing, gratis de tentoonstellingen van het NiNsee
bezoeken.
33
6.
DOCUMENTATIE VIA HET WEB
WEBSITE
In 2009 is de website van het NiNsee toegankelijker gemaakt. Ook werden alle pagina’s in het Engels
vertaald, zodat de site voor een breder publiek toegankelijk is.
Voor het project Kind aan de Ketting. Opgroeien in slavernij is een aparte website gemaakt die in
februari in de lucht is gegaan: www.kindaandeketting.nl. Hierop staat veel achtergrondinformatie over
de tentoonstelling, inclusief interviews en korte videofragmenten. Via deze website kunnen scholen
afspraken maken voor rondleidingen en het bijbehorende lespakket bestellen.
ZOEKMACHINE
Het NiNsee leverde een belangrijke bijdrage aan de totstandkoming van een nieuwe online
zoekmachine van het Koninklijk Instituut voor de Tropen (KIT). Hiermee kunnen de collecties van de
verschillende afdelingen binnen het KIT gelijktijdig worden doorzocht en kan de bezoeker op een
associatieve manier de collecties ontdekken. Via webspecials wordt ook een deel van de collecties van
andere musea toegankelijk gemaakt voor het publiek.
Het opleveren van deze zoekmachine markeert het begin van een nieuw proces dat moet leiden tot een
volledig semantische ontsluiting van de collecties.
CECN - HERINNERINGEN AAN HET SLAVERNIJVERLEDEN
Het NiNsee en de stichting Cultureel Erfgoed Caribisch Gebied & Nederland (CECN) werken samen
in het onderzoeksproject Herinneringen aan het slavernijverleden. Het project richt zich op het
documenteren van immaterieel erfgoed in de vorm van levensverhalen, tradities, dans et cetera. Het
project is gerelateerd aan het Caribische fotoarchief van de Fraters van Tilburg: duizenden foto’s,
gemaakt tussen 1886 en circa 1970 in Suriname en op de Nederlandse Antillen. Door digitalisering,
beschrijving en ontsluiting van het archief kunnen de huidige en toekomstige generaties toegang
krijgen tot dit erfgoed. Veel foto’s verwijzen naar het slavernijverleden en hebben betrekking op
marrongroepen uit Suriname, van wie momenteel een groot deel in Tilburg woont. Het materiaal leent
zich uitstekend voor onderzoek naar het slavernijverleden en het materieel cultureel erfgoed.
34
7. SAMENWERKING
Meeting of the Storytellers
Stichting Esthon organiseerde in samenwerking met het NiNsee de Meeting of the Storytellers in de
Muiderkerk te Amsterdam Oost, gericht op jong publiek. Tijdens de meeting, op zaterdag 24 januari,
daagden verhalenvertellers elkaar uit interessante, geschiedkundige en culturele verhalen te vertellen
over Afrika, de slavernij en de diaspora.
Voorafgaand aan het avondprogramma was er een dagprogramma met workshops en debatten over
identiteit, geschiedenis, slavernij en verwante thema’s. In de workshops werd op creatieve wijze schilderen, muziek, rap, gedichten – ingegaan op de thema’s.
Singi nanga tori: verhalen en liedjes uit de Surinaamse slaventijd
In samenwerking met Podium Kwakoe organiseerde het NiNsee twee familie-evenementen, die
plaatsvonden in het weekend van 4 en 5 juli. Op zaterdag trad vertelkunstenares Hilli Arduin op met
verhalen uit de Surinaamse slavernijtijd. Masterdrummer Henk Sacco van de Surinaamse groep Sabi
Diri leerde de bezoekers Surinaamse kinderliederen. Ook konden de bezoekers kennismaken met
Surinaamse kinderspelletjes uit de slaventijd. In de pauze was er een rondleiding door de
tentoonstelling Kind aan de Ketting en, als daar tijd voor was, Doorbreek de Stilte.
Op zondag presenteerden het kinderkoor Prodo Pikin en de verteller van Sabi Diri, Sylvo, de verhalen,
liederen en spelletjes.
Waag Society/Tropenmuseum - Madretsma/Amsterdam
In september vond in het NiNsee de lancering plaats van een unieke pilot, genaamd Madretsma. Waag
Society, NiNsee en het Tropenmuseum stelden een wandel- en fietsroute samen. Deze route brengt de
wandelaar naar plekken in Amsterdam die een connectie hebben met het Nederlandse
slavernijverleden:
pakhuizen,
kantoren
van
de
West-Indische
Compagnie,
decoraties
op
koopmanshuizen binnen de grachtengordel, slavernijmonumenten en het standbeeld van Anton de
Kom in Zuidoost. Op al deze plekken kan de wandelaar of fietser met zijn mobiele telefoon een
nummer (020-7886000) bellen waarna hij of zij het specifieke slavernijverhaal over het object krijgt te
horen. Dat zijn niet alleen verhalen van experts, maar ook persoonlijke verhalen van sleutelfiguren. Op
de speciaal hiervoor gemaakte Madretsma-kaart staan alle ‘slavernijlocaties’ in Amsterdam
aangegeven. Er wordt momenteel hard gewerkt aan een Engelstalige versie, die vanaf 2010 voor
toeristen beschikbaar zal zijn.
35
Amsterdams Centrum 30 juni – 1 juli
Met de stichting Amsterdams Centrum 30 mei - 1 juli tekende het NiNsee een overeenkomst tot brede
samenwerking op educatief gebied. Doelstelling is om alle Amsterdammers te informeren en te
betrekken bij het slavernijverleden van de stad. Zo zal de informatiefolder Amsterdam en de Slavernij
op grote schaal worden verspreid. De folder zal ook in het Engels worden vertaald. De partijen werken
ook samen bij het informeren van leerlingen over het Nederlandse slavernijverleden. Een
onderwijsdeskundige bezoekt scholen en vertelt daar over het Nederlands slavernijverleden, waarna de
leerlingen de tentoonstellingen bezoeken. In dit kader hebben enkele islamitische en openbare scholen
in de maanden april, mei, juni en oktober het NiNsee bezocht.
Africa in the Picture - Traces of the Trade
Het NiNsee werkte dit jaar samen met de organisatie van het filmfestival Africa in the Picture voor de
vertoning van Traces of the Trade. A Story from the Deep North. Deze documentaire gaat over de
Amerikaanse Katharina Browne die in het dagboek van haar overleden moeder leest dat haar familie
bij slavenhandel was betrokken. De familie De Wolf, waartoe Brown zelf behoort, is anno 2009 een
witte, welgestelde Amerikaanse familie die over aanzienlijk veel onroerend goed beschikt en
invloedrijke burgers heeft voortgebracht, zoals professoren, schrijvers, architecten en politici. De
familie geniet veel aanzien in Bristol, Rhode Island, waar ze woont. Browne vraagt zich af in hoeverre
de familie haar rijkdom en privileges heeft verkregen over de ruggen van Afrikaanse slaven ten tijde
van de slavenhandel.
Traces of the Trade, dat dit jaar in de Verenigde Staten uitkwam, beleefde zijn Europese première
tijdens het filmfestival Africa in the Picture in Amsterdam. De documentaire is in de Verenigde Staten
op de nationale televisie uitgezonden en is genomineerd voor een Emmy Award.
Cultuur & Co. - Kind aan de Ketting
Cultuur & Co organiseerde samen met het NiNsee ter gelegenheid van de Unesco-Dag voor de
Culturele Diversiteit een rondleiding door de tentoonstelling Kind aan de Ketting. Cultuur & Co is een
netwerk van zelfstandige ondernemers die werkzaam zijn in de culturele sector en verstand hebben
van diversiteit. Behalve de vaste staf van het NiNsee werkten vijftien mensen mee aan de
tentoonstelling, de website en het educatieve boek.
De rondleiding werd goed bezocht; de deelnemers kwamen uit diverse sectoren. Men was zeer
geïnteresseerd in de achtergrond en opzet van de expositie. Ruth Dors, wetenschappelijk medewerker
bij het NiNsee, vertelde kort over haar onderzoek in de archieven van de Evangelische
Broedergemeente in Suriname. Dineke Stam, gastcurator van de tentoonstelling, gaf een inleiding op
de tentoonstelling. Jaap de Groote (ruimtelijk vormgever) en Amanda Vollenweider (projectleider)
verzorgden de rondleidingen.
36
Tula
Oud-premier van de Nederlandse Antillen ir. Don Martina pleitte in zijn in 2007 uitgesproken rede
tijdens de Tula-herdenking in Amsterdam voor rehabilitatie van onafhankelijkheidsstrijder Tula, een
van de leiders van de grote slavenopstand van 1795 op Curaçao. Het NiNsee stippelt samen met de
stichting Fundashon Rehablita een traject uit dat moet leiden tot deze rehabilitatie.
Stichting Grani – Bezinningsbijeenkomst
Op zondag 6 juli was er een bezinningsbijeenkomst, georganiseerd door stichting Grani in
samenwerking met het NiNsee, waarbij Afro-Caribische nazaten van tot slaaf gemaakte Afrikanen
elkaar ontmoetten om stil te staan bij hun geschiedenis. Bij veel Afro-Nederlanders van Caribische
afkomst bleek hieraan behoefte te bestaan. De bijeenkomst werd door ongeveer 75 personen bezocht.
Eenheid is Kracht – Dining with Heroes
Op 27 maart was er een bijeenkomst in het Hilton Hotel Rotterdam, georganiseerd door het NiNsee in
samenwerking met Etnische Zaken Vrouwen Nederland (EZVN) en de stichting Eenheid is Kracht.
Belangrijkste spreker was dominee Jesse Jackson.
Jesse Jackson is een van de bekendste Amerikaanse burgerrechtenactivisten. Hij was ook de naaste
medewerker van Martin Luther King, wiens dood hij van zeer nabij meemaakte. In 1986 werd hij
voorzitter van de Rainbow Coalition, een organisatie in de Verenigde Staten waarin diverse
minderheidsgroepen, vredesactivisten, milieuorganisaties en politieke groeperingen zijn verenigd. Hij
deed tweemaal, in 1984 en 1988, een poging de democratische kandidatuur voor het presidentschap
binnen te halen. Hoewel hij beide keren faalde, toonde hij hiermee wel aan dat Afrikaanse Amerikanen
een belangrijke politieke factor binnen de Democratische Partij waren geworden.
Stichting Cimake - De culturele nalatenschap van Edgar Cairo (1948-2000)
Om de Surinaamse auteur en schilder Edgar Cairo aan de vergetelheid te ontrukken wordt in 2010 een
reeks activiteiten georganiseerd waarin telkens andere aspecten van zijn oeuvre aan de orde komen.
Ook wordt er een documentaire gemaakt over Cairo's culturele nalatenschap. De film gaat eind 2010
in première.
Edgar Cairo behoort bepaald niet tot de canon van de Nederlandse letteren, maar geniet onder collegaauteurs en recensenten wel degelijk waardering. Cairo probeerde vooral te verwoorden wat er leefde
op het snijvlak van de Nederlandse en de Surinaamse cultuur en samenleving.
Het NiNsee levert zowel inhoudelijk als financieel een bijdrage aan het project.
37
8.
OVERIGE ACTIVITEITEN
COMMUNICATIEPLAN 2009-2013
De aanstelling van een medewerker communicatie, public relations en educatie leidde in 2009 tot een
nieuw communicatieplan. Daarin staan de corporate communicatie, interne communicatie, de
werkwijze voor communicatiedeelplannen en het gewenste imago van het instituut beschreven. Dit
plan draagt bij aan een structurele verbetering van vooral de externe communicatie, die op zijn beurt
zal leiden tot een vergroting van de naamsbekendheid van het NiNsee en zijn werkzaamheden.
Voor een deel, vooral ten aanzien van de stakeholders, is het gewenste imago al gerealiseerd. In 2010
wordt daaraan verder gewerkt.
Besloten is tot een vernieuwing van de NiNsee-website in 2010 en de uitgave van een digitale
nieuwsbrief in plaats van de gedrukte.
PUBLIC RELATIONS
Mocca Cultuureducatie
Mocca is een Amsterdams expertisenetwerk voor cultuureducatie. Het brengt onder meer het cultureeleducatieve aanbod in Amsterdam in kaart. Mocca organiseert jaarlijks de bijeenkomst Cultuureducatie
in Amsterdam waar scholen en aanbieders van cultuureducatieve projecten elkaar kunnen ontmoeten.
Behalve een cultuureducatie-informatiemarkt zijn er presentaties en een plenair programma over
ontwikkelingen in het onderwijs.
Het NiNsee bracht er zijn educatieve programma’s onder de aandacht van leerkrachten in het primair
en voortgezet onderwijs.
Afrika Museum
Op zondag 28 juni participeerde het NiNsee in de themadag Keti-Koti in het Afrika Museum. Het
NiNsee was hier aanwezig met een informatieve kraam, waar bezoekers kennis konden maken met het
instituut. Naar aanleiding van de op deze dag verstrekte informatie bezochten enkele bezoekers het
Keti-Koti festival.
Noorderparkfestival
Op verzoek van de stichting JAM nam het NiNsee deel aan het Noorderparkfestival in Amsterdam
Noord. In een kraam met onder meer flyers en boeken konden de bezoekers kennismaken met het
NiNsee.
38
NIEUWSBRIEF
In 2009 is de nieuwsbrief Doorbreek De Stilte viermaal uitgebracht. In de edities stond algemene
informatie over het Nederlandse slavernijverleden en was er aandacht voor de vele NiNsee-activiteiten
zoals de 1 juli-herdenking, wisseltentoonstellingen, publicaties, lezingen, onderzoeksprojecten,
educatieve programma’s en evenementen.
BEZOEKEN
Antilliaanse minister van Onderwijs
Woensdag 14 oktober bracht de Antilliaanse minister van Onderwijs en Cultuur mevrouw Omayra
Leeflang een werkbezoek aan het NiNsee. Zij bood daarbij het boek Linguistic studies on Papiamentu
aan aan directeur van het NiNsee Artwell Cain, die haar samen met bestuurslid Ed Gumbs ontving.
Mevrouw Leeflang kreeg onder meer een rondleiding door de twee tentoonstellingen van het NiNsee.
Ook bezocht zij het slavernijmonument in het Oosterpark en liep zij met mevrouw Reinders-Karg de
door het NiNsee uitgestippelde slavenroute. De minister maakte op deze manier niet alleen kennis met
het NiNsee, maar ook met de stad Amsterdam als plaats vol sporen van het Nederlandse
slavernijverleden.
Surinaamse minister van Binnenlandse Zaken
Onverwacht was de komst op woensdag 14 oktober van de Surinaamse minister van Binnenlandse
Zaken Maurits Hassankhan, op werkbezoek in Nederland. De minister maakte kennis met de nieuwe
directeur van het NiNsee Artwell Cain en besprak met hem de mogelijkheden van samenwerking,
onder andere met het Nationaal Archief Suriname.
Professor Jandi Paula
Op uitnodiging van het NiNsee hield de Antilliaanse hoogleraar prof. dr. Jandie Paula een speech
tijdens de Tula-herdenking.
Het NiNsee besloot de expertise van prof. Paula ter beschikking te stellen aan een van de AWORconferenties, een bijeenkomst waarin vertegenwoordigers van Antilliaanse en Arubaanse organisaties
met elkaar van gedachten wisselen over de beleidsvoornemens van het Nederlandse kabinet. Op deze
bijeenkomst waren ongeveer zestig Antilliaanse en Arubaanse kaderleden aanwezig. Paula gaf een
historische inleiding op kolonialisme en emancipatie. Hij sprak vooral over de gevolgen van
kolonialisme op het huidige gedrag van Antillianen en Arubanen en ging specifiek in op het gedrag
39
van de jongeren. Door de extra achtergrondinformatie kreeg de discussie over het voorgenomen
kabinetsbeleid voor de zogenaamde Antilliaanse risicojongeren extra diepgang.
THEATER
Tula be free
Het NiNsee presenteerde op zondag 7 juni in het theater No Limits in Zuidoost de theater-, dans- en
muziekproductie Tula be free. De voorstelling is gebaseerd op de vrijheidsgedachte van de slaaf en
verzetsstrijder Tula, die op 17 augustus 1795 de slavenopstand op Curaçao ontketende. Hoewel de titel
van de productie refereert aan de slavernij, fungeert de historische figuur Tula vooral als achtergrond
om een beeld te schetsen van de actuele situatie waarin Nederland en de wereld op dit moment sociaalmaatschappelijk verkeren.
Choreograaf en regisseur John Wooter en componist Anthony Vrolijk ontwikkelden Tula be free voor
stichting Kibra Barera. Twaalf dansers van het Albeda Dans College, drie rappers, vijf zangers en zes
muzikanten voerden het dans-, muziek- en toneelspektakel op.
FINANCIELE BIJDRAGEN
Claus
CLAUS! is een theatrale voorstelling met muzikale omlijsting. Ze gaat over het leven van prins Claus,
zijn liefde voor Afrika en zijn band met de Nederlandse Antillen en Suriname. Op 6 december vond de
uitvoering plaats in Carré. Onder anderen Maartje van Weegen, Bert Koenders, Gerda Havertong,
Thom Hoffman, Denise Jannah, Job Cohen, Izaline Calister, Bryan B., Philip Freriks, Jörgen Raymann
en Giovanca Ostiana traden erin op. Het stuk werd geregisseerd door John Leerdam, TweedeKamerlid voor de PvdA en voormalig directeur van theater Cosmic.
De voorstelling kwam mede tot stand met financiële steun van het NiNsee.
Amandla! Fragments of struggle
Na een succesvolle, uitvoering van Amandla! Fragmenten van strijd in poptempel Paradiso verhuisde
het theaterstuk naar Zuid-Afrika. Onder de titel Amandla! Fragments of struggle stond de Nederlandse
cast, aangevuld met Zuid-Afrikaanse artiesten, vier avonden voor een Zuid-Afrikaans publiek. In de
Nederlandse cast zitten onder anderen oud-burgemeester van Amsterdam Ed van Thijn, senator Klaas
de Vries en de zangeressen Gerda Havertong, Denise Jannah, Giovanca en Izaline Calister.
In een collagevoorstelling van monologen, muziek, zang en gedichten blikt Amandla! Fragments of
struggle terug op de apartheid, de anti-apartheidsstrijd en het ANC van toen en nu.
40
Het NiNsee leverde een financiële bijdrage aan de vertoning van Amandla in Zuid-Afrika.
Na bigi du
In Suriname betekende de afschaffing van de slavernij voor vele ex-slaven nog tien jaar werken onder
Staatstoezicht, vaak op de plantage waar zij al sinds jaar en dag als slaven hadden gezwoegd en
gezweet. Schrijfster Thea Doelwijt blikt in een theatervoorstelling terug op het leven van haar
overgrootmoeder Misi Bethania, geboren als slavin. Van haar werd bekend dat zij vijf jaar lang niet in
de kerk mocht zitten, omdat zij weigerde te trouwen.
Vooral na de afschaffing van de slavernij zijn zendelingen en missionarissen plotseling alom
tegenwoordig om de vrijgelatenen te kerstenen. De tegenstellingen vrij/onvrij, christen/heiden en
huwelijk/concubinaat spelen een belangrijke rol in het leven van Misi Bethania. Uiteindelijk
organiseert ze een Du, een traditioneel slavenspel, om voor eens en voor altijd te bewijzen dat zij en
niemand anders de baas is over haar leven, en dat zij voor niemand buigt. Thea Doelwijt regisseerde
de voorstelling Na bigi Du, de muziek was van Denise Jannah en Francine van Dam.
De komst van deze productie naar Nederland is mede mogelijk gemaakt met steun van het NiNsee.
Tula
In juli 2009 vernielden onbekenden een deel van het Tula-monument in het Fundashon Parke
Nashonal op Curaçao. Het NiNsee bood daarop de nationale Tula-commissie aan een deel van de
reparatiekosten te vergoeden, zodat het monument in goede staat zou verkeren voor de Tulaherdenking op 17 augustus.
Nardo Brudet - Slaves of Holland
Het NiNsee leverde een financiële bijdrage aan de spraakmakende tentoonstelling Slaves of Holland
van fotograaf Nardo Brudet (1968). Slaves of Holland is een fotoserie over slavernij waarin de witten
slaven zijn die door zwarte slavenhouders worden verscheept, gebrandmerkt en vervolgens verkocht.
Met deze intrigerende foto’s wil Brudet de kijker op het verkeerde been zetten.
Vereniging Antilliaans Netwerk – Onderwijs en de jeugd
De Vereniging Antilliaans Netwerk (VAN) organiseerde, onder andere met steun van het NiNsee, in
de Muiderkerk een bijeenkomst getiteld Onderwijs en de jeugd na het Deltaplan. Belangrijkste spreker
was de Antilliaanse minister van Onderwijs Omayra Leeflang.
Stichting Monument Middelburg
Dankzij de inzet van de stichting Slavernij Monument Zeeland werd op 2 juli 2005 het Zeeuws
slavernijmonument onthuld op de Balans te Middelburg (Zeeland). Middelburg is na Amsterdam de
belangrijkste stad in de slavernijgeschiedenis en de slavernij in het Caribische gebied.
41
Het NiNsee leverde een bijdrage aan de herdenkingsactiviteiten rondom 1 juli, de dag van de
afschaffing van de slavernij.
Stichting Inke – Documentaire Katibo
Op 1 juli 1863 werd in Suriname en in de overige Nederlandse kolonies de slavernij formeel
afgeschaft. Deze episode uit de geschiedenis is bij maar weinig Nederlanders bekend. In het
basisonderwijs wordt er weinig tot geen aandacht besteed aan dit slavernijverleden. Er zijn voor het
onderwijs dan ook onvoldoende direct toegankelijke informatiebronnen.
De stichting Inke maakt een documentaire onder de naam De striemen voor en na de slavernij.
Hiermee wil zij op eenvoudige wijze meer inzicht verschaffen in het Surinaamse slavernijverleden.
Het NiNsee leverde een financiële bijdrage aan de productie van de documentaire.
Stichting Aya – Oprichting slavernijmonument Ghana
De stichting Aba yaa Asantewaa is al geruime tijd bezig met de voorbereidingen voor de oprichting
van een slavernijmonument in Accra, de hoofdstad van Ghana, ter herdenking aan de jarenlang
durende slavernij en slavenhandel in West-Afrika.
Ghana speelde een centrale rol in de slavernijgeschiedenis van Nederland. In de zeventiende eeuw
verdreven de Nederlanders in opdracht van Maurits van Nassau de Portugezen uit Fort Elmina in
West-Afrika. De West-Indische Compagnie vestigde daar haar hoofdkwartier voor West-Afrika.
Langs de West-Afrikaanse kust zijn nog vele forten van de Nederlanders te zien. Nederland had
immers vele jaren het monopolie op de slavenhandel.
Het NiNsee subsidieerde dit initiatief van stichting Aya.
Stichting Empowament – Beeldvorming en Integratie Surinaamse Amsterdammers
In 2009 vond in Amsterdam de conferentie Beeldvorming en Integratie rond Surinaamse
Amsterdammers plaats, georganiseerd door de stichting Empowament. Het thema van de conferentie
was de verduurzaming van de integratie van Surinaamse Amsterdammers. Het initiatief tot deze
conferentie kwam van een breed samenwerkingsverband van Surinaamse organisaties in Amsterdam,
die menen dat het beeld dat Surinaamse Amsterdammers succesvol zijn geïntegreerd, tot gevolg heeft
dat er onvoldoende aandacht is voor een grote groep met zorgwekkende achterstanden op terreinen als
onderwijs, opvoeding, werk en inkomen, gezondheid en zorg.
Het NiNsee leverde een bijdrage aan de totstandkoming van deze conferentie. Belangrijkste spreker
was dr. Allison Blakeley uit de Verenigde Staten.
Henri Stephen – Laat het niet toe
Henri Stephen werkte ruim 36 jaar in de gezondheidszorg in Nederland en Suriname. In Suriname
kwam hij in aanraking met de traditionele volksgeneeskunst. Stephen verdiepte zich in het werken met
42
kruiden en hun toepassingen. Hij schreef een aantal boeken over de Surinaamse cultuur, waaronder
Geneeskruiden van Suriname, Winti Afro-Surinaamse religie, Winti en psychiatrie, en Voodoo.
Het NiNsee leverde een kleine, financiële bijdrage aan de totstandkoming van zijn laatste publicatie,
Laat het niet toe.
Landelijk Platform Slavernijverleden – AAD Roots Synergy
Het Landelijk Platform Slavernijverleden hield in februari een rondetafelbijeenkomst getiteld: AAD
Roots Synergy Dag. De bijeenkomst diende ter voorbereiding op de Durban Review Conferentie van
2009 van de Verenigde Naties.
Het NiNsee leverde een financiële bijdrage aan de totstandkoming van deze bijeenkomst.
43
7.
PERSONEEL
Het personeelsbestand van het NiNsee is in 2009 niet gewijzigd. Het personeel bestond eind 2009 uit:
Directeur
dr. A. Cain
Directiesecretaresse
D. Soekra
Bureaumanager
R. Rens
Wetenschappelijk onderzoekers
mevrouw dr. A. Bijnaar, mevrouw drs. R. Dors, dr. F.
Dragtenstein en mevrouw drs. M. Machado
Museaal/educatief medewerker
drs. M. Reinders-Karg
Public relations/educatief medewerker mevrouw M. Addi BA
Projectmanager
mevrouw drs. A. Abdou
VRIJWILLIGERS
In 2009 ondersteunden 22 vrijwilligers het NiNsee bij tal van activiteiten. Zonder de inzet van al deze
vrijwilligers zou realisatie van het ambitieuze programma niet mogelijk zijn geweest. De vrijwilligers
zijn:
N. Choy
R. Hoogvliet
J. van der Sloot
G. Datema
C. Luckhardt
I. Ter Bruggen-Mees
M. Drakenstein
W. Maas
H. Vreugd
S. Eisden
R. Maasdamme H. Wijngaarde
M. van Frederici
P. Menke
K. Wollrabe
M. Groen
J. Ommen
J. Worm
E. Herman
I. van Opbergen
D. van Hinte-Rustwijk
P. Redman
44
8.
BESTUUR EN ADVIESORGANEN
BESTUUR
Per 1 januari 2009 heeft dr. E. Campbell zijn taken weer opgepakt als voorzitter van het bestuur van
het NiNsee. Hij fungeerde in dat jaar ook als waarnemend directeur.
Eind 2009 bestond het bestuur uit:
Voorzitter
dr. E. E. Campbell
Waarnemend voorzitter
mr. M. D. Winter
Secretaris
dr. mr. E. K. Marshall
Penningmeester
E. Gumbs QC
Leden
drs. R. Koops
drs. R. Uda
mevrouw F. Ravestein
S. Kotey BSc
Mevrouw C. Ortega-Martijn
RAADGEVEND ORGAAN
Het Raadgevend Orgaan (RO) heeft als taak het bestuur, gevraagd en ongevraagd, te adviseren over
het beleid in de ruimste zin van het woord. Het RO is in 2009 drie keer in volledige samenstelling
bijeengekomen. De voorzitter van het RO heeft in dat jaar twee gesprekken gevoerd: een met het
bestuur en een met de directeur van de stichting. Beide gesprekken hadden als insteek de verbetering
van de positionering van het RO in de organisatie zodat het de statutair vastgelegde taken naar behoren
kan uitvoeren.
Het RO bestond eind 2009 uit de volgende leden:
Drs. H. Esseboom (voorzitter)
Drs. I. Acheampong
Drs. H. Fermina
Mevrouw mr. L. Manuela
P. Richelieu
45
WETENSCHAPPELIJKE RAAD
De Wetenschappelijke Raad geeft advies over het onderzoeksdomein en de daaraan gerelateerde
activiteiten van het NiNsee. De raad adviseert en rapporteert rechtstreeks aan het bestuur.
De Wetenschappelijke Raad bestaat uit de volgende leden:
Prof. dr. A. van Stipriaan Luïscius (co-voorzitter)
Mevrouw prof. dr. G. Wekker (co-voorzitter)
Dr. K. Nimako
46
BIJLAGE
SCHOLEN EN GROEPEN DIE IN 2009 HET NINSEE BEZOCHTEN
Amsterdam
’t Koggeschip
Amsterdam
15e Mont. Maas en Waal
Amsterdam
Adm. De Ruyter
Amsterdam
Aldoende
Amsterdam
Amstelmeer (weekendschool)
Amsterdam
Assidique
Amsterdam
Barbara
Amsterdam
Bisschop Huibersschool
Amsterdam
Buikslotermeer
Amsterdam
Corantijn
Amsterdam
Dapper
Amsterdam
De Kaap
Amsterdam
De Kraal
Rotterdam
Mont. /Kralingen
Amsterdam
Multatuli
Amsterdam
Nic. Maesschool
Amsterdam
Olympus
Heiloo
Paulusschool
Amsterdam
Pieter Jelles Troelstra
Amsterdam
Rode Loper op School
Amsterdam
t Koggeschip
Amsterdam
Tijl Uilenspiegel
Amsterdam
Twiske
Amsterdam
Watergraafmeerse School
Vleuten
Amadeus Lyceum
Amsterdam
Amstellyceum
Amsterdam
Amsterdams Lyceum
Amsterdam
Berlage Lyceum
Zoetermeer
Erasmuscollege
Bergen
Europese School
47
Houten
Heemlander
Laren
Laar en Berg
Woerden
ROC
Amsterdam
Openbare Scholengemeenschap Bijlmer
Haarlem
Schoterscholen
Amsterdam
Agbell
Krommenie
Altra College
Vlaardingen
De Vos
Woerden
Ideecollege
Amsterdam
Marcanti
Amsterdam
Reigersbos
Amsterdam
ROC
Amsterdam
Stella College
Haarlem
Sterrencollege
Breda
Hogeschool
Diemen
Inn Holland
Groningen
Pabo
Amsterdam
Reinwardt
Internationaal
De Paul University
Rotterdam
Studentenvereniging R'dam
Internationaal
Summerschool
Amsterdam
UVA
Amsterdam
VU
Amsterdam
Vrouwengroep
Amsterdam
Jongerengroep
Amsterdam
Journalisten Reformatorisch Dagblad
Amsterdam
Octra Vrouwen
Amsterdam
Weekendcollege
48
Download