Postnatale opvolging van intra-uteriene infecties Veerle Cossey UZ Leuven 16 nov 2013 1 Postnatale aanpak • • • • • Cytomegalovirus Toxoplasma gondii HIV HBV - HCV Groep B streptokok • Gevolgen - bij de geboorte - op lange termijn • Diagnose • Behandeling • Opvolging 2 Postnatale aanpak van congenitale CMV-infectie 3 CMV seroprevalentie in zwangerschap • Geografische spreiding • Socio-economische verschillen • België lage seroprevalentie (35-65%) 57 25-58 52 35-65 86 85 Zwangere vrouwen Immuun (bv. 35%) Niet-immuun (65%) Congenitale infectie 0,15-1% Primaire infectie 1-4% Baby : symptomatisch 0-1% Transmissie 40% Baby : symptomatisch 10-15% Sequelae 90% 0,5- 1.5 % congenitale CMV-infectie Normale ontwikkeling 10% Baby : asymptomatisch 85-90% Sequelae 5-15% Normale ontwikkeling 85-95% 5 Asymptomatisch bij geboorte (90%) • 10-15 % sekwellen op lange termijn – sensori-neuronale doofheid : • Progressief, follow-up tot 6 jaar : 7% (50% bilat) • Belangrijkste niet-genetische oorzaak van doofheid bij kinderen – microcefalie – psychomotore retardatie – leerstoornissen ? gedragsproblemen ? – tandafwijkingen – chorioretinitis Swanson 2013, Pediatr Clin N Am 6 60;335 Symptomatische infectie (10%) • ½ systeemaantasting – ½ mild of atypisch • hepatosplenomegalie, icterus, petechiae, pneumonitis • microcefalie - calcificaties • chorioretinitis • sensori-neuronale doofheid • intra-uteriene groeiretardatie – prematuriteit • mortaliteit 20-30 % – neonatale periode : leverfalen, bloedingen, DIC – tot 1 jaar : gevolg van zware neurologische handicap . • • • • • • Microcefalie Polymicrogyrie Calcificaties Ventriculomegalie Cerebellaire hypoplasie Periventriculaire leucomalacie Cerebral palsy Epilepsie Mentale retardatie Autisme ? 12 Symptomatisch bij geboorte (10%) Outcome : 90% handicap • Neurologische dysfunctie (70%) – – – – – Mentale retardatie Cerebral palsy Autisme Leerproblemen Epilepsie • Gehoorsdysfunctie (50%) – Kan late onset, tot leeftijd 6 jaar – Progressief vnl. eerste 12 mnd • Visuele dysfunctie (20%) – chorioretinitis, pigmentaire retinitis, n. opticus atrofie, centraal corticale defecten – strabisme 13 neonataal bilan bij maternele seroconversie 14 Urine kweek = gouden standaard (trage groei) verkorte procedure : korte kweek + antigentest (spec.100%, sens. 94.5%) vers staal : CMV is zeer labiel virus, zelfs bij koele bewaring, onmiddellijk naar labo tijdens de werkuren < 21 dagen na geboorte 15 • PCR urine • CMV-IgM : lage sensitiviteit (20-40%), ongeschikt voor screening • PCR dried blood spot : retrospectieve diagnose, te lage sensitiviteit voor screeningstest (34%) • Virale lading – quantitative PCR • Geen IgG aviditeit 16 Indien urine positief : • bloed : thrombocyten, neutrofielen, transaminasen, bilirubine • echografie schedelinhoud – (CT) – NMR : complementair • oogfundus • Algotest of BERA-gehoorstest • (lumbale punctie : eiwit, cellen, PCR) • dry blood spot/Guthriekaartje 17 wanneer behandeling voorstellen ? 18 J Pediatr 2003, 143:16 (1)microcephaly; (2)intracranial calcifications; (3)abnormal cerebrospinal fluid (CSF) for age; (4)chorioretinitis; and/or (5)hearing deficits. Infants ≤1 month of age, ≥32 weeks' gestation, and weighing ≥1200 g at birth 19 were eligible for study participation significant minder achteruitgang gehoor FU 6 mnd Beter gehoor Normaal gebleven Stabiel verlies Slechter FU 1 jaar Ganciclovir IV 6 weken geen R/ Ganciclovir geen R/ 22 % 17 % 25 % 0% 47 % 22 % 23 % 22 % 31 % 19 % 31 % 17 % 0% p < .01 41 % 21% p < .01 68 % 20 Lange termijn effecten Denver II Denver II excl taal Oliver S, J Clin Virol. 2009;46:S22 21 Vlaamse Kinderartsen : consensus congenitale CMV-infectie (2006) 1. Tekenen van centraal zenuwstelsel aantasting • Klinisch: microcefalie, convulsies. • Beeldvorming: verkalkingen, corticale atrofie, ventriculomegalie, cystische leukomalacie, abnormaal gyratiepatroon niet : subependymale pseudocysten of geïsoleerde striatale vasculopathie • Neurosensorieel: gehoorsverlies (drempel > 35 dB en < 100 dB); chorioretinitis • Biochemisch: afwijkingen in lumbaal vocht. 22 2. systeeminfectie (ook zonder CZS- aantasting) • • • • • Minstens 2 tekens van veralgemeende infectie: Small for gestational age (< P3). Petechiën Hepatosplenomegalie Thrombocyten < 75.000/mm3 Alanine aminotransferase (ALT = SGPT) > 100 U/L 23 antivirale middelen 24 Antivirale middelen : gancyclovir inhibitie CMV DNA polymerase – replicatie vertragen – 1 RCT – case reports – schema’s (dosis, duur) 2 x 6 mg/kg IV gedurende 6 weken – effectiviteit vs toxiciteit – carcinogeen ? gonadale toxiciteit ? – enkel IV (bio-availability 6-10%) 25 Neveneffecten : hematotoxiciteit Number of patients with stated laboratory abnormality Laboratory test Creatinine ALT Total bilirubin Platelets Laboratory values constituting “Significant toxicity”* <7 days old: 7–60 days old: 61–90 days old: ≥540 IU/L (≥10X Upper limit normal) Preterm infants ≥2.5 mg/dL ≥1.5 mg/dL ≥1.2 mg/dL 3–6 days old: > 25 mg/dL >25 mg/dL 7–30 days old: ≥36 mg/dL ≥21 mg/dL 31–90 days old: ≥6 mg/dL ≥3 mg/dL Ganciclovir (N = 47)† No treatment (N = 50)‡ P value 1/44 (2%) 0/42 (0%) 1.00 0/40 (0%) 0/40 (0%) – 11/43 (26%) 7/39 (18%) 0.44 3/45 (7%) 2/41 (5%) 1.00 29/46 (63%) 9/43 (21%) <0.01 18/46 (39%) 8/43 (19%) 11/46 (24%) 1/43 (2%) Term infants <50,000/mm3 Grade 3–4 ANC Grade 3 ANC ANC 2–7 days old: 750–1,249/mm3 8–56 days old: 500–899/mm3 57–90 days old: 250–399/mm3 Grade 4 ANC 2–7 days old: 8–56 days old: <750/mm3 <500/mm3 57–90 days old: <250/mm3 26 Antivirale middelen : valgancyclovir • L-valylester prodrug van GCV • hoge biobeschikbaarheid PERORAAL • PK – PD data : 2 x 16 mg/kg zelfde plasmaspiegels als IV GCV geen gegevens PML < 32 weken • zelfde protectief effect voor gehoor (geen placebogroep) • • • • • compassionate use siroop 60 mg/ml (0.27 ml/kg/dosis) 1 maand houdbaar (koel) direct contact met huid vermijden net voor voeding toedienen 28 RCT Phase III study 6 wk vs 6 mnd (2013) NIAID Collaborative Antiviral Study Group INCLUSIECRITERIA SYMPTOMATISCHE CMV INFECTIE 1. Thrombocytopenia 2. Petechiae 3. Hepatomegaly 4. Splenomegaly 5. Intrauterine growth restriction 6. Hepatitis (elevated transaminases and/or bilirubin) 7. Central nervous system (CNS) involvement of the CMV disease : such as microcephaly, radiographic abnormalities indicative of CMV CNS disease, abnormal cerebrospinal fluid indices for age, chorioretinitis, hearing deficits as detected by formal brainstem evoked response, and/or positive CMV PCR from CSF 29 < 30 dagen oud - ≥ 1800 g - ≥ 32 weken Language and receptive communication scores were superior at 24 months in the 6-month treatment group compared with the 6-week group, Neutropenie 19% in eerste 6 weken 21 % 6 weken-6maanden Kimberlin oct 2013,30IDSA Opvolging van congenitale CMV-patiënten – Audiologisch: eerste opvolgcontrole op 2 à 3 maanden leeftijd, nadien op 6 maanden. Vervolgens minimaal om de 6 maanden tot de leeftijd van 3 jaar, daarna jaarlijks tot de leeftijd van 6 jaar. – Oogfundus: jaarlijks. – Neurologische follow-up : • raadpleging neonatologie 4 maanden (ernstige centrale letsels: 2 maanden) • centrum voor ontwikkelingsstoornissen: 1 jaar, 18 maanden (enkel bij motore stoornissen), 30 maanden, 4 jaar 6 maanden, 6 jaar. – Register : informed consent wordt gevraagd aan de ouders en data worden verzameld in CMV-register voor Vlaanderen 31 toekomst • Universele screening : sensitiviteit, kostprijs, haalbaarheid o.a. PCR speeksel – Guthrie • Biomarkers voor risico op gehoorsverlies en andere gevolgen • Behandeling asymptomatische babies • vaccinatie / antivirale middelen zwangere www.vvkindergeneeskunde.be www.cdc.gov/cmv Boppana, N Engl J Med. 2011;364:2111 Lanari, M. Pediatrics 2006;117:e76 Boppana, J Ped 2005;146:817 Toxoplasmosis virage tijdens zwangerschap 1ste trim 2de trim 3de trim Geen of laag risico voor de foetus tenzij in vrouwen met primo-infectie in drie maanden voor conceptie Infectie kan leiden tot ernstige congenitale toxoplasmose Kans < 1% in 1ste trimester Kans 5% in 2de trimester meestal asymptomatische pasgeborenen Neonatale kliniek : • Asymptomatisch bij geboorte (80 %) mogelijke sekwellen op latere leeftijd - visusstoornissen - leerstoornissen - mentale retardatie Neonatale kliniek : • symptomatisch bij geboorte (20 %) klassieke triade zz : - hydrocefalie - chorioretinitis - intracran.calcificaties • neurologische letsels tgv. intra-uteriene meningoencefalitis • systeeminfectie outcome • 90 % asymptomatisch 50% ontwikkelt chorioretinitis • 10 % symptomatisch 50 % hiervan ontwikkelt permanent gezichtsverlies Toxoplasmose diagnose • IgM : hoge sensitiviteit en specificiteit • IgA: sensitiever dan IgM in foetus en neonaat • Bepaling IgM en IgA zal tot 75% van geinfecteerde babies detecteren • Maternele IgG-antistoffen dalen en verdwijnen na 6 tot12 maanden Zekerheid van afwezigheid van infectie vaak laattijdig Bij seroconversie in 1ste of 2de trim én neg PCR op amnionvocht : • Bepaal IgM, IgA en IgG IgM én IgA negatief : Controleer in 2de week Zo opnieuw negatief : Volg IgG titers IgM of IgA pos : aanvullende onderzoeken 39 Bij alle andere kinderen : neonataal bilan • Bloedname op D3-D4 (niet navelstreng): – Bloedbeeld – Leverfunctietesten – IgM – IgA - IgG • Echografie hersenen • Oogfundus • Staal placenta naar Instituut Pasteur voor muisinoculatie 40 Bilan negatief • Geen behandeling starten • Maandelijks IgG daalt (halvering in 30 d indien passieve As): stop opvolging, ten vroegste na 4 maanden • IgG daalt niet : verdere opvolging • Goede opvolging oogfundus : 3 m-6 m- 12 m- 18 m24 m – jaarlijks tot 12 j • Ontwikkelingsonderzoek 41 Bilan positief • Aanvullend gehoorscreening • Start antiparasitaire behandeling : – Pyrimethamine dagelijks 2 maanden – 3 x/week 10 maanden – Sulfadiazine dagelijks12 maanden – Rescuvolin 2 x per week 12 maanden • Associeer anti-inflammatoire behandeling bij oftalmologische indicatie 42 HIV Neonatus : profylaxe • Zidovudine monotherapie – siroop 2 mg/kg om 6 uur gedurende 6 weken; start 6-12 uur na geboorte – dosis aanpassen bij prematuren 1.5 mg/kg – anemie op te volgen na 4 weken www.aidsinfo.nih.gov Perinatal guidelines july 2012 • Geen maternele antiretrovirale therapie – Zidovudine 6 weken – Nevirapine bij geboorte, na 48 uren en na 144 uren Follow-up neonaten • HIV As (ELISA) : positief tot 12 – 15 maanden • Kwalitatieve PCR = gouden standaard Bij geboorte (geen navelstrengbloed) tussen 1 – 2 maanden tussen 3 – 6 maanden • Effecten van blootstelling aan HAART ? • www.apregistry.com Hepatitis B Virus • Risico op verticale transmissie – Moeder HBsAg en HBeAg pos : 70-90% – Moeder HBsAg pos en HBeAg neg : 5-20% • Perinatale transmissie : > 90 % evolutie naar chronische HBV infectie • Belang van preventie ! • Universele vaccinatie moeder • Passief-actieve immunisatie kind Moeder = HBsAg positief Hepatitis C Virus • Risico op verticale transmissie 5 % indien HCV-RNA positief • Geen immunoprofylaxe • PCR test op 1-2 mnd • Borstvoeding is geen contraindicatie Groep B streptokok : screening en preventie Moeder naar Kind Transmissie GBS gekoloniseerde moeder (10 - 40%) 50% Nietgekoloniseerde pasgeborene Asymptomatisch -Tijdens de geboorte ifv inoculum - In utero (opstijgend) 50% Gekoloniseerde pasgeborene 98% 2% Early-onset sepsis, pneumonie, meningitis • 1000 zwangeren • 200 gekoloniseerde moeders • 100 gekoloniseerde neonaten • 2 neonaten met GBS-sepsis (10% mortaliteit) 56 1. Vorig kind met GBS-infectie 2. GBS bacteriurie 3. GBS screening positief (35-37 wk) 4. Ongekende GBS status bij begin arbeid en risicofactor aanwezig : - PML < 37 weken - ROM ≥ 18 uren - Intrapartum koorts ≥ 38°C 57 58