1. Het getal 200 × 9 = 1800 is even. De andere antwoorden zijn oneven: 2009, 2 + 0 + 0 + 9 = 11, 200 − 9 = 191, 200 + 9 = 209. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 1; Kangoeroewedstrijd editie Koala: jaargang c 2009, probleem 2. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 2. Van 15 tot en met 53 zijn er 20 oneven nummers. Hij bestelt dus brieven bij 20 huizen. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 2. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 3. De jongens hadden in totaal 3 + 1 + 2 + 2 = 8 danspartners, de drie meisjes hadden samen 2 + 2 + 2 = 6 danspartners dus danste het vierde meisje met 2 jongens. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 3. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 4. De omtrek van de ster bestaat uit twaalf gelijke stukken en is 36 cm lang. Elk stukje is dus 3 cm lang. De omtrek van de zeshoek kan je tekenen met zes van deze stukjes en is daardoor 18 cm lang. Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 4. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 5. Het grote vierkant is in 9 gelijke vierkanten verdeeld. Het middelste vierkant daarvan werd verdeeld in vier gelijke vierkanten. Het kleine zwarte vierkantje is één van de 25 vierkantjes waarin zo’n vierkant is verdeeld. De oppervlakte van het kleine zwarte vierkantje is dus gelijk 1 1 1 1 aan · · = van het grote vierkant. 9 4 25 900 c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 5. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 6. Als je 100 ontbindt in priemfactoren krijg je: 100 = 2 · 2 · 5 · 5. Dit is een product van vier natuurlijke getallen maar die zijn niet allemaal verschillend. We kunnen dit oplossen door het product van twee getallen samen te nemen. Bovendien als je een getal met 1 vermenigvuldigt blijft dat getal gelijk. Dus krijgen we: 100 = 1 · 2 · 10 · 5. De som van deze getallen is 18. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 6. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 7. Het aantal varkensstaarten is gelijk aan de helft van het aantal koeienpoten. Elke koe heeft vier poten en elk varken één staart dus is het aantal koeien gelijk aan de helft van het aantal varkens. Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 7. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 8. 3 Bij 12 volwassenen is de lift volzet. Bij 9 volwassenen is de lift slechts voor volzet en kan er 4 1 nog van het maximum aantal kinderen bij. Een vierde van 20 is 5, dus mogen er maximaal 4 5 kinderen bij de 9 volwassenen in deze lift. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 8. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 9. Plaats je vinger op een willekeurige plaats op het touw in figuren II of IV en volg het touw met je vinger. Op den duur kom je terug waar je begonnen bent en je hebt dan de hele figuur doorlopen. Bij figuren I, III en V is dit niet het geval. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 9; Kangoeroewedstrijd editie Koala: jaargang c 2009, probleem 10. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 10. Dit kenmerk is waar voor drie natuurlijke getallen, namelijk voor 1, 2 en 4. Merk op dat 12 = 1, 13 = 1, 22 = 4 en 23 = 8 dus bij het getal 1 en bij het getal 2 bestaat het kwadraat en de derde macht beide uit 1 cijfer. Voor het getal 4 bestaat het kwadraat en de derde macht beide uit 2 cijfers, namelijk 42 = 16 en 43 = 64. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 10. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 11. Je moet minstens 3 punten wegdoen - bijvoorbeeld een diagonaal - en dan kan je geen enkele rechte tekenen waarop drie van de overblijvende punten liggen. Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 11. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 12. Het is onmiddellijk duidelijk dat 120◦ een hoek is van de stomphoekige driehoek. Vermits de som van de hoeken van een driehoek gelijk is aan 180◦ , kan 80◦ geen hoek zijn van de stomphoekige driehoek, want de 120◦ + 80◦ > 180◦ . Dus 80◦ is een hoek van de scherphoekige driehoek. Vervolgens kan 10◦ geen hoek zijn van de scherphoekige driehoek want dan zou de derde hoek 90◦ meten en zou de driehoek een rechthoekige driehoek zijn. We weten nu dat de scherphoekige driehoek bestaat uit een hoek van 80◦ en een hoek van 55◦ . Dus is de derde en tevens de kleinste hoek 45◦ . Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 12. cVlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 13. Neem als lengte van een zijde van het grote vierkant 2. Dan is de lengte van een zijde van het kleine vierkant 1. Elke twee gekleurde cirkelsectoren zijn qua oppervlakte gelijk aan de oppervlakte van een wit deel van het kleine vierkant. De oppervlakte van het gekleurde stuk is dus gelijk aan de oppervlakte van het kleine vierkant, namelijk 1. De oppervlakte van het grote vierkant is 4. Het gekleurde stuk is dus een vierde van het buitenste vierkant. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 13. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 14. Stel dat de eerste persoon in de rij een Alito is, dan zouden alle andere Pseudo’s moeten zijn, maar dat kan niet want de derde persoon in de rij bijvoorbeeld zegt dat de persoon voor hem een Pseudo is wat dan een waarheid zou zijn. De eerste persoon in de rij is dus een Pseudo. De tweede persoon in de rij spreekt met andere woorden de waarheid en de derde persoon is opnieuw een Pseudo. Op deze manier kan je heel de rij bekijken en merk je op dat de personen op een oneven positie in de rij telkens een Pseudo zijn en de personen op een even positie een Alito. Er zijn dus in totaal 13 Pseudo’s. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 14. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 15. Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. Van het linkervoorvlak bovenaan is de waarde van twee hoekpunten gegeven en het derde hoekpunt heeft dit vlak gemeen met het rechtervoorvlak bovenaan. Het uiterst rechtse punt van de figuur moet daarom ook waarde 5 krijgen. Daardoor kennen we de waarden van de drie hoekpunten van het bovenste achtervlak, namelijk: 1, 5 en 5 en is de som hiervan 11. De som voor de andere vlakken moet ook 11 zijn en dus is de som van de waarden van de vijf hoekpunten: 5 + 1 + 5 + 5 + 1 = 17. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 15. cVlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 16. In de gelijkheid (V · I · E · R) · (V · I · J · F = T · W · I · N · T · I · G komen precies tien verschillende letters voor. Vermits verschillende letters verschillende cijfers aanduiden moeten alle cijfers van 0 tot en met 9 voorkomen. Dit wil zeggen dat de producten in het linker- en in het rechterlid moeten gelijk zijn aan nul. De enige letter die in beide leden voorkomt is I, dus moet I overeenstemmen met het cijfer nul. Bijgevolg is het product D · R · I · E ook gelijk aan nul en kan dit dus maar één waarde aannemen. c Wiskunde Olympiade v.z.w. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 16. Vlaamse 17. Vul het rooster aan. De eerste mogelijkheid voor het middelste vakje op de bovenste rij is kleur A. Maar dan moet daaronder zeker kleur D komen en ziet de tweede rij er als volgt uit: D, C, D, B, A. De derde rij wordt dan: A, B, A, C, D en de vierde rij: D, C, D, B, A. De tweede mogelijkheid voor het middelste vakje op de bovenste rij is kleur D. Maar dan komt daaronder zeker kleur A en ziet de tweede rij er als volgt uit: D, C, A, B, A. De derde rij wordt dan A, B, D, C, D en de vierde rij: D, C, A, B, A. We stellen vast dat het grijze vakje steeds kleur A zal hebben. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 17. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 18. b en verleng ook de verticale zijde van de regelmatige Verleng de zijden van getekende hoek X negenhoek. We verkrijgen een gelijkzijdige driehoek. Alle drie de hoeken van deze driehoek b gelijk aan 60◦ . zijn even groot dus is de hoek X Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 18. cVlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 19. Voor de eerste figuur heeft hij 20 vierkantjes nodig, voor de tweede 28 en voor de derde 36. Voor elke nieuwe figuur heeft hij 8 vierkantjes meer nodig. Voor het tiende figuurtje heeft hij dus 20 + 9 · 8 = 92 vierkantjes nodig. Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 19. cVlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 20. 1 1 liggen 16 streepjes van elkaar verwijderd. We kunnen de breuken en 5 3 1 40 1 24 1 1 16 herschrijven als = en = . Merk op dat er zich tussen en precies sten 3 120 5 120 5 3 120 24 6 30 1 1 en is dus gelijk aan + = = . bevinden. Punt a ligt op 6 streepjes van 5 120 120 120 4 De breuken Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 20. cVlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 21. Door de drie sneden komt bij de oppervlakte van de kubus de oppervlakte van elk zijvlak nog eens bij. De verhouding van de oppervlakten is dus 2 : 1. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 21. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 22. 2 De oppervlakte van het vierkant is 36 cm2 . De driehoek bedekt van het vierkant. De driehoek 3 2 2 bedekt dus · 36 = 24 cm van het vierkant. Het vierkant bedekt dus ook 24 cm2 , wat 60% 3 van de driehoek is. Dus is de oppervlakte van de driehoek 40 cm2 . c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 22. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. Aangemaakt: ma 21 okt 2013, 9:20 CET - © USolv-IT - Enkel voor gebruik binnen de school. 23. We kunnen de getallen van 1 tot en met 10 verdelen in vier groepjes die gemeenschappelijke delers hebben: {9, 3, 6}; {8, 4}; {10, 5} en {7}. De getallen die kunnen zorgen voor overgangen tussen de verschillende groepjes zijn 1 en 2. Samen bieden die ruimte aan overgangen tussen drie groepjes, zoals bijvoorbeeld in de volgende rij: 9, 3, 6, 1, 8, 4, 2, 10, 5. Het getal 7 kunnen we aan dit rijtje niet meer toevoegen omdat 7 alleen maar naast 1 kan staan en deze plaats al ingenomen is door langs de ene zijde het groepje getallen 9, 3 en 6 en langs de andere kant door het groepje 8, 4, 2. Zara heeft dus maximaal 9 getallen na elkaar opgeschreven. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 23. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w. 24. Een vierkant met zijde 44 heeft slechts een oppervlakte van 1936. Dit is onvoldoende om 2009 vierkantjes te maken met een natuurlijk getal als lengte van hun zijden. Als je een vierkant neemt met zijde 45 dan bestaat dit uit 2025 eenheidsvierkantjes. Maak met deze eenheidsvierkantjes twee vierkanten met lengte van de zijden 3 dan hebben we in totaal 2007 eenheidsvierkantjes en 2 grotere vierkantjes dus samen precies 2009 vierkantjes. c Kangoeroewedstrijd editie Wallabie: jaargang 2009, probleem 24. Vlaamse Wiskunde Olympiade v.z.w.