Oplossingenboek werkdruk

advertisement
Oplossingenboek werkdruk
Onderdeel van Arbocatalogus Gezond Organiseren
U wilt knelpunten aanpakken op het gebied van werkdruk en werkstress. Het oplossingenboek is uw
gereedschapskist. Een gevarieerd palet aan oplossingen, adviezen, richtingaanwijzers en inspiratiebronnen. Voor
een deel kant-en-klare recepten. Voor een ander deel oplossingsrichtingen, die u op maat van uw eigen
organisatie kunt snijden. De indeling is geïnspireerd op de zes bronnen van stress in figuur 1.
Het oplossen van werkdruk-problemen is geen pleisters plakken. Oorzaken schuilen vaak in meerdere knelpunten
op verschillende organisatieniveaus. De route naar een samenhangende oplossing verloopt vanzelfsprekend niet
lineair maar iteratief. Het is zaak om rekening te houden met tal van factoren. Budget, draagvlak, aansluiting bij
lopend beleid, strategische keuzes, enzovoorts. De komende pagina’s helpen u op weg.
Dis
arbe -balans
id-p
rivé
erkte
Bep baan
loop jkheden
eli
mog
O
nv
va ke old
ar nn oe
di is nd
gh e e
ed n
en
a
an
g a ag
lin dr
tel ge
ots nst
Blo ewe
g
on
Ho
e
en veel
ve hei
in rstor d we
he
t w inge rk
erk n
de t g
or e i n
to g m leid
s
r n
Ve ga s en
om ga’
lle
co
2
Figuur 1. Bronnen van werkdruk en werkstress
Zoekinstructie:
•
Stel eerst vast voor welke van de zes bronnen van werkdruk- of stress u een oplossing zoekt.
•
Vervolgens gaat u naar de pagina waar oplossingen bij deze stressbron staan beschreven.
•
Bekijk in de inhoudsopgave van de stressbron welke knelpunten er onderscheiden zijn.
•
Bekijk welke oplossingen er genoemd worden bij de knelpunten.
Preventieve maatregelen werken het best
Voor een preventieve aanpak van werkdruk of werkstress is het het beste om maatregelen te kiezen die het
knelpunt zo veel mogelijk structureel oplossen, met andere woorden zoveel mogelijk bij de bron aanpakken.
Vanuit het oogpunt van preventie is het beter om eerst de achterliggende oorzaak of oorzaken van werkdruk- of
werkstress weg te nemen en pas daarna maatregelen te nemen die medewerkers beschermen.
Voorbeeld preventieve aanpak
Het volgende voorbeeld van de preventieve aanpak van lawaai maakt het verschil duidelijk tussen een
bronaanpak en een op bescherming gerichte aanpak. Bij een machine die te veel lawaai produceert, is het beter
om de oorzaak bij de bron weg te nemen (bijvoorbeeld door de machine te isoleren) dan om medewerkers te
beschermen tegen het lawaai door oordopjes uit te reiken. De aanpak van werkstress gaat op dezelfde manier.
Het heeft meer effect wanneer bij pieken in het werk de instroom van werk beter wordt gepland dan wanneer een
uitzendkracht wordt ingeschakeld zodra zich een piek voordoet.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
1
1. Hoge taakeisen en verstoringen in het werk
De knelpunten bij deze stressbron zijn verdeeld in vijf categorieën:
1) knelpunten in de organisatie van het werk
2) knelpunten in werkprocessen
3) knelpunten in de functiesamenstelling
4) knelpunten bij medewerkers
5) knelpunten in de werkomgeving
Knelpunt
1.1.
Oplossingen
Knelpunten in de
organisatie van het
werk
Geen goede werkplanning Algemeen:
en onduidelijke prioriteiten. −
Scherp de kwaliteit en effectiviteit aan van de planning- en controlcyclus:
Sterke beïnvloeding van de
(jaarplannen, projectplannen, sectorplannen en afdelingsplannen, individuele
werkplanning door de
werkplannen). Houdt 30% van de tijd vrij voor onverwachte activiteiten.
waan van de dag.
−
Zorg voor goed agendabeheer: plan ruim van te voren alle afspraken met
betrokkenen in agenda's, met name die van bestuurders.
−
Vergroot de beheersing van de instroom van werkopdrachten (bijvoorbeeld
door opdrachten pas aan te nemen na een (korte) schriftelijke specificatie van
werkzaamheden, benodigde tijd en doorlooptijd. Daarmee ontstaat meer
inzicht in de benodigde capaciteit. Ook worden verwachtingen over de output
expliciet gemaakt, zodat de kans op ‘verrassingen’ vermindert. De specificatie
kan zowel door de opdrachtnemer als de opdrachtgever worden opgesteld.
−
Stimuleer vraaggericht werken. Hierdoor ontstaat inzicht in de verschillende
rollen en verantwoordelijkheden van de opdrachtgever en opdrachtnemer. Dit
maakt het mogelijk om te onderhandelen over tegengestelde belangen.
−
Stimuleer om te onderhandelen over doelstellingen en prioriteiten van het
totale takenpakket met interne opdrachtgevers en bestuur. Onderhandelen
over het werkaanbod leidt tot een duidelijkere prioriteitstelling en een meer
realistisch beeld van de haalbaarheid van opdrachten.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
2
Knelpunt
Oplossingen
Geen inzicht in de werklast
en gebruik van capaciteit.
Om het werk binnen gemeenten goed te organiseren worden de volgende
instrumenten onderscheiden:
- Het jaarlijkse afdelingsplan gebaseerd op de planning- en controlcyclus.
- Het jaarlijkse werkplan van medewerkers gebaseerd op het afdelingplan..
Dit knelpunt ontstaat meestal doordat individuele werkplannen, gebaseerd op het
afdelingsplan, niet goed gebruikt worden:
Ze zijn te grof waardoor ze niet bruikbaar zijn als stuurinstrument voor de
inzet van uren door het jaar heen. Nodig is inzicht in het aantal taken of
projecten dat wordt uitgevoerd over het jaar heen en het aantal uren dat
per week aan elke taak of project wordt besteed. Dit moet worden afgezet
tegen de beschikbaarheid van de medewerker per week. Hieruit volgt of
een medewerker te veel of te weinig werk heeft in een bepaalde periode.
Een dergelijk schema kan eenvoudig zelf in Excel worden gemaakt. U kunt
ook gebruik maken van commercieel beschikbare planningstools. Deze
worden door verschillende adviesbureau’s geleverd. Bijvoorbeeld de
Taaktuner van het bureau P2ontwikkeling. Zie verder ook het project
Deventer onder goede praktijken en het good practice verslag.
Individuele plannen worden niet aangepast bij veranderingen in de
werklast door het jaar heen. De plannen dienen regelmatig te worden
bijgesteld (afhankelijk van het type werk. Voorbeeld: voor
beleidsmedewerkers dient elke 2 à 3 weken de planning te worden
bijgesteld).
Medewerkers weten van elkaar niet goed of ze in een bepaalde periode te
veel werk hebben of te weinig. Wanneer individuele werkplannen gedeeld
worden kunnen medewerkers makkelijker werk van elkaar overnemen.
Zie voorbeelden van capaciteitsmanagement in gemeenten het onderzoek
Capaciteitsmanagement en werkdruk van beleidsambtenaren op
www.aeno.nl
Onduidelijke of
ingewikkelde verdeling van
werk tussen diensten,
functies en afdelingen.
−
−
−
Bekijk of het mogelijk is om de samenwerking in een projectvorm te gieten met
een projectleider en projectmedewerkers. Dan kunnen er afspraken gemaakt
worden over een verdeling van taken en bevoegdheden. Hierdoor ontstaan er
legitieme en directe afstemming en overlegmogelijkheden voor medewerkers
die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor een opdracht, maar geen formeel
functioneel contact hebben omdat ze niet binnen dezelfde afdeling of dienst
werken.
Stimuleer projectmatig werken:
Projectmatig werken is een werkwijze, met name voor beleidsmedewerkers,
om grip te houden op de uitvoering van projecten. Bij projecten zijn meerdere
partijen betrokken waarbij het risico ontstaat dat een project gaandeweg en
ongemerkt groter wordt. Wanneer wijzigingen in een project niet expliciet
worden bijgehouden dan neemt de werklast voor de beleidsmedewerker
ongemerkt toe. Kern van projectmatig werken is om aan het begin van een
project een projectplan te maken waarin de taken en de benodigde uren per
taak en doorlooptijd staan beschreven. Wijzigingen gedurende het project
worden in een logboek bijgehouden. Over bijkomende taken volgt
onderhandeling met de opdrachtgever. Met deze werkwijze houdt de
beleidsmedewerker steeds inzicht in de werklast die voortvloeit uit projecten.
Verduidelijk de taakafbakening in het werkoverleg (wie doet wat), door
afstemmingsoverleg met betrokkenen of in het MT.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
3
Knelpunt
Oplossingen
Het werk op de afdeling is
toegenomen terwijl de
bezetting kwantitatief en
kwalitatief gelijk is
gebleven.
−
−
−
−
Hoge werkdruk bij
schaarse specialisten.
−
−
Hoge werkdruk bij
projectleiders en
beleidsmedewerkers.
−
−
Weinig mogelijkheden om
werk over te dragen (bij
pieken en dalen in het
werk, bij ziekte of verloop).
−
Zorg dat u extra taken evenwichtig verdeelt onder medewerkers. Vaak komt
het voor dat senior medewerkers teveel werk hebben terwijl junior
medewerkers te weinig werk hebben. Junioren kunnen senioren ondersteunen
door delen van taken over te nemen. Dat is ook goed voor de ontwikkeling van
junioren.
Maak een berekening van de kwantitatieve omvang van het werk (de werklast)
voor de verschillende producten/diensten. Voor deze berekening kunnen
bijvoorbeeld gegevens uit het tijdschrijfsysteem worden gebruikt. Stel op basis
van een werklastberekening een vergelijking op tussen de huidige
beschikbaarheid en de behoefte aan personeel.
Zoek naar mogelijkheden om de druk bij zwaar belaste afdelingen er even af
te halen door bijvoorbeeld het inlenen van medewerkers van andere
afdelingen of het inhuren van uitzendkrachten.
Laat een onderzoek verrichten naar de benodigde formatie in relatie tot de
werklast. Gebruik hierbij benchmarkinformatie. Het onderzoek kan verricht
worden door de afdeling P&O of door een adviesbureau. Bureau Berenschot
heeft voor gemeenten een benchmark ontwikkeld (Benchmark Ambtelijk
apparaat Gemeenten) en voert veel formatie-onderzoeken voor gemeenten
uit.
Organiseer regionale samenwerking met andere gemeenten over het
regionaal inzetten van schaarse deskundigheid.
Organiseer een verdergaande vorm van regionale samenwerking door het
samenvoegen van ambtelijke organisaties van verschillende gemeentes. De
verschillende afdelingen zoals ruimtelijke ordening of sociale zaken worden
hierbij samengevoegd en bij een van de deelnemende gemeenten
gelokaliseerd. Voorbeelden hiervan zijn de regionale samenwerking van
Blaricum, Eemnes en Laren, en regionale samenwerking van de gemeenten
Veendam, Pekela, Menterwolde en Bellingwedde in Zuidoost Groningen.
Analyseer welke problemen zich bij projecten in het verleden hebben
voorgedaan (organisatorisch en op het personele en bestuurlijke vlak). Ga na
of deze problemen te voorkomen zijn.
Ontwikkel met bestuurders en topmanagement een visie op flexibilisering van
de organisatie. Ga hierbij uit van het werkaanbod uit te voeren met:
a) beschikbaar personeel (de basisformatie)
b) extern en tijdelijk personeel (de flexibele schil)
c) uit te besteden werk
Koppel aan de planning- en controlcyclus een HRM matchingcyclus om op
vaste momenten in het jaar het werkaanbod te koppelen aan a), b) of c).
Bevorder multi-inzetbaarheid of werken in (vaste) duo’s. Hierdoor wordt de
organisatie minder kwetsbaar bij ziekte of vertrek van een medewerker en is
het makkelijker om pieken in het werk op te vangen. Het werk wordt tevens
aantrekkelijker omdat er meer afwisseling in het werk ontstaat.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
4
Knelpunt
Oplossingen
Er zijn verlofstuwmeren en
de werklast is slecht
gepland.
- Creëer inzicht in de beschikbare en benodigde capaciteit door het jaar heen door
deze vooruit te plannen. Bijvoorbeeld met behulp van de Individuele Werkkaart.
De individuele werkkaart is een combinatie van de oude verlof of ADV-kaart met
een werkplanning. De individuele werkkaart maakt gebruik van de
planningspiramide:
- terugkijken: registratie en verantwoording van tijd
- vooruitkijken: toekomstige aanwezigheid en werkaanbod
- verder kijken: strategisch plannen en vergroten van inzetbaarheid van
medewerkers
In de planning worden ook de verlofuren opgenomen waarmee verlofstuwmeren
worden voorkomen. Meer informatie: Goed gepland. De individuele Werkkaart op
www.aeno.nl
Gemeentelijke
herindelingen, fusie,
reorganisatie of
samenvoegen van
onderdelen van de
organisatie leidt tot hoge
werkdruk.
1.2.
−
−
Houdt rekening met een mogelijke toename in de werklast als gevolg van
werkzaamheden die medewerkers dienen uit te voeren ten behoeve van de
reorganisatie.
Communiceer informatie over veranderingen zo veel mogelijk tijdig en
rechtstreeks aan medewerkers.
Knelpunten in
werkprocessen
Onduidelijke
−
werkprocessen, knelpunten
in werkprocessen,
werkprocessen zijn niet
−
‘slim’ ingericht.
−
−
Beschrijf werkprocessen: wie moet wat doen, wanneer en hoe moet het
worden gedaan. Stel vast welke werkzaamheden overbodig zijn (dubbele
bewerkingen, terugkerende herstelwerkzaamheden, overbodige controles)
Stel effectieve werkmethoden en ‘best practices’ vast en bespreek deze met
medewerkers, bijvoorbeeld in het werkoverleg.
Bekijk of één of enkele medewerkers een projectgroepje ‘slim werken’ willen
opzetten gericht op het oplossen van knelpunten in werkprocessen.
Analyseer het werkproces en voer een herstructurering in. Betrek hierbij zo
nodig externe deskundigheid.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
5
Knelpunt
Oplossingen
Hoge werkdruk bij
beleidsmedewerkers,
onduidelijke afstemming
tussen
beleidsmedewerkers,
wethouders,
gemeentesecretaris.
Goed capaciteitsmanagement in gemeenten is nodig om de werkdruk voor
beleidsmedewerkers beheersbaar te houden. Samengevat hoort bij
capaciteitsmanagement in gemeenten:
1. Het regelen van de afstemming tussen opdrachtgever (B&W, Raad) en
opdrachtnemer (ambtelijk apparaat). Gekozen kan worden voor een centrale
afstemming via de lijnorganisatie of decentraal: wethouders en beleidsmedewerkers
zelf laten afstemmen over wijzigingen in het werkaanbod.
2. Het verduidelijken en vastleggen van verantwoordelijkheden bij (strategische
keuzes) voor uit te voeren werk en planning. Hierbij kunnen ook horen het opstellen
van spelregels voor efficiency.
3. Het hanteren van een planningssysteem.
4. Het ontwikkelen van competenties van beleidsmedewerkers (o.a. betreffende
verwachtingenmanagement).
5. Het ontwikkelen van competenties van afdelingshoofden.
6. Afspraken met de opdrachtgever maken over het leveren van werk (bijvoorbeeld
omvangrijke beleidsnota’s of korte notities).
7. De organisatie flexibel maken. Bijvoorbeeld het instellen van een pool met
projectleiders, projecten aanpassen, uitbesteden of inhuren.
Meer informatie en voorbeelden van gemeenten die vormgeven aan
capaciteitsmanagement vindt u in het onderzoeksrapport Capaciteitsmanagement
en werkdruk op www.aeno.nl
Er is stagnatie in projecten,
of onderbesteding van
budget.
Informatie die nodig is voor
het werk wordt onduidelijk
of onvolledig doorgegeven.
Stel een versnellingsmanager aan: deze bewaakt de voortgang van enkele
projectdossiers en kan ingrijpen wanneer vertraging dreigt.
Maak de eisen over aanlevering van informatie expliciet en leg ze vast op een
informatiekaart waarop staat welke informatie van belang is, waarom, voor wie,
wanneer het beschikbaar moet zijn en wie aanlevert. Medewerkers kunnen dit als
een soort checklist gebruiken bij nieuwe opdrachten.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
6
Knelpunt
Oplossingen
Informatie die nodig is voor −
het werk is niet snel te
vinden.
−
−
−
−
−
−
Storingen in
geautomatiseerde
systemen of andere
hulpmiddelen.
Knelpunten die een
afdelingsbrede bespreking
vereisen tussen
leidinggevende en
medewerkers, komen
onvoldoende ter tafel.
−
Bundel signalen over storingen en geef ze door aan de verantwoordelijke,
zodat duidelijk wordt wat de omvang van de storingen is en welke storingen
zich vaak voordoen.
−
Verbeter de structuur (gebruik van een agenda, verslag, actielijst) en de
effectiviteit (tweerichtingsverkeer) van het werkoverleg.
Maak problemen bespreekbaar door (korte) vragenlijstonderzoekjes uit te
voeren naar ernst en aard van knelpunten. U kunt ook gebruik maken van de
gegevens uit de RI&E of het medewerkerstevredenheidsonderzoek.
Benoem één van uw medewerkers tot aanjager 'slim en plezierig werken' die –
eventueel na een korte opleiding – kan fungeren als waakhond voor de
afdeling en vraagbaak voor collega's.
Bekijk of u een aantal 'vroege indicatoren voor knelpunten' kunt vinden
waarmee u de vinger aan de pols kunt houden (bijvoorbeeld: aantal
ziekmeldingen, aantal gemiste deadlines of -termijnen, verloop etcetera).
Wanneer deze indicatoren in het rood staan weet u dat u actie moet
ondernemen.
Laat opdrachten centraal binnenkomen (bijvoorbeeld bij één contactpersoon of
één mailadres) en verdeel het werk centraal, bijvoorbeeld in het werkoverleg.
−
−
−
Onduidelijke verdeling van
werk binnen de afdelingen.
Bespreek met de afdeling automatisering of het mogelijk is om een
gezamenlijke opslagplaats te creëren die vanaf elke computer toegankelijk is.
Hier kan informatie staan die voor iedereen van de afdeling nuttig is (het
beheer moet in handen zijn van één persoon).
Zorg dat er tenminste één persoon in het team is die goed weet waar
informatie te vinden is en die benaderbaar is voor medewerkers (bijvoorbeeld
uzelf als leidinggevende).
Wissel in het werkoverleg uit:
o wie het beste archiefsysteem heeft;
o wie tips heeft voor het ordenen van documenten in directories op
de computer;
o wie tips heeft voor het ordenen van e-mail in folders (in plaats van
alles op één hoop in de inbox).
Leg medewerkers uit hoe Outlook optimaal kan worden ingesteld (bijvoorbeeld
hoe e-mail automatisch wordt voorgesorteerd in folders).
Nodig een deskundige uit (b.v. iemand van het archief) om in het werkoverleg
tips te geven hoe je het beste informatie kunt sorteren en toegankelijk maken.
Maak een showplankje op de afdeling waar u belangrijke informatie neer kunt
zetten.
Bekijk of het mogelijk is om op intranet een plek te creëren voor
afdelingsinformatie.
−
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
7
1.3.
Knelpunten in de
functiesamenstelling
Overbelasting door
nauwkeurig, ingespannen
werk (mentale belasting).
Onderbelasting.
Weinig afwisseling in het
werk.
Weinig zelfstandigheid van
medewerkers. Of:
Medewerkers hebben te
weinig zelfstandige taken.
Monotone en
Kort-cyclische arbeid.
Vermindering kwaliteit
van de arbeid door
digitalisering
Voorbeelden van mentale belasting zijn: zeer nauwkeurig moeten werken, grote
hoeveelheden informatie tegelijkertijd moeten verwerken, langdurig ingespannen
moeten kijken of luisteren.
Mogelijke maatregelen:
−
Zorgen voor voldoende afwisseling in het werk met minder belastende taken.
−
Taakroulatie invoeren.
−
Zorg voor voldoende pauzes (hersteltijd) en mogelijkheden voor ontspanning.
−
Organiseren van sociale steun (informele contacten) en functionele
ondersteuning.
−
Verantwoordelijkheid delen door het werk samen met collega’s te laten
uitvoeren.
−
Voeg taken aan de functie toe.
−
Zorg voor voldoende afwisseling in het werk.
−
Vermijd dat overgekwalificeerd personeel in dienst wordt genomen.
−
Delegeer verantwoordelijkheden, voeg organiserende taken aan de functie
toe.
Langdurige onderbelasting kan leiden tot werkstress.
−
Bekijk de mogelijkheden om het takenpakket te verbreden door meerdere
taken samen te voegen in één functie. Hierdoor wordt het takenpakket van
medewerkers gevarieerder. Dit kan door het toevoegen van:
- uitvoerende taken van hetzelfde niveau (taakverbreding)
- voorbereidende taken zoals invoer en planning (taakverrrijking)
- ondersteunende taken zoals administratie, eindcontrole van eigen werk,
onderhoud en reparatie, begeleiding van nieuwe collega’s (taakverrijking)
−
Stimuleer periodieke roulatie van taken.
−
Stimuleer projectmatig werken (zie 1).
−
Bekijk in hoeverre medewerkers coördinerende taken en
verantwoordelijkheden kunnen overnemen van leidinggevenden. Hierdoor
kunnen medewerkers het werk meer zelfstandig uitvoeren zonder overbodige
afstemming met de leidinggevende.
−
Zorg voor voldoende regelmogelijkheden voor werknemers door hen meer
zelfstandigheid te geven bij het bepalen van de werkvolgorde, methode, tempo
of het overleg voeren met de (politieke) opdrachtgever.
Monotoon werk is werk met weinig afwisseling tussen taken en veel kort-cyclische
taken (alle handelingen van de taak vinden plaats in minder dan 1,5 minuut en
herhalen zich dan weer). Een voorbeeld van monotoon werk is langdurig invoer
werk in administratieve systemen. Mogelijke maatregelen zijn:
- het automatiseren van kort-cyclisch werk en werknemers die dit werk (nu
nog) doen een opleidingstraject aanbieden naar ander werk.
- zie het knelpunt ‘weinig afwisseling in het werk’.
Om de dienstverlening aan burgers en bedrijven te verbeteren, digitaliseren
gemeenten in hoge mate processen en diensten. Internet wordt in steeds grotere
mate ingezet bij de interactie met de burger. Het is belangrijk dat de kwaliteit van de
arbeid niet leidt onder de samenloop van ICT-projecten en systemen. Met extra
aandacht voor de ondersteuning van mensen in hun werk kunnen moderne ICTsystemen helpen functies aantrekkelijker en het werk uitdagender te maken en zo
de medewerkers te motiveren. De deelarbocatalogus Beeldschermwerk en werken
in de e-gemeente gaat verder in op deze vraagstukken. Bij deze catalogus vindt u
ook een Checklist Kwaliteit van de arbeid voor ICT-projecten. Zie verder
www.aeno.nl
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
8
1.4.
Knelpunten bij
Medewerkers
Nieuwe medewerkers
voelen zich ‘in het diepe
gegooid’.
−
Medewerkers besteden te
weinig tijd aan de
belangrijke taken en teveel
tijd aan de minder
belangrijke taken.
Medewerkers blijven met
knelpunten in hun eigen
werk rondlopen.
−
−
−
−
−
−
−
De taakstelling is
onduidelijk of wordt niet
gedeeld door
leidinggevende en
medewerkers.
Onvoldoende pauzeren
1.5.
−
−
Biedt begeleiding aan nieuwe medewerkers door middel van een
introductieprogramma of toewijzing van een mentor.
Laat nieuwkomers meelopen met meer ervaren collega’s.
Maak duidelijke werkinstructies voor nieuwe medewerkers.
Bespreek prioriteiten met medewerkers en maak deze expliciet (door
bespreking in werkoverleg of door coaching ‘on the job’).
Geef duidelijke werkinstructies aan medewerkers.
Verbeter de structuur (gebruik van een agenda, maken van een verslag met
1
SMART afspraken) en de effectiviteit (tweerichtingsverkeer) van de
jaargesprekken.
Voer periodieke voortgangsgesprekken (één keer per kwartaal één uur).
Creëer de mogelijkheid voor intervisie (collegiale uitwisseling) waar
medewerkers makkelijker dan in werkoverleg of in gesprekken met de
leidinggevende vrijuit kunnen praten over het aanpakken van lastige
problemen (dit werkt alleen als de deelnemers zowel iets kunnen halen als
brengen).
Bespreek output en doelstellingen met medewerkers en laat hen deze expliciet
maken. Bijvoorbeeld in werkinstructies of door bespreking in werkoverleg of
door coaching ‘on the job’: ‘wat willen en kunnen we als afdeling/team aan
anderen leveren en onder welke voorwaarden is dat mogelijk en wenselijk?
‘Wanneer is het werk goed genoeg?’
Een belangrijk algemeen principe voor herstelpauzes (naast de lunchpauze)
is: beter veel korte dan een beperkt aantal lange pauzes.
Knelpunten in de
werkomgeving
Onrustige werkomgeving.
−
−
−
−
Ga na wat medewerkers in bepaalde functies minimaal nodig hebben bij het
verrichten van geconcentreerd werk.
Ga na welke mogelijkheden de bestaande ruimte biedt voor het creëren van
rustige werkplekken.
Bekijk de mogelijkheden om 'spreekuren' in te voeren zodat medewerkers
buiten de spreekuren geconcentreerd kunnen werken.
Biedt medewerkers ondersteuning door een Professional Organizer. Deze kan
medewerkers persoonlijk advies en concrete hulp bieden bij het indelen van
de werkruimte, de beschikbare werktijd, het verbeteren van werkprocessen en
het optimaal benutten van energie. Bijkomend effect is dat veel overbodig
papier wordt opgeruimd. Medewerkers kunnen vanuit hun functie en
werkervaring verbetervoorstellen doen voor procedures en processen.
Meer informatie: Professional Organizing, gemeente Soest. In webdocument
Good Practices en publicatie Dit is Het Betere Werk! A+O fonds Gemeenten
2006. www.aeno.nl
1
SMART = Specifiek (wie doet wat, waarmee, waar hoe en hoe vaak), Meetbaar (wat is de prestatie-indicator en
meetmethode), Acceptabel (wordt de doelstelling als zinvol en nuttig ervaren), Realistisch (wordt de doelstelling
als haalbaar ervaren), Tijdsgebonden (wanneer moet het resultaat bereikt zijn).
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
9
2. Onvoldoende kennis en vaardigheden
Knelpunten die te maken hebben met competenties en taakvolwassenheid
Knelpunt
Maatregelen
De stijl van leidinggeven
heeft tekortkomingen.
−
−
Medewerkers kunnen de
aan hen gestelde eisen
niet of alleen met grote
moeite realiseren, omdat
zij niet over de
noodzakelijke beroeps
vaardigheden beschikken.
−
−
−
−
−
Medewerkers hebben
onvoldoende plannings- of
sociale vaardigheden.
−
Om de competenties van leidinggevenden op het gebied van leidinggeven te
verbeteren kan competentiemanagement worden ingezet. Hierbij worden
2
competentieprofielen gedefinieerd voor de verschillende typen
leidinggevende functies. Vervolgens wordt elke leidinggevende beoordeeld op
de mate waarin hij of zij de vereiste competenties beheerst. De lacunes maken
duidelijk op welke gebieden verdere ontwikkeling van leidinggevenden nodig
is. P&O-adviseurs kunnen deze competentieprofielen opstellen en op basis
van de lacunes adviseren over training en opleiding.
Creëer de mogelijkheid voor intervisie voor leidinggevenden.
In intervisie kunnen leidinggevenden knelpunten die zij ervaren voorleggen
aan collega leidinggevenden en adviezen en tips uitwisselen.
Pas de taakeisen aan het individu aan (uiteraard voor zover dat kan en
gewenst is).
Koppel de medewerker aan een ervaren mentor.
Voor competentiemanagement voor medewerkers in. Bij
competentiemanagement worden competentieprofielen gedefinieerd3 voor de
verschillende functiecategorieën. Vervolgens wordt elke medewerker
beoordeeld op de mate waarin hij of zij de vereiste competenties beheerst. De
lacunes maken duidelijk op welke gebieden nadere ontwikkeling nodig is. Stel
op basis hiervan een persoonlijk ontwikkelingsplan op voor medewerkers.
P&O-adviseurs kunnen de competentieprofielen opstellen en op basis van de
lacunes trainingen aanbieden of doorverwijzen naar toegesneden opleidingen
en trainingen.
Bespreek het niveau van vaardigheden als een vaststaand onderdeel binnen
de jaargesprekken.
Creëer de mogelijkheid voor intervisie voor medewerkers (bijvoorbeeld
beleidsmedewerkers). In intervisie kunnen medewerkers knelpunten die zij
ervaren voorleggen aan collega’s, met elkaar bespreken en tips en adviezen
uitwisselen.
Biedt een training aan om vaardigheden te vergroten op het gebied van
planning, timemanagement, assertiviteit, stressmanagement, e.d.
2
Een voorbeeld van een algemeen competentieprofiel voor een leidinggevende is: verantwoordelijkheden kunnen
verdelen met teamleden en duidelijk kunnen maken wat door wie moet worden gedaan, effectieve samenwerking
binnen het team kunnen organiseren, besluitvorming kunnen organiseren zodanig dat iedereen zijn bijdrage
levert en een goed draagvlak ontstaat; wrijving in het team tijdig en effectief kunnen neutraliseren; groepsleden
individueel, opbouwende feedback kunnen geven op het functioneren en de bereikte resultaten;
ontwikkelingsruimte, leersituaties en uitdagingen; problemen, storingen of andere praktische vraagstukken
kunnen oplossen door direct een analyse van mogelijke oorzaken te maken, mogelijke oplossingen aan te dragen
en gekozen oplossingen daadwerkelijk uit te voeren.
3
Een voorbeeld van benodigde algemene competenties voor een beleidsmedewerker: werk kunnen plannen en
organiseren, praktisch kunnen werken, assertiviteit, druk- of stressbestendigheid, prestatiemotivatie,
resultaatgerichtheid en zelfstandigheid.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
10
Medewerkers hebben een
persoonlijke werkstijl die
niet efficiënt is.
−
−
−
Gevoeligheid voor stress
van individuele
medewerkers.
−
−
Intellectuele overcapaciteit. −
−
−
Intellectuele
ondercapaciteit.
−
−
−
−
Laat een medewerker eens meedraaien in een project van een ervaren
medewerker om zo te zien hoe je doelmatiger kan werken.
Biedt een training aan gericht op het verbeteren van individuele efficiency (o.a.
slim omgaan met e-mail informatie, slim plannen van je werk, slim beheren
van documenten). Bijvoorbeeld een PEP-training.
Verspreid tips en trucs over persoonlijke efficiency (b.v. over hoe efficiënt om
te gaan met e-mail) binnen het team bijvoorbeeld in werkoverleg of via
intranet.
Bespreek de werkstijl in periodieke coachingsgesprekken met de medewerker.
Biedt een training aan gericht op bijvoorbeeld denkstijl, stressmanagement,
ontspanningsoefeningen, vitaliteit etcetera.
Vermijd dat overgekwalificeerd personeel in dienst wordt genomen, zorg dat
men zich houdt aan de opleidings- en ervaringseisen bij het vervullen van
bepaalde vacatures.
Voeg taken aan de functie toe die meer van het denkvermogen van de
werknemer vragen.
Zorg dat de werknemer de mogelijkheid krijgt door te groeien naar een andere
(hogere) functie.
Vermijd dat ondergekwalificeerd personeel aangenomen wordt, zorg dat men
zich houdt aan de opleidings- en ervaringseisen bij het vervullen van bepaalde
vacatures.
Zorg dat er voldoende inwerktijd en goede begeleiding gegeven wordt.
Voeg eenvoudige taken aan de functie toe.
Geef de werknemer voldoende mogelijkheden (cursussen, tijd, faciliteiten) om
de vereiste vaardigheden en het vereiste kennisniveau op peil te brengen.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
11
(Tijdelijk) verminderde
belastbaarheid
medewerker.
−
−
−
−
−
−
−
Kijk samen met de medewerker naar tijdelijke oplossingen. Denk aan het
aanpassen van de belasting in het werk, mogelijkheden voor tijdelijke inzet op
een andere werkplek, opnemen van verlof of snipperdagen e.d.
Bekijk hoe de taakbelasting eventueel kan worden verminderd, door het werk
binnen het team anders te verdelen.
Laat de medewerker een cursus of programma volgen, waarmee de
belastbaarheid (op fysiek of psychisch terrein) kan worden vergroot. Overleg
dit waar nodig met interne of externe deskundigen (P&O,
bedrijfsmaatschappelijk werk e.d.).
Als de verminderde belastbaarheid een meer structureel karakter krijgt zijn
andere oplossingen misschien nodig. Bespreek met de medewerker in
hoeverre functie-eisen en belastbaarheid nog te combineren zijn, of dat er op
termijn naar andere taken, functies e.d. moet worden gezocht.
Het is verstandig om als organisatie niet alleen incidentele oplossingen te
treffen, maar ook meer structureel te kijken naar mogelijkheden om werk aan
te bieden dat met een (tijdelijk) verminderde belastbaarheid uit te voeren is.
Het wordt, ook in het kader van de wetgeving, steeds belangrijker dat
medewerkers zelf ook verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen gezondheid
en inzetbaarheid op het werk. Een ongezond leefpatroon, bijvoorbeeld te
weinig bewegen, te veel roken, te vet en veel eten, te weinig rust nemen, kan
grote gevolgen hebben op de belastbaarheid van medewerkers. Steeds meer
werkgevers proberen hierover met medewerkers in gesprek te gaan en
gezond gedrag te bevorderen: denk na over mogelijkheden hier binnen het
bedrijf of de afdeling aandacht aan te besteden (denk aan: werkoverleg,
themabijeenkomst, week van de fitheid enz.).
Zie verder ook het Webdocument Omgaan met gezondheidsklachten door
psychosociale arbeidsbelasting van de arbocatalogus Gezond Organiseren op
www.aeno.nl
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
12
3. Beperkte loopbaanmogelijkheden
Knelpunten die te maken hebben met de inhoud van het werk, onzekerheid over de loopbaan en
behoud van werk
Medewerkers zijn
'uitgekeken' op hun werk.
- Bespreek ontwikkelingsmogelijkheden, oppakken van nieuwe taken, roulatie
van taken.
- Voeg taken toe die nieuwe leermogelijkheden voor de medewerker creëren.
- Biedt medewerkers een loopbaanadviesgesprek aan.
Meer informatie
- Opleiding en ontwikkeling, herziening bovenwettelijke
werkeloosheidsregeling, www.vng.nl en www.car-uwo.nl
- Van Werk Naar Werk, www.aeno.nl
- Op weg naar leeftijdsbewust personeelsbeleid. Routeplanner voor
gemeenten. Met o.a. een Scan duurzame inzetbaarheid. www.aeno.nl
- A+O Ontwikkelscan op
http://www.aeno.nl/inzetbaarheid/activiteiten/ontwikkelscan.html
- Handreiking loopbaanadvies CAR-UWO op
http://www.vng.nl/eCache/DEF/86/827.html
- Loopbaanspiegel op http://www.abvakabofnv.nl/advies/loopbaanadvies/
- Strategische personeelsplanning op www.aeno.nl
Medewerkers functioneren
niet goed, de persoonlijke
ontwikkeling stagneert.
- Voer met medewerkers een gesprek gericht op verbetering van functioneren en
persoonlijke ontwikkeling. Gebruik daarbij de POP-gesprekken.
- Start zo nodig een functioneringstraject.
- Indien er geen verbetering in functioneren optreedt en
ongeschiktheid/onbekwaamheid voor de eigen functie wordt vastgesteld, start
dan een Van Werk Naar Werk-traject en stel een re-integratieplan op. In 2008
hebben sociale partners afspraken gemaakt over herziening van de
bovenwettelijke werkeloosheidsregeling (CAO 2008). Om werkeloosheid te
voorkomen moet voor medewerkers die boventallig zijn geworden door
reorganisatie of medewerkers die niet geschikt of bekwaam zijn voor de eigen
functie een reïntegratieplan worden opgesteld.
Meer informatie
- POP-gesprek www.aeno.nl
- Herziening bovenwettelijke werkeloosheidsregeling. www.vng.nl
- Van Werk Naar Werk (inclusief informatie over functioneringstrajecten),
www.aeno.nl
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
13
Loopbaanperspectieven
-Wanneer er onvoldoende match is tussen de toekomstige benodigde
zijn onduidelijk of nemen af. competenties en de aanwezige competenties van medewerkers, dan kan dat een
bron van werkdruk en spanning zijn. In het kader van een preventieve aanpak is
het daarom goed om te anticiperen op toekomstige veranderingen die nieuwe
competenties vragen van medewerkers en op eventuele mismatches in de
toekomst. Dit kan door het uitvoeren van:
- Strategische personeelsplanning
Hierbij gaat het om het anticiperen op benodigde toekomstige competenties.
Inzicht hierin ontstaat door het vergelijken van de competentieprofielen van
huidige en toekomstige functies. Toekomstig benodigde competenties, kunnen
worden verworven door het ontwikkelen en trainen van medewerkers of door het
werven van nieuwe medewerkers. P&O-adviseurs kunnen het management
ondersteunen door analyses te maken van huidige en toekomstige
competentieprofielen en op basis daarvan te adviseren over training en werving.
- Employabilitybeleid/werken aan het verbreden van inzetbaarheid
Het doel van dit beleid is om bewust met medewerkers te spreken over hun
inzetbaarheid. Bijvoorbeeld tijdens het jaarlijkse gesprek over het persoonlijke
ontwikkelingsplan van medewerkers wordt besproken (het POP-gesprek). P&Oadviseurs kunnen leidinggevenden ondersteunen door middel van instructies of
training in het voeren van een goed POP-gesprek. Daarnaast kunnen P&O
adviseurs een brede inzetbaarheid ondersteunen door roulatie in functies te
stimuleren. In de POP-gesprekken kunnen wensen en mogelijkheden ten aanzien
van functieroulatie besproken worden. In de CAR-UWO is opgenomen dat voor
elke ambtenaar tenminste eens per drie jaar een persoonlijk ontwikkelingsplan
wordt opgesteld.
- Bied loopbaanadvies aan
In de CAO 2007-2009 hebben sociale partners afgesproken dat iedere
gemeenteambtenaar na elke vijf jaar in dienst te zijn geweest recht heeft op een
loopbaanadvies. Zorg dat de mensen die loopbaangesprekken moeten voeren
goed getraind zijn. Laat een verslag van het loopbaangesprek maken en verstrek
dit aan de werknemer.
- Wijs de medewerker op de mogelijkheden van een Van Werk Naar Werk traject.
Meer informatie
- Op weg naar leeftijdsbewust personeelsbeleid. Routeplanner voor gemeenten.
Met o.a. een Scan duurzame inzetbaarheid. www.aeno.nl
- A+O Ontwikkelscan op
http://www.aeno.nl/inzetbaarheid/activiteiten/ontwikkelscan.html
- Loopbaanspiegel op http://www.abvakabofnv.nl/advies/loopbaanadvies/
- Handreiking loopbaanadvies Car-UWO op http://www.vng.nl
- Strategische personeelsplanning, www.aeno.nl
- Herziening bovenwettelijke werkeloosheidsregeling. www.vng.nl
- Van Werk Naar Werk, www.aeno.nl
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
14
Reorganisatie en
loopbaan
Gemeentelijke
herindelingen, fusie,
reorganisatie of
samenvoegen van
onderdelen van de
organisatie leidt tot hoge
werkstress door
veranderingen in de functie
en onzekerheid over
behoud van werk.
−
−
−
−
Geef zo snel mogelijk duidelijkheid over personele veranderingen en
veranderingen in de functie-inhoud.
Communiceer veranderingen niet per memo of e-mail, maar in direct
contact van de leidinggevende met medewerkers.
Combineer een ‘top-down’ benadering met een ‘bottom-up’ werkwijze die
medewerkers mogelijkheden biedt om te participeren in het
veranderingsproces.
Stel een sociaal plan op en ontwikkel een Van-Werk-Naar-Werk-beleid.
- Voer een Van Werk Naar Werk-beleid. Dit beleid is gebaseerd op de afspraken
van sociale partners in 2008 over herziening van de bovenwettelijke
werkeloosheidsregeling. Om werkeloosheid te voorkomen moet voor
medewerkers die boventallig zijn geworden door reorganisatie of medewerkers
die niet geschikt of bekwaam zijn voor de eigen functie een re-integratieplan
worden opgesteld.
Meer informatie:
- Herziening bovenwettelijke werkeloosheidsregeling. www.vng.nl
- Van Werk Naar Werk, www.aeno.nl
- Voorbeelden van sociale plannen op website ABVAKABO FNV:
http://www.abvakabofnv.nl/cao/sociaal_plan/sector/lagere_overheden/
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
15
4. Verstoorde omgang met collega’s en leiding
Samenwerking met andere
afdelingen verloopt niet
goed (men is niet op de
hoogte van elkaars werk,
men heeft geen begrip
voor elkaars werk, werk
wordt over de schutting
gegooid).
−
Te weinig teamgevoel
binnen de afdeling/het
team (er zijn fricties, men
begrijpt elkaar niet, er is
ontevredenheid naar
elkaar).
−
−
−
−
−
−
−
Samenwerking tussen een
medewerker en
leidinggevende loopt niet
goed.
−
−
Verbeter de informatie-uitwisseling tussen de afdelingen door het invoeren van
een formeel overleg gericht op het wegnemen van samenwerkingsproblemen.
Benoem medewerkers die als 'liaisons' tussen afdelingen kunnen fungeren door
ze aan afdelingsoverstijgende projecten mee te laten doen (bijvoorbeeld een
kwaliteitsverbeteringproject).
Presenteer de eigen afdelingsplannen in het werkoverleg van andere afdelingen.
Stimuleer informeel contact tussen afdelingen door het creëren van
ontmoetingsruimten. Bijvoorbeeld een zithoek (in de buurt van een
koffieautomaat).
Benoem en bespreek gezamenlijke doelen waar iedereen zich achter kan
scharen en enthousiast over kan worden. Bijvoorbeeld door inspraak te geven
aan medewerkers bij de ontwikkeling van het afdelingsplan of het opzetten van
een project ‘slim en plezierig werken’.
Voer de oude vertrouwde ideeënbus (weer) in op de afdeling.
Stel verbetergroepjes in waarin medewerkers (vrijwillig) ideeën kunnen
aandragen over hoe het beter kan.
Stimuleer gezamenlijke sociale momenten: lunch, koffiedrinken, verjaardagen,
teamuitjes.
Biedt leidinggevenden de mogelijkheid om:
•
trainingen te volgen over leidinggeven
•
een coachingstraject te volgen
•
advies in te winnen bij P&O
•
middels intervisie met andere leidinggevenden ervaringen te laten
uitwisselen
Biedt medewerkers de mogelijkheid aan om collegiaal advies in te winnen,
bijvoorbeeld bij OR-leden.
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
16
(Arbeids)conflict met een
medewerker.
Een arbeidsconflict kan voortkomen uit verschillende oorzaken die met het werk te
maken hebben. Een arbeidsconflict kan als volgt worden gedefinieerd:
Twee individuen, een groep of twee groepen, binnen de grenzen van een
arbeidsorganisatie hebben een arbeidsconflict als ten minste een van de partijen
uitspreekt dat de andere partij haar belemmert in het functioneren dan wel ervaart dat
er sprake is van verstoorde arbeidsverhoudingen.
Het conflict kan gaan over functie-inhoud, arbeidsverhoudingen,
arbeidsomstandigheden of arbeidsvoorwaarden. Maar het kan ook gaan over
ongewenste omgangsvormen. Bij de andere partij kunt u denken aan een collega,
leidinggevende, ondergeschikte, of zelfs een hele groep of afdeling.
Als er sprake is van een conflict of er dreigt een conflict te ontstaan, dan is het van
groot belang hier op een goede manier mee om te gaan:
1. Dialoog
In een eerste stap is het van belang dat de betrokken partijen met elkaar de
dialoog aangaan, het conflict samen bespreken en zoeken naar oplossingen.
2. Bemiddeling
Als de betrokken partijen niet tot dialoog bereid zijn, kan een derde persoon
bemiddelen, bijvoorbeeld de leidinggevende. Is deze zelf bij conflict betrokken,
dan kan dit een naast hogere leidinggevende, een bedrijfsmaatschappelijk werker
of iemand anders zijn.
3. Mediation
Mocht bemiddeling ook niet werken, dan kan als derde stap mediation worden
ingezet: met behulp van een externe mediator bespreken de partijen hun conflict
en zoeken naar een oplossing.
De drie stappen zullen over het algemeen in deze volgorde plaatsvinden. Het is echter
afhankelijk van de ernst van het conflict welke interventie daadwerkelijk moet worden
ingezet. Deze beslissing wordt genomen in overleg tussen de medewerker, zijn
leidinggevende en de P&O-adviseur.
Meer informatie:
Brochures op www.aeno.nl (met dank aan A+O fonds Provincies):
•
Brochure Procederen Managers
•
Handleiding Procederen of praten
•
Wat kan een leidinggevende doen bij conflicten
•
Wat kan de medewerker doen bij conflicten
•
Publicatie Voorkomen van langdurig verzuim en WIA. Aandachtspunten bij
verzuim en re-integratie wegens conflict of problematisch gedrag
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
17
5. Disbalans arbeid-privé
Knelpunt
5.1.
Maatregelen
Werktijden conflicteren met −
zorgplichten.
−
−
Bespreek de mogelijkheid om gebruik te maken van flexibele werktijdregelingen
aan (bijvoorbeeld variabele begin en eindtijden).
Ga na van welke verlofregelingengebruik gemaakt kan worden (bijvoorbeeld
ouderschapsverlof, buitengewoon verlof, kortdurend zorgverlof, langdurend
zorgverlof, onbetaald verlof). Meer informatie: zie verlofregelingen www.caruwo.nl
Ga de mogelijkheden na om te telewerken. Meer informatie over telewerken kunt
u vinden op: http://www.aeno-telewerken.nl/
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
18
6. Blootstelling aan ongewenst gedrag
Pesten, seksuele intimidatie, discriminatie, agressie en geweld
Knelpunt
Maatregelen
6.1.
Medewerkers worden
geconfronteerd met
agressie en geweld van
burgers.
Voer een beleid ten aanzien van agressie en geweld. Zie voor beleid en maatregelen de
arbocatalogus agressie en geweld op www.aeno.nl
6.2.
Medewerkers worden
geconfronteerd met
ongewenst gedrag van
collega’s.
Voer een beleid ten aanzien van ongewenst gedrag gericht op seksuele intimidatie,
pesten en discriminatie.
Ongewenst gedrag (discriminatie, seksuele intimidatie en pesten) valt eveneens onder
het integriteitsbeleid van gemeenten. In klachtenregelingen zijn hier bepalingen over
opgenomen.
Het College voor Arbeidszaken van VNG heeft in 2007 een landelijke Klachtencommissie
ongewenst gedrag opgericht. Aanleiding tot oprichting was het binnen gemeenten gering
kunnen opbouwen van deskundigheid vanwege het beperkte aantal incidenten dat zich
voordoet.
HR-instrument:
- voorlichting van medewerkers en leidinggevenden (in management
developmentprogramma opnemen)
- beleid ongewenst gedrag
- beleid agressie en geweld
- management development
Meer informatie
- Werkboek Agressie en pesten op het werk, www.aeno.nl
- Arbocatalogus agressie en geweld, www.aeno.nl
- Klachtenregeling ongewenst gedrag, www.vng.nl
- Landelijke Klachtencommissie ongewenst gedrag, www.vng.nl
Oplossingenboek werkdruk – arbocatalogus Gezond Organiseren sector Gemeenten
19
Download