Handleiding debatteren over kerndoelen Debatteren heeft alleen zin als er keuzen gemaakt kunnen worden! Inleiding Deze korte handleiding – in tegenstelling tot wat de titel doet vermoeden – begint met een aantal aanbevelingen hoe een debat (schriftelijk) voor te bereiden. Het behoeft immers geen betoog dat deze aanbevelingen tevens kunnen worden gebruikt om tijdens een debat de kwaliteit van ingebrachte argumenten te wegen op kwaliteit en relevantie. Verder zijn reciproce (wederkerige) argumentatie en congruent abstractieniveau een absolute voorwaarde voor resultaatgericht debatteren. Degene die het debat leidt, dient zich hiervan voortdurend bewust te zijn. De kwaliteit van de voorbereiding bepaalt dus impliciet de kwaliteit van het debat, vandaar …... Algemeen LEXICOGRAFIE Debat wordt lexicografisch omschreven als redetwist (In de politieke arena is het debat echter een formele vorm van een aan regels gebonden discussie. Het debat kent een vaste structuur en spelregels met als doel anderen te overtuigen.) Kerndoel wordt idem omschreven als een doel ‘centraal’ in zijn soort (in het politieke jargon: een uiteindelijk te bereiken maatschappelijke effect). Doelgroep idem als groep waarop een initiatief gericht is. En kenmerk tenslotte als waarneembare hoedanigheid waardoor een doelgroep te onderscheiden is. Debat over kerndoelen voorbereiden (SUB)KERNDOEL EN Kerndoelen worden veelal in subkerndoelen (ondersoorten) ingedeeld. Dit om te voorkomen dat simultaan over meerdere BME’s in relatie tot meerdere doelgroepen / kenmerken wordt gedebatteerd. Met alle verwarring vandien. Denk aan veiligheid (sociale, fysieke et cetera en de talrijke doelgroepen, vaak weer verschillende per subkerndoel). Kwaliteit èn resultaat van het debat wordt mede bepaald door verwarring over BME’s en doelgroepen te voorkomen. OORZAAK / AANLEIDING Maatschappelijke noden ontstaan of door endogene of door exogene factoren en niet zelden door combinaties van beide. Inventariseer deze vooraf. Stel vervolgens vast of en in welke mate deze factoren kunnen worden weggenomen. Niet in alle gevallen zal het op de voorhand duidelijk zijn of de voorgestelde te ontwikkelen activiteiten effectief zullen zijn. Laat staan in welke mate. Vermeld deze activiteiten onder de titel experiment. Naast noden zijn er ook reeksen van wensen. Aanleiding varieert van ‘niemand pakt de handschoen op’ tot ‘luxe’wensen. Schets kort oorzaken / aanleidingen en onzekerheden. OMVANG PROBLEEM EN DEFINITIES Een ander aspect betreft duidelijkheid over het ‘probleem’ als zodanig. Vaak is de omvang van het vermeende probleem onduidelijk. Een heldere probleemdefinitie en inzicht in de omvang ervan is onontbeerlijk. Anders zal een debat zelden leiden tot heldere conclusies. 1 PLANNING Naast kwantiteits- en kwaliteitsaspecten vormt de tijdplanning van de te bereiken BME’s een vast onderdeel van de voorbereidingen. Vrijblijvendheid dient zo veel als mogelijk te worden voorkomen. GEGEVENS, INFORMATIE EN KENNIS Veel verwarring wordt veroorzaakt door gegevens en informatie willekeurig door elkaar te gebruiken. Gegevens representeren feiten en niets meer. Analyseren van gegevens genereert informatie. Geef duidelijk aan wat gegevens zijn en wat informatie. Idem wat informatie is en wat kennis. Ervaringsdeskundigheid is vereist om informatie tot kennis te transformeren. COMPLEETHEID VAN GEGEVENS Gegevens worden op veel plaatsen – binnen en buiten de eigen organisatie – verzameld en geordend. Compleetheid blijft echter een onzekere factor. KEUZE UIT INFORMATIE(BRONNEN) Er wordt beschikt over vele informatiebronnen zoals ambtelijke stukken, mondeling verstrekte informatie door deskundigen, kranten-, radio- en tvberichten, informatie verstrekt door belangengroepen of de eigen achterban, eigen onderzoek, informatieavonden met burgers en last-but-not-least aangesproken worden door individuele burgers. BESTAANDE OF NIEUWE BME’S BESTAANDE INSPANNINGEN RESPONS Zelden zijn ‘nieuwe’ maatschappelijke wensen of noden onderwerp van debat. Het betreft veelal aanscherping van maatschappelijke effecten. Al dan niet in combinatie met herdefiniëring van doelgroepen en / of nadere precisering van de groepskenmerken. Dus is het zaak om vooraf zicht te hebben op ‘wat-er-alwordt-gedaan’. Niet vergeten mag worden tijdens de voorbereidingen te inventariseren wat derden – al dan niet door de gemeente ondersteund – bijdragen aan een BME. Deze indirecte resultaatbijdrage wordt ‘respons’ genoemd. MEETBAARHEID Uiteindelijk te bereiken effecten en resultaatbijdrage per activiteit worden in heldere en meetbare termen beschreven. Een absolute randvoorwaarde om een helder debat te voeren. Meetbaarheid versterkt bovendien het vertrouwen. OPLOSSINGSRICH TINGEN Niet zelden leiden meerdere wegen naar een BME. Maak een overzicht van mogelijke activiteitenportfolio’s per BME. Ofschoon in een duale omgeving de Raad worden geacht zich niet met oplossingen bezig te houden, is de praktijk anders. Inventariseer de gedachte oplossingen en houd er rekening mee tijdens de voorbereiding. Een kerndoelendebat zal aan kwaliteit winnen omdat partijen worden ‘gedwongen’ zich te concentreren op het kerndoel. FINANCIËN Laat de financiën nimmer leidend zijn. Uitgangspunt is een BME! Vervolgens of een BME technisch / organisatorisch haalbaar is en zo ja binnen welk tijdsbestek. Vervolgens worden de kosten in beeld gebracht en tenslotte de financieringsvraag gesteld. TOETSEN AAN RAADSPROGRAM MA In een Raadsprogramma wordt vastgelegd waar partijen het met elkaar over eens zijn. Dus een soort van Kerndoelenboek van het algemeen bestuur. De programmatische vertaling wordt in een begroting vastgelegd. Een Raadsprogramma bevat normaliter meer (sub)kerndoelen dan in een bestuursperiode kunnen worden gerealiseerd. Dus moet er worden gekozen. Beargumenteer gemaakte keuzen. 2 GESCHILPUNTEN Deelnemers aan een debat vertegenwoordigen verschillende maatschappelijke stromingen met navenant standpunten. Deze verschillen in kaart brengen is een standaard onderdeel van de voorbereidingen. Indien de verschillen niet van principiële aard zijn maar ‘slechts’ van kwantitatieve en / of kwalitatieve aard verdient het aanbeveling vooraf meerdere scenario’s uit te werken. Aldus voorbereid is het gemakkelijker om het debat te sturen richting (potentiële) geschilpunten om te trachten tot overeenstemming te komen in plaats van adhesie te betuigen over aspecten waar men het over eens is. Het debat zelf VEREISTE VAARDIGHEDEN DEBATER Debaters beschikken over een bijzonder arsenaal aan vaardigheden: kritisch luisteren, adequaat reageren, scherp analyseren, aantrekkelijk presenteren en deugdelijk argumenteren. GENERIEKE DOELEN Professionele debaters houden de aandacht gevangen, weten informatie over te dragen en creëren draagvlak. Minimale randvoorwaarden om een kerndoelendiscussie te doen slagen. INCIDENT OF STRUCTUREEL PROBLEEM Niet zelden wordt een debat gevoerd op basis van incidenten. Een goede voorbereiding voorkomt dit. Deelnemers aan het debat zullen desondanks op basis van voorbeelden (per definitie een incidenten) trachten het debat naar hun hand te zetten. Dit wordt voorkomen door aanvullende kwantitatieve en kwalitatieve informatie aan de betreffende debater te vragen. In het duale stelsel is het overigens niet de bedoeling incidenten in de Raad ter discussie stellen. Deze zijn aan het College voorbehouden. KERNDOELENDIS CUSSIE IN ‘SCHEMA’ De bijlage bevat een schematisch overzicht van de belangrijkste stappen die tijdens een kerndoelendiscussie gedaan moeten worden. Achter deze stappen zitten werkprocessen die elders met behulp van een modelleertool zijn vastgelegd. 3 bijlage Debat Kerndoelen stap 1 onderwerp van discussie (kan elk onderwerp zijn) stap 2 wat is het doel / welk probleem moet aangepakt ? stap 3 is er een hoger doel / een superieur probleem ? relatie met programmabegroti ng ? stap 4 wat vormt het probleem en omvang probleem ? omschrijving van het probleem stap 5 koppelen (potentiële) doelgroep(en) aan probleem omschrijving doelgroep(en) stap 6 kenmerken (potentiële) doelgroep(en) vaststellen sociodemografische gegevens stap 7 wat moet er wanneer en in welke mate bereikt worden relatie met programmabegroti ng ? stap 8 actuele, aan probleem gekoppelde, productportfolio relatie met productbegroting ? stap 9 visie op inhoud en aanpak vaststellen uitwerken, calculeren, plannen et cetera stap 10 gewenste (aangepaste ?) productportfolio vaststellen stap 11 onderlegger debat concipiëren volgens vast format A 4 A doelgroep / kenmerk + BME + budget stap 12 korte presentatie debatonderwerp stap 13 vaststellen draagvlak doelgroep / kenmerk, BME onvoldoende / geen draagvlak stap 14 voldoende draagvlak inventariseren standpunten / alternatieven besluitvorming niet bespreekbaar eigen standpunt nader toelichten stap 15 vaststellen draagvlak in 2de aanleg stap 16 besluitvorming stap 17 wel bespreekbaar stap 18 uitgewerkte alternatieven voorhanden geen uitgewerkte alternatieven voorhanden stap 19 aanpassen doelgroep / kenmerk, BME en budget vervolg: stap 5 stap 20 vervolg: stap 13 5