Leerlijn : Spelen met instrumenten

advertisement
DOMEIN MUZIEK: SPELEN MET INSTRUMENTEN
III-31
Leerlijn : Spelen met instrumenten
Naast de belangrijke betekenis die wij toewijzen aan het lied en het gebruik ervan in al zijn
muzikale facetten, heeft ook het spelen met instrumenten een zeer uitgesproken vormende waarde.
Het spelen met instrumenten biedt talloze mogelijkheden tot muzikaal genieten en tot muzikale
ontplooiing.
Het spreekt voor zich dat alle reeds opgedane ervaringen met het lied hier kunnen samenvloeien in
het exploreren van en experimenteren met de instrumenten. Er gaat een enorme aantrekkingskracht
uit van het creëren van muziekstukken met zelfgemaakte instrumentjes of ‘echte’ instrumenten. Zo
worden de kinderen binnengeleid in de wereld van de muziekuitvoerenden en in de vreugde die
zuiver musiceren kan bieden.
Het samenspelen impliceert voor de deelnemers ook een grote verantwoordelijkheidszin. De
kinderen leren aandacht hebben voor elkaar. Ze letten op de instructies van de dirigent en vervullen
nauwgezet de eigen taak. Ze leren reageren op een begin- en eindsignaal en volgen de afgesproken
tekens in verband met luid/zacht, snel/langzaam ... Ze kunnen het ik-gevoel wegcijferen, ten
voordele van het welslagen van het geheel. Samen spelen met instrumenten is zeer sociaal vormend.
Om de kinderen de mogelijkheid te geven volop te experimenteren met instrumenten, zou er in elke
klas een muziekhoekje moeten/kunnen ingericht worden.
Als instrumenten onderscheiden wij:
a)
lichaamsinstrumenten 
Het lichaam van het kind bevat de eerste, belangrijkste instrumenten:
handen, vingers, nagels, ...
voeten, knieën, dijen, ...
tong, stem, enz.
Het gebruik van handen, armen, benen, voeten en hoofd leiden tevens tot een beter inzicht in het
lichaamsschema en de plaats van het lichaam in de ruimte.
De eerste geluiden maakt het kind met zijn eigen lichaam. Vermits de lichaamsinstrumentenn steeds
aanwezig zijn, zal het kind ze zijn hele verdere leven op elk ogenblik kunnen gebruiken. In de
school maken we hier dus gretig gebruik van.
b)
zelfgemaakte instrumenten
Zelfgemaakte instrumenten hebben een grote emotionele waarde voor de kinderen. Niet alleen
muzikaal, maar vooral ook omdat we er een esthetisch-creatieve dimensie aan kunnen toevoegen
tijdens de lessen beeldende vorming. Pedagogisch zijn ze dus zeer goed verantwoord en aan te
bevelen in de klas.
III-32
OVSG-LEERPLAN MUZISCHE VORMING
ENKELE VOORBEELDEN VAN ZELFGEMAAKTE INSTRUMENTEN
INSTRUMENT
OMSCHRIJVING
schudinstrumenten
schuddoosjes (gevuld met keitjes, knopen, pitten,
zand, ...)
ceintuur met schuddoosjes
slaginstrumenten
trommels (zeepdozen, koekjesdozen, ...)
rinkelinstrumenten
belletjesschoen (oude schoen met belletjes
behangen),
rinkelstokjes (latjes met enkele spijkers, daarop
kroonkurken)
tokkelinstrumenten
elastiek-gitaar (doosje met verschillende elastiekjes
bespannen)
Daarnaast alle zelfgevonden instrumenten die de verbeelding zich maar kan voorstellen: fietsbellen,
raspen van golfkarton, koperen buizen, potdeksels ... De lijst is eindeloos.
c)
Orff-instrumenten
Toch kunnen niet alle instrumenten door kinderen nagemaakt worden. Orff-instrumenten zijn
onmisbaar in de school. Zij garanderen immers zuivere en mooie klankenn, wat voor de melodische
begeleiding van het liedmateriaal essentieel is. Daar moeten de tonen zuiver klinken.
Orff-instrumenten zijn kwetsbaar en kostbaar. Het zorgzaam omgaan met deze instrumenten wordt
daarom van bij het begin gestimuleerd en aangeleerd. Het is een niet te verwaarlozen vormend
aspect van het werken met muziekinstrumenten.
INDELING VAN DE ORFF-INSTRUMENTEN
d)
kort klinkend
lang klinkend
klein slagwerk
ritmestokjes
bloktrommel
handtrom
ratel en kleppers
tamboerijn
maracas
belletjes
triangel
cimbaal
gong
melodisch slagwerk
xylofoon
losse houten klankstaven
metallofoon
losse metalen klankstaven
klokkenspel
occasionele instrumenten
Occasionele instrumenten zoals: blokfluit, piano, gitaar, keyboard kunnen zeker hun waarde
hebben in de klas. Kinderen voelen zich ook aangetrokken tot deze instrumenten. Zij bezitten weer
andere eigenschappen die zeker het ontdekken waard zijn. Motivatie is meestal verzekerd.
DOMEIN MUZIEK: SPELEN MET INSTRUMENTEN
DOELSTELLINGEN/LEERLIJN
OD/ET
III-33
DIDACTISCHE SUGGESTIES
SPELEN MET INSTRUMENTEN
1 Experimenteren
De kinderen experimenteren met allerlei instrumenten
De kinderen kunnen een vrije improvisatie als
voor-, tussen- of naspel gebruiken.
OD 2.5
OD 6.3
ET 2.2
ET *6.3
ET *6.4
Door veelvuldig gebruik ontdekken ze de diverse
klankeigenschappen.
OD 2.5
OD 6.3
ET 2.2
ET *6.3
ET *6.4
Na één minuut aandachtig waarnemen van de
omgevingsgeluiden, die minuut geluid ‘nabouwen’.
De drie bedrijven van een zelf- bedacht poppenspel
worden ingeleid door een instrumentaal moment.
2 Geluiden gebruiken
De kinderen kunnen de geluiden uit de omgeving
voorstellen met instrumenten
De kinderen kunnen de klank van instrumenten
associëren met geluiden uit de omgeving.
De kinderen kunnen een verhaal met instrumenten
illustreren.
Lang klinkende instrumenten worden gekoppeld aan
durende geluiden. Kort klinkende aan droge, korte
geluiden.
Een klanktafereel bouwen rond een zelfgeschreven
verhaal. De instrumenten onderstrepen de
gevoelswaarde van het geheel.
3 Ritmische motieven
De kinderen kunnen een door de leerkracht
aangegeven ritme nabootsen.
De kinderen kunnen zinnen of korte tekstjes
ritmisch nazeggen of natikken.
OD 2.2
OD 6.1
ET 2.2
ET *2.4
Het ritme wordt ondersteund met goedgekozen
woordjes, bv. ei-kels / beu-ke-noo-tje
De kinderen klappen elkaars naam na:
Fien / Fien / Fien.
Of korte zinnetjes:
Tok / Tok / Kippen in het hok.
De kinderen kunnen éénvoudige ritmische
motieven naklappen.
Eén kind klapt een ritme voor, de anderen klappen dit
na.
De kinderen kunnen ritmische structuren,
voorgesteld met prenten, uitvoeren.
Prenten ‘tonen’:
ei-kel / ei-kel / padde-stoel
beu-ke-noo-tje / padde-stoel
De kinderen kunnen zelf ritmische structuren
bedenken en uitvoeren met instrumenten
Binnen een duidelijk aangegeven maataccent
improviseren.
Vervolgens de bruikbare vondsten uitfilteren en in
grote groep naspelen. Verschillende ritmen kunnen
samen gespeeld worden (dit kan ook met een
ritmebox).
4 Muziek maken
De kinderen kunnen, naar aanleiding van
impressies, met instrumenten eigen muziek
creëren.
De kinderen kunnen zelf een lied creëren.
OD 2.5
OD 6.3
OD 6.5
ET 2.2
ET *2.4
ET *6.3
ET *6.4
De kinderen verwoorden eerst de indrukken die
bijvoorbeeld een schilderij op hen gemaakt heeft.
Vervolgens trachten ze met instrumenten die
indrukken in muziek te vertalen.
Uitgaande van een mooi gedicht (liefst zelfgeschreven)
een melodie en ritme bedenken die de versmaat of het
rijm volgt of steunt.
III-34
OVSG-LEERPLAN MUZISCHE VORMING
Download