25/01 A Statenvoorstel ’s-Hertogenbosch DIS-nummer afdeling bijlage(n) onderwerp 1 maart 2001 Voorgestelde behandeling: 736300 PS-vergadering B&A Statencommissie MNL : 26 maart 2001 2 Statencommissie FIN : 20 april 2001 : 30 maart 2001 Verkoop aandelen Afvalsturing Brabant aan Essent. Aan Provinciale Staten van Noord-Brabant, Samenvatting Dit voorstel heeft betrekking op de verkoop van alle door de provincie Noord-Brabant gehouden aandelen in NV Sturing Afvalverwijdering Noord-Brabant (hierna aan te duiden als “Afvalsturing Brabant”) aan PMG Milieu Services BV (hierna aan te duiden als “Essent”), een en ander op voorstel van directie, Raad van Commissarissen en Algemene Vergadering van Aandeelhouders van Afvalsturing Brabant conform de door de gezamenlijke Noord-Brabantse gewestelijke samenwerkingsverbanden (hierna aan te duiden als gewesten), de provincie Noord-Brabant en Essent opgestelde conceptverkoopdocumenten. Een provinciale afvalsturingsorganisatie met overheidsdeelname heeft zijn nut bewezen voor het doelmatig en milieuverantwoord beheer van afvalstoffen maar is thans vanwege het wegvallen van de provinciegrenzen, de toenemende schaalvergroting, liberalisering en internationalisering van de afvalmarkt en het op rijksniveau brengen van de afvalsturing, niet meer noodzakelijk om de publieke belangen beleidsmatig veilig te stellen. In de Nota Nutsvoorzieningen die op 23 juni 2000 door uw Staten is vastgesteld is op basis van een gemaakte analyse van de provinciale rol in nutssectoren reeds geconcludeerd dat het provinciale belang in Afvalsturing Brabant na de overname van de gewestelijke stortplaatsen overeenkomstig de “Intentieverklaring tot samenwerking bij de afvalverwijdering op provinciaal niveau in Noord-Brabant”, aan Essent tegen nominale waarde zal worden overgedragen. 1. Inleiding De aandelen van Afvalsturing Brabant worden gehouden door de gezamenlijke Noord-Brabantse gewesten (zij houden alle aandelen A) en de provincie Noord-Brabant (zij houdt alle aandelen B). De aanduiding aandelen A en B is in het spraakgebruik binnen de kring van Afvalsturing Brabant ontstaan om het onderscheid aan te geven tussen de positie van de gewesten enerzijds en van de provincie anderzijds. De gewesten zijn afvalleverancier, afvalcontractant, eigenaar van afvalverwerkingsinrichtingen en vanuit die rollen financieel verantwoordelijk voor de bedrijfsvoering en activiteiten van Afvalsturing Brabant. De betrokkenheid van de provincie Noord-Brabant richt zich op de gezamenlijke beleidsvoorbereiding op het gebied van afvalverwerking en afstemming binnen Afvalsturing Brabant met behoud van de publiekrechtelijke bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Statenvoorstel vervolg 2 De gezamenlijke gewesten en de provincie Noord-Brabant hebben in hun rol als aandeelhouder in overleg met Essent concept-documenten opgesteld voor de verkoop van alle aandelen aan Essent. Met behulp van de bij dit voorstel behorende documenten zal de overdracht worden geëffectueerd. Op punten zullen de concept-documenten in overleg tussen partijen nog nader ingevuld worden. De concept-verkoopdocumenten met gegevens over invulling van aanbiedingscontracten van huishoudelijk restafval en groente, fruit en tuin-afval (GFT) en afspraken over tarieven (paragraaf 6 en paragraaf 7 van de verkoopdocumenten) hebben wij niet bijgevoegd vanwege het bedrijfsbelang van Afvalsturing Brabant in het verdere onderhandelingsproces en omdat deze informatie voor de door uw Staten te nemen besluiten ook niet van belang is. De belangrijkste gegevens die voor de besluitvorming door uw Staten noodzakelijk zijn, en ontleend zijn aan de concept documenten, hebben wij in dit voorstel vermeld. De gewesten bezitten gezamenlijk 1.800 aandelen A en de provincie Noord-Brabant bezit 200 aandelen B van elk nominaal ƒ 1.000,-- (€ 453,78). De provincie heeft hiervan 40 aandelen volgestort. Dit betekent een aandelenbezit met een nominale waarde van ƒ 40.000,-- (€ 18151,21). De verkoop van alle aandelen komt voort uit de door partijen op 22 maart 1999 ondertekende intentieverklaring om te komen tot samenwerking bij de afvalverwijdering in Noord-Brabant (de zogenaamde Brabant-brede samenwerking). Ons college is bij besluit van 27 april 1999 met deze intentieverklaring akkoord gegaan. De Brabant-brede samenwerking heeft tot doel om de verwijdering van afvalstoffen in Noord-Brabant, vanwege noodzakelijke schaalvergroting en kostenoptimalisatie, in één organisatie onder de paraplu van Essent te brengen. Daarmee worden verschillende in exploitatie zijnde afvalverwerkingsinrichtingen samengevoegd en wordt de sturing van huishoudelijke afvalstoffen binnen één organisatie geoptimaliseerd. De provincie Noord-Brabant treedt hiermee, evenals de gewesten, als aandeelhouder volledig terug uit de (private) activiteiten van Afvalsturing Brabant ter sturing van de in Noord-Brabant vrijkomende afvalstoffen. De sturing van afvalstoffen door de overheid, die met de inwerkingtreding van de inmiddels door de Tweede Kamer aanvaarde gewijzigde Wet milieubeheer nog dit jaar van het provinciale niveau op rijksniveau wordt gebracht, zal primair met publiekrechtelijke instrumenten plaatsvinden. De publieke belangen bij het beheer van afvalstoffen (milieuverantwoorde voorzieningen, betaalbaarheid en bescherming van gebonden klanten) lijken met de gewijzigde Wet milieubeheer voldoende beschermd. De Rijksoverheid draagt daarvoor de primaire verantwoordelijkheid. De provincies blijven primair verantwoordelijk voor de vergunningverlening op grond van de Wet milieubeheer op basis van het door de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer vast te stellen landelijke afvalstoffenbeleid in het Landelijk Afvalbeheersplan. Een provinciale afvalsturingsorganisatie met overheidsdeelname heeft zijn nut bewezen voor het doelmatig en milieuverantwoord beheer van afvalstoffen maar is thans vanwege het wegvallen van de provinciegrenzen, de toenemende schaalvergroting, liberalisering en internationalisering van de afvalmarkt en het op rijksniveau brengen van de afvalsturing, niet meer noodzakelijk om de publieke belangen beleidsmatig veilig te stellen. In de Nota Nutsvoorzieningen die op 23 juni 2000 door uw staten is vastgesteld is op basis van een gemaakte analyse van de provinciale rol in nutssectoren reeds geconcludeerd dat het provinciale belang in Afvalsturing Brabant na de overname van de gewestelijke stortplaatsen overeenkomstig de “Intentieverklaring tot samenwerking bij de afvalverwijdering op provinciaal niveau in Noord-Brabant”, aan Essent tegen nominale waarde zal worden overgedragen. De eigendom van een vennootschap wordt belichaamd in alle aandelen waaruit een vennootschap bestaat. Met de verkoop van alle aandelen krijgt NV Afvalsturing Brabant derhalve een andere eigenaar (Essent wordt de enige aandeelhouder). NV Afvalsturing Brabant wordt onderdeel van Essent maar blijft als naamloze vennootschap wel voortbestaan. Er is dus geen sprake van opheffing van de NV maar van overdracht van alle aandelen. Artikel 151 van de vigerende Provinciewet handelend over provinciale deelname aan onder andere naamloze vennootschappen en de vereiste ministeriële goedkeuring daarvan is ten deze dus niet van toepassing. Statenvoorstel vervolg 3 Bij de oprichting van Afvalsturing Brabant is het besluit tot deelname van uw Staten bij Koninklijk Besluit van 22 augustus 1991 overeenkomstig de destijds geldende wettelijke regeling goedgekeurd. Wij zullen de minister van Binnenlandse zaken, in het kader van de tenuitvoerlegging van het door uw Staten thans te nemen besluit, informatief op de hoogte stellen van het besluit tot verkoop van de aandelen. In de concept-verkoopdocumenten komen de volgende onderwerpen aan de orde: de verkoopprijs van de aandelen, gebaseerd op de boekwaarde van Afvalsturing Brabant per 1 januari 2000; de garanties van de gewesten aan Essent op de leveringsdatum als aan de opschortende voorwaarden is voldaan; afspraken tussen de gewesten en Essent over de tarieven voor de verwerking van huishoudelijk restafval en GFT; afspraken tussen de gewesten en Essent over een op te richten vereniging van contractanten Afvalsturing Brabant; het tussen de directie van Afvalsturing Brabant en de vakbonden overeengekomen sociaal statuut waarin de bepalingen zijn vastgelegd die bij de overgang naar Essent voor het betrokken personeel van Afvalsturing Brabant zullen gelden; standaard regelingen die bij een overname aan de orde zijn (onder andere leveringsvoorwaarden en betaling). De aandelenverkoop wordt aangegaan onder een aantal opschortende voorwaarden. Wij noemen hier: dat de zes gewestelijke samenwerkingsverbanden met Essent overeenstemming hebben bereikt over de overgang van de gewestelijke stortplaats; dat de Nederlandse Mededingingsautoriteit haar goedkeuring heeft verleend aan de verkoop van de aandelen aan Essent. 2. Nadere toelichting In de verkoopovereenkomst liggen de afspraken vast over de verkoop en levering van alle aandelen door de gewesten en de provincie Noord-Brabant aan Essent. De verkoopprijs van de aandelen is, zoals in de gehouden vergaderingen van de Raad van Commissarissen en Aandeelhouders overeengekomen, gebaseerd op de boekwaarde van Afvalsturing Brabant per 1 januari 2000. Op het punt van de toekenning van een waarde aan de aandelen van Afvalsturing Brabant is een document opgesteld met als titel: "Rapportage analyse intrinsieke waarde NV Sturing Afvalverwerking Noord-Brabant". De samenvatting van deze rapportage maakt onderdeel uit van de concept-verkoopdocumenten die als bijlagen bij het Statenvoorstel zijn toegevoegd. Als uitkomst van de waardebepaling van alle aandelen (A en B) van Afvalsturing Brabant per 1 januari 2000 wordt een bedrag gehanteerd van ƒ 1.735.000,-- (€ 787308,67). Dit bedrag zal op de leveringsdatum overigens nog nader worden gecorrigeerd op basis van de uitgangspunten (de meest actuele baten en lasten) zoals vastgelegd in het voornoemde document over de analyse van de intrinsieke waarde van Afvalsturing Brabant. Over de verdeling van de vastgestelde verkoopprijs tussen de gewesten onderling en tussen de gewesten en de provincie, als voormalige aandeelhouders, moet in de Raad van Commissarissen en de Algemene Vergadering van Aandeelhouders nog een definitief standpunt ingenomen worden. Uitgangspunt daarbij is dat de provincie Noord-Brabant de volledige waarde zal (terug)ontvangen van het indertijd gestorte nominale aandelenkapitaal van ƒ 40.000,-- (€ 18151,21). In de concept-verkoopdocumenten zijn voorts een aantal onderwerpen geregeld tussen Essent en de gewesten waarbij de provincie geen contractpartij is. Zoals eerder gesteld worden deze concept documenten op punten nog nader door partijen ingevuld. Zo is beoogd de afspraken tussen Essent en de gewesten inzake het te hanteren tarievenmodel voor de verwerking van huishoudelijk restafval en GFT in de verkoopdocumenten vast te leggen. Statenvoorstel vervolg 4 Daarnaast worden tussen Essent en de gewesten afspraken vastgelegd over de oprichting van een vereniging van contractanten die regelmatig overleg zal voeren over de uitvoering van de gesloten aanbiedingsovereenkomsten voor huishoudelijk restafval en GFT. Lid van de op te richten vereniging zijn de Noord-Brabantse gemeenten die zich geclusterd laten vertegenwoordigen door een samenwerkingsverband. Verder worden afspraken gemaakt over het te hanteren sociaal statuut bij de overgang voor het betrokken personeel van de huidige organisatie NV Afvalsturing Brabant naar de organisatie NV Afvalsturing Brabant onder de paraplu van Essent. Het merendeel van de hiervoor genoemde zaken hebben voor de provincie Noord-Brabant als uittredend aandeelhouder van Afvalsturing Brabant in deze fase geen direct belang zodat daarover onzes inziens geen bijzondere verkoopvoorwaarden door uw Staten behoeven te worden bedongen. Wel moet er door het bevoegde bestuursorgaan van de provincie Noord-Brabant, in casu Provinciale Staten, worden ingestemd met het bedrag van de opbrengst van alle aandelen en de onderlinge verdeling daarvan. Zoals hiervoor uiteengezet moet de definitieve verkoopprijs van de door de provincie Noord-Brabant gehouden aandelen nog worden vastgesteld. Wij stellen u voor de bevoegdheid om te besluiten over de bij de verkoop te hanteren verkoopprijs te delegeren aan ons college. Als gevolg van uw besluit tot delegatie worden wij in staat gesteld om binnen het raam van de afgesproken procedure tot overdracht van alle aandelen, de notariële levering van de aandelen praktisch af te wikkelen. Overigens draagt deze overdracht een formeel karakter omdat daarmee uitsluitend wordt beoogd om te voorkomen dat uw Staten op het moment dat de verkoopprijs bekend is alsnog een nader besluit zou moeten nemen over de overdracht en de te hanteren verkoopprijs waardoor vertraging van de besluitvorming zal optreden. Inhoudelijk zullen wij bij de afrondende besluitvorming van het u thans reeds voorgelegde voorstel tot verkoop van alle aandelen het uitgangspunt hanteren dat de provincie Noord-Brabant de door haar gehouden aandelen B zal overdragen tegen in beginsel de nominale waarde van ƒ 40.000,-(€ 18151,21). De provincie Noord-Brabant krijgt daarmee het in Afvalsturing Brabant geïnvesteerde bedrag weer terug. 3. Advies commissie Dit voorstel is aan de Commissie voor milieu, natuur en landschap en de commissie voor financiën ter advisering voorgelegd. Het advies van de commissies wordt nagezonden. 4. Voorstel Wij stellen u voor te besluiten conform bijgaand ontwerp-besluit. De vermelding in Euro’s betreft gewenningsinformatie en kan niet leiden tot afwijkende of aanvullende rechten. Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant, De griffier De voorzitter M. Bruinsma mr. F.J.M. Houben Statenvoorstel vervolg 225/01 A 5 Auteur: Jan van der Straten, tst. 2692 Bijgaand treft u de volgende bijlagen aan: 1. ontwerp-besluit; 2. brief van de directie van Afvalsturing Brabant van 30 januari 2001 met conceptverkoopdocumenten. 25/01 B Ontwerp-besluit ’s-Hertogenbosch DIS-nummer Afdeling bijlage(n) 1 maart 2001 Voorgestelde behandeling: 736300 PS-vergadering B&A Statencommissie MNL : 26 maart 2001 - Statencommissie FIN : 30 maart 2001 : 20 april 2001 Onderwerp Verkoop aandelen Afvalsturing Brabant aan Essent. Provinciale Staten van Noord-Brabant, gelezen het voorstel van Gedeputeerde Staten, d.d. 20 februari 2001; gelet op het verzoek van de directie, Raad van Commissarissen en Aandeelhoudersvergadering van Afvalsturing Brabant, d.d. 30 januari 2001 tot verkoop van al haar aandelen in Afvalsturing Brabant aan PMG Milieu Services BV (Essent); gelet op het advies van de Commissie voor milieu, natuur en landschap, d.d. 26 maart 2001 en de Commissie voor financiën, d.d. 30 maart 2001. BESLUITEN: 1. 2. 3. tot verkoop van alle (200 aandelen B, waarvan 40 volgestort) door de provincie Noord-Brabant gehouden aandelen in NV Sturing Afvalverwijdering Noord-Brabant (“NV Afvalsturing Brabant”) aan PMG Milieu Services BV (Essent); over te dragen aan het college van Gedeputeerde Staten de bevoegdheid om het besluit onder 1 uit te voeren voorzover het de bevoegdheid van Provinciale Staten van Noord-Brabant betreft en voorts de tenuitvoerlegging daarvan te bevorderen voorzover het de bevoegdheid van andere partijen betreft. Het vorenstaande in de ruimste zin des woords: daaronder uitdrukkelijk mede verstaan de bevoegdheid om namens hun college te onderhandelen en in te stemmen met het nog te nemen besluit tot vaststelling van de onderlinge verdeling van de verkoopopbrengst van alle aandelen van NV Sturing Afvalverwijdering Noord-Brabant; de minister van Binnenlandse Zaken op de hoogte te stellen van het besluit tot overdracht van alle door de provincie gehouden aandelen aan PMG Milieu Services BV (Essent) zodra aan alle de verkoop opschortende voorwaarden zal zijn voldaan. ’s-Hertogenbosch, Provinciale Staten van Noord-Brabant, De griffier De voorzitter