Pijnpolikliniek telefoonnummer 020 512 5101 Behandeling van Herpes Zoster Gordelroos DE PIJNPOLIKLINIEK Voor de behandeling van uw aandoening bent u doorverwezen naar de pijnpolikliniek. De artsen die daar werken zijn anesthesioloog. Zij hebben zich daarnaast gespecialiseerd in de behandeling van pijn. ALGEMEEN Gordelroos of herpes zoster is een virusinfectie die wordt veroorzaakt door het waterpokkenvirus. De meeste mensen hebben het virus in hun jeugd bij de waterpokken opgelopen. Dit virus heeft de vervelende eigenschap om zich in een zenuw te nestelen. Daar blijft het inactief. Als de weerstand van het lichaam om een of andere reden afneemt kan het virus opnieuw actief worden. Hierdoor treedt een zenuwontsteking op. Ook bij ouderen kan het virus weer actief worden. In het huidgebied van de zenuw ontstaat uitslag met roodheid, blaasjes, jeuk en vaak hevige pijn. De uitslag beperkt zich tot één helft van het lichaam en kan overal op het lichaam voorkomen. Meestal aan één zijde van het lage deel van de rug en de buik, vandaar de naam gordelroos. In de meeste gevallen geneest de infectie gelukkig vanzelf. Na het verdwijnen van de huiduitslag is er een kans van 5 -15% dat er, door een blijvende zenuwbeschadiging, ernstige pijnklachten blijven bestaan. We spreken dan van postherapetische neuralgie. Vooral ouderen boven de 60 jaar en mensen met kanker hebben meer kans op het ontstaan van een postherapetisch neuralgie. DE BEHANDELING De behandeling richt zich, naast het verminderen van de zwelling in de zenuw en het bestrijden van de pijn, vooral op het voorkomen van een blijvende zenuwbeschadiging. SLZ9301/0214 Daarom is het belangrijk om, na het uitbreken van de blaasjes, zo snel mogelijk met de behandeling te beginnen. Een blijvende zenuwbeschadiging kan jarenlang pijnklachten veroorzaken. De therapie bestaat uit medicijnen en een epidurale injectie (ruggenprik). Medicijnen De medicatie bestaat doorgaans uit een combinatie van verschillende soorten medicijnen. Mogelijke medicijnen zijn: • antivirale middelen b.v. aciclovir; • pijnstillers zoals paracetamol en diclofenac; • anti-epilepticum zoals neurontin; • antidepressivum zoals amitriptyline, • pijnstillers/opiaten zoals tramal en morfine. Epidurale injectie Nadat de huid plaatselijk verdoofd is, brengt de anesthesioloog een naald via de rug tot in de ruimte rondom het ruggenmerg. Vervolgens dient de arts een hormoon (corticosteroïd) en een lokaal verdovingsmiddel toe. Deze behandeling kan op verschillende hoogten plaatsvinden: ter hoogte van de nek, de borstkas, laag in de rug of bij het stuitje. De behandeling is alleen zinvol binnen 6 weken na het uitbreken van de blaasjes. De behandeling duurt ongeveer een kwartier en is nauwelijks pijnlijk. Bij gordelroos in het gezicht wordt een ganglion stellatum blokkade verricht. Zie hiervoor de folder Ganglion Stellatum Blokkade. BIJWERKINGEN Na de blokkade kunnen de volgende bijwerkingen optreden: • Napijn in de nek of rug op de plaats waar geprikt is. Hiertegen kunt u pijnstillers nemen • Een blauwe plek op de plek waar geprikt is. Deze trekt vanzelf weg. Het toegediende hormoon (corticosteroïd) kan: • bij de vrouw opvliegers veroorzaken en de menstruatie korte tijd verstoren. • bij patiënten met suikerziekte gedurende een aantal dagen leiden tot hogere bloedsuikers dan normaal. MOGELIJKE COMPLICATIES Hoewel de behandeling zorgvuldig wordt uitgevoerd, bestaat er desalniettemin een geringe kans op het optreden van complicaties. Mogelijke complicaties zijn: Bij de behandeling kan het ruggenmergsvlies worden aangeprikt. Dit kan hoofdpijnklachten veroorzaken. Deze gaan meestal vanzelf over. In zeldzame gevallen kan een infectie optreden, waardoor een hersenvliesontsteking of een etter(pus)ophoping in de rug kan ontstaan. Ook kan er een bloeding optreden waardoor zich een stolsel rond het ruggenmergsvlies vormt. Ophoping van pus of bloed kunnen leiden tot verlammingsverschijnselen. Wanneer daar sprake van is dient deze ophoping, door middel van een operatie, ontlast te worden. HET RESULTAAT Meestal merkt u gelijk na de prik dat de pijn minder wordt. Soms pas na enkele dagen. Als er toch sprake is van een blijvende zenuwbeschadiging en uw pijn aanhoudt, zal uw behandelend arts andere medicijnen voorschrijven. In dit stadium heeft deze behandeling meestal geen zin meer. ZWANGERSCHAP Bij zwangerschap maken wij liever geen röntgenfoto's. Wilt u ons laten weten als u zwanger bent, of denkt te zijn? Als u daaraan twijfelt, kan het helpen om te weten dat u alleen de eerste 10 dagen na de eerste dag van de menstruatie zekerheid hebt dat u niet zwanger bent. OVERGEVOELIGHEID Bij dit onderzoek wordt soms een jodiumhoudend contrastmiddel gebruikt. Als u ooit een allergische reactie hebt gehad op een contrastmiddel is het belangrijk om vooraf contact op te nemen met de arts van de pijnpoli. Laat ook weten als u allergisch bent voor een lokaal verdovingsmiddel. MEDICIJNGEBRUIK Met bloedverdunnende medicijnen, zoals Sintrom(mitis), Marcoumar, of Acenocoumarol dient u minstens vier dagen voor de behandeling te stoppen. Voor Ascal, Naprosyne, Voltaren, Aspirine e.d. is dat 5 tot 10 dagen voor de behandeling. Doe dit altijd in overleg met uw behandelend arts. Als uw bloed op de dag van de behandeling te 'dun' is kan de behandeling niet doorgaan. Overige medicijnen die u altijd gebruikt, mag u gewoon innemen. VERVOER De verdere dag van de behandeling mag u niet actief aan het verkeer deelnemen. Regel daarom vooraf dat iemand u naar huis brengt. U kunt bij het naar huis gaan ook bij de receptie vragen om een taxi voor u te bellen. VRAGEN? Indien u vragen hebt kunt u deze altijd met uw behandelend arts bespreken. U kunt ook tijdens kantooruren bellen naar de pijnpolikliniek, tel: 020 – 512 5101.