SPEECH Min VenJ - Het Instituut Fysieke Veiligheid

advertisement
SPEECH
Rob Duiven
Plv. directeur Weerbaarheidsverhoging
Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid
Landelijk Congres Natuurbranden
7 maart 2013
 Goedemorgen dames en heren.
 U bent vandaag met velen naar het Landelijk Congres Natuurbranden
2013 gekomen en ik heet u van harte welkom.
 Allereerst zou ik Defensie willen bedanken voor hun gastvrijheid om dit
congres op hun terrein mogelijk te maken. Aan de versterking van de
civiel-militaire samenwerking wordt op deze wijze direct andermaal
concreet inhoud gegeven.
 Dames en heren, met de recente, confronterende beelden van de
bosbranden in Australië nog op het netvlies, maar ook bijvoorbeeld de
branden op onder meer de Strabrechtse heide in 2010, deel ik samen
met u het belang van het investeren in het thema Natuurbranden in
Nederland. Een thema waarbij velen verantwoordelijkheid dragen om
over oplossingen na te denken het risico op natuurbranden beheersbaar
te houden.
 Op dit congres krijgt u inzicht in datgene dat vanuit het Landelijk
Werkprogramma Natuurbranden in gang is gezet. Ik hoop dat de
uitkomsten van dit congres iedere deelnemer niet allen nog meer bewust
maakt van het risico, maar het congres voor u ook bagage oplevert om in
1
de eigen organisatie aan de slag te gaan of te blijven op het thema
natuurbranden.
 Ik wil het graag in het licht hiervan hebben over de volgende
onderwerpen:
o het potentiële risico van natuurbranden;
o het belang van preventie;
o het nemen van verantwoordelijkheid
o en het betrekken van burgers en opsporen van daders
o successen borgen verder uitbouwen van regionaal tot
internationaal.
 Veiligheid is een kerntaak van dit kabinet. Daar zetten het ministerie van
Veiligheid en Justitie dan ook sterk op in, onder meer met het Nationaal
Incidentscenario Natuurbranden. Vorig jaar heeft dit incidentscenario
centraal gestaan in de Nationale Crisisoefening Vulcanus. Een
natuurbrand is namelijk bepaald geen denkbeeldig risico, integendeel!
Een natuurbrand heeft grote impact op de woon- en leefomgeving. Dus
niet alleen onherstelbare schade aan de natuur maar ook voor
bijvoorbeeld de fysieke veiligheid van mensen of de bedrijfscontinuïteit
van recreatie-ondernemingen en vitale infrastructuren, zoals transport of
energie.
 Een factor van betekenis is klimaatverandering. Vaker extreem weer.
Niet alleen in de vorm neerslag maar vooral ook verdroging spelen
daarbij een belangrijke rol. Samen met onze collega’s van IenM worden
daarom ook de gevolgen van klimaatverandering en verdroging in kaart
gebracht. De relatie met het thema natuurbranden zal daar dan ook
2
nadrukkelijk in moeten worden meegenomen. Het Planbureau voor de
Leefomgeving heeft immers in 2011 dit verband al gelegd in haar rapport
“Een Delta in beweging: bouwstenen voor een klimaatbestendige
ontwikkeling in Nederland”
 Dames en heren, duidelijk is, dat iedere natuurbrand in Nederland in
potentie een groot risico is. Dat is het gevolg van de intensieve
gebruiksfuncties van onze natuurgebieden. De afgelopen jaren hebben
we alleen met zware collectieve inspanning – denk aan brandweer,
defensie, terreineigenaren en loonwerkbedrijven - de schade beperkt
kunnen houden en zijn er geen slachtoffers gevallen. De kosten voor
deze inzet zijn echter enorm, en daarom wil ik hierbij graag nog eens
benadrukken, dat het daarom wenselijk is preventief het risico op
natuurbranden zo klein mogelijk maken.
 Een ander belang om preventief te investeren in de beperking van het
risico op natuurbranden zag ik in één van de promotiefilmpjes die zijn
opgesteld voor dit landelijk congres. Commissaris van de Koningin van
Noord-Brabant, de heer Van der Donk, sprak daarbij zijn verwondering
uit dat we als Nederland miljarden investeren in de Ecologische
Hoofdstructuur, maar daar in investeringen weinig tegenover stellen om
die investeringen te beschermen, bijvoorbeeld tegen een natuurbrand.
 Dames en heren, rijk, provincie en gemeenten hebben in dit dossier ook
elk een eigenstandige verantwoordelijkheid te nemen. In de preventieve
sfeer moeten we binnen de bestaande wettelijke kaders rondom
ruimtelijke ordening, natuurbeheer, terreineigenaren, recreatie als
bedrijfsleven, natuurbeheerders en overheid zoeken naar creatieve
3
mogelijkheden om natuurbrandpreventieve maatregelen in
geïdentificeerde risicogebieden succesvol toe te passen en actief te
stimuleren. Dit vraagt enerzijds om bewustwording van het risico’s maar
ook om een structurele gebiedsgerichte aanpak van omgevingsrisico’s.
 Ook de burger draagt een verantwoordelijkheid. Natuurbranden worden
soms aangestoken, soms bewust en soms onbewust. Zeker op het
moment dat het droog is in Nederland dient elke burger zich bewust te
zijn van de risico’s van open vuur, bbq-en en vuurwerk. We vragen als
overheid van de burger zijn gezond verstand te gebruiken, maar ons ook
te helpen bij het tijdig signaleren en melden van misstanden die tot
natuurbranden kunnen leiden.
 Als overheid doen we er alles aan om potentiële daders snel op te sporen
en de oorzaken van natuurbranden te analyseren. Hiervoor hebben we
vanuit het Landelijk Werkprogramma Natuurbranden,
natuurbrandonderzoekers van politie en brandweer opgeleid. Die
worden in voorkomend geval dan ingezet om te zoeken naar sporen,
oorzaken en daders.
 Dames en heren, het ministerie van Veiligheid en Justitie heeft de
afgelopen vier jaar veel energie gestoken in het op de kaart zetten van
het thema natuurbranden, bij te dragen aan bestuurlijke bewustwording
en het ondersteunen van het Landelijk Werkprogramma Natuurbranden.
Daarvoor is onder meer tot 1 juli 2013 een Landelijk Programmamanager
Natuurbranden aangesteld om dat proces actief te ondersteunen en aan
te jagen. Na 1 juli 2013 blijft het ministerie van Veiligheid en Justitie
uiteraard actief betrokken bij het dossier, maar dienen –zoals vooraf was
beoogd- alle betrokken partners, vertegenwoordigd in de landelijke
4
kerngroep Natuurbranden, met elkaar verantwoordelijkheid te nemen
voor de verdere feitelijke uitvoering van het landelijk werkprogramma in
de periode 2012 tot 2016.
 Samen met het ministerie van Economische Zaken en het ministerie van
Infrastructuur en Milieu wordt ook duidelijkheid gecreëerd over de
verantwoordelijkheidsverdeling voor natuurbrandpreventie. Uit de
uitgevoerde projecten in de provincies Noord-Holland, Gelderland,
Noord-Brabant en Drenthe blijkt dat er binnen de huidige wettelijke
kaders voldoende instrumenten zijn om de aandacht voor
natuurbrandpreventie te borgen. Tot op heden kiezen deze provincies er
voor het thema natuurbrandpreventie projectmatig op te pakken. Een
structurele invulling van het onderwerp natuurbrandpreventie is
daarmee binnen het provinciale beleid nog niet geborgd. Het is niettemin
raadzaam de aandacht voor omgevingsrisico’s als natuurbranden vanuit
een all hazard benadering te borgen binnen de nieuwe omgevingsvisie
van de provincies.
 Dames en heren, in het kader van de borging van het onderwerp
natuurbranden vraag ik voorts uw aandacht voor het lopende traject van
het Veiligheidsberaad om te komen tot expertregio’s, ook een onderdeel
van Landelijk Werkprogramma Natuurbranden. Natuurbranden is één
van de pilots om nut en noodzaak van een expertregio in kaart te
brengen. Een mogelijke expertregio Natuurbranden, i.c. de
veiligheidsregio Noord- en Oost Gelderland, speelt een belangrijke rol in
het Landelijk Werkprogramma Natuurbranden en is uiteraard actief bij
dit dossier betrokken. Dat lijkt me ook logisch gezien de expertise en
voortrekkersol die deze veiligheidsregio op de Veluwe de afgelopen jaren
5
rondom dit thema heeft opgebouwd. Als de veiligheidsregio’s
gezamenlijk besluiten dat er een expertregio Natuurbranden moet
komen, hetgeen aansluit bij de wens van VenJ, zal deze expertregio een
centrale rol gaat spelen rondom het dossier natuurbranden en de
verdere uitvoering van het landelijk werkprogramma.
 Ook in het kader van de borging: per 1 januari 2013 is de totstandkoming
van het Instituut Fysieke Veiligheid een feit geworden. Het IFV kan in de
ogen van het ministerie van Veiligheid en Justitie in de ontwikkeling en
ondersteuning van thematische aanpakken zoals natuurbranden en
tunnelveiligheid een belangrijke rol spelen. Voor een deel pakt het IFV dit
ook al op, zoals bij het project netcentrisch werken. Het IFV kan als
kenniscentrum ondersteuning aanbieden op het gebied van
programmamanagement, opleiden, trainen, oefenen, onderzoek en
kennisdeling. Natuurbranden is in dat laatste opzicht ene mooi
voorbeeld gezien de vanuit het Infopunt Veiligheid ondersteunde
website info-natuurbranden.nl. Een website die breed door alle
betrokken partners wordt gezien als de kennismarktplaats voor
natuurbranden. Voor het IFV liggen er op dit soort dossiers kansen om
actief de veiligheidsregio’s en dus ook de expertregio’s kwalitatief met
haar product- en dienstverlening te ondersteunen. De binnen het
landelijk werkprogramma ontwikkelde strategische onderzoeksagenda
Natuurbranden, ontwikkeld in nauwe samenspraak tussen het veld én
kennis- en onderzoeksinstellingen, is daarbij een mooi voorbeeld van een
product dat richting kan geven aan nuttig en noodzakelijk uit te voeren
onderzoek op het gebied van natuurbranden om beleids- en
operationele keuzes nu en in de toekomst beter te onderbouwen.
6
 Dames en heren, internationaal valt mij op dat met het
natuurbrandendossier stevig aan de weg wordt getimmerd. Nederland
lijkt daarbij baat te hebben van de wet op de remmende voorsprong. We
waren het lelijkste eendje van de klas, maar kunnen nu in heel Europa
komen vertellen over onze ervaringen. Er liggen kortom concrete kansen
om de samenwerking in Europa rondom thema’s zoals
natuurbrandonderzoek, gebruik van additieven, inzet van simulaties bij
oefenbeleid actief op te zoeken en daarbij ook in te zetten op de binnen
de Europese Unie beschikbare subsidiegelden.
Er is veel werk verzet in één jaar landelijk werkprogramma Natuurbranden.
Het afgelopen jaar heeft bewezen dat de betrokken publieke en private
organisatie vertegenwoordigd in de landelijke kerngroep Natuurbranden
door succesvol met elkaar samen te werken aantoonbare resultaten en
vooruitgang is geboekt. Ik spreek namens de minister van Veiligheid en
Justitie de verwachting uit, dat u bereid bent samen het geboekte succes
verder uit te bouwen. De aandacht voor natuurbranden is en blijft een
proces van de lange adem en verdient meer dan een eenmalige inspanning
via een eindig landelijk werkprogramma. Het is dus aan de betrokken
bevoegden gezagen en publieke en private organisaties de plicht om de
aandacht voor natuurbranden voor nu en de toekomst structureel te borgen
en daarvoor het komende jaar de basis te leggen.
Dames en heren, Nederland is geen groentje op het gebied van
Natuurbranden. De lijst is zelfs behoorlijk lang. Strabrechtse heide,
Kalmthoutse heide, de duinbranden in Bergen en Schoorl. Als bestuurder raak
je er nooit aan gewend en je kunt je er maar moeilijk goed op voorbereiden.
7
Dus als het gebeurt, moet alles kloppen. Getuigenissen van bestuurders die er
bij waren nu in de volgende video.
8
Download