1 Inleidend woord Symposium Alcuinus op 30 januari 2015 in 6211 Kunstkwartier Maastricht Dames en heren, Heeft u op de geschiedeniswebsite van onze publieke omroep – het NPO – wel eens Karel de Grote opgezocht? U treft dan correcte informatie over zijn verscheiden – net 1200 jaar geleden – maar daarna leest u, ik citeer: “Toch weten we in Nederland weinig van deze eerste Pan-Europese vorst, die geboren werd, op zijn troon zat, en overleed in Aken, op niet meer dan drie kilometer afstand van de huidige DuitsNederlandse grens.” Einde citaat… Hoe anders is dat voor u en voor mij, als gouverneur van Limburg. Limburg, van wie het grondgebied in die tijd grotendeels behoorde tot het leefgebied, het thuisfront van deze eerste Pan-Europese vorst. In Maastricht hebben we zelfs een café Charlemagne. Een café dat al meer dan 100 jaar bestaat, op exact de plek waar Karel overleg pleegde te voeren met de lokale edellieden; althans volgens de uitbaters… Of het klopt of niet; het is een mooi verhaal, dat in ieder geval aangeeft dat Karel de Grote wél deel uitmaakt van het Limburgse collectief geheugen; een collectief geheugen dat het gretig deelt met de buren; deelt binnen de Euregio. Deze Euregio Maas Rijn, EMR, is een van de oudere euregio's van Europa. De huidige structuur - een stichting naar Nederlands recht - bestaat bijna 40 jaar. Maar de samenwerking begon al eerder. De samenwerking tussen de steden Aken, Luik en Maastricht dateert uit het begin van de vijftiger jaren, nu dus ruim 60 jaar geleden. Maar de gedachte dat we in deze regio iets met elkaar delen is nog veel ouder. 2 In de negentiende eeuw wakkerde de belangstelling voor geschiedenis aan, en door de ontdekking van geschriften, zoals die van Hendrik van Veldekes Servaaslegende, en de totstandkoming van een Limburgse identiteit, herontdekten we in deze Euregio de oorsprong van onze gezamenlijke geschiedenis: het bisdom Tongeren-Maastricht-Luik, het stamrijk van Karel de Grote, de positie van Lotharings Middengebied, enzovoort.. En hoe gekunsteld – uit wetenschappelijk oogpunt - de euregionale identiteit ook mag zijn, mensen voelen verbondenheid met hun onmiddellijke buren. Misschien komt het omdat de hoofdsteden van de drie landen ver weg zijn; de afstand tot het bestuur groot is. Misschien komt het door de noodzakelijke arbeiderspendel in de tijden van industrialisatie, mijnbouw en maakindustrie, en de daaruit voortvloeiende één en dezelfde huwelijksmarkt. Maar zeker is, dat door de Europese eenwording, de komst van de euro, en vele people-to-people projecten, het personenverkeer binnen de euregio toeneemt. Winkelen, bezoek aan culturele evenementen en meer toegang tot gezondheidszorg…, het stijgt. Maar er zijn – helaas - ook andere bewegingen. Nationale parlementen weigeren steeds vaker om bevoegdheden aan Europa af te staan; waardoor – de zo gewenste - harmonisatie van regelgeving aan de grens lastiger wordt. Onze stelsels van zorgverzekering, hypotheekaftrek, onderwijsdiplomering, belastingen en accijnzen, energielevering … ze nationaliseren steeds meer, waardoor verschillen tussen landen van deze Euregio toenemen. Zeker óók mentaal, waar we toch al moeten opboksen tegen verschillen in taal en cultuur. Toch … de onderlinge samenwerking binnen de Euregio moet meer zijn dan een romantisch verlangen naar een gezamenlijke toekomst, gebaseerd op een rijk verleden (waar overigens ook veel op af te dingen blijkt). Samenwerken moet een doel hebben: en wel een betere positie voor onze inwoners, aan alle zijden van de grens. Of beter gezegd: investeren in samenwerken is een goede zaak, als ons welzijn, onze welvaart en ons toekomstperspectief er beter van worden 3 En dan is het hebben van een verhaal, het verhaal van dit mini-Europa een groot voordeel. En dan mag je gerust kijken naar de geschiedenis van deze gebieden van onze EMR. En dan mag je belangstelling tonen voor die mensen die dat gezamenlijk verhaal beschreven, soms gemaakt, hebben. Mensen als Alcuinus! Op de genoemde geschiedeniswebsite van onze nationale publieke omroep zult u hem vergeefs zoeken, maar ik weet zeker dat de sprekers na mij u een mooi totaalbeeld van deze man zullen schetsen. Een totaalbeeld van een man afkomstig uit het Engelse York, die uitgroeide tot het geweten van de Vader van Europa, zijn talen sprak als een Frans Timmermans, maar bovenal - vanuit deze contreien - Europa verrijkte met kennis. En hoe zijn onderwijsmodel gemeengoed werd in vele Europese kloosters. Dames en heren, hoe verwonderlijk is het dan eigenlijk dat juist in deze Europese driehoek zo’n uitzonderlijke onderwijsinstituten het levenslicht zagen? Zoals de eeuwenoude universiteit van Leuven, het 145 jaar oude en gerenommeerde RWTH, en de meer recente, maar bijzondere universiteit van Maastricht? En aangezien juist deze academische basis maakt dat wij in deze euregio een toekomst kunnen bouwen op kennis, onderwijs en innovatie, juist daarom verdient deze Alcuinus een plekje in onze Euregionale eregalerij; en een meer prominente plek in ons collectief geheugen. Kortom dames en heren, de organisatoren van dit symposium hebben terecht ingeschat dat het tijd werd voor een symposium over deze ‘inspirator et educator’. Ik zou zeggen: geniet van de kennis die zij en sprekers vanmiddag met u gaan delen.