De koolstofkringloop is de bekendste biogeochemische kringloop De koolstofkringloop beschrijft onder andere wat er gebeurt met door mensen uitgestootte koolstofdioxide in de atmosfeer. Door de fotosynthese van planten wordt CO2 uit de lucht vastgelegd in planten in de vorm van koolhydraten. Een klein deel hiervan komt weer vrij door dissimilatie van de plant. Uit de analyse van boringen in het Antarctische ijs (blauwe lijn) blijkt dat de concentratie van kooldioxide tenminste in de laatste 650.000 jaar niet hoger is geweest dan 300 ml/m³.[3] Tijdens de IJstijden was de concentratie met 180 ml/m³ lager dan tijdens de warmteperioden Met het begin van de industriële revolutie steeg de concentratie exponentieel. (De rode lijn geeft de continue metingen van GAW-Station Mauna Loa op Hawaï sedert 1958 aan.) Uit deze metingen blijkt een verhoging met 3,2 Gt C per jaar, die aan de opwarming van de Aarde bijdraagt Door de verbranding van fossiele koolstofhoudende brandstoffen (aardolie, aardgas, steenkool) en door de productie van cement komen per jaar 7,1 Gt C vrij (1980-1990) [4]. De verbranding van biomassa (koolzaadolie, hout, afbranden) heeft alleen invloed op de kortlopende koolstofkringloop en draagt derhalve niet bij aan een verhoging op de langlopende koolstofkringloop CO2-verhoging in de aardatmosfeer De verhoging van het kooldioxidegehalte in de aardatmosfeer zorgt voor een hogere oplossing van CO2 in het zeewater. Door de vorming van koolzuur wordt de pH van het zeewater lager (zuurder). Door de pH-verlaging van de regen en het water zal de verwering van kalksteen en daarmee het verbruik van CO2 toenemen. Daar geochemisch gevormde hoeveelheden echter zeer klein zijn, speelt dit effect op de korte termijn geen rol. Door schattingen en verschillen in literatuurbronnen is er uiteraard veel discussie tussen wetenschappers Bijvoorbeeld: Tegenover de toename van 120 Gt C per jaar (gigatonnen koolstof per jaar) door de assimilatie staat in totaal slechts 116 Gt C per jaar door dissimilatie en detritusvorming (afkomstig van afgestorven organismen). Hierbij ontbreken dus in de balans 4 Gt C per jaar. Wat te doen met verklaringen over ijstijden en warme tijden gedurende De afgelopen duizenden jaren zonder aanwezigheid van de mens in deze aantallen en de manier waarop wij leven Film Al Gore? De stikstofkringloop is de biochemische kringloop en de geochemische omzetting van stikstof in de lucht (aardatmosfeer), planten, de bodem en biomassa. Alle organismen hebben stikstof nodig daar het een bestanddeel is van aminozuren, eiwitten, DNA en van co-enzymen Van de totale hoeveelheid aanwezige stikstof op aarde (1015 ton) bevindt zich 99 % in de aardatmosfeer. Alleen speciale bacteriën, in het bijzonder de Cyanobacteriën, stikstofknolletjesbacteriën van de familie van de Rhizobiaceae en bacteriën van het geslacht Rhizobium in symbiose met vlinderbloemige planten kunnen de stikstof uit de lucht omzetten in nitraat. Alle andere planten, dieren en de mens kunnen geen stikstof uit de lucht opnemen en zijn afhankelijk van de vastgelegde stikstof in de biosfeer. Kringloop De stikstofkringloop bestaat uit de volgende processen: Vastlegging van stikstof uit de lucht door speciale bacteriën, in het bijzonder de Cyanobacteriën, stikstofknolletjesbacteriën van de familie van de Rhizobiaceae en bacteriën van het geslacht Rhizobium in de wortelknolletjes van vlinderbloemige planten Beschikbaar komen voor de plant door: Afbraak organisch materiaal door organismen, zoals bacteriën,schimmels en dieren Ammonificatie Nitrificatie Opname door de plant Afbraak door bacteriën via: Denitrificatie