presentatie

advertisement
4 nov. 1950
EVRM
20 nov. 1989
IVRK
29 mei 1993
Haags Adoptieverdrag
15 april 1994
Valkenhorstarrest
1 juni 2004
Wet Donorgegevens
Kunstmatige Bevruchting
Afstammingsinformatie
statusvoorlichting
: geadopteerd; d.m.v. KID verwekt
afstammingsinformatie : wie is biologische moeder/vader; donor; draagmoeder
Afstammen = zijn oorsprong aan hem als vader of voorvader ontlenen
Afstamming = bloedverwantschap in de dalende lijn
“Het niet weten en niet kunnen weten wie je vader en moeder zijn, grijpt velen, in het bijzonder degene die dat overkomt,
zeer diep aan. Ontbreekt die basis, dan missen mensen een bouwsteen die hen dieper inzicht in zichzelf zou kunnen
geven”
(memorie van Toelichting. Wet Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting)
“Niet weten van wie je afstamt, houdt in dat je een stuk(je) van je identiteit mist. Je mist een beeld van waar ‘je wortels
(roots)’ liggen.”
‘Nature
Nurture’
Toezicht
Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM)
Art. 8. EVRM lid 1: Een ieder heeft recht op respect voor zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning
en zijn correspondentie
lid 2: Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan
voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het
belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het
land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de
gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van
anderen
1979 EHRM Marckx v. België:
“schending van art. 8 EVRM (family life)” wegens discriminatie van onwettige kinderen
Volgens toenmalige Belgische wetgeving moest ongehuwde moeder haar kind erkennen om in familierechtelijke betrekking
te komen staan. Ook verschil in erfrechtelijke positie tussen wettige en natuurlijke kinderen.
Belang: -
-
eerste belangrijke stap m.b.t. de erkenning van het familie- en gezinsleven buiten de in de wet geregelde
rechtsfiguren
naast biologische afstamming krijgt begrip “family life”een belangrijke plaats in afstammingsrecht
1989 EHRM in de zaak Gaskin/U.K.:
“wanneer in dossier persoonsidentificerende gegevens zijn vastgelegd, betreffen deze gegevens het prive- en gezinsleven op
grond waarvan aan art. 8 bescherming kan worden ontleend.
Toegang tot persoonsidentificerende gegevens kan niet zomaar geweigerd worden en de staat heeft een positieve
verplichting hiervoor een behoorlijke regeling te creëren.”
(zaak ging over inzage in kinderbeschermingsdossiers, maar is ook van belang voor afstammingsinformatie)
2002 EHRM in de zaak Mikulic/Kroatië:
“Het Europees Hof acht het in strijd met art.8 EVRM indien geen toegang wordt verschaft tot persoonsidentificerende
gegevens”
Vrouw geboren uit buitenrechtelijke relatie verzoekt om vaderschap gerechtelijk te laten vaststellen. ‘Vader’ weigert mee te
werken aan DNA-test. Op grond van getuigenverklaringen en vanwege zijn weigering mee te werken aan DNA-onderzoek
wordt vaderschap vastgesteld
2003 EHRM zaak Odièvre/Frankrijk:
Moeder doet in 1965 na een anonieme geboorte in Frankrijk afstand van haar kind met verzoek om geheimhouding. Dit
houdt in dat de naam van de moeder niet op geboorteakte wordt vermeld (sous x).
Jaren later vraagt kind inzage in persoonsgegevens van moeder. Verzoek wordt afgewezen door rechtelijke instanties in
Frankrijk en voorgelegd aan Europees Hof:
EH: noch het EVRM noch het IVRK kent een grondrecht op basis waarvan het kind recht heeft op afstammingsinformatie.
Belangenafweging: recht op identiteit versus eerbiediging privéleven moeder én bescherming van het recht op leven,
dat Franse wetgeving beoogt te beschermen. Oordeel Franse rechter, dat laatste zwaarder weegt, blijft in stand.
2006 EHRM zaak Jäggi tegen Zwitserland zwakt deze uitspraak enigszins af door te overwegen
“dat grote waarde wordt toegekend aan het belang te weten van wie men afstamt”
(verzoek om DNA-onderzoek bij overleden persoon om vast te stellen of die persoon de vader was van verzoeker
wordt toegestaan. Zelfs nu vermoedelijke verwekker reeds 23 jaar begraven was)
Art.7. lid 1: Het kind wordt onmiddellijk na de geboorte ingeschreven en heeft vanaf de geboorte het recht op een naam,
het recht een nationaliteit te verwerven en, voor zover mogelijk het recht zijn of haar ouders te kennen
en door hen verzorgd te worden.
Art.8. lid 1: De staten die partij zijn, verbinden zich tot eerbiediging van het recht van het kind zijn identiteit te behouden,
met inbegrip van nationaliteit, naam en familiebetrekkingen zoals wettelijk erkend, zonder onrechtmatige
inmenging
IVRK:
stelsel heeft voorkeur voor opgroeien bij de biologische ouders. Weten van wie je afstamt kan gezien worden
als een minimum norm.
Verdrag inzake de bescherming van kinderen en de samenwerking op het gebied van
Internationale Adoptie
Art. 30 lid 1: De bevoegde autoriteiten van een Verdragsluitende Staat dragen zorg voor de bewaring van de in hun
bezit zijnde gegevens omtrent de afkomst van het kind, met name gegevens betreffende de identiteit van
zijn ouders, alsmede de medische gegevens betreffende het medisch verleden van het kind en zijn familie.
lid 2: Zij bewerkstelligen dat voor zover de wetgeving van hun Staat zulks toelaat, het kind of zijn
vertegenwoordiger, onder passende begeleiding, toegang krijgt tot deze gegevens.
Uitwerking in Wet Opneming Buitenlandse kinderen ter Adoptie (WOBKA)
Art.17b lid 1: De vergunninghouder vergaart zoveel mogelijk gegevens met betrekking tot de afkomst en de achtergrond
van het buitenlandse kind in de staat van herkomst.- inspanningsverplichting
lid 2: dossier bijhouden en gedurende tenminste 30 jaar bewaren (in nieuwe wetsontwerp 100 jaar !)
Art 17d lid 1: regelt inzage
lid 2:leeftijdscriteria
Casus: personen die in de jaren 1920 – 1945 in het tehuis voor ongehuwde moeders (aanvankelijk
Moederheil geheten) waren geboren, eisten inzage in het dossier van hun moeder om zo meer te
weten te komen over hun afstamming en hun verwekker.
HR:
leidde een recht op afstammingsinformatie (van welke ouders men afstamt) af uit het persoonlijkheidsrecht dat
ten grondslag ligt aan grondrechten zols het recht op respect voor privéleven, vrijheid van meningsuiting en
vrijheid van gedachten, geweten en godsdienst .Dit recht heeft ook internationaal erkenning gevonden in art. 7
van het IVRK.
De HR formuleert dit niet als een absoluut recht, maar als belangenafweging:
“het recht van een meerderjarig kind om te weten door wie het is verwekt moet worden afgewogen
tegen het recht (op privacy) van de moeder dit voor het kind verborgen te houden. In zijn
algemeenheid prevaleert het recht van het kind. Naast het gegeven dat dit een vitaal recht van het
kind is, wordt dit mede gebaseerd op het gegeven dat de natuurlijke moeder mede verantwoordelijk is
voor het bestaan van het kind.” HR verwees hierbij ook naar de uitspraak van het EHRM in de zaak
Gaskin/U.K. (recht op privéleven van artikel 8 EVRM)
HR:
Dit arrest heeft geen betrekking op kunstmatige voortplantingstechnieken.

Anoniem doneren kan niet meer in Nederland

Gegevens worden beheerd en opgeslagen, zodat kinderen de mogelijkheid hebben te weten wie de donor is

Bewaartermijn 80 jaar

Gegevens:
- medische (erfelijke gegevens, bloedgroep)
- fysieke (kleur haar en ogen, lengte en gewicht)
- sociale (opleiding, karakter, burgerlijke staat, beroep, gezinssamenstelling)
- persoonsidentificerende (voor- en achternaam, geboortedatum en –plaats, adres)

Wie?
0 - 11 jaar (via ouders) alleen fysieke en sociale
12 – 15 jaar (zelf) fysieke en sociale
> 16 jaar: fysieke, sociale en persoonsidentificerende gegevens
medische gegevens via huisarts
- kinderen:
1.
2.
3.
M.u.v. Donorkinderen van nà 2004 (WDKB) bestaat er geen wettelijk recht op afstammingsinformatie
De HR geeft géén definitie van wat onder afstammingsinformatie moet worden verstaan én geeft aan dat er geen
absoluut recht op afstammingsinformatie bestaat, maar dat er een belangenafweging moet plaatsvinden (waarbij
belang van het kind in principe het zwaarste weegt)
Voorstel: Wettelijke verankering van het recht op afstammingsinformatie versterkt de positie van de rechthebbenden
én verplicht tot bewaring van deze gegevens (100 jaar)
Art. 10 Grondwet: eerbiediging en bescherming persoonlijke levenssfeer
1.
Ieder heeft, behoudens bij of krachtens de wet te stellen beperkingen, recht op eerbiediging van zijn persoonlijke
levenssfeer
2.
De wet stelt regels ter bescherming van de persoonlijke levenssfeer i.v.m. het vastleggen van en verstrekken van
persoonsgegevens
3.
De wet stelt regels inzake de aanspraken van personen op kennisneming van over hen vastgelegde gegevens en
aan het gebruik dat daarvan wordt gemaakt, alsmede op verbetering van zodanige gegevens
Art. 2 en 3 verder uitgewerkt in:
a.
Wet bescherming Persoonsgegevens (stb 2000, 302)
b.
Wet Politiegegevens (stb 2007, 300)
c.
Wet Basisregistratie Personen (stb 2013, 315)
Artikel 8 Europees Verdrag van de Rechten van de Mens (EVRM)
Art. 8. EVRM lid 1: Een ieder heeft recht op respect voor zijn privéleven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning
en zijn correspondentie
-
-
-
Algemene kader wet
Geeft inhoud aan begrippen
Geeft aan wat een (bijzonder) persoonsgegeven is (elk gegeven betreffende één geïdentificeerde of identificeerbare
natuurlijke persoon)
Geeft aan wat wordt verstaan onder verwerking van persoonsgegevens (verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren,
bijwerken, afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens)
Geeft een kader voor informatieverstrekking aan en rechten van betrokkenen:
- recht op inzage (kennisneming)
- recht op verbetering, aanvulling, verwijdering, vernietiging
- (bewaar)termijnen
Binnen organisaties veelal uitgewerkt in (privacy) reglementen
Wie is verantwoordelijk
Bij wie moet je waar voor zijn
Procedures en termijnen
Klachten
leeftijdscriteria







vastlegging persoonsgegevens in kader WBP:
1: toestemming betrokkene en/of
2: verwerking is noodzakelijk voor uitvoering
van de overeenkomst
Verwerking persoonsgegevens moet gemeld
worden
Verwerking niet in strijd met doel van de
vastlegging
Niet langer bewaard dan nodig is
Passende beveiliging





Alle cliëntgegevens
schriftelijke toestemming van cliënt voor
vastlegging bijzondere persoonsgegevens en
verstrekking van info aan derden
Alle correspondentie met cliënt en namens
cliënt met derden. Alle door cliënt
aangedragen informatie en alle door eigen
onderzoek achterhaalde info
Werkdocument
Wat en hoe- zorgvuldig handelen





bewaartermijnen vastleggen
inzage procedure vastleggen
Indien extern ondergebracht/opgeslagen:
privacy /beveiliging waarborgen
Gebruik voor (wetenschappelijk) onderzoek
vastleggen
Bij inzage controle legitimatie






- tijdsbeeld, gebruikt jargon en
maatschappelijke opvattingen toelichten
- voorbereiden van dossier ( wat
wel/niet/werkdocument)
- beantwoorden vragen
- legitimatie vragen
-(sociaal) emotionele ondersteuning
- nazorg ( zonodig)





- is het dossier van de instelling
- is het dossier van moeder en/of haar kind
- wat als direct rechthebbende op dossier is
overleden?
- mag een vergoeding worden gevraagd voor
inzage?
- leeftijdscriteria
- De HR geeft in de Valkenhorstarrest geen definitie
- De wet Donorgegevens onderscheidt: medische, fysieke, sociale en persoonsidentificerende informatie
Op basis van het Valkenhorstarrest heeft de Fiom afstammingsinformatie als volgt ‘gedefinieerd’:
1.
2.
3
4.
5.
Feitelijke gegevens zoals identiteit, woon- of verblijfplaats van oorspronkelijke (natuurlijke) moeder en – indien
aanwezig vader- ten tijde van de afstand
Medische gegevens van belang voor gezonde ontwikkeling van het kind zoals mogelijk erfelijke afwijkingen bij (één
van) de ouders of familieleden
Gegevens die een beeld geven van de biologische ouders, te weten: kleur ogen en haar, lengte, gewicht,
huidskleur, opleiding, beroep, nationaliteit, etniciteit en geloof
Gegevens die het kind inzicht geven in de overwegingen die hebben geleid tot de beslissing om ter adoptie af te
worden afgestaan.
Later toegevoegd:
Informatie over (half)broers en zussen
“Afstammingsinformatie is zowel informatie over de status van het kind als informatie over de biologische ouder(s) en/of
overige verwanten. Deze informatie kan bestaan uit gegevens die meer of minder specifiek zijn en niet in alle gevallen
hoeven te leiden tot het vernemen van de identiteit van de biologische ouder(s) en/of familieleden”
(Mr. Van Raak-Kuiper in haar boek: “koekoekskinderen en het recht op afstammingsinformatie”)
Mevrouw A. (geboren 01-01-1980), Nederlandse van Marokkaanse afkomst, heeft in 1994 afstand gedaan van haar
dochter. Zij is bevallen onder geheimhouding, vanwege mogelijke eerwraak. Fiom is bij de procedure betrokken
geweest.
De biologische vader was een 15 jarige jongen, schoolgenoot. Het was een gedwongen eenmalig seksueel contact.
Om die reden wilde moeder ook niet dat de “vader” geïnformeerd werd. Op aandringen van de toenmalige
maatschappelijk werker heeft moeder wel de naam en overige gegevens van de vader ten behoeve van haar dochter
in een gesloten envelop in haar dossier achter gelaten. Haar dochter is vervolgens geadopteerd.
Nu, 2016, wendt de dochter zich tot de Fiom met de volgende vragen:
zij wil informatie over en contact met haar biologische moeder
info over haar biologische vader en contact
info over halfbroers/zussen en contact
Download