Verslag van het gesprek met dhr

Voedingsbeleid
Gevarieerde voeding en bewegen zijn belangrijk voor de ontwikkeling en het welzijn van
kinderen. Kinderen zijn in de groei. Gezonde voeding en beweging dragen bij aan het
voorkomen van (chronische) ziekten en overgewicht. Sporten en bewegen, liefst buiten,
nemen dan ook een belangrijke plaats bij ons in.
Wij volgen de richtlijnen van het Voedingscentrum en Hygiënecode voor kindercentra om te
zorgen dat de kinderen gezonde en gevarieerde voeding krijgen. Het voedingsbeleid is voor
zowel de peutergroepen als BSO.
Uitgangspunten
Bij het opstellen van het voedingsbeleid is uitgegaan van de algemene richtlijnen van het
Voedingscentrum.
De 5 regels voor gezond eten:
1. Eet gevarieerd
2. Eet niet teveel en beweeg genoeg
3. Eet minder verzadigd vet
4. Eet volop groente, fruit en brood
5. Ga veilig met voedsel om (om het risico van voedselinfectie te verkleinen/voorkomen)
Volgens de richtlijnen van het voedingscentrum wordt voeding onderverdeeld in basisvoedingsmiddelen en niet basis-voedingsmiddelen. Fruit, brood en smeermiddelen zijn
onderdeel van de basis-voedingsmiddelen. Snacks en frisdrank zijn voorbeelden van niet
basis-voedingsmiddelen.
Richtlijnen
Variatie in voeding is belangrijk. De smaakontwikkeling wordt gestimuleerd en bovendien zou
de kans op het ontwikkelen van voedingsintolerantie en voedselallergieën verminderd
worden.
Ontbijt (voorschoolse opvang, BSO):
1. Brood; bij brood wordt in principe gekozen voor bruin of (licht) volkoren brood en variaties
op beide broodsoorten.
2. Smeermiddelen; keuze voor zachte margarine of halvarine op brood. Deze bevatten meer
plantaardige oliën met onverzadigde vetzuren.
3. Broodbeleg; zoals al genoemd wordt is variatiebelangrijk. Daarom spreken we af dat we
het aanbod van zoet beleg regelmatig variëren en niet alle middelen standaard op tafel
zetten. Bij zoet beleg kan gedacht worden aan appelstroop, jam, kokosbrood,
chocoladeproducten. Bij hartig beleg kan gedacht worden aan smeerkaas (30+), smeerworst,
kaas, ham, boterhamworst.
4. Drinken; bij het ontbijt geven we halfvolle melk of thee. Kinderen die geen melk of thee
lusten kunnen, in overleg, yoghurtdrank of water krijgen.
5. Cereals; ontbijtgranen zoals cornflakes, muesli/cruesli of Brinta wordt gegeven met
halfvolle melk.
6. Broodvervangers; Rijstwafels, beschuit, crackers of ontbijtkoek kunnen gegeven worden
als een kind echt geen brood of cereals lust.
Tussendoortje (peutergroep en BSO):
Tijdens het eet – en drinkmoment wordt fruit aangeboden. Hierbij zorgen we dat er altijd
genoeg verschillende fruitsoorten aanwezig zijn. Kinderen die moeite hebben met het eten
van fruit worden extra gestimuleerd. Naast de “standaard” fruitsoorten zoals appel, banaan
en peer worden er ook minder bekende soorten aangeboden zoals stervrucht, mango,
ananas. Daarnaast zal er ook een aanbod zijn in stukjes paprika, komkommer en tomaat.
Bij het fruit wordt melk, limonade of vruchtensappen gegeven.
Voor de BSO wordt in de middag een tussendoortje aangeboden in de vorm van rijstwafel,
soepstengel of fruit. Ook hierbij wordt drinken gegeven.
Bij uitzondering, bijv. 's zomers als het warm is en kinderen voldoende vocht moeten
binnenkrijgen, kunnen we de kinderen een waterijsje geven.
Lunch (BSO):
Tijdens de lunch zijn er diverse broodsoorten en beleg, net als bij het ontbijt. Ook kan
daarnaast iets extra's aangeboden worden zoals knakworst, soep, ei of een tosti.
Bij het eten wordt melk, thee, yoghurtdrank of water gedronken.
Avondeten (BSO):
Wanneer kinderen van de naschoolse opvang of buitenschoolse opvang na 18.00 uur
opgehaald worden kunnen wij op verzoek een gezonde (warme) maaltijd verzorgen.
Deze maaltijd wordt samen met de kinderen (voor)bereid.
Samen eten klaarmaken nodigt immers uit tot eten!
Voor het avondeten kan gedacht worden aan: maaltijdsalade, macaroni/spaghetti, Hollandse
pot, (hartige) pannenkoeken.
De kinderen mogen zelf ook ideeën aandragen.
Bij de maaltijd wordt water aangeboden.
Uiteraard houden wij bij alle eet- en drinkmomenten rekening met allergieën.