Beoordelingskader Vernieuwend Duurzaam Moerdijkse Hoek Aanleiding Het provinciaal bestuur heeft de ambitie de ontwikkeling van het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek op een vernieuwend duurzame wijze gestalte te geven. Voor de definitie van duurzaamheid sluit het provinciaal bestuur aan bij de “drie kapitalen” benadering van Telos. Een ontwikkeling is duurzaam wanneer er sprake is van een evenwichtige groei van zowel economisch, ecologisch als sociaal cultureel kapitaal. In de startnotitie mer is voorts aangegeven dat het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek in alle fasen van het besluitvorming een nationaal voorbeeld dient te zijn, dus zowel bij de planvorming, de ontwikkeling, de realisatie en het beheer. Voorts betekent een vernieuwend duurzaam bedrijventerrein, dat in iedere fase een hogere ambitie wordt nagestreefd dan bij soortgelijke projecten elders in het land. Naast een algemene bijdrage van het terrein aan een duurzame economische ontwikkeling van de regio West-Brabant levert het vernieuwend duurzaam bedrijventerrein een impuls aan de veiligheid en leefbaarheid in de aangrenzende gebieden en woongebieden. Economische ontwikkeling mag per saldo niet te koste gaan van de ecologische en sociaal-maatschappelijke kwaliteiten van West-Brabant. Het vernieuwend karakter kan buiten de voorloperfunctie van Moerdijkse Hoek ook bestaan de voortdurende aandacht voor het zoeken naar mogelijkheden om qua duurzaamheid beter te presteren. Dit beteken dat naast de fysieke inrichting ook de organisatie en het proces van groot belang zijn voor het vernieuwend duurzame karakter van Moerdijkse Hoek. In het advies inzake de richtlijnen heeft de commissie voor de mer aangegeven dat het wenselijk zou zijn een eenvoudig beoordelingskader te ontwikkelen om het Vernieuwend Duurzame karakter van Moerdijkse Hoek tijdens de planvorming te kunnen monitoren. Daarnaast heeft Telos in de rapportage over Moerdijkse Hoek een “Checklist vernieuwend duurzaam Moerdijkse Hoek” uitgewerkt. Hierin wordt aangesloten bij de basisprincipes voor een duurzaam bedrijventerrein die Telos geeft. Deze basisprincipes zijn: een goede afstemming met de bestaande kwaliteit en identiteit van het gebied; het inpassen van de bedrijfsfuncties in de omgeving; het toepassen van een duidelijke segmentering: afstemming met de economische structuur in de regio en tussen bedrijven op het terrein; het toepassen van de methode voor duurzaam – en dus flexibel – bouwen; het toepassen van de lagenbenadering conform het streekplan 2002 en de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening; het invoeren van park- en facilitymanagement: als motor voor vernieuwing, om zorg te dragen voor bestendige kwaliteit van het terrein en implementatie van duurzame maatregelen; het streven naar industriële symbiose (samenwerking tussen bedrijven met wederzijds voordeel). Hierbij maakt de provincie de opmerking dat de uiteindelijke mate van 317522165 1 symbiose - het niveau waarop dit vanuit economie, ecologie en sociaal cultureel opzicht uitkomt - resultaat is van nader onderzoek en ontwerp; het streven naar duurzaam ondernemen. Het algemeen in het kader van ISO-systemen toegepaste ‘voorzorgprincipe’ valt daar onder. De basisprincipes zijn te beschouwen als wezenlijke onderdelen van een duurzame benadering. In grote lijnen vormen ze vooral een uitnodiging om permanent aandacht te besteden aan de mogelijkheden voor een duurzaam ontwerp en een duurzame ontwikkeling, realisatie en beheer van Moerdijkse Hoek (afstemming, inpassing, segmentering, lagenbenadering, symbiose, duurzaam ondernemen). Enkele onderdelen laten zich ook vertalen in heel concrete eisen zoals duurzaam bouwen en de oprichting van en deelname aan bedrijven aan park- en facilitymanagement. Voor de te maken afwegingen is het van belang te bepalen welke prioriteiten worden gehanteerd voor de verschillende elementen van ‘vernieuwend duurzaam’. Op hoofdlijnen zijn de prioriteiten met de uitwerking van het beoordelingskader bepaald middels de keuze van de thema’s. Het beoordelingskader bestaat uit een combinatie van inhoudelijke en procesmatige ambities. Uit de gesprekken die tot dusverre met diverse deskundigen zijn gevoerd blijkt dat het procesmatige ambities voor het vernieuwend duurzame karakter van het bedrijventerrein minstens net zo belangrijk zijn als de inhoudelijke ambities. Binnen de aangegeven ambities zijn de volgende vijf clusters als meest bepalend te kwalificeren: Duurzaam proces middels symbiose, cyclische benadering, parkmanagement en interactieve communicatie met alle belanghebbenden; Multimodale ontsluiting; Beperking van gebruik van grondstoffen en energie (streven naar absolute ontkoppeling van milieubelasting en economische groei, koppeling afvalstromen en energie); Verbetering van de leefbaarheid in de regio (o.a. door extra woningen) en geen verslechtering van de gezondheidsbelasting in de invloedssfeer van Moerdijkse Hoek; Financieel verantwoorde realisatie van 600 ha1 bovenregionaal bedrijventerrein voor grootschalige bedrijven in de milieucategorieën 4 en 5. Bovenstaande ambities dienen in belangrijke mate te worden gerealiseerd wil het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek de titel vernieuwend duurzaam kunnen dragen. Voorts is met de keuze voor de aansluiting op de Telos-benadering impliciet gekozen voor de randvoorwaarde, dat voor geen van de drie kapitalen sprake mag zijn van een achteruitgang. Op die manier wordt ook voorkomen dat afwenteling plaatsvindt naar een van de drie kapitalen. Daarnaast past bij het beoordelingskader voor alle onderdelen een beoordeling op eventuele afwenteling in de tijd. 1 Het definitieve aantal hectares is ondermeer afhankelijk van de uitkomsten van het MER. 317522165 2 De kracht van het beoordelingskader is, dat het abstracte begrip ‘vernieuwend duurzaam’ meetbaar gemaakt wordt. De keerzijde is dat de beoordeling leidt tot (te) veel aandacht voor de onderdelen en (te) weinig aandacht voor de samenhang en de onderliggende visie op de vormgeving van een duurzame ontwikkeling. Last but not least is het van belang ruimte te creëren voor creatieve oplossingen. Vernieuwend duurzaam is meer dan het systematisch nalopen van een checklist of beoordelingskader. Zorgvuldigheid leidt tot gestage verbeteringen maar vaak niet tot de transitie die nodig is om grote stappen voorwaarts te maken. Haalbaarheid van een duurzaamheidstoets De ervaringen uit het verleden leren, dat het op voorhand bepalen van stringente eisen voor bedrijven de exploitatie van het bedrijventerrein onder druk zet, zeker in tijden van beperkte economische groei. Overheden zien zich vaak genoodzaakt om eisen te laten vallen om de exploitatie van het bedrijventerrein niet in gevaar te brengen. De kracht van de driedimensionale benadering van duurzaamheid van Telos is, dat het de samenhang in beeld brengt tussen ecologie, economie en sociaal-cultureel kapitaal. De kans op een duurzame ontwikkeling is het grootst wanneer de drie dimensies elkaar versterken. Beperking van de uitstoot van afvalstoffen (ecologie) wordt aantrekkelijk voor een bedrijf wanneer dit leidt tot het terugwinnen van grondstoffen. De bereidheid om te investeren zal alleen maar toenemen als dit leidt tot vermindering van het gezondsheidsrisico’s voor medewerkers en omwonenden. Voorbeelden van symbiose uit de praktijk van het projecteninnovatieteam (PIT) sluiten aan op deze benadering. Ook is uit praktijkonderzoek vast te stellen dat de grootste winst ontstaat op de natuurlijke investeringsmomenten die weer gerelateerd zijn aan de conjunctuur. Verder is zichtbaar dat optimalisering van duurzaamheid een proces is van enkele decennia. Het vraagt aandacht over een langere periode en is daarmee ook min of meer onafhankelijk van de economische conjunctuur. Het moment van ontstaan van de ‘winst’ is vaak wel verbonden aan die economische conjunctuur. Door die langdurige aandacht voor continue verbeteringen ontstaat enige onafhankelijkheid van conjuncturele ontwikkelingen. Wel is het van belang om in tijden van laagconjunctuur zoveel mogelijk ruimte te behouden voor aanpassingen in tijden van hoogconjunctuur door bijvoorbeeld besluiten te verbinden aan een tijdshorizon. Met andere woorden, flexibiliteit is van belang om voortdurend in te kunnen spelen op nieuwe mogelijkheden voor een meer duurzame ontwikkeling van Moerdijkse Hoek. Uiteraard hoort bij die benadering een minimum-eis. Veelal zal die bepaald worden door het wettelijk kader. Waar mogelijk kunnen specifieke eisen voor individuele bedrijven/ bedrijfstypen worden geformuleerd voor Moerdijkse Hoek. Voorgaande benadering leidt er voor het ruimtelijk ontwerp toe dat het accent zou moeten liggen op het scheppen van de voorwaarden c.q. de mogelijkheden voor een duurzame ontwikkeling. Voor het beoordelingskader betekent dit dat het accent zou moeten liggen op uitnodigende ambities. Het streven naar absolute ontkoppeling van economische groei en milieubelasting past in de categorie ‘uitnodigende ambities’, die lopende de planvorming en verdere ontwikkeling ruimte bieden voor nadere invulling. Om het vernieuwende karakter van het beoordelingskader te waarborgen ligt het voor de hand dit regelmatig te actualiseren. 317522165 3 Ten aanzien van de vestiging van bedrijven en de relatie met het vernieuwend duurzame karakter van Moerdijkse Hoek is nog het volgende op te merken. Vernieuwend duurzaam betekent niet dat er voor potentieel hinderlijke bedrijven geen plaats zou zijn op Moerdijkse Hoek. Dit zou ook strijdig zijn met de afweging die ten grondslag ligt aan de keuze van de locatie en het profiel voor Moerdijkse Hoek zoals die in hoofdzaak in het streekplan 2002 van de provincie Noord-Brabant zijn bepaald. Het vernieuwend duurzame van vestiging van potentieel - sterk - hinderlijke bedrijven op Moerdijkse Hoek kan worden opgebouwd aan de hand van de volgende elementen: Door de specifieke kenmerken van Moerdijkse Hoek is sprake van een duurzame locatie voor de betreffende activiteit. Een extra positieve bijdrage kan ontstaan wanneer bij bedrijfsverplaatsing op de oorspronkelijke locatie een aanzienlijke verbetering ontstaat; Van het bedrijf wordt gevraagd zich niet alleen bij vestiging maar continu qua duurzaamheid bij de top van de betreffende sector te scharen; Van het bedrijf wordt bij vestiging gevraagd deel te nemen aan een continu proces van optimalisering van de duurzaamheid op bedrijfs-, terrein- en regionaal niveau. Deelname aan park- c.q. facilitymanagement wordt daartoe verplicht gesteld. De overheid dient dit proces te faciliteren met kennis, informatie, regelgeving op maat en overige middelen zoals geld en menskracht. Relatie beoordelingskader en mer Zoals gezegd vloeit het beoordelingskader voort uit het advies inzake de richtlijnen van de commissie voor de mer. In het kader van de mer-procedure volgt ook een belangrijke formele toepassing van het beoordelingskader, echter ook daarna zal bij andere typen besluiten het beoordelingskader dienen als hulpmiddel voor een zorgvuldige afweging. Ten opzichte van het indicatief beoordelingskader in de startnotitie hanteert het beoordelingskader vernieuwend duurzaam Moerdijkse Hoek over het algemeen een hoger abstractieniveau. Bij de uitwerking van het ruimtelijk ontwerp is het ook van belang aandacht te besteden aan de concrete onderdelen die genoemd staan in het indicatief beoordelingskader (startnotitie mer pg 58-59). Voor de beoordeling en afweging van de alternatieven zullen die concretere effecten op onderdelen opgenomen worden in een waardering van de meer abstracte indicatoren van het beoordelingskader. Een vergelijkbare redenering kan worden gevolgd voor de beleidsdoelstellingen die EU(richtlijnen), rijk en provincie hanteren op onderdelen. Bij het bepalen van de effecten zal ook aangegeven worden in hoeverre daarmee aan de betreffende beleidsdoelstellingen wordt voldaan. Het ligt voor de hand dat het vernieuwend duurzame karakter van het bedrijventerrein er op onderdelen toe leidt dat beter gepresteerd wordt dan op grond van de beleidsdoelstellingen mag worden verwacht. Relatie beoordelingskader Nota van uitgangspunten Lopende het proces van planvorming, ontwikkeling, realisatie en beheer van het bedrijventerrein zullen diverse producten tot stand komen. Het beoordelingskader zal in eerste 317522165 4 instantie worden gebruikt om de besluitvorming over het ruimtelijke plan te ondersteunen maar is daarnaast ook voor de onderbouwing van keuzes ten behoeve van andere fases en producten bedoeld. Te denken valt aan het bestemmingsplan, de ontwikkelings/uitgifte strategie en de vergunningverlening. Met het oog op die andere fases en producten dient het beoordelingskader op onderdelen nader te worden verfijnd. Daarbij kan het beoordelingskader niet alleen achteraf maar ook vooraf worden benut, door bij de uitwerking van de verschillende producten rekening te houden met de ambities die in het beoordelingskader zijn verwoord. Hoofdkeuzes waarop het beoordelingskader van toepassing kan zijn bij de ontwikkeling van een bedrijventerrein: Locatiekeuze (gereed) Ruimtelijk ontwerp (Streekplan) Ruimtelijk ontwerp (Best. Plan) (Her)Ontwikkeling/uitgifte Vergunningverlening Beheer/parkmanagement Opzet beoordelingskader Het voorliggende beoordelingskader is opgesteld aan de hand van de rapportage van Telos, de provinciale Menukaart duurzame bedrijventerreinen, inbreng van bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en overheden en de inbreng van het Projecteninnovatieteam (PIT ). Het accent voor het beoordelingskader ligt voorlopig op de planvorming een doorkijk naar ontwikkeling en beheer is op onderdelen nuttig en noodzakelijk. Vooraf zijn de volgende eisen geformuleerd voor het beoordelingskader: Een eenvoudig beoordelingkader bestaat uit maximaal 5 indicatoren per “duurzaamheids -kapitaal” (economie, ecologie en sociaal-cultureel kapitaal) en 5 voor het proces; Waar relevant is de ambitie gekoppeld aan regionaal, terrein of bedrijfsniveau; Het accent voor het beoordelingskader ligt vooralsnog op de ontwerp-fase. Bij toepassing in ander fasen (ontwikkeling, beheer) zal het kader op onderdelen wijzigen. In het algemeen geldt dat de keuzes in het begin van het proces fundamenteler zijn en dus uit oogpunt van duurzaamheid bepalender zijn dan de keuzes die later in het 317522165 5 proces worden gemaakt. Zo is bijvoorbeeld de keuze voor de locatie wezenlijker dan het al dan niet accommoderen van een bepaald bedrijf; De organisatie van de beoordeling dient per ambitie nader te worden uitgewerkt. Waar nodig en mogelijk zal bij de uitvoering van de beoordeling een link worden gelegd met bestaande informatie/toetsen zoals OEI/RWS, GES/GGD, monitor Havenschap et cetera. Bij de beoordeling kan ook een weging (toekenning van gewichten) van de verschillende elementen van het beoordelingskader aan de orde zijn; Voor de ambities zelf gelden de vragen: Zijn ze voldoende richtinggevend? Zijn ze voldoende uitnodigend en uitdagend? Zijn ze SMART2 met flexibiliteit? Opzet beoordeling Gezien het belang van een integrale benadering voor een duurzame ontwikkeling is op de voorziene beoordelingsmomenten beoordeling van economie, ecologie en sociaal-culturele aspecten aan de orde. Om de beoordeling goed gestalte te kunnen geven is vooraf duidelijkheid nodig over de organisatie en eventuele uitbesteding van – onderdelen van – de beoordeling. Ook is voor alle onderdelen een beschrijving van de nul-situatie aan de orde. In de fase van de voorgenomen ruimtelijke ontwikkeling van Moerdijkse Hoek is vooral het regionale en terreinniveau van belang voor de beschrijving van de nul-situatie. Het is van belang de effecten van de ontwikkeling van Moerdijkse Hoek te kunnen beschouwen in het licht van de aanwezigheid en verdere ontwikkeling van Moerdijk I, de realisatie van de HSL, de mogelijke verbreding van de A16 en wellicht op langere termijn de aanleg van de dedicated spoorlijn voor goederenvervoer Rotterdam-Antwerpen. Op basis van de beschrijving van de nul-situatie kunnen de sterke en zwakke punten worden beschreven die vervolgens kunnen worden vertaald in verbeteringen c.q. aanpassingen van het ruimtelijk ontwerp. In de ontwikkelingssfeer valt te denken aan een saldering van milieueffecten van bijvoorbeeld Moerdijk I en Moerdijkse Hoek binnen de beschikbare wettelijke milieuruimte. Afhankelijk van de aard en omvang van het probleem kunnen prioriteiten worden bepaald en optimale oplossingen worden uitgewerkt. Een dergelijke constructie betekent uiteraard dat er over en weer sprake moet zijn van zeggenschap inzake de ontwikkelingen op Moerdijk I respectievelijk Moerdijkse Hoek. Het doortrekken van de systematiek naar de exploitatie en beheersfase kan betekenen, dat het beoordelingskader de opzet aanreikt voor een jaarlijkse omgevingsmonitor waarbij de resultaten van de monitoring op hun beurt weer input vormen voor verbetervoorstellen. Voorgaande eisen leiden tot een beoordelingskader van beperkte omvang. Dit betekent niet dat andere aspecten niet onderzocht zullen worden. Zo is het in het kader van de merprocedure noodzakelijk alle relevante milieu-aspecten te beschrijven. Wel is het zo dat de waardering van en keuze uit de ontwikkelde alternatieven in eerste instantie plaats zal vinden op basis van de indicatoren zoals die in het beoordelingskader zijn opgenomen. Op deze manier is een overzichtelijke integrale afweging van ecologie, economie en sociaal- 2 SMART = Specifiek, meetbaar, acceptabel, realistisch en tijdgebonden. 317522165 6 maatschappelijke aspecten mogelijk met het oog op de te maken keuzes ten aanzien van het ruimtelijk ontwerp en in later instantie de ontwikkeling, realisatie en het beheer. Voor de ontwerp-fase zijn vooralsnog twee beoordelingsmomenten voorzien. In eerste instantie zullen een aantal ruimtelijke alternatieven globaal worden uitgewerkt. Om een integrale afweging te kunnen maken is het van belang dat ook de economische en sociaalmaatschappelijke aspecten van die globale alternatieven zijn bepaald. Daarbij is het denkbaar dat onderdelen van de ruimtelijke alternatieven sociaal-maatschappelijk of economisch gezien niet onderscheidend zijn. Op basis van een eerste globale integrale beoordeling kunnen de alternatieven worden besproken en concreter worden uitgewerkt. De globale beoordeling zal worden uitgevoerd op basis van parate kennis en informatie. Het spreekt voor zich dat voor de inventarisatie van de ecologische, economische en sociaal-maatschappelijke effecten dezelfde ruimtelijke alternatieven als uitgangspunt zullen worden gehanteerd. Voor zover relevant zullen daarbij ook dezelfde sociaal-maatschappelijke en economische uitgangspunten worden gehanteerd. Na die concretisering kan een tweede uitvoeriger beoordeling plaats vinden, die zijn beslag krijgt in de vorm van het MER en de rapportages over de sociaal-maatschappelijke en economische aspecten van de drie alternatieven en de onderbouwing van het voorkeursalternatief. Het is van belang vast te stellen dat het in eerste instantie gaat om de onderbouwing van een ruimtelijke afweging. Het beschouwen van de sociaalmaatschappelijke en economische aspecten draagt bij aan een betere onderbouwing van die ruimtelijke afweging. De tweede beoordeling zal worden uitgevoerd op basis van zoveel mogelijke feitelijke informatie over de te verwachten effecten. Daartoe zal gebruik gemaakt worden van de informatie uit lopende onderzoeken en de resultaten van de berekeningen aan de hand van enkele modellen (hydrologie, haalbaarheid et cetera). Waar feitelijke informatie niet voor handen is zal een deskundigenoordeel worden gehanteerd als maatstaf. De organisatie van de beoordeling zal in handen zijn van de initiatiefnemer, de provincie, gebruik makend van de informatie van diverse partners en externe deskundigheid op onderdelen. Om verschillende variabelen met elkaar te kunnen vergelijken bestaat de score uit: -- = wanneer de minimale eis volstrekt niet wordt gehaald - = wanneer de minimale eis bijna gehaald wordt 0 = wanneer aan de minimale eis wordt voldaan + = wanneer in beperkte mate aan de ambitie wordt voldaan ++ = wanneer grotendeels of volledig aan de ambitie wordt voldaan De totaalscore biedt een hulpmiddel voor de vergelijking van verschillende alternatieven en keuzemogelijkheden. Het is ook niet meer dan een hulpmiddel. Onderliggende inhoudelijke analyses moeten uitwijzen of de alternatieven of keuzemogelijkheden op alle onderdelen en als totaal aanvaardbaar zijn. Hoewel bij het beoordelingskader het accent ligt op het meetbaar maken van duurzaamheid, dient ook hier te worden benadrukt dat het bij een vernieuwend duurzame ontwikkeling vooral ook gaat om inspiratie. In het Brabant Elan rapport “Land van Later” worden ontmoeting, inspiratie en stimulering genoemd als fases voor gedragsveranderingen die noodzakelijk zijn voor een duurzame ontwikkeling. 317522165 7 Faciliteiten Uit voorgaande mag duidelijk zijn dat beoordeling geen doel op zich is maar bedoeld is als aanzet tot vernieuwend duurzame oplossingen. Beoordeling vormt de aanleiding voor het gesprek over mogelijkheden voor verbetering van ontwerp, ontwikkeling, inrichting en beheer van Moerdijkse Hoek. Het permanent faciliteren van “het gesprek” is en belangrijke waarborg voor vernieuwend duurzame oplossingen. De faciliteiten voor dit gesprek kunnen bestaan uit: Zorgdragen voor goede en betrouwbare informatie; Zorgen voor een juiste setting voor het gesprek (gesprekspartners, gespreksleiding); Inbreng van kennis over maatregelen die kunnen leiden tot verbetering zoals de menukaart, Brabant Elan3 e.d. (zie literatuur); Creëren van ruimte voor experimenten. Gezien het brede maatschappelijke belang van een vernieuwend duurzame ontwikkeling ligt er een verantwoordelijkheid voor het faciliteren van het gesprek bij de overheid. Gezien het eigenbelang ligt voor het bedrijfsleven een medeverantwoordelijkheid in de rede. Betrokkenheid van de omgeving draagt bij aan optimalisering van de mogelijke uitwerkingen. Status beoordeling Vooralsnog heeft het hierna beschreven beoordelingskader geen wettelijke status. De onderdelen mer (wettelijk) en watertoets (bestuurlijke afspraak) hebben wel een formele status. Door het expliciet vast te stellen en ter advisering voor te leggen aan de commissie voor de mer, zal het beoordelingskader in de praktijk gaan werken als een formeel beoordelingskader. Het is dan ook van groot belang de ambities zorgvuldig te bepalen. Het zal duidelijk zijn dat voor alle elementen geldt, dat de wettelijke normen de ondergrens van de ambities bepalen. Voor de overige elementen lijkt het in het algemeen niet wenselijk harde kwantitatieve beleidsinhoudelijke eisen te formuleren. Degelijke ambities zijn vaak snel achterhaald, inflexibel en nodigen niet uit tot vernieuwing. De inhoudelijke ambities zullen dan ook vooral het karakter krijgen van “streefbeeld”. Op onderdelen – bijvoorbeeld gezondsheidsrisico – kan het politiek-bestuurlijk wenselijk zijn wel concrete ambities te benoemen. Uit de ervaringen van Telos en PIT is af te leiden dat het wel wenselijk kan zijn om qua proces of organisatie enkele zaken expliciet vast te leggen zoals: Er komt een beheersorganisatie van, voor en door bedrijfsleven en overheid die zorg draagt voor het parkmanagement op bedrijventerrein Moerdijkse Hoek; Nieuwvestigers zijn verplicht deel te nemen aan die beheersorganisatie (selectie aan de poort). 3 In het kader van Brabant Elan zijn rapporten verschenen over duurzame ontwikkeling ten aanzien van sociaalculturele aspecten, landbouw en voeden, wonen in Brabant, beleidsontwikkelingen en communicatie, samenleving en informele zorg en duurzame financiering. 317522165 8 Beoordelingskader vernieuwend duurzaam Moerdijkse Hoek De volgende elementen bepalen het vernieuwend duurzame karakter van Moerdijkse Hoek Planet (ecologisch kapitaal, H. Wassenberg) Energie Efficiënte benutting van energie bij de realisatie van het bedrijventerrein, in de bedrijfsvoering van de bedrijven en het beheer en onderhoud van het terrein. De efficiëntie wordt bevorderd door beperking van het energiegebruik en gebruik van duurzame energiebronnen. Beoordeling vindt plaats op basis van een energie-analyse van de ruimtelijke alternatieven en jaarlijkse rapportages (energieboekhouding) van bedrijven. Water(systeem) Qua water is het doel gericht op voorkoming van negatieve invloed op het watersysteem in de regio en beperking van de invloed op het watersysteem op het terrein. Onder het watersysteem wordt verstaan: de waterkringloop, grond- en oppervlaktewaterpeilen,waterberging , kwaliteit van oppervlaktewater en waterbodems, veiligheid (overstromingsrisico). Realisatie van een waterketenbedrijf is een belangrijke randvoorwaarde. Beoordeling vindt plaats op basis van vergelijking van de ruimtelijke alternatieven aan de hand van een hydrologisch model. Grond-, hulp- en afvalstoffen Bij de grond- hulp- en afvalstoffen staat de cyclische benadering centraal. Het gaat om beperking van gebruik van niet hernieuwbare grondstoffen en maximaal hergebruik. De benadering leidt tot minimale emissies en is een opstap naar absolute ontkoppeling van economische groei en milieudruk. Beoordeling vindt plaats aan de hand van een vergelijking van de ruimtelijke alternatieven en regelmatige analyse van bedrijfsprocessen op de mogelijkheden voor verbetering ook in combinatie met symbiose op terreinniveau. Ruimtegebruik en landschappelijke inpassing (deelverantwoordelijkheid A. Fortgens) Bij het ruimtegebruik ligt het accent op de functie(s) die het bedrijventerrein vervult, met het uitgangspunt dat de duurzaamheid toeneemt met het aantal functies dat het terrein voor de omgeving vervuld. De ruimtelijke alternatieven kunnen eenvoudig beoordeeld worden op dit punt. Daarnaast wordt intensief ruimtegebruik gestimuleerd via de floorspace-index. Op terreinniveau is het van belang bij het ruimtelijk ontwerp de bruto-netto verhouding te bewaken. Voor de landschappelijke inpassing van het terrein en de bedrijven is hoogwaardige architectuur van belang, te waarborgen door (begeleiding van) een zorgvuldige keuze van architecten. Natuurwaarden (deelverantwoordelijkheid A. Fortgens) De soortenrijkdom kan wordt vergroot door uitbreiding van de natuur (oppervlakte potentieel habitat voor de kwetsbare soorten) met 200 ha (rood voor groen). 317522165 9 People (sociaal cultureel kapitaal, A. van Weerden) Gezondheidsbelasting Door verplaatsing van milieuhinderlijke bedrijven, dient de gezondheidsbelasting in WestBrabant met de ontwikkeling van Moerdijkse Hoek af te nemen, terwijl de gezondheidsbelasting in de directe omgeving van Moerdijkse Hoek niet mag verslechteren. De gezondheidsbelasting voor de verschillende elementen licht, geur, geluid, luchtverontreiniging, stof, externe veiligheid et cetera. wordt bepaald op basis van een gezondheids-effectscreening (GES). Daarbij zal aandacht zijn voor eventuele cummulatie van gezondheidsbelasting en mogelijke domino-effecten op het gebied van externe veiligheid Voorzieningen en sociale cohesie Qua voorzieningen dient Moerdijkse Hoek een bijdrage te leveren aan de structuur in de directe en wijdere omgeving van het terrein. Van individuele bedrijven wordt op dit punt maatschappelijke verantwoord ondernemerschap verwacht, onder andere door stimulering van sociale (o.a verenigings) structuren in de kernen in de omgeving van het bedrijventerrein. Kwaliteit van de leefomgeving De kwaliteit van de leefomgeving wordt door tal van factoren bepaald, waaronder gezondheid, voorzieningen en sociaal cohesie. Specifiek bij dit punt dient het bedrijventerrein bij te dragen door realisatie van .. ha recreatiegebied (relatie met natuur), .. km recreatieve routestructuren en behoud van goede verbindingen voor langzaam en snelverkeer tussen de kernen van de gemeente Moerdijk. Beoordeling kan plaatsvinden op basis van de ruimtelijke alternatieven. Cultuurhistorische waarden Centraal staat het uitgangspunt van behoud en herstel (m.n. dijkstructuren) van de cultuurhistorische waarden op het bedrijfsterrein in het licht van de betekenis van die waarden voor de regio. Beoordeling kan plaatsvinden op basis van een vergelijking van de ruimtelijke alternatieven en de reeds uitgevoerde inventarisatie. Lopende het proces zullen nadere met name archeologische onderzoeken dienen te worden verricht. Profit (economisch kapitaal, B. Doedens) Versterking van de economie (kwantitatief) Het bedrijf dient bij te dragen aan versterking van de regionale economie door een substantieel deel (tot 40%) van de bedrijvigheid van buiten de regio aan te trekken. Een en ander is te beoordelen aan de hand van de bedrijfsvestiging, de daarbij gehanteerde voorwaarden en eventuele herijking van behoefte-onderzoek. Versterking van de economie (kwalitatief) Het bedrijf dient bij te dragen aan versterking van de regionale economie door bedrijven aan te trekken die in potentie veel relaties hebben of opbouwen met andere bedrijven in de regio. Een en ander is globaal te toetsen bij de vestiging van bedrijven. Versterking van de werkgelegenheid Het bedrijventerrein dient minimaal 7000 directe en 3600 indirecte arbeidsplaatsen te genereren waarvan een substantieel deel (tot 40%) nieuwe arbeidsplaatsen voor de regio 317522165 10 dienen te zijn. Een en ander is indicatief te bepalen op grond van de ruimtelijke alternatieven (profiel), bij de vestiging van bedrijven (werknemers per ha) en vervolgens te monitoren. Voldoende ruimte van voldoende kwaliteit Dit is de hoofddoelstelling voor ontwikkeling van het terrein, die eenvoudig gewaarborgd kan worden via de ruimtelijke alternatieven. Vastgesteld dient te worden of voldoende ruimte, voldoende grote kavels, een juiste segmentering en infrastructuur worden gerealiseerd, die passen bij de beoogde bedrijfstypen. Bereikbaarheid en multimodaliteit Een goede ontsluiting van het bedrijventerrein is een regionale verantwoordelijkheid. Het waarborgen van de bereikbaarheid van de regio is een rijksverantwoordelijkheid, die kan worden vertaald in het niet laten toenemen van de congestie in de regio. Op basis van verkeersmodellen (vervolg DHV-studie) kan de congestievorming bij verschillende scenario’s worden geraamd De multimodaliteit is een wezenlijk kenmerk van de duurzaamheid van het terrein en de locatie Moerdijkse Hoek. Lopende het planproces dienen de mogelijkheden voor een multimodale ontsluiting open te blijven c.q. successievelijk te worden benut. Financiële haalbaarheid In toetsing van de financiële haalbaarheid is reeds voorzien. Het ligt voor de hand dat dit lopende het proces regelmatig gebeurt, bijvoorbeeld gekoppeld aan de te ontwikkelen ruimtelijke alternatieven. Doelen zijn een marktconforme grondprijs en een aanvaardbaar saldo bij de ontwikkeling van het bedrijventerrein. Dit kan ook beteken dat overheden een investering van ?? EURO plegen in de onrendabele top van het terrein, omdat daarmee maatschappelijke vraagstukken (milieuhinder) elders kunnen worden opgelost. Proces (A. Visser) Betrokkenheid van belanghebbenden Een stakeholder-analyse kan in beeld brengen welke stakeholders er zijn, wat hun belangen zijn en hoe ze bij het proces betrokken zijn. Een dergelijke analyse kan regelmatig intern worden gemaakt maar omwille van onafhankelijkheid ook extern worden aanbesteed. Communicatie Zie bovenstaande. Via de stakeholder-analyse kan ook worden vastgesteld of de communicatie effectief is in de zin van: - Is de informatie duidelijk - Is het nut van het proces duidelijk - Is sprake van een positieve houding - Is steun zichtbaar merkbaar en is men bereid bij te dragen Cyclische benadering Hét meest wezenlijke element van vernieuwend duurzaam is de cyclische benadering. Bedrijven zullen voortdurend moeten worden uitgedaagd en gestimuleerd om beter te presteren en vernieuwende oplossingen te zoeken. De benadering is zichtbaar te maken in het planproces via de ruimtelijke planvorming, ontwikkeling, uitgifte en vergunningverlening. Voorts kan een beheersorganisatie en jaarlijkse duurzaamheidsrapportage een cyclische benadering stimuleren. 317522165 11 Symbiose In aanvulling op allerlei sectorale technisch optimale oplossingen biedt symbiose mogelijkheden om sprongen voorwaarts te maken op de duurzaamheidsladder. Symbiose kan worden bevorderd door potentiële partners regelmatig bijeen te brengen. Faciliteren van het proces is het sleutelwoord voor de overheid. In het kader van de beoordeling dienen die inspanningen zichtbaar gemaakt te worden. De cyclische benadering op basis van duurzaamheidsrapportages biedt aanknopingspunten. 317522165 12 Toelichting beoordelingskader De kapitalen Voor de beschrijving van de kapitalen is aangesloten bij de definitie van Telos. Vervolgens is een praktische vertaling gemaakt naar de ontwikkeling van een bedrijventerrein. Tot het ecologisch kapitaal rekent Telos: Natuur Bodem Grondwater Oppervlaktewater Lucht Delfstoffen Tot het Tot het economisch kapitaal rekent Telos: Kapitaalgoederen Kennis Infrastructuur Economische structuur sociaal en cultureel kapitaal rekent Telos: Gezondheid en zorgvoorzieningen Solidariteit Consumptie Culturele diversiteit Burgerschap Leefomgeving Onderwijs Arbeid Ecologisch kapitaal Bodem Bij de bespreking van dit thema met diverse betrokkenen is geconcludeerd dat op het gebied van bodem veel bereikt kan worden door te voldoen aan de wettelijke vereisten. Het belangrijkste aandachtspunt voor de bodemaspecten betreft de wijze van bouwen. Wordt het bouwen op palen, integraal ophogen, werken met drijvende systemen of een combinatie daarvan. Ondergronds bouwen lijkt uit oogpunt van draagkracht van de bodem en beperking van ingrepen in het hydrologisch systeem niet wenselijk. Voor de uitwerking van het ruimtelijk ontwerp is het van belang inzicht te hebben in mogelijke diffusie verontreiniging/ bodemkwaliteit en de draagkracht van de bodem. Energie Het aspect energie is vooral van belang in de fase van ingebruikname van het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek. Echter ook bij het ontwerp en de realisatie van het bedrijventerrein kan rekening worden gehouden met het energievraagstuk in de vorm van: Beperking van energieverbruik door energie-efficiënt ontwerp, (Her)gebruik van energie-efficiënte materialen Reservering van ruimte voor productie van duurzame energie Reservering van ruimte voor toepassing van energieketens (cascade) 317522165 13 Voor het bedrijventerrein zal het lastig zijn voor voorgaande indicatoren normen te bepalen danwel een vergelijking met andere bedrijven te maken. In het kader van de duurzame ontwikkeling is het van belang richting te geven. Normen kunnen dan behulpzaam zijn maar ook leiden tot het blijven steken in sectorale sub-optimale oplossingen.Daar waar geen normen zijn opgenomen zal beoordeling plaatsvinden op grond van: De onderlinge vergelijking van de ruimtelijke alternatieven; De vergelijking met de actuele stand van de techniek; De vergelijking ten opzichte van het jaar daarvoor (met name vanaf de start van de uitgifte). Voor Moerdijkse Hoek is het van belang keuzes te kunnen onderbouwen in het licht van een vernieuwend duurzame ontwikkeling. De duurzaamheid van de verschillende varianten zal dan ook vooral kunnen blijken uit de onderlinge vergelijking van ruimtelijke varianten, terreinen en bedrijven. Op bedrijfsniveau is voor de meest sectoren een vergelijking mogelijk met branchegenoten. Voor een vernieuwend duurzaam bedrijventerrein is beter scoren dan het landelijk gemiddelde een minimum. Een plaats in de top 10 past beter bij de ambities. Naast de hiervoor genoemde indicatoren kan gebruik gemaakt worden van EPL (EnergiePrestatie op Locatie), OEI (Optimale EnergieInfrastructuur) en de mate van toepassing van DE (duurzame energie) als indicatoren voor de duurzaamheid van de energiehuishouding van het bedrijventerrein. De EPL drukt de bijdrage van een gebied uit aan de CO2 –reductie. Het is een rekenmethode die resulteert in een score van 1 tot 10 (6 is conventioneel) die echter vooralsnog allen op gebouwgerelateerd energieverbruik van toepassing is. Vooralsnog is de combinatie met OEI en DE dus wenselijk. Water Ingegeven door de toenemende kans op wateroverlast enerzijds en het besef van de schaarste van water van goede kwaliteit anderzijds is bij het waterbeleid in toenemende mate aandacht voor de watersysteembenadering. Uitgangspunt is dat natuurlijke grond- en oppervlaktewatersystemen zo weinig mogelijk beïnvloed worden. Verder is van belang de relaties tussen watersysteem, waterketen en veiligheid. Deze benadering staat ook centraal bij de uitwerking van het wateraspect in het beoordelingskader voor een vernieuwend duurzaam Moerdijkse Hoek. Naast de inrichting van het bedrijventerrein zelf is vooral ook de gebruiksfunctie van water van belang voor de invloed van een bedrijventerrein op het watersysteem. De hoofddoelstelling voor de wateraspecten van Moerdijkse Hoek luidt: voorkomen van negatieve beïnvloeding van het watersysteem. Bij de beoordeling van die beïnvloeding wordt gekeken naar drie deelaspecten, te weten: Watersysteem; (samenhangend geheel van grond- en oppervlaktewater inclusief kwelen infiltratie, kwaliteit, kwantiteit) Waterketen (omvat zowel (drink)waterwinning, (drink)waterproductie, (drink)watertransport en (drink)watergebruik als afvalwaterinzameling, afvalwatertransport en afvalwaterzuivering.) Veiligheid (overstromingsrisico en wateroverlast). 317522165 14 Voorkoming van negatieve effecten op het watersysteem is het uitgangspunt. Omdat de uitgangssituatie van de voorgenomen locatie geen natuurlijke is (gebied met een kunstmatig gehandhaafd polderpeil) bestaat de kans dat op onderdelen mogelijk een positieve beïnvloeding van het watersysteem optreedt. Bij de verdere uitwerking van de beoordelingscriteria is onderscheid te maken naar regio-, terrein- en bedrijfsniveau. Het accent ligt daarbij vooralsnog op het bepalen van de effecten aan de hand van het (op te stellen) ontwerp. De genoemde aspecten vragen ook aandacht in de volgende fases bij de realisatie, ontwikkeling en het beheer. Daar is monitoring aan de orde om te kunnen bepalen of de berekende effecten ook daadwerkelijk optreden. Een en ander leidt tot de volgende uitwerking: Thema/indicator Hoofddoelstelling betreft voorkomen negatieve beïnvloeding van het watersysteem Regio Min: Voorkomen van negatieve beïnvloeding van het watersysteem in de omgeving van het bedrijventerrein. Max: Waar mogelijk een positieve bijdrage aan het watersysteem in de omgeving. Terrein Bedrijf Min: Beperking van negatieve Min: Beperking van effecten op het watersysteem negatieve effecten op het ter plaatse door aanleg en watersysteem ter plaatse gebruik van het door bedrijfsactiviteiten. bedrijventerrein en Max.: Waar mogelijk een voorkomen van negatieve positieve bijdrage aan het beïnvloeding daarbuiten. watersysteem op het Max: Waar mogelijk een terreinniveau en directe positieve bijdrage aan het omgeving. watersysteem op terreinniveau en directe omgeving. Bovenstaande kan worden bereikt op basis van de onderstaande uitwerking in specifieke doelstellingen. Watersysteem Regio Terrein Bedrijf Algemeen Nulmeting: Opstellen Nulmeting: Zie hiernaast Nulmeting: Zie hiernaast Waterbalans: van waterbalans voor Min: Waterhuishoud-kundige Min: Waterhuishoud- Aan- en afvoer; huidig gebied op basis ingrepen mogen geen kundige ingrepen mogen - Neerslag en van bestaande gegevens. belasting vormen voor geen belasting vormen voor verdamping; (Ws, prov, IGG TNO) omgeving. (Waterpeilen omgeving. (b.v. niet Onttrekkingen aan Min: Waterhuishoudafstemmen op functie ondergronds bouwen) grond- en oppervlakte kundige ingrepen mogen bedrijventerrein) Max: Waterhuishoudsysteem; geen belasting vormen Max: Waterhuishoudkundige ingrepen Kwel en infiltratie; voor omgeving. kundige ingrepen versterken versterken Grond- en oppervlakte- Max: Waterhuishoudomgevings-functies. (Terrein omgevingsfuncties. water peilen; kundige ingrepen zondanig inrichten dat hogere (b.v. voor minder - Enz. versterken omgevingswaterpeilen mogelijk zijn). kwetsbare functies functies. Maatregel: norm hoeveelheid alternatieve bestemming Organisatie: Bepalen op gespuid water op Hollands zoeken zoals parkeren op basis van te ontwikkelen Diep lagere plekken realiseren) model (prov Ws) Organisatie: Zie hiernaast Organisatie: Zie hiernaast Kwaliteit grond- en oppervlaktewater (Pm waterbodems later aan bod bij monitoring ??, wel eventuele saneringsituaties inventariseren) Nulmeting: Bestaande gegevens water(bodem)kwaliteit (Ws)?? Min: Geen negatieve invloed op waterkwaliteit in de omgeving. (MTRwaarde handhaven) Max: Positieve invloed op waterkwaliteit in de omgeving. Organisatie: Berekening vuiluitworp a.h.v. ontwerp 317522165 Nulmeting: Bestaande gegevens water (bodem)kwaliteit (Ws)?? Specifieke meting (te behouden) aquatische ecologie op basis van natuurinventarisatie Min: Geen negatieve invloed op waterkwaliteit terrein. (MTR-waarde handhaven) Max: Positieve invloed op waterkwaliteit terrein. Maatregel: Frequentie overstort riool “0”. 15 Nulmeting: N.v.t. Min: Geen negatieve invloed op waterkwaliteit terrein. (MTR-waarde handhaven), beperking afvalwater Max: Positieve invloed op waterkwaliteit terrein. Organisatie: Bepalen a.h.v. vergunningaanvraag Organisatie: Berekening vuiluitworp a.h.v. ontwerp Waterketen Regio Terrein Nulmeting: opstellen Nulmeting: Onttrekking overzicht van alle grondwater nu vrijwel nihil onderdelen van de keten (prov) ((drink) waterwinning, Min: Waterbezwaar bij (drink) waterproductie, ontwikkeling terrein, (drink) watertransport, infrastructuur en gebouwen: (drink) watergebruik, Toepassing alternatieve afvalwater inzameling, bouwtechnieken c.q. afvalwatertransport en retourbemalingen. afvalwaterzuivering.) Gebruik grondwater alleen Waterbezwaar: het Min: Collectieve wanneer drinkwater-kwaliteit tijdelijk verlagen van de industriewaterlevering is vereist op grond van freatische grondwater- via tweede net en regelgeving en geen stand voor het kunnen inzameling en zuivering alternatief voor beschikbaar. uitvoeren van van afvalwater. Maximale inzet van bouwactiviteiten. Organisatie: regenwater en Waterketen-bedrijf industriewaterhergebruik en beheert alle water beperking afvalwater. gerelateerde utilities. Max: Geen onttrekking van Verhoging van grondwater, gesloten duurzaamheid en waterkringloop. kostenbesparing. Maatregel: Er is vooralsnog voldoende capaciteit voor industriewater afkomstig uit de Biesbosch. Organisatie: Beoordelingbij vergunningsprocedure aanleg terrein op basis van draagkracht watersysteem (prov) Veiligheid Regio Terrein Waterberging Nulmeting: zie hiernaast Nulmeting: Huidige Min: Voldoende waterberging c.q invloed op waterberging om extra omgeving, modelberekening belasting van omgeving (prov) bij calamiteiten te Min: Voldoende waterberging voorkomen. t.b.v.een aanvaardbaar Max: overstromingsrisico Overdimensionering Max: Overdimensionering berging vanwege ligging berging vanwege ligging aan aan eind van eind van afwateringsafwateringsstroomgebied?? stroomgebied?? Maatregelen: Norm >60 % Organisatie: zie afgekoppeld verhard hiernaast oppervlak, norm wateroverlast??, norm waterberging 10-15% opp. Organisatie:Modelberekening a.h.v. ontwerp (prov) Waterkeringen Nulmeting: Huidige Nulmeting: Zie hiernaast veiligheid primaire en Min: andere waterkeringen Max: (Ws) Organisatie: Min: Geen negatieve invloed op de waterkeringen (onderscheid primair en andere?) 317522165 16 Bedrijf Nulmeting: Min: Beperking van onttrekking van grondwater door maximale inzet van regenwater en industriewaterhergebruik. (vgl. met branchecijfers onttrekking/hergebruik/ afvalwater) Max: Geen onttrekking grondwater, gesloten waterkringloop individueel of gezamenlijk via matching en cascadering Organisatie: Beoordelingbij vergunningsprocedure bedrijven. (Uitzondering vergunningplicht hoeveelheid grondwater < 10 m3 /uur, niet gelegen in functiegebied en of onttrekkingput niet dieper dan 30 meter minus maaiveld) Bedrijf Nulmeting: N.v.t. Min: N.v.t. Max: N.v.t. Waterberging per bedrijf zinvol?? Wel kwaliteit afstromend hemelwater (afhankelijk van inrichting, onderhoud en beheer) Organisatie: N.v.t. Nulmeting: Zie hiernaast Min: Max: Organisatie: Max: Bijdrage aan verhoging veiligheid primaire en ander waterkeringen Organisatie: Effecten bepalen aan de hand van ontwerp (??) Grond- en hulpstoffen Voor het gebruik van grond- en hulpstoffen kan de methode van ‘duurzaam bouwen’ gelden als basis. Daar bovenop is het lastig om hanteerbare kwantitatieve normen te formuleren. Vernieuwend duurzaam kan dan bestaan uit onderlinge vergelijking van de verschillende ontwerp-alternatieven en vergelijking van bedrijven binnen de verschillende sectoren, voor zover daarover informatie beschikbaar is. Kennisuitwisseling en samenwerking in de vorm van parkmanagement kunnen bijdragen aan continue verbetering op dit punt. Ruimtegebruik en landschappelijke inpassing Belangrijke keuzes uit oogpunt van duurzaamheid betreffen de in het streekplan gemaakte keuze voor concentratie en de keuze van de locatie. Het beoordelingskader is voor deze keuzes niet meer relevant omdat ze reeds gemaakt zijn. Voor de uiteindelijke beoordeling van de wenselijkheid, aanvaardbaarheid en duurzaamheid van de realisatie van het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek is het wel van belang deze aspecten in beschouwing te nemen. Bij de verder uitwerking van het ontwerp is de gedachte dat de duurzaamheid toeneemt naarmate het bedrijventerrein meer functionele en landschappelijke relatie heeft met zijn omgeving. Voor de functionele relaties geldt eenvoudig het uitgangspunt hoe meer relaties des te duurzamer het terrein. In aanvulling op voorgaande kan de duurzaamheid op terreinniveau getoetst worden aan de hand van: Toepassing van de lagenbenadering, met daarbinnen specifiek aandacht voor water als ordenend principe; Functionele verkaveling; Mogelijkheden voor symbiose; (Gemeenschappelijk) gebruik van strategische restruimte. Voor de landschappelijke relatie is de meest wezenlijk keuze voortbouwen op bestaande structuren of een geheel nieuwe structuur creëren. De keuze komt via de toepassing van de lagenbenadering in beeld. Vanuit cultuurhistorisch oogpunt is er een voorkeur om uit te gaan van de bestaande dijkenstructuur en deze te gebruiken als grondlegger voor het bedrijventerrein en de relatie met de omgeving. Op terreinniveau gaat het om de relatie met de directe omgeving. Op regionaal niveau gaat het meer om de plaats van Moerdijkse Hoek in de regionale ruimtelijke structuur. Daarbij past de waardering van de locatiekeuze maar ook de verdere concretisering van de positie van Moerdijkse Hoek. Komen het concentratiemodel en het profiel daadwerkelijk tot hun recht. 317522165 17 Bij de uitwerking van het bedrijfsniveau zijn de belangrijkste ruimtelijk keuzes reeds gemaakt. De duurzaamheid wordt dan in belangrijke mate bepaald door de kwaliteit van de architectuur en de intensiteit van het ruimtegebruik. Op beperkte schaal is wellicht ruimte voor meervoudige functie, bijvoorbeeld door een ecologische inrichting van de bedrijfslocatie. De intensiteit van het ruimtegebruik kan ook worden verhoogd door de ruimte meer uren per dag te gebruiken voor dezelfde of een andere functie. Mogelijkheden voor verdere intensivering van het ruimtegebruik in de toekomst ontstaan door gebruik te maken van flexibele bedrijfsruimte. Natuurwaarden/soortenrijkdom Bij de beoordeling van de natuurwaarden ligt het accent op oppervlakte natuur en voorkomen van soorten. De eerste indicator is vooral opgenomen als waarborg voor de meetbare aandacht voor natuur in het ruimtelijk plan. De tweede indicator is vergaander, veelomvattender maar ook lastiger te vatten in maatregel-effectrelaties. Onder de vlag van soortenrijkdom dient aandacht besteed te worden aan de mate waarin de ver-thema’s4 het voorkomen of verdwijnen van bepaalde soorten aannemelijk maken. De huidige situatie qua soortenrijkdom is / wordt in 2002 en 2003 geïnventariseerd. De effectrelaties kunnen via het MER in beeld gebracht worden. Monitoring is van belang om te bezien welke effecten daadwerkelijk ontstaan. Sociaal-cultureel kapitaal (mens) Gezondheid In de discussie over de gezondheid is door meerdere gedeputeerden aangegeven dat de gezondheidsbelasting in de omgeving van Moerdijkse Hoek niet mag toenemen. Uiteraard zijn er wettelijke normen die grenzen stellen aan die belasting in de vorm van: licht geur, stof luchtverontreiniging, geluid veiligheidsrisico’s. Daarnaast is door de GGD een methode ontwikkeld om de cumulatieve gezondheidsbelasting te bepalen. In de directe omgeving van Moerdijkse Hoek zal de impact van het bedrijventerrein onmiskenbaar zijn. Het voorkomen van toename van de gezondheidsbelasting is dan ook een ambitieuze doelstelling die tegelijkertijd politiek/bestuurlijk als minimaal wordt beschouwd. Met het ontwerp kan toename van de belasting zoveel mogelijk worden beperkt. Winst kan worden bereikt wanneer ten opzichte van de bestaande situatie verbeteringen worden gerealiseerd bijvoorbeeld in de vorm van een reductie van de geluidbelasting vanuit Moerdijk I of een beperking van gevaarlijke transporten langs de kern Moerdijk via omlegging van de goederenspoorlijn. 4 De belangrijkste ver-thema’s zijn verstoring, vermesting, verspreiding, verzuring, verdroging, versnippering 317522165 18 De gezondheidsbelasting geen directe informatie over de daadwerkelijk gezondheid. De methode van de GGD is erop gericht om ontwerpen zodanig te verbeteren dat de gezondheidsbelasting minimaal toeneemt en waar mogelijk afneemt. In aanvulling daarop is het van belang bij de relatie en ingebruikname van het bedrijventerrein de gezondheidssituatie te monitoren en bij opvallende resultaten te onderzoeken of een relatie bestaat met het bedrijventerrein. Op regionale schaal liggen de ambities hoger en zijn ze gericht op een afname van de gezondheidsbelasting. Dit sluit logisch aan op de aanleiding voor de realisatie van Moerdijkse Hoek. Het gaat in belangrijke mate om hervestiging van Brabantse bedrijven die op de huidige locatie geen ontwikkelingsmogelijkheden hebben. Bij verplaatsing kan op de oude locatie een verlaging van de gezondheidsbelasting ontstaan terwijl op de nieuwe locatie een minder dan evenredige toename kan ontstaan door vernieuwing van het productieproces, grotere afstand tot woonkernen et cetera. Op bedrijfsniveau gaat het vooral om de gezondheid en veiligheid van de medewerkers. Ook op dat terrein zou Moerdijkse Hoek een voorbeeldfunctie moeten vervullen. Voorzieningen Een ‘goed voorzieningenniveau’ is arbitrair. Voor tal van voorzieningen zijn normen te bepalen. Voor het beoordelingskader is uitgegaan van de behoefte aan voorzieningen zoals die vanuit de regio wordt aangegeven in de op te stellen dorpenplannen. Een minimale doelstelling is dat met de realisatie van het bedrijventerrein een verbetering van de voorzieningen ontstaat ten opzichte van de huidige situatie. Als ambitie kan worden geformuleerd dat de in het dorpenplan als reële behoefte aangeduide voorzieningen ook daadwerkelijk worden gerealiseerd. Bij de inventarisatie van voorzieningen valt te denken aan: Onderwijsvoorzieningen Sociaal-culturele voorzieningen (dorpshuis, bibliotheek, schouwburg etc.) Kinderopvang Groen en speelvoorzieningen Gezondheidszorg Zorgvoorzieningen Detailhandel Sportvoorzieningen Diensten Openbaar vervoer Overheidsvoorzieningen Bedrijvigheid Woningen Vooral in de kleinere kernen nabij het toekomstige bedrijventerrein is sprake van een teruglopend voorzieningenniveau. Het bedrijventerrein kan direct en indirect een positie bijdrage leveren aan instandhouding en versterking van het voorzieningenniveau. Nieuwe bewoners en werknemers kunnen het draagvlak vergroten. Bovendien brengt het bedrijventerrein inherent allerlei voorzieningen met zich mee die, afhankelijk van aard en locatie - in meer of mindere mate ook gebruikt kunnen worden door de bewoners uit de omliggende dorpen. 317522165 19 In het bestuursakkoord van de provincie Noord-Brabant wordt bovendien gesproken van een vorm van compensatie. Het is denkbaar dat bewoners in de dorpenplannen aangeven aan welke voorzieningen behoefte is. Vervolgens kunnen de markt en overheidspartijen die het bedrijventerrein ontwikkelen bezien op welke wijze de ze voorzieningen ondersteund kunnen worden. Voor het bedrijventerrein zelf geldt dat een aantal voorzieningen op basis van normgetallen kan worden bepaald. In aanvulling daarop kan in overleg met werknemers en werkgevers een voorstel uitgewerkt worden voor voorzieningen die van Moerdijkse Hoek een bijzonder aantrekkelijke werkplek kunnen maken. Sociale cohesie Sociale cohesie is opgebouwd uit sociale structuur, onderling contact, verenigingen, vrijwilligers, activiteiten, saamhorigheidsgevoel (Scenario Moerdijk 2020). Door te investeren in deze elementen kan een bijdrage geleverd worden aan behoud en versterking van de sociale cohesie. De investeringen laten zich vrijwel niet vertalen in een ruimtelijk ontwerp maar kunnen vertaald worden in flankerende maatregelen vanuit de overheid over ‘maatschappelijk verantwoord ondernemen’ (b.v. via sponsoring) door bedrijven. Kwaliteit leefomgeving In de Leefbaarheidsmonitor voor de gemeente Moerdijk worden de volgende aspecten voor leefbaarheid genoemd: Tevredenheid met basisvoorzieningen Tevredenheid met de woning Sociaal-economische samenstelling van de bevolking Bijzondere activiteiten (horeca, drugs et cetera) Criminaliteit Veiligheidsbeleving Verkeersoverlast/veiligheid Algemeen ontevredenheidsgevoel Ook hiervoor geldt, dat de monitor in het kader van het scenario Moerdijk 2020 of een vervolg in de vorm van de dorpenplannen informatie geeft die zou kunnen dienen als nulmeting. Uitgaande van de verschillende elementen kunnen in het ruimtelijk ontwerp of in de vorm van andere maatregelen verbetervoorstellen worden opgenomen. Aan de verbetervoorstellen kan een eenvoudige score worden verbonden om een beeld te krijgen van de bijdrage van het ontwerp aan voorzieningen, sociale cohesie en leefomgeving. Na realisatie en ingebruikname van Moerdijkse Hoek zou een nieuwe monitor een beeld kunnen geven van de leefbaarheid. De kwaliteit van de leefomgeving laat zich – naast de ruimtereservering voor concrete voorzieningen - vertalen in een goed ontwerp en een goede inpassing van het bedrijventerrein. Zo is een goed ontwerp van de wegenstructuur (duurzaam veilig) zeer bepalend voor de oerlast die wordt ervaren. Evenals voor de voorgaande aspecten van leefbaarheid geldt dat het niet allen bepaald wordt door de normgetallen. Het gaat erom de bewoners, werkgevers, werknemers en andere 317522165 20 gebruikers te betrekken bij de vormgeving van de leefomgeving. Interactief maatwerk is in dit geval een belangrijk kenmerk van kwaliteit. In het kader van Brabant Elan is in de rapportage “Wonen in Brabant” een inspirerende beschrijving gegeven van zeer uiteenlopende toekomstige woonvormen. De beschrijving kan dienen als inspiratiebron voor het ontwerp van de leefomgeving op en rond Moerdijkse Hoek. Economisch kapitaal Structurele versterking economie De versterking van de economie is op verschillende manieren in kengetallen uit te drukken. De omvang van de productie uitgedrukt in EURO biedt een aardige indicatie. Aan de hand van de herkomst van de bedrijven verplaatsing binnen de regio/inplaatsing van buiten is aan te geven of sprake is van een versterking of een vervanging. Ook bij verplaatsing kan nog sprake zijn van een versterking wanneer de verplaatsing leidt tot een aanmerkelijke groei van het betreffende bedrijf. Gezien de doelen van Moerdijkse Hoek zal bij verplaatsingbelangrijke winst vooral op het vlak van milieu en leefbaarheid gerealiseerd worden. De kwalitatieve invulling is een stuk lastiger omdat er geen ideaalbeeld bestaat van een regionale West-Brabantse economie. Eenvoudig meetbaar en relevant is het aantal nieuwe samenwerkings/ zakelijke relaties dat een vestiging op Moerdijkse Hoek met zich mee brengt. Versterking werkgelegenheid Het ligt voor de hand dat met de realisatie van Moerdijkse Hoek zoveel mogelijk arbeidsplaatsen dienen te worden gerealiseerd. Op terreinniveau is het nuttig om hieraan een concreet streefgetal op te hangen. Op bedrijfsniveau is dit – gezien de grote verschillen – niet. Een arbeidsbezetting per hectare voor het terrein geeft echter ook een prima indicatie bij vestiging van nieuwe bedrijven. Voldoende ruimte van gewenste kwaliteit Dit is niet zozeer een duurzaamheidseis alswel een concretisering van het voornemen om te voorzien in de behoefte aan bedrijventerreinen zoals die in de Buck-studie is bepaalt. Goede bereikbaarheid De duurzaamheid van verkeer en vervoer is in grote lijnen te vatten in drie aspecten, te weten: Bereikbaarheid Energie-efficiency Leefbaarheid (veiligheid en isolement) Verkeer en vervoer is verspreid in het beoordelingskader opgenomen bij de onderdelen ecologie, economie en sociaal-cultureel kapitaal. Voor bereikbaarheid lijkt congestievorming een concrete en meetbare indicator. Aan de hand van de verwachte inrichting van het bedrijventerrein kunnen vervoersstromen en vervolgens 317522165 21 het ontstaan van congestie berekend worden. Bij congestievorming kan vervolgens aan de vervoerstromen en/of aan de infrastructuur gesleuteld worden om de prestatie op dit punt te verbeteren. Stimulering van buizentransport kan bijvoorbeeld het aantal vrachtautobewegingen doen afnemen et cetera. Aan de hand van de verwachte vervoersstromen kan ook een berekening van het energieverbruik worden bepaald. Stimulering van een verschuiving naar meer milieuvriendelijke vormen van transport (collectief vervoer, transport per spoor of over water) kan bijdragen aan een betere energieprestatie. Uiteraard zullen economische en sociaalculturele aspecten mee bepalen of echt sprak is van duurzame oplossingen. Leefbaarheid is opgeknipt in veiligheid en isolement. Voor veiligheid sorteren de opeenvolgende pakketten ‘duurzaam veilig’ veel succes. Voor het ontwerp van Moerdijkse Hoek is een stap verder mogelijk door te streven naar zoveel mogelijk gebruik van veilige vervoersvormen, bijvoorbeeld aan de hand van de berekende vervoersstromen en de gangbare ongevallencijfers per vervoersvorm. Een ander aspect van veiligheid is de sociale veiligheid die vooral bepaald wordt door de inrichting van het terrein en de infrastructuur en veiligheidsmaatregelen in het (collectieve) vervoer. Uit oogpunt van isolement is het van belang dat de verbindingen tussen de kernen in de gemeente Moerdijk voor langzaam en snel verkeer niet slechter en waar mogelijk beter worden. Financiële haalbaarheid Geen nadere toelichting. Regelmatige beoordeling van de financiële haalbaarheid is een regulier onderdeel van de voorbereiding van realisatie van een bedrijventerrein. Proces Door het Milieu-Overleg Lagere Overheden van de provincie Noord-Brabant is een “Processchema duurzame ontwikkeling op nieuwe bedrijventerreinen” opgesteld. Het processchema bevat vele praktische tips voor de verschillende fasen van ontwikkeling van een duurzaam bedrijventerrein. De belangrijkste elementen komen terug in het beoordelingskader. Betrokkenheid belanghebbenden De ontwikkeling van het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek heeft hoed dan ook een belangrijke impact op de omgeving. Bovendien zijn onder de vlag van ‘vernieuwend duurzaam’ hoge ambities geformuleerd voor het bedrijventerrein en heeft het terrein belangrijke relaties met de ontwikkeling van bedrijventerreinen elders in West-Brabant. De provincie zal die ambities niet alleen kunnen realiseren en zal dus alle belanghebbenden een passende – per persoon/organisatie verschillende - plek moeten bieden om gebruik te kunnen maken van de kracht en ontwikkelingsmogelijkheden van de betrokkenen en draagvlak op te bouwen. Communicatie 317522165 22 Het spreekt voor zich dat een heldere communicatie wezenlijk is voor het hiervoor geschetste proces. Cyclische benadering vernieuwend duurzaam Hét meest wezenlijke element van vernieuwend duurzaam is de cyclische benadering. Bedrijven zullen voortdurend moeten worden uitgedaagd en gestimuleerd om beter te presteren en vernieuwende oplossingen te zoeken. Voor zover dat meetbaar is, is de bereidheid om maatschappelijk verantwoord te ondernemen strikt genomen belangrijker dan het duurzaamheidsniveau bij vestiging op Moerdijkse Hoek. De cyclische benadering impliceert ook dat bij de realisatie van het bedrijventerrein ruimte moet zijn voor onvoorziene ontwikkelingen, onder andere door te werken met omkeerbare processen bij bijvoorbeeld uitgifte van de grond en oprichting van gebouwen. Symbiose In aanvulling op allerlei technisch optimale oplossing biedt symbiose mogelijkheden om sprongen voorwaarts te maken op de duurzaamheidsladder. Symbiose kan om uiteenlopende redenen niet opgelegd worden. Het is voor de kunst om bedrijven voortdurend te stimuleren te mogelijkheden voor symbiose te onderzoeken bijvoorbeeld via de beheersorganisatie. Voorbeelden uit de praktijk (Kalundborg, Rietvelden) laten zien dat er veel winst te behalen is maar wel met een lange adem. 317522165 23 Literatuur Provinciale Menukaart Duurzame bedrijventerreinen, provincie Noord-Brabant, ambtelijk concept 27 februari 2003 Concretisering indicatoren duurzaamheid (in ontwikkeling), Milieu Overleg Lagere Overheden (MOLO), provincie Noord-Brabant Brabant Elan, provincie Noord-Brabant, februari 2003 o Integratie Sociaal Culturele Aspecten o Duurzaamheidsbank o Samenleving en informele zorg o Wonen in Brabant o Landbouw en Voeden o Land van Later Vernieuwend duurzaam? Een analyse van de plannen voor Moerdijkse Hoek, Telos, februari 2003 Processchema duurzame ontwikkeling op nieuwe bedrijventerreinen, Milieu-Overleg Lagere Overheden, provincie Noord-Brabant, juli 2002 Ambitiematrix voor duurzame ontwikkeling van werklocaties, gemeente ’sHertogenbosch Industriële symbiose op bedrijventerreinen, Wim Konz, Constant van den Thillart, februari 2002 317522165 24 Bijlage: Vraagstelling Commissie MER betreffende vernieuwend duurzame karakter van Moerdijkse Hoek Doel en ambities In de startnotitie is uit de probleemstelling een duidelijke omschrijving van het doel afgeleid. Daarbij zijn ambitieuze doelen ten aanzien van duurzaamheid aangegeven. Gestreefd wordt naar een zogenaamd ‘vernieuwend duurzaam’ bedrijventerrein waarbij een hogere ambitie wordt nagestreefd dan bij soortgelijke projecten elders in Nederland5. Aangegeven is dat: drie dimensies worden toegekend aan het begrip duurzaamheid, te weten de economische, ecologische en sociaal-maatschappelijke (leefbaarheids)dimensie; duurzaamheid op verschillende schaalniveaus wordt beschouwd, te weten op regionaal niveau (landschappelijke inpassing), op bedrijventerreinniveau en op bedrijfsniveau (kavelniveau); De Commissie adviseert de begrippen ‘duurzaam’ en ‘vernieuwend duurzaam’ helder en meetbaar te operationaliseren zodat ze een beoordelingskader kunnen vormen voor de te ontwikkelen alternatieven en als basis kunnen dienen voor aanscherping van het locatieprofiel. Geef aan: welke prioriteiten qua vernieuwend duurzaam gesteld worden. Nadere invulling en uitwerking van de prioriteiten kan plaatsvinden op basis van de “Menukaart duurzame bedrijventerreinen” van de provincie Noord-Brabant en uitwerkingen daarvan van TELOS Brabants Centrum voor Duurzaamheidsvraagstukken. Geef aan welke ambities ‘hard’ zijn en in welke mate de overige ambities eventueel verzacht worden, bijvoorbeeld in het geval van uitgifteproblemen; in welke mate de duurzaamheidseisen verder gaan dan het regulier wettelijke kader en hoe deze gerealiseerd dan wel afgedwongen gaan worden6;. Specifiek voor de glastuinbouw adviseert de Commissie daarbij de doelstellingen van het Besluit Glastuinbouw en het Glamiconvenant voor 2010 als uitgangspunt te hanteren en voor de volgende punten ambitieuzere doelen voor Moerdijkse Hoek te beschrijven: waterhuishouding, (collectieve) gietwatervoorziening, (collectieve) energievoorziening, toepassing van bestrijdingsmiddelen, meststoffen en afvalverwerking7. De ecologische dimensie van duurzaamheid wordt in de startnotitie uitgewerkt volgens de kaders van de gebruikelijke sectorale thema’s. De Commissie adviseert, teneinde meer inhoud te kunnen geven aan het begrip ecologische duurzaamheid: ook uitwerkingskaders te gebruiken zoals aangedragen door TELOS voor de “Duurzaamheidsbalans Noord-Brabant 2002” en ook voor het bedrijventerrein Moerdijkse Hoek8. Voordeel van deze uitwerkingskaders is dat ze specifiek afgestemd zijn op de situatie in de provincie Noord-Brabant, respectievelijk Moerdijkse Hoek; specifiek in te gaan op afwentelingsaspecten, zowel in de tijd (naar volgende generaties) als in de ruimte (naar andere gebieden). Hierbij kan gedacht worden aan bedrijven die niet kunnen voldoen aan de (strenge) duurzaamheidseisen die gelden voor het bedrijventerrein Moerdijkse 5 In de startnotitie is gesteld dat de ambities gelden voor zowel de ontwerp-, realisatie- als de exploitatiefase. Dit mede in het licht van het hoge ambitieniveau dat wordt nagestreefd. 7 De Commissie adviseert hier het “Ideeënboek voor duurzame glastuinbouw” van het projectbureau Glastuinbouw en Milieu als informatiebron te gebruiken. 8 In voorbereiding. 6 317522165 25 Hoek en daardoor elders terecht moeten komen9, als ook aan concurrentie tussen bedrijventerreinen waardoor andere terreinen leeg blijven of komen te staan. Ga in het MER in op de haalbaarheid en praktische uitvoerbaarheid van de hoge ambities, bijvoorbeeld in relatie tot: de huidige minder positieve vooruitzichten in de economische groei; de mogelijkheden en kosten verbonden aan bedrijfsverplaatsingen; de mogelijkheden om bij bedrijfsplaatsingen strenge selecties op basis van duurzaamheidpotentieel toe te passen; de in de startnotitie genoemde absolute ontkoppeling tussen economische groei en milieudruk; de spanning tussen de ambitie een landelijk voorbeeld van een duurzaam bedrijventerrein te realiseren en de wens bedrijven te plaatsen uit de hoge milieucategorieën; de realisering van de koppeling van glastuinbouw en overige bedrijvigheid. ………………………. Beoordelingskader duurzame ontwikkeling Gezien de doelen en ambities van de provincie Noord-Brabant ten aanzien van duurzame ontwikkeling ‘in brede zin’, geeft de Commissie in overweging in het MER, naast een uitwerking van de ecologische dimensie van duurzaamheid, ook een (globale) uitwerking te geven van de sociaal-maatschappelijke en economische dimensie van duurzaamheid en hun relatie met ecologische duurzaamheid10. Geadviseerd wordt daarbij ook in te gaan op de sociaal-maatschappelijke en economische gevolgen voor komende generaties en andere gebieden (de afwentelingsaspecten). Voordeel van het bij elkaar brengen (integratie) van bovengenoemde informatie is dat de relaties tussen de verschillende dimensies van duurzaamheid in beeld gebracht kunnen worden en daarmee ook de belangrijkste dilemma’s voor de besluitvorming inzichtelijk worden. De Commissie ziet bovenstaande als onderdeel van een leerproces waarbij op experimentele basis ervaring wordt opgedaan met duurzame ontwikkelingsbeoordeling. Concreet wordt voorgesteld te samen met het MER de conclusies te presenteren van studies naar de sociaal-maatschappelijke en economische consequenties verbonden aan het initiatief. Om optimale vergelijking mogelijk te maken verdient het aanbeveling genoemde studies tenminste met het MER parallel te laten lopen in tijd, regie en opzet, bijvoorbeeld door uit te gaan van dezelfde sociaal-economische uitgangspunten en dezelfde alternatieven voor inrichting en exploitatie van het bedrijventerrein. De Commissie adviseert: helder aan te geven welke sociaal-maatschappelijke en economische aspecten wel en niet zijn meegenomen (definitie); het gehanteerde ruimtelijke schaalniveau te vermelden (afbakening); aan te geven wat de sterke en zwakke punten zijn in de huidige situatie (Nulmeting) en waar de prioriteiten liggen voor verbetering. 9 Het betreft hier bedrijven uit de DSV (Duurzame en Specifieke Vestigingshoofdgroepen) 5 en 6. De Commissie realiseert zich dat dit niet als een verplicht onderdeel van het MER gezien kan worden. Voordeel is dat op deze manier ervaring opgedaan kan worden met integrale effectbeoordeling c.q. duurzame ontwikkelingsbeoordeling. 10 317522165 26