Organisatiestructuren Planner Les 19 19-10-2011 4.2 Lijnorganisatie 4.3 Lijn-staf-organisatie 4.4 Andere organisatiestructuren leren theorie en maken wb 4.5 tm 4.10 Organigram • Schema van afdelingen en zeggenschap ten behoeve van: – Leidinggevenden – medewerkers • Verschillende typen: – Afdelingen – Functies Lijnorganisatie Lijnorganisatie +/+ + + + duidelijk en eenvoudig verantwoordelijkheid vast te stellen bevoegdheden afgebakend taken en verantwoordelijkheden duidelijk bepaald beslissen kan snel gaan − − − − − bureaucratie (overdosis regels met lange lijnen) “eilandjes” in plaats van samenwerking doorgaans minder arbeidsverdeling en specialisatie managers als controleurs/beslissers en niet initiatiefnemers niet flexibel: alle verhoudingen liggen strak vast Lijn-staforganisatie Lijn-staforganisatie +/• Een staf houdt zich bezig met o.a. voorbereidende taken, voorlichting, adviseren management, controleren, onderzoek + + + + eenheid van bevel inschakeling deskundigen, vakspecialisten staf kan betere samenwerking bevorderen staf ontlast lijnfunctionarissen − − − − staf staf staf staf is te theoretisch bezig draagt geen verantwoordelijkheid voor resultaten kan werking afdelingsmanagers ondermijnen gaat eigen leven leiden Projectorganisatie Projectorganisatie +/• Een projectgroep is een tijdelijk samenwerkingsverband dat bestaat uit verschillende specialisten (van verschillende afdelingen) die de opdracht hebben een doel te realiseren. • Voorbeelden: vernieuwing, reorganisatie, fusie e.d. + specialismen bijeen + afgebakend doel + uitdaging voor participanten − twee bazen: projectmanager en hiërarchische manager − mogelijke conflicten / tegenstrijdige activiteiten − belasting projectleden Matrixorganisatie Matrixorganisatie +/• Een matrixorganisatie beoogt spanning lijn-staf te doorbreken door permanente samenwerking. • Voorbeelden: ict-bedrijven, marketinggedreven organisaties + samenwerking staf en lijn: niet naast maar met elkaar + specialisten hebben oog voor praktische relevantie + lijnmedewerkers betrokken bij ontwikkeling en beleid − concurrentie in diverse teams (tegen elkaar uitspelen) − eenheid van bevel ontbreekt veelal Ententeorganisatie Ententeorganisatie +/• Bij een ententeorganisatie heeft ieder lid van de organisatie dezelfde rechten en plichten. Het beleid wordt gezamenlijk bepaald. • Er is voortdurend overleg tussen de medewerkers, dat noem je horizontale communicatie. • Voorbeelden: maatschap (samenwerkende specialisten zoals advocaten, artsen, landbouwers…) + iedereen betrokken bij besluitvorming + optimaal gebruik deskundigheid + individueel bij eigene / unaniem bij gezamenlijke − niet geschikt voor grote organisatie (meer dan 15 personen) Vragen?