Wijziging afvalwaterheffing voor bedrijven

advertisement
Wijziging afvalwaterheffing voor bedrijven
Het Decreet van 24 juni 2005 houdende bepalingen tot begeleiding van de aanpassing
van de begroting 2005 (B.S., 24 augustus 2005) verfijnt de afvalwaterheffing voor
bedrijven: het voert een gunstmaatregel in voor bedrijven die – om uitzonderlijke
redenen – niet beschikken over geldige meet- of bemonsteringsgegevens.
Berekeningsmethodes
Voor het vaststellen van de heffing kiezen de meeste bedrijven voor de uitgebreide
berekeningsmethode, of de berekening volgens de meet- en bemonsteringsmethode. Vooral
bedrijven die geïnvesteerd hebben in milieuvriendelijke productietechnieken of
waterzuiveringsinstallaties, kunnen financieel voordeel puren uit deze berekeningsmethode. Zij
moeten dan echter wel een meetcampagne uitvoeren om de werkelijke vervuiling van het
geloosde water vast te stellen. Het verzamelen van de meet- en bemonsteringsgegevens is
gebonden aan strikte voorwaarden: termijnen, administratieve formaliteiten, technische vereisten,
…
Wie deze voorwaarden niet strikt naleeft of kan naleven, valt onder de vereenvoudigde
berekeningsmethode. Deze methode houdt geen rekening met de verontreiniging die het bedrijf
reëel veroorzaakt, maar met een forfaitaire vuilvracht per sector. Het hoeft geen betoog dat deze
forfaitaire heffing voor bedrijven een pak nadeliger is dan de berekening op basis van de
uitgebreide methode. Wie om één of andere reden niet over geldige meet- en
bemonsteringsgevens beschikt, kan daarom wel eens voor grote – financiële – verrassingen
komen te staan.
Afwijking
Principe
Voor bedrijven die om uitzonderlijke redenen geen geldige meet- of bemonsteringsgegevens
hebben, heeft de regering een alternatief uitgedokterd. Het gaat dan bijvoorbeeld om bedrijven
die tijdelijk gesloten waren of die getroffen werden door een langdurige staking, enz.
Deze bedrijven kunnen voortaan een afwijking aanvragen bij de VMM. Aanvaardt de VMM de
afwijking, dan zullen de ontbrekende componenten van de vuilvracht vastgelegd worden op
anderhalf maal het gemiddelde van deze componenten in de drie voorgaande jaren. Indien de
VMM zelf over meetresultaten beschikt die hoger uitvallen, wordt de berekening gemaakt met de
cijfers van de VMM.
Randvoorwaarden
Om misbruiken te voorkomen, zal de VMM deze afwijking alleen toestaan aan bedrijven die
voldoen aan een aantal randvoorwaarden:
- de heffing moet in de drie voorafgaande jaren berekend zijn volgens de uitgebreide
berekeningsmethode: dit betekent dat ten hoogste om de 4 jaar een afwijking kan
aangevraagd worden;
- het productieproces, het waterverbruik, het geloosde debiet en de geloosde vuilvracht
moeten ‘gelijkaardig’ gebleven zijn;
- de zuiveringsinfrastructuur moet in het jaar voorafgaand aan het heffingsjaar steeds
voldoende gefunctioneerd hebben;
- het bedrijf mag het voorbije jaar geen illegaal afwater geloosd hebben.
Terugwerkende kracht
De vele bedrijven die de voorbije jaren hun heffing betwistten, kunnen de VMM nu vragen hun
heffing te herberekenen volgens deze alternatieve methode. Zij krijgen een jaar de tijd om een
aanvraag tot herberekening in te dienen, op voorwaarde dat het dossier nog niet afgesloten is en
het bedrijf voldoet aan de randvoorwaarden.
Wordt de afwijking aanvaardt, dan zal de overheid het verschil terugbetalen tussen het
oorspronkelijk ingekohierde bedrag en het bedrag dat verschuldigd is volgens de alternatieve
berekeningsmethode.
Deze ‘gunstmaatregel’ geeft geen aanleiding tot de betaling van verwijlinteresten. Bovendien
worden de kosten die bedrijven maakten voor het indienen van een bezwaar of voor het
aanspannen van een geding voor de rechtbank, evenmin terugbetaald.
Download