Hoe wordt de heffing berekend met de werkelijke formule? De heffing wordt berekend naar gelang de werkelijk geloosde verontreiniging (vuilvracht) en het geloosde volume. De heffingsplichtige dient elke maand het geloosde water te analyseren. Hij kan ook kiezen voor een jaarlijkse analyse die dient uitgevoerd te worden in de maand met de hoogste activiteitsgraad door een in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest erkend laboratorium (meten van de vuilvracht en het geloosde volume). De parameters waarmee moet worden rekening gehouden voor de berekening van de heffing zijn de volgende: de zwevende stoffen en oxydeerbare stoffen, de voedingsstoffen (totaal stikstof, totaal fosfor), de zware metalen (kwik, cadmium, lood, arsenicum, chroom, nikkel, zilver, koper, zink) en het geloosde debiet. De monsternames van het water die nodig zijn voor de analyses staan in verhouding met het geloosde volume (debietsproportioneel) en worden doorgevoerd gedurende een periode van minimum 24 uur. De berekeningsformule is de volgende: T= a * Vr+b * CP T= bedrag van de heffing uitgedrukt in Eurocent/jaar a * Vr= parameter met betrekking tot het geloosde watervolume a = 7,68 Eurocent/m³ bij lozing in de openbare riolen = 0 Eurocent/m³ in de andere gevallen Vr= geloosd volume tijdens de aanslagperiode (in m3) b * CP= parameter betreffende de vuilvracht b = 0,035 Eurocent/vervuilingseenheid bij lozing in de openbare riolen = 0,045 Eurocent/vervuilingseenheid in de andere gevallen CP= vuilvracht uitgedrukt in vervuilingseenheden CP = CPr= Vr * (D1 + D2+ D3) Vr= geloosd volume (in m3/jaar) D1 = Q1* (2 DBO + DCO)/3+ Q2* MES D1= vuilvracht te wijten aan zwevende stoffen en aan oxydeerbare stoffen Q1 en Q2=1 D2= Q3 * N + Q4 * P D2= vuilvracht te wijten aan nutriënten Q3 en Q4 = 3 en 4 D3= Q5 * Hg + Q6 * Cd + Q7 * Pb + Q8 * As + Q9 * Cr + Q10 * Ni + Q11 * Ag + Q12 * Cu + Q13 * Zn * Cu + Q13 * Zn D3= vuilvracht te wijten aan zware metalen Q5 ... Q13 = wegingscoëff. (zie bijlage 1 van de ordonnantie) BIM / water / taxatie 1 Hoe wordt de heffing berekend met de forfaitaire formule? De forfaitaire formule veronderstelt geen precieze analysegegevens vermits de heffing wordt berekend aan de hand van gegevens vermeld in bijlage II van de ordonnantie. In deze formule wordt, naar gelang van de activiteitensector, ofwel met de geproduceerde of gebruikte hoeveelheden ofwel met het aantal voor de uitvoering van de activiteiten gebruikte m3 water, rekening gehouden. De berekeningsformule is de volgende: T= a * Vr+b * CP T= bedrag van de heffing uitgedrukt in Eurocent/jaar a * Vr= parameter met betrekking tot het geloosde watervolume a = 7,68 Eurocent/m³ bij lozing in de openbare riolen = 0 Eurocent/m³ in de andere gevallen Vr= geloosd volume tijdens de aanslagperiode (in m3) b * CP= parameter betreffende de vuilvracht b = 0,035 Eurocent/vervuilingseenheid bij lozing in de openbare riolen = 0,045 Eurocent/vervuilingseenheid in de andere gevallen CP= vuilvracht uitgedrukt in vervuilingseenheden CP= CPf= A * S A= aantal activiteitseenheden tijdens de aanslagperiode S= geraamde vuilvracht (zie bijlage 2 van de ordonnantie) Welke formule moet worden toegepast? De forfaitaire formule is van toepassing indien de door de forfaitaire formule bekomen vuilvracht tijdens de periode voorafgaand aan de aanslagperiode lager ligt dan: ! 20 miljoen vervuilingseenheden (lozing in openbare riolen) ! 5 miljoen vervuilingseenheden (geen lozing in openbare riolen) Ook al beantwoordt de heffingsplichtige aan de voorwaarden voor de toepassing van de forfaitaire formule, dan nog behoudt hij de mogelijkheid om over te gaan of te laten overgaan tot de analyse van het geloosde water voor de vaststelling van de heffing. BIM / water / taxatie 2