Klik hier voor de volledige tekst

UIT EEN BOOMSTRONK TOCH NIEUW LEVEN
EN EEN HEERLIJK VOORUITZICHT
Voorbereiding op de viering van het Avondmaal
in het kader van advent
n.a.v. Jesaja 11
Lelystad, 18 december 2005
R.J. Vreugdenhil
Belijdenis van afhankelijkheid
zegengroet
openingslied Psalm 111: 1, 2, 4, 6
gebed
Lezen Formulier V - instelling en gedachtenis
Lezen Jesaja 10:28 - 11:5
Wat een mooie tekst.
Uit een stronk die dood lijkt, komt nieuw leven.
Die symboliek was hier te zien in de bloemen. Dode takken, maar daartussen
hyacinten.
Dan kijken wij graag naar dat nieuwe leven, naar dat frisse groen.
Terecht.
Maar de Heer wil dat we ook naar die dode stronk kijken.
We begonnen te lezen in Jesaja 10.
Daar gaat het over de vijanden van Israël, de Assyriërs.
Van hen wordt gezegd: de HEER houwt met geweld hun takken af, de hoogste bomen
worden omgehakt.
Dat is een beeld voor hoe de HEER de Assyriërs straft.
Het is een machtig leger, maar de HEER hakt ze om als grote bomen.
Van dat sterke volk blijft niets over, alleen wat boomstronken.
Maar vergis je niet, zegt Hij direct daar achteraan.
Ook van Juda blijft alleen maar een boomstronk over.
In 10:15 heeft de profeet al gezegd: de Assyriërs zijn als de bijl waarmee de HEER
Juda en Jeruzalem om zal hakken.
Het eigen volk van God gaat ook voor de bijl.
Het koningshuis van David was ooit ook een flinke boom, in de tijd van David en
Salomo.
Die boom is nu wel veel minder sterk geworden, maar hij staat er nog wel. Achaz
regeert nog.
Maar de HEER zegt, via Jesaja: straks wordt die boom omgehakt. Er blijft alleen een
boomstronk over.
Die wordt niet eens de stronk van David genoemd, maar de stronk van Isai. Dat is zijn
vader, een onopvallende man uit een klein dorpje.
Er blijft niets over van het koningshuis van David. Zelfs de naam niet.
Dat is straf van God.
In het plaatje van die boomstronk zie je hoe God straft.
De HEER zegt: kijk naar die boomstronk.
Niet direct kijken naar het nieuwe leven, maar eerst schrikken: meer dan een
boomstronk blijft niet over.
Volgende week vieren we Kerst.
Kerst is een geweldig feest. Het feest van Gods liefde voor mensen.
Dat mag je vieren.
Maar schrik eerst weer van de donkere achtergrond. Het licht van Gods liefde schijnt
in het donker van onze zonden.
Wij, de hele mensheid, zijn als die boomstam
God moest bij ons alles afbreken, weghakken.
Hij kon niet verder bouwen op iets van ons.
Er was niet ergens een mens die goed genoeg was om onze Redder te worden.
God moest een nieuwe mens geboren laten worden: Jezus, geboren in het dorp van
Isai. God moest helemaal van onderaf beginnen.
Vandaag vieren we het Avondmaal.
Het is goed om het juist dan weer te belijden. Schuld belijden voor God.
Ons klein maken.
Ik stel voor om dat te doen.
Eerst in een gebed, aansluitend zingen we Gezang 17: 1, 2, 3
Heer, grote God,
we maken ons klein voor U.
Lang geleden liet u van het koninklijk huis van David niets overblijven, omdat ze
zoveel zondigden. We weten dat wij als mensen niet beter zijn.
Met heel de mensheid moest u opnieuw beginnen.
Wij zijn als een dode boomstronk.
Heer, we belijden voor u onze schuld.
Het is om onze schuld dat uw Zoon geboren moest worden in Bethlehem.
Het is om onze schuld dat Hij zo geleden heeft en stierf aan het kruis.
Het feest van Kerst en het feest van het Avondmaal maken ons klein voor U.
Heer, vergeef ons onze schulden.
In Jezus´ naam.
AMEN
[zingen Gez.17:1, 2, 3]
Maar als je goed naar de boomstronk gekeken hebt, mag je natuurlijk ook kijken naar
het nieuwe leven dat God geeft.
Uit een stronk die dood lijkt te zijn, komt toch nieuw leven.
Klein, kwetsbaar, maar toch!
God begint opnieuw.
Daarin zie je het geduld van de HEER.
Daarin zie je de genade van de HEER.
Met Assyrië is het over en uit.
Maar met Israël begint de HEER opnieuw.
En dan niet in een soort herkansing, met het risico dat het weer misgaat..
Maar iets nieuws.
Niet iets gewoon menselijks, maar iets goddelijks.
De koning-redder die de HEER geeft - op hem zal de Geest van de HEER rusten. De
HEER is op een heel bijzondere manier in hem.
Daarom is hij vol wijsheid en inzicht.
Daarom is hij ook volledig eerlijk in zijn oordeel.
Daar ligt veel accent op. Dat moet je lezen tegen de achtergrond van wat Jesaja eerder
geschreven heeft: er is zoveel onrecht in Jeruzalem.
Maar deze nieuwe koning is eerlijk. De Geest van de HEER is op Hem.
Dat garandeert een nieuw begin zonder dat het weer mis zal gaan.
Een nieuw begin dat God geeft.
Niet een menselijke herkansing, maar een goddelijk nieuw begin.
Dat is de genade van God.
Die genade vieren we vandaag aan het Avondmaal.
Als u het Avondmaal viert met oprechte belijdenis van schuld, mag u geloven dat uw
zonden u vergeven zijn. Jezus Christus stierf aan het kruis als straf voor uw zonden.
Als u verlangt naar vernieuwing van uw leven, mag u brood en wijn ontvangen als
teken van de nieuwe kracht die God geeft. Hij geeft u de Geest van Jezus Christus, de
Geest van wijsheid, liefde en eerbied voor de HEER.
Dat verzeker ik u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. AMEN
[zingen Gezang 17:4, 5]
Lezen Fomulier V - gemeenschap en verwachting
Lezen: Jesaja 11:6-10
Het eerste deel van de profetie van Jesaja is werkelijkheid geworden.
In het dorpje van Isai is een baby’tje geboren. Een scheut uit de oude boomstronk.
Het tweede deel van de profetie, daar wachten wij ook nog op.
Bij de geboorte van Jezus zongen de engelen al wel over de vrede op aarde. Maar de
vrede zoals die hier getekend wordt, zover is het nog niet.
Er komt nog iets geweldigs.
Het is onvoorstelbaar wat hier staat.
Dit is niet minder dan een nieuwe schepping.
Dieren die wij niet anders kennen dan als levensgevaarlijke roofdieren, het zijn makke
schapen geworden.
Een nieuwe schepping. Het oude is voorbij.
Een vrederijk, want God is bij de mensen.
Kennis van de HEER vervult de aarde.
Iedereen kent Hem. Hij is bij ons.
Wat hier staat, is het woorden van het oude testament hetzelfde als je leest in
Openbaring 20 en 21. De heerlijke toekomst die voor ons ligt.
De nieuwe wereld die komt wanneer Jezus Christus terugkomt.
Aan het avondmaal mogen we daar naar vooruit kijken.
We krijgen vandaag een voorproefje.
Samen in de kerk, in vrede met elkaar: een voorproefje van de vrede van straks.
Uitgedeeld krijgen van brood en wijn: een voorproefje van het grote feest waar
eindeloos uitgedeeld zal worden.
Samen zingen tot eer van God: een voorproefje van leven tot eer van God.
Samen blij zijn: een voorproefje van nooit meer verdriet, nooit meer pijn, maar altijd
blij zijn.
De Heer leert ons veel verwachten.
We zingen NG 15.
Hierna volgt de viering.