MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENBUREAU UNIFORM HEREXAMEN MULO 2012 VAK DATUM TIJD : WISKUNDE – A : DINSDAG 28 AUGUSTUS 2012 : 07.30 – 09.30 UUR ----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------DEZE TAAK BESTAAT UIT 35 ITEMS. INDIEN NIET ANDERS VERMELD, IS ELKE VARIABELE EEN ELEMENT VAN . 1 De verzameling {x | x < ‒1} kan worden weergegeven door A B C D 3 x + 3y – 2x kan herleid worden tot A ‒2x + 3y B ‒x + 3y C x + 3y D 3x ‒ 3y 〈←, ‒2 〉 〈←, ‒2] 〈←, ‒1 〉 〈←, ‒1] 4 2 (3a)² × 3a³ = Gegeven een venndiagram. A 9a5 B 9a6 C 27a5 D 27a6 5 √75 ‒ √3 + √12 = n(V) betekent het aantal elementen van de verzameling V. n(V) + n(W) = p en n(U) = q. Voor p en q geldt: A B C D p=3q=4 p=3q=6 p=5q=4 p=5q=6 A B C D 6 √3 28√3 2√21 4√21 6 10 3a² + 2a(b – 2a) + 3a kan herleid worden tot Gegeven de functie f: x → ‒x² + 4x ‒ 1. A B C D De top van de grafiek van f is 7a² + 2ab + 3a 3a² + 2ab – 7a 3a² + 2ab – a ‒a² + 2ab + 3a 7 x² ‒ 2x 2x A 1 2 1 2 A B C D 11 kan herleid worden tot Gegeven de functie f: x → ‒ (x + 3)² ‒ 5. x Voor elke x geldt: B x–1 C x² D x² ‒ 1 8 Gegeven de verzamelingen A = {0, 1, 2, 4} en B = {4, 6, 8, 12, 24}. f: x → 2x is een functie van A naar B. Het aantal elementen van het bereik van f is m. A B C D f(x) > ‒5 f(x) ≧ ‒5 f(x) < ‒5 f(x) ≦ ‒5 12 Van een tweedegraadsfunctie f(x) is de grafiek getekend. Y-as Voor m geldt: A B C D (‒2, 3) (‒2, ‒5) (2, 3) (2, ‒5) m=2 m=3 m=4 m=5 X-as 9 Van een functie van P naar Q is de pijlenfiguur getekend. Het domein van f is U en de uiterste functiewaarde is m. Voor m en U geldt: Het aantal originelen van m is A B C D 1 2 3 4 A B C D m is een minimum en m = ‒5 en U = [‒5,4] m is een maximum en m = 4 en U = [‒5,4] m is een minimum en m = ‒5 en U = [‒4,1] m is een maximum en m = 4 en U = [‒4,1] 13 16 Gegeven de eerstegraadsfunctie f: x → ‒2x – m. Bij deze functie is ‒4 het origineel van 7. Gegeven de lijn ℓ en het vierkant P. ℓ Voor m geldt: A B C D m = ‒10 m = ‒1 m=1 m = 10 P Bij spiegeling in ℓ is vierkant Q het beeld van vierkant P. 14 Gegeven de functies: f: x → ‒ax + 1 en g: x → 3x + a De grafieken van f(x) en g(x) lopen evenwijdig. De juiste spiegeling staat afgebeeld in figuur I ℓ Voor a geldt: A B C D figuur II ℓ a=3 1 a= 3 a = ‒3 1 a=‒ Q Q P P 3 15 Gegeven de lijnen: ℓ : y = ‒2x + 4 en ℓ′ : y = ‒2x ‒ 4 ℓ′ figuur III ℓ ℓ Y-as ℓ figuur IV Q Q 4 P P -2 O 2 X-as -4 A B C D figuur I. figuur II. figuur III. figuur IV. ℓ′ kan de beeldlijn zijn van ℓ bij de translatie 17 A B C D (−80) (08) (−40) (04) De oplossingsverzameling van ‒x ‒ 3 = 4 is A B C D {‒7} {‒1} {1} {7} 18 –2 – 5(2x + 1) = 12 ⟺ A B C D –7(2x + 1) = 12 –5(2x + 1) = 14 –5(2x + 1) = 10 –3(2x + 1) = 12 22 Gegeven: V = {(x, y) × │x < 0 y ≧ 0 y < x + 5} De grafiek van V is weergegeven in Y-as figuur I 5 19 x+2 x+1 ‒ <1 ⟺ 4 2 A x < ‒4 B x > ‒4 C x ˂ ‒ 12 D x>‒ O -5 X-as Y-as figuur II 1 2 5 20 De oplossingsverzameling van de vergelijking 3(2x + 1) – 4(4x ‒ 2) = 4(x + 1) is A B C D ‒ 3 ‒ 1 -5 O X-as 2 Y-as figuur III 2 5 1 2 3 2 21 O -5 De oplossingsverzameling van het stelsel y=x+3 is {(p, q)} 2(4x + 1) + 2y = ‒2 X-as Y-as figuur IV 5 Voor p en q geldt: A B C D p<0q<0 p<0q>0 p>0q<0 p>0q>0 -5 A B C D figuur I. figuur II. figuur III. figuur IV. O X-as 23 Van x² ‒ 4x + 2 = 0 is de discriminant gelijk aan A B C D 28 Eén der wortels van x² ‒ 4x ‒ 1 = 0 kan zijn A ‒2 + √5 B ‒2 + 2√5 C 2 + √5 D 2 + 2 √5 √8 √24 8 24 29 24 De vergelijking 2x² + x = 5 wordt opgelost met de abc-formule. Voor b en c kan gelden: A B C D b=0c=5 b = 0 c = ‒5 b=1c=5 b = 1 c = ‒5 Voor alle mogelijke waarden van p geldt A B C D p>1 p≧1 p<1 p≦1 30 25 Van een cirkel is de diameter 6. De omtrek van deze cirkel is gelijk aan x² ‒ 16 = 0 ⟺ A B C D De oplossingsverzameling van x² = p ‒ 1 is leeg. A B C D (x – 4)² = 0 (x – 8)² = 0 (x – 4) (x + 4) = 0 (x – 2) (x + 8) = 0 3π 6π 9π 12π 31 26 Gegeven ∆ ABC. x² ‒ 5x – 6 = 0 ⟺ A B C D C (x – 2) (x – 3) = 0 (x – 3) (x + 2) = 0 (x – 6) (x + 1) = 0 (x + 6) (x – 1) = 0 27 x² ‒ 4x = 4 ⟺ A B C D (x – 4)² = 20 (x – 4)² = ‒12 (x – 2)² = 8 (x – 2)² = 0 ∟ A D B AB = 8 en de oppervlakte van ∆ ABC is 44. CD is gelijk aan A B C D 4 612 11 16 32 34 Gegeven een lijndiagram. frequentie frequentie Gegeven een staafdiagram. waarnemingsgetallen waarnemingsgetallen Het gemiddelde is p. Het aantal waarnemingsgetallen is p en de modus is q. Voor p geldt: Voor p en q geldt: A p= B p= C p= D p= A B C D a+b+c+d 4 a+b+c+d 10 2a + 4b + 3c + d 35 4 In een klas van 20 leerlingen wordt een repetitie gemaakt. Het gemiddelde cijfer van 15 leerlingen is 7. Het gemiddelde van de rest van de leerlingen is 3. 2a + 4b + 3c + d 10 33 Het gemiddelde van de hele klas is Gegeven een frequentietabel. waarnemingsgetal frequentie De mediaan is 4. Voor p geldt: A B C D p=3q=5 p=3q=c p=9q=5 p=9q=c p<9 p=9 p>9 p≧9 4 11 5 2 6 p A B C D 5 512 6 6151