MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VOLKSONTWIKKELING EXAMENBUREAU UNIFORM HEREXAMEN MULO tevens II ZITTING STAATSEXAMEN MULO 2010 E VAK : WISKUNDE - A DATUM: WOENSDAG 11 AUGUSTUS 2010 TIJD : 07.30 – 09.30 UUR DEZE TAAK BESTAAT UIT 35 ITEMS. INDIEN NIET ANDERS VERMELD, IS ELKE VARIABELE EEN ELEMENT VAN . 1 2 Gegeven het universum U en de deelverzamelingen V en W. kan worden voorgesteld door V W wordt voorgesteld in A {0, 1, 2, ...} B {1, 2, ...} U V W C {..., – 2, – 1, 1, 2, ...} D {..., – 2, – 1, 0, 1, 2, ...} A 3 43 42 U V W B A B C D 45 46 165 166 4 U V W 2 (x – 3) – (5 x) C A B C D U V D W x – 11 x–8 3x – 11 3x – 8 5 Het omgekeerde van – 2 13 is A – B – C 73 D 73 3 2 3 7 9 De oplossingsverzameling van een vergelijking is {– 14 }. Deze vergelijking kan zijn A – x 14 0 B x – 14 0 C – 4x – 1 0 D – 4x 1 0 6 6x – 3 3x 10 3 (x – 2) 2–x –4 4 3 A –1 B 5 6x – 1 C x D A B C D 2x – 1 x 9x – 18 8 – 4x – 4 9x – 18 8 – 4x – 48 9x – 2 8 – x – 4 9x – 2 8 – x – 48 11 7 Van een rechthoek is de omtrek 2 groter dan de omtrek van een vierkant. De zijden van de rechthoek zijn respectievelijk x 3 en 2. De zijde van het vierkant is 4. a b betekent ab – b . 2 3 –3 A B C D – 18 – 15 –3 0 x kan berekend worden uit de vergelijking 8 A B C D 2x 5 18 2x 10 18 2x 5 32 2x 10 32 4–x30 A B C D 4 – (– x 3) 0 4 – (– x – 3) 0 4 – (x – 3) 0 4 – (x 3) 0 12 Van het stelsel y – 3x 2 (x – y) – 4 4 oplossingsverzameling {(p, q)}. Voor p en q geldt: A B C D p0 p0 p0 p0 q0 q0 q0 q0 is de 13 Y-as M yx 6 y – x 6 5 A is een punt van een cirkel met middelpunt M. A' is het beeldpunt van A bij rotatie om M over 60º. A'' is het beeldpunt van A bij rotatie om M over – 120º. 4 3 2 De juiste rotaties staan in 1 0 1 2 3 4 5 X-as 6 A' M In het assenstelsel XOY is de grafiek van de verzameling V getekend. V A B C D A A' A M A'' {(x, y) y – x 0 x y 6} {(x, y) y – x 0 x y ≦ 6} {(x, y) y – x 0 x y 6} {(x, y) y – x 0 x y ≦ 6} A A'' figuur 1 figuur 2 A'' A'' M A M A 14 A' A B C D A figuur 4 figuur 1 figuur 2 figuur 3 figuur 4 m In deze figuur lopen de lijnen en m evenwijdig. P is het midden van AB. De scherpe hoek B is de beeldhoek van de scherpe hoek A bij A B C D figuur 3 B P A' de translatie PB de translatie AB de spiegeling in AB de spiegeling in het punt P 15 16 Van een tweedegraadsvergelijking heeft de discriminant de waarde p. De vergelijking heeft geen oplossing voor A B C D p0 p0 p0 alle waarden van p 17 x2 – 3 2x 0 A B C D Van de vergelijking x2 – 4x – 4 0 is één der wortels (x – 3) (x 1) 0 (x – 2) (x – 1) 0 (x 2) (x 1) 0 (x 3) (x – 1) 0 A B C D –2 2 2–4 2 2–2 2 18 De oplossingsverzameling van (x – 1) 9 is 23 2 A B C D {– 3, 3} {– 2, 4} {3} {4} Gegeven de functie f: x x – 3 van naar . Welk getal is geen element van het domein van f ? A B C D 2 3 4 5 19 x2 – 16 0 A B C D 24 Gegeven de functie g: x (x – 3)2 – 6. De uiterste waarde van de functie is (x – 8)2 0 (x – 4)2 0 (x – 8) (x 8) 0 (x – 4) (x 4) 0 20 A B C D –6 –3 3 6 De oplossingsverzameling van x2 1 0 is A B C D {– 1} {– 1, 1} 21 x2 – 2x 1 A B C D (x – 2)2 – 3 (x – 2)2 5 (x – 1)2 0 (x – 1)2 2 22 25 Gegeven de functies: f: x 4x – b en g: x px 2. De grafieken van f en g lopen evenwijdig. Voor p en b geldt: Y-as y px c y ax b X-as 0 A B C D p– p4 p– p4 1 4 1 4 b2 b –2 b –2 b –2 m 29 In het assenstelsel XOY zijn de grafieken getekend van de lijnen : y ax b en m : y px c . Voor a, b, p en c geldt: A B C D ap ap ap ap Gegeven de functie f: x – (x 3)2 – 1. Het domein is . Het bereik van f is A B C D bc bc bc bc – 1, – 1, , – 1 , – 1 30 26 Gegeven de functie f: x – x 4x 1. De vergelijking van de symmetrie-as van f is 2 A B C D Gegeven de punten A (– 2, 3) en B (1, – 1). De lengte van het lijnstuk AB is gelijk aan A y2 x2 y4 x4 1 22 1 32 1 22 1 32 B C (1 – 2)2 (– 1 – 3)2 D (1 2)2 (– 1 – 3)2 27 Gegeven de functie f: x x2 – 8x 7. De coördinaten van de snijpunten van de grafiek van f met de X-as zijn A B C D (0, 1) en (0, 7) (1, 0) en (7, 0) (0, – 1) en (0, – 7) (– 1, 0) en (– 7, 0) 28 31 D S C 4 P M 3 R 2 1 A Q B De cirkel raakt het vierkant ABCD in de punten P, Q, R en S. Een zijde van het vierkant is 6. De totale omtrek van de vier gearceerde gebieden is A B C D 12 6 12 9 24 6 24 9 0 4 5 6 7 waarnemingsgetallen In het histogram is p de mediaan en q is het gemiddelde. Voor p en q geldt: A B C D p 5 12 p 5 12 p6 p6 q 5 12 q 5 127 q 5 12 q 5 127 32 In welke rij van waarnemingsgetallen is de mediaan 6? A B C D 8 7 4 7 4 6 4 6 6 6 6 6 7 8 5 7 5 8 7 8 33 waarnemingsgetallen 4 5 6 frequentie 7 8 9 Gegeven de frequentietabel. p is het aantal waarnemingsgetallen. q is de modus. Voor p en q geldt: A B C D p3 p3 p 24 p 24 q6 q9 q6 q9 34 35 Het gemiddelde cijfer van 16 leerlingen is 6. Het totaal der cijfers van 8 andere leerlingen is 24. Het gemiddelde cijfer van alle 24 leerlingen is gelijk aan A B C D 3 4 12 5 6