1. Titelpagina. Er ontstaat een gat in de grond, onderaan het scherm. 2. Uit het gat uit de grond komt een jongen omhoog gesprongen. Hij wordt voorgesteld (‘Dit is Tom’) en hij zwaait. 3. Het probleem (plotpoint 1) wordt aan het publiek voorgesteld: Tom heeft een probleem: hij is ziek. Hij voelt zich al een tijdje slecht en heeft daarom besloten naar de dokter te gaan. Na lang onderzoek blijkt dat Tom géén goede nieren heeft. Maar Tom weet eigenlijk helemaal niks over zijn nieren: daarom besluit hij naar Corpus in Leiden te gaan. 4. En zo zijn er veel mensen met hem. Allemaal mensen die niet weten wat hun eigen lichaam nou eigenlijk doet, wat het is, waar het uit bestaat en waarom alle onderdelen van het lichaam doen wat ze doen. 5. En omdat er zoveel mensen zijn die niks weten over hun eigen lichaam, bedacht een man genaamd Henri Remmers in 2006 ‘Corpus, een reis door het lichaam’. 6/7/8. In anderhalf jaar tijd werd met de hulp van 20 stichtingen op het gebied van gezondheid en het menselijk lichaam en een groot aantal professoren een interactief museum gemaakt, waar bezoekers een ‘reis door het menselijk lichaam maken’ om zo te ontdekken hoe het in elkaar steekt. 9/10. En zo begint Tom, en met hem zo’n 225.000 andere mensen per jaar, aan de 55 minuten durende reis door het menselijk lichaam. Acte 2: 11/12. In Corpus kom je door en langs verschillende delen van het lichaam. De reis begint bij de knie, vanuit hier ga je naar de darmen, de maag, de longen, het hart, de slokdarm/mond/tong, de neus, de oren, de ogen, de hersenen. Bij elk onderdeel wordt iets verteld over de werking en de functie van het lichaamsdeel, en wordt er verteld waarom dit deel onmisbaar is in ons lichaam. 13. Hij komt er achter dat het lichaam bestaat uit verschillende stelsels: het skeletstelsel (kraakbeen, gewrichten, spieren), ademhalingsstelsel (luchtwegen), harten circulatiestelsel (bloedvaten, hart), lymfevatenstelsel (lymfeknopen, milt, thymus), spijsverteringsstelsel (mond, darm), hormoonstelsel (schildklier, geslachtsklieren), zenuwstelsel (hersenen, zenuwen, zintuigen), voorplantingsstelsel (geslachtsorganen), huid, uitscheidingsstelsel (urinewegen, nieren), 14/15. De nier is onderdeel van het laatste stelsel. SHEET 2: 17. Tom leert dat de nier verschillende functies in het lichaam heeft (zie N I E R E N): filter, controleur, aanmaker, omzetter. 18.