Gezondheid en welbevinden - GGD Brabant

advertisement
O
Gezondheid en welbevinden
Gezondheidsmonitor 2012-2013
Factsheet nummer 6, juni 2014
Waar gaat deze factsheet over?
De Volwassenenmonitor 19 t/m 64 jaar en de Ouderenmonitor 65+ zijn eind 2012 onder ruim 23.000 inwoners
van Zuidoost-Brabant uitgevoerd. Het onderzoek brengt de
gezondheidstoestand van de bevolking in brede zin in
beeld. In deze factsheet worden de resultaten met betrekking tot gezondheid en welbevinden beschreven. Eerst
wordt ingegaan op ervaren gezondheid. Vervolgens komen
chronische ziekten aan bod. Tot slot bespreken we
psychische gezondheid en psychiatrische aandoeningen.
Mensen die zijn opgenomen in een zorginstelling en daken thuislozen zijn in dit onderzoek niet meegenomen.
Facts:
Vier van de vijf volwassenen en drie van de vijf
ouderen ervaren een goede gezondheid
Ruim een derde van de volwassenen heeft één of
meer chronische ziekten, 40% van hen ervaart
een goede gezondheid
In de regio Zuidoost-Brabant hebben dorpsbewoners de minste psychische klachten
Psychische klachten en het risico op een
angststoornis of depressie nemen toe onder
volwassenen in de regio Zuidoost-Brabant
Eenzame mensen en mensen die weinig steun
ontvangen van anderen hebben vaker een hoog
risico op een angststoornis of depressie
Ervaren gezondheid
Ziekte en leefstijl bepalen de ervaren gezondheid
De ervaren gezondheid, ook wel subjectieve gezondheid of
gezondheidsbeleving genoemd, weerspiegelt het oordeel
over de eigen gezondheid. Ervaren gezondheid is een
samenvattende gezondheidsmaat van alle relevante
gezondheidsaspecten voor de persoon in kwestie. Deze
onderliggende aspecten hebben betrekking op zowel de
lichamelijke als de geestelijke gezondheid en variëren per
persoon. Niet alleen ziekten, lichamelijke beperkingen,
handicaps, of fitheid, maar ook leefstijlfactoren zoals
voeding, roken, lichamelijke activiteit kunnen het oordeel
over de eigen gezondheid mede bepalen.
Eén vraag meet de ervaren gezondheid
De ervaren gezondheid wordt gemeten met behulp van de
enkelvoudige vraag: ‘Hoe is over het algemeen uw
gezondheid?’. Van de vijf antwoordcategorieën worden
‘goed’ en ‘zeer goed’ samen genomen als indicator ‘Goede
ervaren gezondheid’.
Goede ervaren gezondheid loopt af met de leeftijd
Ongeveer 4 op de 5 volwassenen en 3 op de 5 ouderen in
de regio Zuidoost-Brabant ervaren hun gezondheid als
(zeer) goed. Voor volwassenen loopt het af van 89% van
de 19- tot en met 24-jarigen tot 70% van de 55- tot en
met 64-jarigen. De gezondheid wordt als goed ervaren
door twee derde van de ouderen in de leeftijd van 65 tot
en met 75 jaar en door 52% van de 75- tot en met 84jarigen. Veertig procent van de 85-plussers ervaart een
goede gezondheid.
Ook geslacht, opleiding, inkomen en huishouden zijn
van invloed op ervaren gezondheid
Behalve voor leeftijd, worden ook voor geslacht, sociaal
economische status en huishoudsamenstelling verschillen
in ervaren gezondheid gevonden. Zo is de groep die de
gezondheid als goed ervaart kleiner onder vrouwen,
www.regionaalkompas.nl
www.GGDgezondheidsatlas.nl
mensen met een lagere opleiding (geen/ lagere school/
MAVO en LBO), mensen met een laag inkomen, nietwesters allochtonen, 1-oudergezinnen/ alleenstaande
ouderen.
Ervaren gezondheid is het minst goed in Helmond
In Heeze-Leende beoordelen de meeste 19- tot en met 64jarigen hun eigen gezondheid als (zeer) goed, namelijk
89%. Het percentage is het laagst in de gemeente
Helmond (77%), zie figuur 1. Ook voor de ouderen is het
percentage het laagst in Helmond (55%). In Nuenen
daarentegen is het percentage het hoogst (71%).
Ervaart eigen gezondheid als (zeer) goed
Figuur 1: Ervaren gezondheid van
volwassenen en ouderen naar gemeente
(2012)
Heeze-Leende
Oirschot
Nuenen c.a.
Laarbeek
Eersel
Son en Breugel
Waalre
Asten
Bladel
Someren
Veldhoven
Reusel-De Mierden
Best
Gemert-Bakel
Cranendonck
Bergeijk
Deurne
Eindhoven
Valkenswaard
Geldrop-Mierlo
Helmond
%
0
Ouderen
25
50
Volwassenen
75
100
Andere antwoorden maken vergelijking onmogelijk
Om ervaren gezondheid te meten werd in de GGD
monitors tot 2012 dezelfde vraag gesteld, maar werden
de vijf antwoordcategorieën anders benoemd. Hierdoor is
een vergelijking met voorgaande monitors niet mogelijk.
Voor betere afstemming met het CBS was het in het kader
van de landelijke harmonisatie noodzakelijk deze wijziging
aan te brengen.
www.regionaalkompas.nl
Chronische ziekten
In het algemeen worden chronische ziekten omschreven
als irreversibele aandoeningen zonder uitzicht op volledig
herstel en met een relatief lange ziekteduur. Een
chronische ziekte onderscheidt zich verder door een
langdurig beroep op de zorg.
Ruim drie kwart van de ouderen heeft een
langdurige ziekte
Het hebben van één of meer chronische ziekten is in de
Gezondheidsmonitor bepaald aan de hand van een lijst
met 19 aandoeningen. In Zuidoost-Brabant heeft 36% van
de volwassenen en 77% van de ouderen tenminste één
chronische ziekte en is daarvoor onder behandeling of
controle van de huisarts of een specialist. Hoge bloeddruk
is zowel onder volwassenen (10%) als ouderen (36%) het
meest genoemd. Bij volwassenen gevolgd door
hardnekkige aandoeningen van nek of schouder (andere
dan gewrichtsslijtage en hernia) (6%) en bij ouderen door
gewrichtsslijtage van heupen of knieën (19%).
Chronische ziekte beïnvloedt ervaren gezondheid
Het hebben van een chronische aandoening heeft een
groot effect op de ervaren gezondheid. Een beroerte heeft
de meeste invloed op de ervaren gezondheid. Mensen die
hiervoor onder behandeling of controle staan van een arts
ervaren de minst goede gezondheid: 29% van de
volwassenen en 26% van de ouderen ervaart een goede
gezondheid. Van de volwassenen met één of meer
chronische ziekten beoordeelt 60% zijn of haar gezondheid
als (zeer) goed, terwijl dat bij de groep zonder chronische
aandoeningen 92% is. Ongeveer de helft van de ouderen
met één of meer chronische aandoeningen ervaart zijn of
haar gezondheid als (zeer) goed. Is er geen sprake van
chronische aandoeningen, dan is dat 89%.
Chronische ziekte van invloed op dagelijkse leven
Mensen die een chronische aandoening hebben, ervaren
ook vaker beperkingen door de gezondheid in hun
dagelijkse bezigheden. Een derde van de volwassenen en
ouderen die tenminste één chronische aandoening heeft,
geeft aan beperkingen te ervaren. Bij mensen die geen
www.GGDgezondheidsatlas.nl
chronische aandoening hebben is dat gemiddeld 8%.
Daardoor hebben ze ook een grotere behoefte aan zorg en
hulp. Vier procent van de volwassenen en 7% van de
ouderen met een chronische ziekte heeft behoefte aan
meer hulp in verband met de gezondheid. Tien procent
van de volwassenen en 32% van de ouderen met een
chronische ziekte ontvangt reeds hulp.
Ondanks ziekte toch goede ervaren gezondheid
Volgens de nieuwe definitie van gezondheid van Machteld
Huber (2) is gezondheid het vermogen zich aan te passen
en een eigen regie te voeren, in het licht van de fysieke,
emotionele en sociale uitdagingen van het leven. Mensen
kunnen met een (chronische) ziekte leren omgaan en
daarnaast toch nog behoorlijk gezond in het leven staan.
Met deze definitie kunnen mensen, ondanks een ziekte,
toch gezond zijn. Ook uit de monitor blijkt bijvoorbeeld dat
ongeveer 60% van de mensen met een chronische
aandoening een goede gezondheid ervaart.
Psychische gezondheid
Psychisch gezonde mensen ervaren welzijn,
autonomie en competentie
Volgens de definitie van de World Health Organization
(WHO) voelen psychisch gezonde personen zich goed,
autonoom en competent (1). Ze verwezenlijken de eigen
intellectuele en emotionele mogelijkheden. Psychisch
ongezonde mensen hebben last van psychische klachten of
zelfs van psychische stoornissen. In de praktijk wordt
psychische gezondheid vaak gezien als de mate waarin
psychische klachten afwezig zijn. De mate waarin
psychische klachten vóórkomen in de bevolking geven dan
een indicatie van de psychische gezondheid van de
bevolking. Het vóórkomen van psychische klachten is in de
monitor gemeten aan de hand van het meetinstrument: de
RAND Mental Health Inventory (MHI-5).
Psychische klachten komen meer voor
Op basis van de MHI-5 heeft één op de vijf 19- tot en met
64-jarigen in de regio Zuidoost-Brabant een slechte
psychische gezondheid. Tussen 2009 en 2012 is het
percentage volwassenen dat zich psychisch ongezond voelt
toegenomen van 17% naar 20%. Net als in 2009 voelt
19% van de ouderen zich psychisch ongezond.
Mannen, hoogopgeleiden en autochtonen hebben de
beste psychische gezondheid
Bepaalde groepen hebben een slechtere psychische
gezondheid dan andere groepen. Zo voelen vrouwen zich
vaker psychisch ongezond dan mannen. Mensen met een
lagere sociaal economische status (lage opleiding en/of
een laag inkomen) hebben eveneens vaker psychische
klachten. Ook het percentage ‘psychisch ongezond’ is
hoger onder niet-Westers allochtonen (40% bij volwassenen en 33% bij ouderen) dan onder Westers allochtonen
en autochtonen (18% voor beide leeftijdsgroepen).
Psychische klachten ook veelvoorkomend onder 75plussers en alleenstaanden
De psychische gezondheid, zoals gemeten met de MHI-5,
is ongeveer gelijk over de leeftijdsgroepen tot de leeftijd
van 74 jaar. Vanaf 75 jaar wordt de groep met psychische
klachten groter tot 28% in de groep 85-plussers.
Daarnaast zien we ook verschillen op basis van
gezinssituatie. Zo zijn ouders aan het hoofd van een
eenoudergezin en alleenwonende ouderen vaker psychisch
ongezond (respectievelijk 30% en 27%).
Figuur 2: Percentage psychisch ongezonde volwassenen
naar gemeente (2012)
Meer psychische problematiek in de grote steden
Niet alleen persoonsgebonden kenmerken zijn van invloed
op de psychische gezondheid, ook mate van stedelijkheid
speelt een rol. Inwoners van grote steden rapporteren
vaker psychische klachten, zie figuur 2. In Eindhoven en
Helmond is 24% van de inwoners (19 t/m 64-jarigen)
psychisch ongezond. Ook voor 65-plussers geldt dat het
percentage het hoogst is in Eindhoven (22%) en Helmond
(20%). Het verschil in psychische problematiek tussen
stads- en dorpsbewoners kan verklaard worden door
verschillende factoren: ze hebben gemiddeld een lagere
sociaal economische status en wonen in slechtere huizen.
Een derde verklaring voor het verschil is dat mensen met
psychische stoornissen, of een verhoogde kans daarop,
vaak naar de stad trekken.
Psychische problemen leiden tot beperkingen in het
functioneren…
In totaal zegt 7% van de volwassenen dat men vanwege
de gezondheid niet de dingen kan doen die men zou willen
doen. Deze groep is groter onder degenen die zich
www.regionaalkompas.nl
www.GGDgezondheidsatlas.nl
psychisch ongezond voelen (21%). Bij de ouderen is dit
beeld eveneens duidelijk zichtbaar. Terwijl gemiddeld 18%
aangeeft beperkt te zijn door de gezondheid, is dit bij de
psychisch ongezonde ouderen 21%.
... ook sociale participatie wordt beperkt
Bovendien blijkt uit de Gezondheidsmonitor dat mensen
met psychische klachten ook vaker problemen ervaren met
sociale contacten. Ze hebben vaker relatief weinig
contacten met familie, vrienden, kennissen of buren. Ze
zijn ook vaker niet in staat om zelfstandig contacten te
leggen en te onderhouden. Eenzaamheid komt dan ook
vaker voor bij de groep die psychisch ongezond is (71%
van de volwassenen en 79% van de ouderen).
Mensen met weinig sociale steun hebben hoger
risico op angst- of stemmingsstoornissen
Uit onderzoek is bekend dat mensen die weinig sociale
steun krijgen een verhoogd risico hebben op het
ontwikkelen van een angststoornis of een depressie (3).
Ook mensen die zich eenzaam voelen hebben een grotere
kans om een angststoornis te ontwikkelen. Deze relaties
vinden wij ook in de Gezondheidsmonitor.
Meeste inwoners Zuidoost-Brabant zijn gelukkig
Op de vraag in welke mate u zichzelf een gelukkig mens
voelt, antwoordt 79% van de volwassenen gelukkig of erg
gelukkig. Ook 77% van de ouderen geeft aan zich (erg)
gelukkig te voelen. Dit zien we ook terug in de gevoelens
over de afgelopen 3 maanden: 55% van de volwassenen
en 43% van de ouderen voelde zich (heel) vrolijk in deze
periode. Ongeveer één op de 13 inwoners van ZuidoostBrabant voelde zich in de 3 maanden voorafgaand aan het
onderzoek een beetje tot zeer somber.
Veel mensen met een slechte psychische gezondheid
voelen zich ongelukkig
De grote invloed van psychische gezondheid op het
algehele welbevinden blijkt uit het feit dat een relatief
klein deel van de mensen met een slechte psychische
gezondheid gelukkig is: 31% van de volwassenen en 32%
van de ouderen. Terwijl dat bij de psychisch gezonden
respectievelijk 91% en 87% is.
Psychiatrische aandoeningen
Ruim vier op de tien inwoners hebben risico op een
psychiatrische aandoening
Het vóórkomen van psychiatrische aandoeningen zoals een
angststoornis of een depressie kan niet vastgesteld
worden aan de hand van de Gezondheidsmonitor. Echter,
het kans op aanwezigheid van deze psychiatrische
aandoeningen is bepaald aan de hand van een aantal
stellingen. Op basis hiervan heeft 41% van de inwoners
van Zuidoost-Brabant een matig tot hoge kans op het
hebben van een angststoornis of depressie. Bij zes procent
van de volwassenen en 5% van de ouderen is de kans
groot.
Etniciteit sterk van invloed op risico op
psychiatrische aandoening
De groep mensen met een hoog risico op een angststoornis of depressie is ongeveer twee maal groter bij
lager opgeleiden en eenoudergezinnen/ alleen wonende
ouderen, dan bij de overige respondenten. De groep is
zelfs drie maal groter onder mensen met een laag inkomen
en mensen van niet westerse afkomst. De invloed is het
sterkst bij niet-westers allochtone ouderen, 17% versus
4%. Ten opzichte van de vorige meting in 2009 in het
aantal volwassenen met een (matig tot hoog) risico op een
angststoornis of depressie toegenomen, van 37% naar
41% in de huidige monitor.
www.regionaalkompas.nl
Wat doet de GGD met deze informatie?
De gegevens uit dit onderzoek kunnen gebruikt worden
voor onderbouwing of aanpassing van het gezondheidsbeleid in uw gemeente. Maar zeker ook voor andere
beleidsterreinen zoals de WMO en de transities. De GGD
ondersteunt daarbij en adviseert graag op maat hoe
thema’s binnen deze beleidsterreinen opgepakt kunnen
worden. De resultaten kunnen worden toegelicht in een
persoonlijk gesprek of in een presentatie en zijn te
raadplegen op de websites: www.ggdgezondheidsatlas.nl
www.regionaalkompas.nl.
Voor meer informatie kunt u contact opnemen met:
Daniëlle Brunenberg, onderzoeksfunctionaris,
Tel: 088 0031458, email: [email protected]
Antonie Verhees, adviseur Lokaal Gezondheidsbeleid,
Tel: 088 0031276, email: [email protected]
Bronnen
1. WHO, World Health Organization. The World Health
Report 2001: Mental Health: New Understanding, New
Hope. Geneve: WHO, 2001f.
2. Huber M, Knottnerus JA, Green L, Horst H, Jadad AR,
Kromhout D, et al. How should we define health? BMJ
2011.
3. Klein D, Riso L, Donaldson S, Schwartz J, Anderson R,
Ouimette P, et al.Family study of early-onset
dysthymia. Mood and personality disorders in relatives
of outpatients with dysthymia and episodic major
depression and normal controls. Archives of General
Psychiatry, 1995; 52(6): 487-496.
www.GGDgezondheidsatlas.nl
Download