Inleiding tot organische structuren

Studiefiche
Vanaf academiejaar 2016-2017
Inleiding tot organische structuren (C000509)
Cursusomvang
(nominale waarden; effectieve waarden kunnen verschillen per opleiding)
Studiepunten 5.0
Studietijd 134 u
Contacturen
54.5 u
Aanbodsessies en werkvormen in academiejaar 2016-2017
A (semester 1)
hoorcollege
22.5 u
practicum
20.0 u
werkcollege: geleide oefeningen
12.5 u
Lesgevers in academiejaar 2016-2017
Martins, José
Madder, Annemieke
WE07
WE07
Aangeboden in onderstaande opleidingen in 2016-2017
Bachelor of Science in de biochemie en de biotechnologie
Bachelor of Science in de chemie
Verantwoordelijk lesgever
Medelesgever
stptn
5
5
aanbodsessie
A
A
Onderwijstalen
Nederlands
Trefwoorden
Koolstofskelet, functionele groepen, stereochemie, conformatie-analyse, pi-systemen,
aromaticiteit, bio-organische moleculen, molecuulorbitaalbeschrijving, hybridisatie
Situering
Het opleidingsonderdeel is een inleidende basiscursus en wordt gedoceerd in het
eerste semester van de bacheloropleiding.
Het opleidingsonderdeel heeft als doel de studenten basiskennis aan te brengen
omtrent de karakteristieke kenmerken van organische structuren, de chemische binding
met koolstof en hierop aansluitend hen een overzicht te geven van de voornaamste
types bio-organische moleculen.
De volgende opleidingscompetenties zijn relevant: B.1.1, B.1.2, B.2.2.
Inhoud
Deel theorie.
(1) Basisbegrippen organische structuren:
elektronenconfiguratie, covalente binding, Kekulé-Lewisstructuren, moleculaire
orbitalen, hybridisatie; koolstofskelet (alkanen, cycloalkanen), isomerie, naamgeving;
polaire covalente binding en functionele groepen op basis van C, H, N, en O; stereoisomerie, conformatie-analyse (cyclohexaan); elektronendelokalisatie
(resonantiestructuren), geconjugeerde pi-systemen, aromaticiteit en UVspectroscopie.
(2) Bio-organische moleculen: koolstof (voorkomen en vormen); secundaire
metabolieten (terpenen, steroïden, alkaloïden); lipiden; aminozuren, peptiden en
proteïnen; sacchariden; nucleïnezuren.
Deel praktijk:
Experimentele basishandelingen (filtreren, drogen, omkristalliseren, destilleren,
extraheren, kolomchromatografie, dunnelaag chromatografie) in het kader van een
aantal bio-relevante thema’s: ethanol en gisting, de chemie van het zien,
polymeerchemie (nylon), verzeping, chemische resolutie van ibuprofen.
Begincompetenties
Geen
Eindcompetenties
(Goedgekeurd)
1
1 Correcte Kekulé-Lewisstructuren van organische moleculen kunnen opstellen.
2 Hybridisatietoestanden in organische moleculen kunnen herkennen.
3 Relevante resonantiestructuren van organische moleculen kunnen afleiden. 4 Isomere structuurformules van organische verbindingen kunnen aangeven. 5 De voornaamste functionele groepen kunnen herkennen en benoemen. 6 De IUPAC-naam van eenvoudige organische verbindingen kunnen afleiden. 7 De absolute configuratie van stereocentra in een organische molecule kunnen
1 bepalen. 8 De symmetrie van een organische molecule kunnen analyseren. 9 Voor het beperkte vakgebied relevante theorieën en modellen kunnen bespreken. 10 De structuur van de voornaamste bioorganische moleculen kunnen afleiden
1 (zonodig met behulp van tabellen) en beschrijven.
11 Zich bewust zijn van het belang van preventie en de hieraan verbonden vigerende
1 reglementeringen bij het werken in een organisch chemisch laboratorium. 12 Aandacht hebben voor milieuvriendelijk gedrag (afvalbeheer, water- en
1 elektriciteitsverbruik) en veiligheidsaspecten (omgaan met PMGE, dragen van
1 veiligheidsbril, bijhouden van MSDS, kennis van noodprocedures). 13 Een aantal courante experimentele handelingen op een doordachte wijze uitvoeren
1 in het kader van de behandelde thema’s.
Creditcontractvoorwaarde
Toelating tot dit opleidingsonderdeel via creditcontract is mogelijk mits gunstige beoordeling
van de competenties
Examencontractvoorwaarde
Dit opleidingsonderdeel kan niet via examencontract gevolgd worden
Didactische werkvormen
Hoorcollege, practicum, werkcollege: geleide oefeningen
Leermateriaal
Nederlandstalige syllabus. Raming: 5 euro.
Referenties
”Organic Chemistry”, Clayden, Greeves, Warren and Wothers; Oxford University Press;
ISBN 0-19-850346-6 (gevorderd).
Molecuulmodellen, bijvoorbeeld: Chem-Tutor (Student Modeling System for Organic
Chemistry), Aldrich (inleidend); Framework Molecular Model Student Sets, Prentice
Hall, ISBN 0-13-330076-5 (gevorderd).
Vakinhoudelijke studiebegeleiding
De theorie wordt door de lesgever overgebracht in de hoorcolleges. Nadien wordt de
theorie ingeoefend in de werkcolleges onder begeleiding van lesgever en/of
assistenten. De praktische oefeningen gebeuren steeds onder begeleiding van
assistenten.
Individuele begeleiding door lesgever of assistent is steeds mogelijk na de
hoorcolleges, gedurende de werkcolleges en praktische oefeningen of na elektronische
afspraak.
Evaluatiemomenten
periodegebonden en niet-periodegebonden evaluatie
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de eerste examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen
Evaluatievormen bij periodegebonden evaluatie in de tweede examenperiode
Schriftelijk examen met open vragen
Evaluatievormen bij niet-periodegebonden evaluatie
Participatie, gedragsevaluatie op de werkvloer
Tweede examenkans in geval van niet-periodegebonden evaluatie
Examen in de tweede examenperiode is niet mogelijk
Toelichtingen bij de evaluatievormen
Deel theorie: schriftelijk. Een korte vraag i.v.m. elk van de eindcompetenties 1-8; één
inhoudsvraag i.v.m. eindcompetentie 9. Drie vragen i.v.m. eindcompetentie 10. >Deel
praktijk: permanente evaluatie ivm eindcompetenties 1, 2 en 3 voor elk practicum.
Eindscoreberekening
Het deel theorie bepaalt 90% van het examencijfer. De evaluatie van deel 1
(Goedgekeurd)
2
(basisbegrippen organische structuren) bepaalt 60% van het totale examencijfer; de
evaluatie van deel 2 (bioorganische moleculen) bepaalt 30% van het totale
examencijfer. >Het deel praktijk bepaalt 10% van het totale examencijfer. De evaluatie
geschiedt bij elke oefening met bijzondere aandacht voor attitude (aanwezigheid,
naleven van richtlijnen ivm veiligheid en milieuzorg).
De behaalde score voor de praktijk wordt overgenomen in 2e zittijd.
een student die ongegrond afwezig is of niet deelneemt aan de evaluatievormen van de
niet-periodegebonden evaluatie (meerbepaald de practica), zal een niet delibereerbare
eindscore krijgen
(Goedgekeurd)
3