Document

advertisement
1.Algemene gegevens
Adresgegevens
Bestuur
Schoolgids en bijlagen
PC Basisschool
Koningin Wilhelmina
Willem de Zwijgersingel 220
2805 BW Gouda
Tel: 0182-513746
e-mail:
[email protected]
website:
www.d4w.nl/wilhelminaschool
brinnummer: 04RQ-02
Stichting PCPO
“De Vier Windstreken”
te Gouda e.o.
tel: 0182-526719
email: [email protected]
Postadres :
Postbus 2061
2800 BE Gouda
Deze schoolgids wordt
alleen op de website
geplaatst.
2. INHOUDSOPGAVE
1..Algemene gegevens
Adresgegevens
De schoolgidsbijlage wordt
elk jaar aan alle gezinnen
op papier verstrekt, samen
met de jaarkalender. In de
schoolgidsbijlage staan de
groepsverdeling, het
jaarverslag, de
schoolontwikkelingen en
belangrijke namen en
adressen.
Bestuur
Bijlagen
2. Inhoudsopgave
3. Inleiding
1
1
1
1
1
2
4
4. Identiteit en visie
5
Identiteit/
levensbeschouwelijk
visie
5
Pedagogische visie
5
Onderwijskundige visie
5
5.. Onderwijs
6
Doelen onderwijs op de KWschool
6
Onderwijskundige inhoud
6
Onderwijs op maat
6
Extra ondersteuning
7
Doubleren
7
Ontwikkelingsvoorsprong hoogbegaafd 7
Talentenklas
7
Onderwijs kleuters groep 1 en 2
8
Onderwijs in groep 3
8
Onderwijs in groep 4 t/m 8
8
Sociaal emotionele ontwikkeling
9
Godsdienstonderwijs
9
Lezen
9
Schrijven
10
Taalonderwijs
10
Rekenen
10
Informatieverwerking
10
Wereld-oriëntatie
11
Thematisch werken
11
Aardrijkskunde
11
Geschiedenis
11
Natuur en Techniek
11
Verkeer
11
Engels
12
Expressieactiviteiten
12
Muziekonderwijs
12
Bewegingsonderwijs
12
Computers en ICT
12
Burgerschapsvorming
13
Rapport en adaptief becijferen
13
Excursies en schoolreis
13
JAVD
13
Sportdag
14
Huiswerk en agenda
14
Verwijzing Voortgezet Onderwijs
14
Schoolkamp
14
Afscheid groep 8
14
6. Ondersteuning en begeleiding
15
Passend Onderwijs
15
Toetsen
15
Het groepsplan
15
Intern Begeleider
16
Handelingsgericht werken
16
Externe hulp
16
Contactmomenten
16
Extra ondersteuning in de groep
17
Overdrachtsgesprekken
17
Extra zorg
17
Het School Ondersteuningsteam
17
Eigen niveau
18
En als de extra hulp niet helpt?
18
Welbevinden en gedragsproblemen
Pestprotocol
Weerbaarheidstraining, gedrag SIJS
Begaafdheid en kleuters met een
ontwikkelingsvoorsprong
Plusklas
Onderwijskundig rapport
Kinderen met een specifieke
ondersteuning en begeleiding
7. Kwaliteit en veiligheid
Schoolplan
Kwaliteit
Veiligheidsbeleid
BHV
Schoolarts
Contact- en vertrouwenspersoon
Intern contactpersoon
Extren contactpersoon
Klachtencommissie
Toelating, schorsing, verwijdering
8. Informatie en communicatie
Aanmeldprocedure
Leerplicht
Ziekte en ziekmelding
Website
KW-krant
Informatieavond
10-minuten gesprekken
Ouders in de klas
Algemene ouderavond
Gesprekken vervolgonderwijs
Afsluiting project
Andere contact momenten
9. Organisatie
Bestuursstructuur
Medezeggenschapsraad (MR)
Schoolraad (SR)
Ouders/verzorgers
Personeel van de KWschool
Vervanging
Nascholing
PABO’s: Partners in opleiding en
ontwikkeling (POO)
Brede School Gouda
TSO/overblijf
Buitenschoolse opvang
Waarom buitenschoolse opvang?
10. Overige zaken
Binnen schoolse en buitenschoolse
activiteiten
Geschiedenis
Hoofdluis
Huisdieren
Huisvesting
Medicijnen
Mobiele telefoons
Persoonsgegevens
Ouderbijdrage
Schaal van samen delen
Schoolfoto’s
Sponsoring
Trakteren
Verzekeren
11. Afkortingen
18
18
19
19
2
19
20
20
21
21
21
21
22
22
22
22
23
23
23
24
24
24
25
25
25
25
25
26
26
26
26
26
27
27
27
28
28
28
28
29
29
29
30
30
30
31
31
31
31
31
31
32
32
32
32
33
33
33
33
34
3.Inleiding
3
De Koningin Wilhelminaschool is sinds 1953 gevestigd aan de Willem de Zwijgersingel in
Gouda. Wij zijn een kleine overzichtelijke stadsschool, waardoor iedereen elkaar snel
kent. Veiligheid en gezelligheid zijn belangrijke voorwaarden voor ons schoolklimaat. De
school staat open voor alle kinderen en ouders die zich kunnen vinden in onze missie en
visie op onderwijs en onze christelijke identiteit willen respecteren.
De basisschooltijd is een periode in het leven van ieder mens die nog regelmatig
terugkomt. U als ouder/verzorger staat rond de derde verjaardag van uw kind voor de
belangrijke keuze om een basisschool te kiezen, die het beste bij uw kind en uw wijze
van opvoeden en levensvisie past.
Deze schoolgids wil een overzicht geven van wat de Koningin Wilhelminaschool u en uw
kind te bieden heeft.
Wij vinden dat elk kind uniek is en het uitgangspunt moet zijn voor het pedagogisch en
didactisch handelen op onze school.
Wij geloven dat respect, openheid en vertrouwen basisvoorwaarden zijn voor het
pedagogisch klimaat op school
Wij geloven dat kinderen zich ontwikkelen door middel van de drie basisbehoeften:
competentie, autonomie en relatie.
Wij geloven dat de ontwikkeling van kinderen kan groeien in een omgeving waar
veiligheid, structuur, duidelijkheid en uitdaging is.
Wij willen kinderen de kans bieden om zich voor te bereiden op de toekomst, hun
toekomst.
Acht jaar vol belevenissen en ervaringen die een stevige basis zullen vormen voor de
verdere schoolloopbaan en het leven van onze leerlingen. Wij willen daar samen met
ouders/verzorgers graag ons onderwijssteentje aan bijdragen.
Onze missie is:
“Een stevige basis voor de toekomst van elk kind”.
Iedereen is van harte welkom op onze school. Het uitgangspunt van ons aannamebeleid
is dat wij kinderen het onderwijs willen bieden dat hen verder brengt. In het kader van
Passend Onderwijs wordt bij aanmelding van een nieuwe leerling door de school bekeken
of wij uw kind kunnen bieden wat het voor een optimale ontwikkeling nodig heeft. Zie
aanmeld- en inschrijvingsprocedure.
Voor persoonlijke informatie, een rondleiding door de school onder schooltijd en de
aanmelding en inschrijving van uw kind, kunt u een afspraak maken met de directeur.
Informatie staat op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool.
Met vriendelijke groet,
Gea van der Meijden
Directeur Koningin Wilhelminaschool te Gouda
4
4.Identiteit en Visie
Identiteit /Levensbeschouwelijke visie
Wij zijn een open christelijke school waarin de ontmoeting centraal staat, vanuit de
overtuiging dat elk mens gelijkwaardig en waardevol is. Wij geven onze kinderen de
rijkdom van de bijbelverhalen mee als bron van inspiratie in het leven van alledag.
Wij vieren de christelijke feestdagen. Wij vinden het belangrijk om dienstbaar en
weerbaar te zijn en zorg te dragen voor onze medemens en de wereld waarin wij leven.
Dit brengen wij in praktijk door activiteiten de organiseren gericht op duurzaamheid en
aandacht voor elkaar en de wereld om je heen. Onze leerlingen willen wij vanuit deze
visie voorbereiden op het toekomstig maatschappelijk functioneren.
Pedagogische visie
Het is voor onze school vanzelfsprekend dat wij de levensbeschouwelijke visie in de
praktijk van onze pedagogische- en onderwijskundige visie tot uiting brengen.
Vertrouwen, zelfvertrouwen, respect, openheid, weerbaarheid, zelfstandigheid,
creativiteit, nieuwsgierigheid, onderzoeken, samenwerken en zorg voor elkaar en de
omgeving zijn belangrijke elementen van het pedagogisch klimaat op onze school. Wij
komen aan het unieke van ieder kind tegemoet door een omgeving te scheppen waar
kinderen in zelfvertrouwen en welbevinden kunnen groeien en hun talenten en die van
anderen leren ontdekken. Veiligheid, structuur en duidelijkheid zijn belangrijke
voorwaarden voor een goed schoolklimaat.
In ons onderwijs zijn de sociaal-emotionele ontwikkeling en de cognitieve ontwikkeling
beide belangrijk. Wij leren kinderen verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij leren en
wat zij doen. Kinderen verschillen van elkaar in aanleg en in achtergrond. Dit neem je als
leerkracht bij het pedagogisch en didactisch handelen in je groep mee, om zo kinderen
tot hun recht te laten komen in hun ontwikkeling op cognitief en op sociaal gebied.
Wij zoeken in ieder kind zijn talent en geloven dat vanuit de positieve motivatie kinderen
kunnen groeien en bloeien.
Onderwijskundige visie
Wij werken op onze school met het leerstofjaarklassensysteem en volgens het concept
handelingsgericht werken en opbrengstgericht werken. Dit betekent dat we uitgaan van
wat een kind al kan en wat het kind aan kwaliteiten en talenten heeft. Daar bouwen we
op verder en werken zo aan de cognitieve en sociale ontwikkeling van onze leerlingen.
De kerndoelen en referentieniveaus van rekenen taal, lezen, de zaakvakken en de
cultureel maatschappelijke vakken in het primair onderwijs zijn ons cognitieve doel. In
dit systeem is er veel ruimte en aandacht voor individuele verschillen in ontwikkeling en
aanleg en het werken in verschillende niveaus. Door thematisch het onderwijs aan te
bieden wordt de betrokkenheid en de verdieping vergroot.
Ontdekken, proberen, onderzoeken, beleven, doorzetten, presenteren, samen leren,
samen werken, zelfverantwoordelijk zijn, creativiteit, motivatie, waardering,
verschillende werkvormen en een uitdagende leeromgeving zijn de begrippen die een
heel belangrijke rol spelen in onze onderwijskundige visie.
Veiligheid, structuur, duidelijkheid en uitdaging zijn hierbij belangrijke voorwaarden om
tot leren te komen. Ieder kind verdient de kans zich optimaal te mogen ontwikkelen.
Wij zoeken in ieder kind zijn talent en geloven dat vanuit de positieve motivatie kinderen
kunnen ontdekken en leren.
5
5. Onderwijs
Doelen van het onderwijs op de Koningin Wilhelminaschool
Ons levensbeschouwelijk doel is leerlingen leren dienstbaar en weerbaar te zijn, zorg te
dragen voor onze medemens en verantwoord en duurzaam om te gaan met de wereld
waarin wij leven.
Ons pedagogisch doel is het in praktijk brengen van het levensbeschouwelijk doel.
Leerlingen leren verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen leren, wat hun
talenten zijn en hun beperkingen, leerlingen leren zelfstandig keuzes te maken en een
onderzoekende houding te leren, leerlingen leren samen te werken en zich te
presenteren in een groep en met elkaar te zorgen voor een veilig en gezellig
schoolklimaat.
Onze cognitieve en onderwijskundige doelen zijn de kerndoelen en referentieniveaus
rekenen taal, lezen, de zaakvakken en de cultureel maatschappelijke vakken in het
primair onderwijs. Deze kerndoelen primair onderwijs zijn vastgesteld door het ministerie
van onderwijs en wetenschappen.
Het algemene doel van ons onderwijs is verwoord in onze missie;
“Een stevige basis voor de toekomst van elk kind”.
Onderwijskundige inhoud
Onderwijs is jarenlang het overdragen van kennis en vaardigheden geweest. De
samenleving is volop in verandering en het onderwijs speelt daar op in. Wij willen als
school midden in de samenleving staan en onze leerlingen de vaardigheden meegeven
voor het leven in de maatschappij van morgen. Kennis is door de digitale wereld
makkelijker te verkrijgen. Kunnen lezen, schrijven en rekenen is een zeer belangrijke
voorwaarde om met de digitale wereld en de wereld van morgen om te leren gaan.
Taal- lees en rekenonderwijs staan op de eerste plaats omdat dit de basis is voor het
begrijpen en ontdekken van de wereld om ons heen.
Keuzes en onderscheid leren maken, onderzoeken, ontdekken en samen werken zijn
belangrijke vaardigheden in deze samenleving.
De zaakvakken, culturele maatschappelijke en creatieve vakken en bewegingsonderwijs
zijn heel belangrijk om alles in het juiste perspectief te zien en de mensen om je heen te
begrijpen. Bij deze vakken werken wij thematisch omdat dit de betrokkenheid en de
verdieping vergroot.
Onze school blijft in ontwikkeling om aan de kerndoelen voor primair onderwijs en de
kwaliteit van onderwijs in deze tijd te voldoen. Wij zijn innovatief en houden de
ontwikkelingen op onderwijs gebied bij door scholing van ons personeel. We maken
gebruik van moderne methodes en werken met digitale middelen zoals digitale borden en
PC’s en tablets, die het onderwijs ondersteunen en verrijken.
Nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen worden getoetst aan onze visie op onderwijs en
aan de kerndoelen voor primair onderwijs.
Onderwijs op maat
Ontwikkelen is een proces met twee kanten. Kinderen hebben een eigen
ontwikkelingskracht en zijn tegelijk afhankelijk van hun omgeving. Niet alle kinderen van
dezelfde leeftijd leren alles op hetzelfde moment en op dezelfde manier. Wij volgen de
ontwikkeling van onze leerlingen door observaties van gedrag, welbevinden en
betrokkenheid en door het volgen van de leerresultaten. Het aanbod kan van kind tot
kind op onderdelen verschillen door differentiatie in werkvormen, aanbod en organisatie
van de instructie en werken in niveaus. We werken met moderne methoden,
6
coöperatieve werkvormen, samenwerkend leren en zelfstandig werken, “kind
gesprekken” over hun vorderingen en leervragen en inzet van digitale middelen.
In alle groepen werken we op minstens drie niveaus. Een basisniveau dat is gekoppeld
aan de leerdoelen van dat leerjaar en daarnaast twee niveaus van leerlingen die al
verder zijn dan het basisniveau of leerlingen die nog niet zo ver zijn als het basisniveau
van dat leerjaar. Dit valt allemaal onder de reguliere groep.
Extra ondersteuning
Leerlingen kunnen specifieke ondersteuning nodig hebben op het gebied van cognitie,
gedrag of vanwege een handicap. Deze begeleiding wordt beschreven in hoofdstuk 4 van
deze schoolgids en is uitgewerkt in het schoolprofiel voor Passend Onderwijs en het
schoolplan 20152019 van de Koningin Wilhelminaschool.
Doubleren
Soms kan het voorkomen dat een kind, ondanks alle ondersteuning, niet goed mee kan
komen met de groep. In overleg met u bekijken we of het verstandig is uw kind mee te
laten gaan naar de volgende groep of dat het beter is dat het de groep nog eens
herhaalt. Belangrijk daarbij is de vraag wat in het belang van uw kind is en de
verwachting van het effect van het doubleren (blijven zitten). We laten alleen een kind
doubleren, als we verwachten dat er hierdoor verbetering optreedt in de leerprestaties en
hij of zij dus vooruitgang zal boeken. Doorgaans zien we dat kinderen die doubleren weer
opbloeien en zelfvertrouwen krijgen, waardoor het leerproces zich weer verder kan
ontwikkelen.
We proberen kinderen die zich minder snel ontwikkelen zo vroeg mogelijk te signaleren.
We zijn van mening dat kinderen beter op jonge leeftijd kunnen doubleren, dan wanneer
ze bijvoorbeeld in groep 7 zitten. Veelal zal de leerkracht al tijdens het eerste 10minuten gesprek, in oktober of november, zijn of haar vermoedens over mogelijk
doubleren met u bespreken. In een heel enkel geval doubleert een kind tweemaal op de
basisschool. Echter, als een kind 14 jaar wordt, moet het naar het voortgezet onderwijs.
Als een kind achterblijft ten opzichte van de groep, maar we niet verwachten dat
doubleren het kind helpt zich verder te ontwikkelen, gaat het mee naar de volgende
groep. Het kind zal wel werk op een aangepast niveau krijgen. Dit wordt ook in het
rapport vermeld.
Ontwikkelingsvoorsprong en/of hoogbegaafd
Leerlingen die verder zijn en versnellen hebben ook een andere aanpak nodig. Dit
noemen wij leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong en/ of hoogbegaafden.
Het is voor alle kinderen belangrijk dat zij gemotiveerd blijven en de uitdaging en aanpak
krijgen die zij nodig hebben. Dat is voor deze groep ook van groot belang. In het
verleden was de gedachte; zij zijn slim en kunnen het zelf. Uit onderzoek blijkt dat deze
kinderen net zoveel aandacht, instructie en structuur nodig hebben als andere kinderen,
alleen op een andere manier. We werken op school bij de kleuters en groep 3 met
materiaal dat op deze groep is afgestemd en vanaf groep 4 gaan we met deze groep met
Compacten en Verrijken en werken we met b.v. “de rekentijgers” en “de pittige torens.”
Talentenklas
In een talentenklas gaan kinderen voor een periode van een vier tot zes weken aan de
slag met een onderwerp dat ze willen ontdekken en ontwikkelen. Dat kan op allerlei
vlakken zijn, sport, cultureel, taal, techniek, creatief, sociaal, enz.. Hiervoor worden
leerkrachten en mensen van buiten,(bv ouders met een bepaald specialisme of hobby)
ingeschakeld. Het doel hiervan is te ontdekken wat jouw talent is. Vanuit deze positieve
beleving sta je sterker om ook zaken die je minder goed af gaan toch aan te pakken en
leer je keuzes te maken.. We zijn allemaal verschillend, hebben allemaal een talent. Wij
willen kinderen leren om je talent in te zetten en elkaar te waarderen. We maken hierbij
ook gebruik van de meervoudige intelligentie.
7
Onderwijs aan kleuters in groep 1 en 2
Kinderen van vier jaar willen naar de basisschool om lekker te spelen met vriendjes en al
spelende leren ze heel veel op het gebied van taal en het omgaan met elkaar.
Spelend leren zijn de kernwoorden van kinderen in de kleuterfase.
Er wordt in groep 1 en 2 gewerkt rond een thema. Alle spelletjes, verhalen, opdrachten
en hoeken gaan over hetzelfde thema. Op deze manier wordt de woordenschat uitgebreid
en wordt er spelenderwijs aan het ontwikkelen van vaardigheden gewerkt. We maken
hierbij o.a. gebruik van de methode Piramide. Deze methode stimuleert de kinderen de
taal- en denkvaardigheid te vergroten. De leerkracht organiseert meerdere malen per
week een kleine kring. In de kleine kring wordt met een kleine groep kinderen een
taalspelletje, een opdracht, herhalingsoefeningen of verrijkingsoefeningen gedaan, terwijl
de andere kinderen zelfstandig spelen/werken.
Vanaf groep 1 werken we aan de zelfstandigheid van onze leerlingen, het kiezen van
eigen werk, keuzes maken en daar verantwoordelijk voor te zijn, natuurlijk op een
niveau dat bij de leeftijd past. Per dag kunnen ze kiezen uit verschillende activiteiten die
op het keuzebord staan vermeld.
Beweging, buitenspelen en gymmen is voor kleuters heel belangrijk, omdat ze zo al
spelende hun motoriek en ruimtelijk inzicht ontwikkelen. Motoriek en ruimtelijk inzicht
heb je nodig om te leren lezen, schrijven en rekenen. Daarom wordt er iedere dag buiten
gespeeld of gegymd en spelletjes gedaan in het speellokaal.
Om te leren hoe je je in een groep moet gedragen en hoe je een plekje in de groep kunt
verwerven, is samen spelen ook erg belangrijk. Al spelend wordt de sociale ontwikkeling
gestimuleerd. Er is veel aandacht voor expressieve vakken. Met allerlei verschillende
materialen en technieken leren de kinderen zich te uiten en ontwikkelen ze
woordenschat, motoriek en vaardigheden: zingen, vertellen, voorlezen, drama, tekenen,
knutselen, gymmen en buitenspelen.
In groep 2 is er aandacht voor beginnende geletterdheid, we beginnen met lezen en
rekenen op een manier die aansluit bij de leeftijd en de ontwikkeling.
Wij vinden het belangrijk dat er voor alle kinderen op elk niveau een uitdaging is om mee
te werken en te spelen. Er is daarom ook materiaal voor kleuters met een
ontwikkelingsvoorsprong, zodat zij de motivatie niet verliezen.
Onderwijs in groep 3
De overgang van groep 2 naar groep 3 is ook een overgang naar een andere
ontwikkelingsfase in het leven. Kinderen van 6 jaar zijn in een overgangsfase van
concreet naar meer abstract kunnen denken. Leren lezen, schrijven en rekenen doet een
beroep op het meer abstract kunnen denken. In groep 3 is er nog veel aandacht voor
spel en extra beweging, omdat veel kinderen dat in deze fase nog nodig hebben.
Het zwaartepunt van het onderwijs in groep 3 ligt bij lezen, schrijven en rekenen.
Vanaf groep 3 werken wij op minimaal drie leerniveaus. Het gaat hier om een groep die
op het gemiddelde niveau van de groep werkt, een groep die extra uitleg nodig heeft en
een groep die de leerstof sneller oppakt dan de gemiddelde groep en verdieping nodig
heeft. Onze methodes zijn allemaal op minimaal 3 niveaus geschreven.
Onderwijs in groep 4 t/m 8
In groep 4 t/m 8 bestaat de schooldag uit lessen in sociale ontwikkeling, taal, Engels,
lezen, schrijven, rekenen, de zaakvakken, cultuur en creativiteit, sport en spel. De
zaakvakken komen vanaf groep 5 in een methode aanbod.
Sociale emotionele ontwikkeling
Sociale emotionele ontwikkeling (SEO) is belangrijk vak op onze school. Een veilig
schoolklimaat is een basisvoorwaarde om jezelf te kunnen zijn en te kunnen ontwikkelen
en groeien. Leerlingen leren verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen leren, wat
hun talenten en hun beperkingen zijn, leren keuzes te maken, een onderzoekende
houding, samen te werken, zich te presenteren in een groep en met elkaar te zorgen
8
voor een veilig en gezellig schoolklimaat. De sociaal emotionele ontwikkeling leert je om
te gaan met verschillende situaties, andere mensen en het leert je wie jij bent en wat jij
kunt en het ontwikkelt je zelfvertrouwen. Lessen in sociaal emotionele ontwikkeling staan
op het lesrooster. Wij gebruiken “kinderen en hun sociale talenten” en de
godsdienstmethode “Trefwoord” Deze lessen worden soms gekoppeld aan spel of
gymlessen. Duidelijkheid en structuur is hierbij belangrijk.
Op onze school leren we vanaf groep 1 de vier “kapstokregels” en in elke groep zijn
groepsafspraken gemaakt. Er is structurele aandacht voor het welbevinden en de
betrokkenheid van leerlingen. Wij gebruiken hiervoor de methode ZIEN. In het najaar
wordt door groep 5 t/m 8 een vragenlijst in gevuld, waarin de betrokkenheid en het
welbevinden wordt gemeten. De leerkrachten van groep 1 t/m 8 vullen een vragenlijst in
die de betrokkenheid en het welbevinden van alle leerlingen beschrijft. Bij de
groepsbespreking wordt door de leerkracht en de Intern begeleider gekeken of de uitslag
van dit onderzoek tot een actie moet leiden.
Bij pestgedrag kan het pestprotocol worden ingezet.
Een veilig en gezellig schoolklimaat en een positieve, gemotiveerde houding zorgt ervoor
dat het kind zich optimaal ontwikkelt.
Wij leren kinderen zelfstandig te werken en leren strategieën aan om vraagstukken van
het werk en problemen met andere kinderen op te lossen. De talentenklassen moeten
ook bijdragen aan een positief zelfbeeld; dit kan ik goed, dat is mijn talent, waardoor
kinderen moeilijke zaken of vaardigheden ook durven proberen. Ontdekken, onderzoeken
en uitproberen zijn vaardigheden die belangrijk zijn in de ontwikkeling van elk mens.
Daarom vinden wij sociaal emotionele ontwikkeling een belangrijk vak op onze school.
Godsdienstonderwijs
Wij gebruiken de methode Trefwoord. Elke dag wordt er over het thema van die week
een bijbelverhaal verteld of een gesprekje gehouden, een lied gezongen of een activiteit
gedaan die in de methode staat. Uiteindelijk komen alle verhalen uit de bijbel in groep 1
tot en met 8 helemaal aan bod. In groep 8 krijgen de kinderen hun eigen bijbel. Eens in
de maand op maandagmorgen wordt een gezamenlijke viering voor groep 1 t/m 8
gehouden in de school. Dit wordt afwisselend door één van de groepen voorbereid. In de
hoogste groepen wordt aandacht besteed aan andere geestelijke stromingen. We
gebruiken ook de methode “geloof in de buurt “ Wij zijn een school, waarin de
ontmoeting centraal staat en we van elkaar willen leren. Kinderen vanuit een andere
religieuze achtergrond vertellen ook wat hun geloof inhoud. Wij vieren alleen de
christelijke feestdagen, zoals Kerst Pasen Hemelvaart en Pinksteren.
Lezen
In de laagste groepen maken de kinderen op allerlei manieren kennis met het
(voor)lezen. Wij gebruiken in groep 1 en 2 een methode met veel speelleermateriaal. Er
wordt met programma ’s en apps op de computer , tablets en het digibord gewerkt,
zodat we elk kind op zijn/haar eigen niveau verder kan.
In groep 3 helpen ouders bij het project “samen lezen”. In groep 4 lezen kinderen in
tweetallen onder begeleiding van een ouder of leerling uit de bovenbouw, het
zogenaamde duolezen. In de hogere groepen is er het tutorlezen. Hierbij lezen een goede
en een zwakkere lezer samen.
In groep 3 heeft het leren lezen de hoogste prioriteit. Wij gebruiken de methode “Veilig
Leren Lezen”
In de hogere groepen blijft de verdere ontwikkeling van het lezen belangrijk. De methode
Estafette is voor het technisch lezen in groep 4 t/m 8 en we gebruiken onderdelen van
de methode “Alles in 1” omdat dit bij het thema aansluit en woorden en verhalen
gebruikt die bij het thema horen.
In groep 4 t/m 8 komen andere accenten bij het lezen aan de orde: begrijpt het kind wat
het leest, kan het de gewenste informatie uit een tekst halen, kan het een samenvatting
maken. Dit wordt het begrijpend lezen genoemd. Wij zien dit als een belangrijk vak,
9
omdat het kind hiermee toegang krijgt tot alle andere informatie die maar denkbaar is.
De methode die wij gebruiken is “Lezen in Beeld” en de methode” Alles in 1” die
onderwerpen gebruikt die bij het thema van dat moment horen.
Schrijven
Om kinderen te leren schrijven, moet er aan verschillende voorwaarden voldaan worden.
De belangrijkste daarvan is, dat de motoriek voldoende ontwikkeld moet zijn. Daarom is
dit een belangrijk onderdeel in groep 1 en 2. In groep 2 wordt al wat gerichter gewerkt
aan de schrijfmotoriek. Een goede pengreep is heel belangrijk.
In groep 3 start vervolgens het eigenlijke schrijfonderwijs. De schrijflessen sluiten nauw
aan bij het leesonderwijs. Leren de kinderen bij het lezen bijvoorbeeld de letter “m” van
“maan”, dan leren ze bij het schrijven hoe die letter moet worden geschreven.
We leren alle kinderen direct de lusletters aan om het aan elkaar schrijven te
bevorderen. In de schrijflessen krijgen ook het creatief schrijven en temposchrijven de
aandacht. Het schrijfonderwijs moet er toe leiden dat alle kinderen een duidelijk leesbaar
en verzorgd handschrift krijgen. Medio groep 3 krijgen alle kinderen een vulpen.
Ook na groep 3 besteden we nog aandacht aan het vlot en duidelijk schrijven, waarbij we
gebruik maken van een schrijfmethode “Handschrift” waarin er aandacht is voor
expressie en creativiteit.
Taalonderwijs
In de lagere groepen wordt het mondeling taalgebruik en de woordenschat uitbreiding op
allerlei manieren geactiveerd. Belangrijk is dat dit steeds gebeurt in een voor het kind
begrijpelijke samenhang, daarom werken we thematisch. We gebruiken hiervoor de
thema’s uit de methode Piramide. Hierbij wordt er op gelet, dat regelmatig aandacht
besteed wordt aan een aantal basisbegrippen (meer - minder; voorste - achterste, etc.).
In de hogere groepen wordt er naast het mondeling taalgebruik meer aandacht gegeven
aan het schriftelijk taalgebruik, zoals het schrijven van verhalen, gedichten en brieven,
werkstukken maken, de spelling, grammatica. De methode is “Taal Apart” onderdeel van
de methode “Alles in 1”
Rekenen
In de groepen 1 en 2 wordt op verschillende manieren de wereld om ons heen geordend,
door het maken van logisch rangschikken, reeksen, hoeveelheden en uiteindelijk het
tellen. Rekenkundige begrippen zoals meer, minder, veel / weinig komen regelmatig aan
de orde in concrete situaties.
In de eerste helft van groep 3 gaan we daar mee verder. Na de kerstvakantie begint het
steeds meer op “echt” rekenen te lijken.
Tijdens de rekenlessen wordt veel aandacht besteed aan het zelfstandig leren oplossen
van rekenproblemen. Daarnaast is er veel aandacht voor de verschillen in capaciteit en
tempo van de kinderen. Naast het inzicht, getalbegrip en de basisvaardigheden (optellen,
aftrekken, vermenigvuldigen en delen) wordt er regelmatig aandacht besteed aan
rekenvaardigheid in praktijksituaties, zoals grafieken interpreteren, oppervlaktes
berekenen, kaartlezen e.d. Voor kinderen die meer aan kunnen is er aanvullend
rekenwerk, dat extra uitdagend is. We gebruiken de methode “Reken zeker”
Informatieverwerking
Op verschillende manieren leren we de kinderen informatie te verwerken. Vanaf groep 4
houden ze elk jaar een boekbespreking en geven de kinderen een spreekbeurt. In groep
5 komt daar het maken van een werkstuk bij. Hierbij leren de kinderen waar ze
informatie vandaan kunnen en hoe ze deze informatie kunnen verwerken tot een
begrijpelijk geheel.
10
Wereld-oriëntatie/zaakvakken; Thematisch werken
Het verkennen van de wereld om je heen is heel belangrijk. In feite staan de vakken taal,
lezen, schrijven en rekenen in dienst daarvan. Daarom kijken we met de kinderen
regelmatig naar de ons omringende wereld. Met name in de laagste groepen gaat dat
vaak in de vorm van projecten en zal het steeds gaan om “kennis maken met”.
In de hogere groepen zal daarnaast ook het vergroten van kennis belangrijker worden.
Aardrijkskunde
De aardrijkskundelessen sluiten aan bij de belevingswereld van het kind. In groep 5
wordt er aandacht besteed aan de eigen omgeving, in groep 6 komt Nederland aan de
orde, in groep 7 Europa en in groep 8 de wereld en het heelal. Aan topografie wordt
regelmatig aandacht besteed. De kinderen kunnen dit als huiswerk meekrijgen.
De methode is “Alles in 1”, een thematische methode die een groot project over het
aardrijkskunde onderwerp behandeld
Geschiedenis
Tijdens het opgroeien wordt de tijdsbeleving van kinderen steeds ruimer. In de
geschiedenislessen wordt hier op in gespeeld door elk jaar dezelfde onderwerpen terug te
laten komen, die dan verder uitgediept worden. Centraal staat de tijdlijn, die ook elk jaar
uitgebreider wordt. Op deze manier kunnen er meer verbanden gelegd worden tussen
heden en verleden. De onderwerpen blijven niet beperkt tot de geschiedenis van ons
land. In de hogere groepen wordt ook aandacht besteed aan de wereldgeschiedenis.
Ook hierbij gebruiken we de thematische methode “Alles in 1”
Natuur en Techniek
Meer nog dan geschiedenis is dit een gebied waar we dagelijks middenin zitten. We
maken er zelf deel van uit en we oefenen er hoe dan ook invloed op uit.
Tijdens de natuurlessen komen verschillende onderdelen van de natuur en het milieu aan
de orde. We bieden de leerstof op verschillende manieren aan. Omdat we natuureducatie
belangrijk vinden, zullen de kinderen regelmatig zelf in de natuur bezig zijn. Dit gebeurt
onder andere bij het Centrum voor Natuur- en Milieueducatie. Ook worden geregeld de
leskisten van dit centrum gebruikt. De moestuin achter de school wordt in het
tuinseizoen door de kinderen en ouders volop gebruikt. Ieder schooljaar is er ook een
project uit de methode “Alles in 1”
Verkeer
Er worden door het schooljaar heen voor groep 1 t/m 8 praktijk en theorie lessen
gegeven volgens de methode “School op Seef” Hiervoor krijgen we begeleiding en
subsidie van de provincie Zuid Holland en VVN
Veilig Verkeer Nederland levert 8 keer per jaar tijdschriften ten behoeve van het
verkeersonderwijs in de groepen 4 t/m 8.
In groep 4 wordt het tijdschrift “Stap vooruit” gebruikt. De leerstof past bij de leeftijd en
het leesniveau van de kinderen. In “Stap vooruit” worden de afspraken die afgeleid zijn
van wettelijke verkeersregels naar voren gebracht. Deze zijn geformuleerd in termen van
gedrag, zodat de kinderen weten wat ze moeten doen in een bepaalde situatie.
In de groepen 5 en 6 wordt met “Op voeten en fietsen” gewerkt. Per nummer wordt
steeds één thema behandeld, bijvoorbeeld “Weer en verkeer” of “Verkeersborden”. Ook
kunnen kinderen opdrachten uitvoeren.
In groep 7 en groep 8 werken de kinderen met de “Jeugd Verkeerskrant”. Er wordt ook
hierin steeds één thema behandeld, bijvoorbeeld “Lastig of prettig in jouw buurt” of
“Verkeer in de grote stad”. Per nummer worden, vaak vanuit wisselende invalshoeken,
actuele onderwerpen besproken. Ook hier kunnen kinderen opdrachten uitvoeren.
In groep 7 wordt het theoretisch en praktisch verkeersexamen gedaan. Bij voldoende
resultaat ontvangen de kinderen een diploma.
11
Engels
In groep 5 t/m 8 wordt er Engels gegeven. We werken met de methode Lets do it.
en zijn bezig om een nieuwe methode in te voeren. Binnen een jaar willen we naar
Engels voor de groepen 1 t/m 8.
Expressieactiviteiten
In groep 1 t/m 8 is dit gekoppeld aan het thema dat op dat moment in de groep
behandeld wordt. Allerlei technieken en materialen komen aan de orde met
handvaardigheid, tekenen, muziek en drama
Muziekonderwijs
In de klassen worden liedjes aangeleerd. Muziekonderwijs staat ook op ons lesrooster en
sluit aan bij thema’s die wij behandelen. Wij maken ook gebruik van de gastlessen de
Brede School Gouda.
Bewegingsonderwijs
De kinderen van groep 1 en 2 spelen elke dag buiten of krijgen spel- en
kleutergymlessen. Kleuters hebben veel beweging nodig om de motoriek en de
ruimtelijke oriëntatie te ontwikkelen. De kleutergym en spelles worden in het speellokaal
gegeven. Daar leren ze onder andere hun evenwicht bewaren, klimmen en worden
allerlei spellen geleerd. Om meer bewegingsvrijheid te hebben doen de kinderen hun
truien en lange broeken uit. Om de zelfstandigheid te bevorderen stimuleren we zoveel
mogelijk dat de kinderen zichzelf omkleden. We willen graag dat ieder kind de
beschikking heeft over een paar gymschoentjes zonder vetersluiting om in het
speellokaal te dragen. Dit is prettiger voor uw kind en het is hygiënischer.
Vanaf groep 3 gymmen de kinderen een keer in de week. Deze gymlessen vinden plaats
in de zaal aan de Willem de Zwijgersingel. Voor de gymles hebben de kinderen geschikte
gymkleding en gymschoenen nodig. Per week is er een uur gym per groep. Een toestelles
waarbij de toestellen gebruikt worden of een spelles.
Met de kinderen van groep 3 gaan we (zeker in het begin van het schooljaar) ook
tussendoor nog wel eens een kwartiertje naar het schoolplein voor een spelletje of om
even te kunnen uitrennen, omdat zij nog extra beweging nodig hebben..
De Brede School Gouda geeft ook regelmatig gespecialiseerde lessen in de gymzaal. b.v
Judo, volleybal, tennis of rugby. Deze lessen worden dan tijdens de gymles gegeven door
trainers van de verschillende sporten. De groepsleerkracht is eindverantwoordelijk en
daarbij aanwezig.
Computers en ICT
De afgelopen jaren hebben we veel geïnvesteerd in computers, digitale schoolborden,
tablets, een netwerk en software. De digitale middelen hebben een duidelijke en
ondersteunende rol in ons onderwijs. Deze rol is ook aan het wijzigen. Door de
ontwikkelingen op digitaal gebied zal er in de nabije toekomst meer gepersonaliseerd
onderwijs kunnen worden gegeven. Doordat er software op de markt komt die leerlingen
op verschillende niveaus kan bedienen en er ook nog eens voor zorgt dat de leerkracht
hier het overzicht op heeft.
In de lagere groepen wordt de computer voornamelijk gebruikt als ondersteuning van
vakken zoals woordenschat, lezen, taal en rekenen. In de hogere groepen worden de
kinderen meer wegwijs gemaakt op het internet en zijn er ook lessen in “Media wijsheid”.
We gebruiken een filter om ongewenst en ongewild gebruik te voorkomen en leren de
voor- en nadelen en de gevaren van internet. In groep 5 wordt een internetprotocol met
de afspraken over het gebruik van internet vastgelegd en ondertekend. De digitale
onderwijsontwikkelingen gaan snel, nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen worden
getoetst aan onze visie op onderwijs en aan de kerndoelen voor primair onderwijs . We
stemmen onze investeringen af op ons onderwijskundig aanbod. Niet alles kan meteen
gerealiseerd worden omdat het budget niet toereikend is. De Vier windstreken heeft een
stichting breed beleid op het gebied van ICT en de inkoop hiervan.
12
Burgerschapsvorming
Burgerschapsvorming is geen apart vak. Bij burgerschapsvorming zijn kennis,
vaardigheden en houdingen belangrijk. Het is een onderwerp dat in veel schoolvakken
verweven zit Dit kan bijvoorbeeld bereikt worden door het oefenen van democratische
principes in de klas en op school. Of door kinderen aan de kwaliteit van de school bij te
laten dragen door ze verantwoordelijkheden te geven of ruimte voor eigen initiatieven.
Zo leren de kinderen dus door te doen. Bepaalde onderdelen van burgerschapsvorming
komen in een vak of leergebied aan de orde. Bijvoorbeeld: kennismaken met diverse
religies (levensbeschouwing), discussiëren (taal) en het ontstaan van de democratie
(geschiedenis).Gedrag en zaken die in de “echte samenleving” ook voorkomen, spelen
zich ook in de klas, op het schoolplein, kortom: op school af. De school is voor kinderen
dus een oefenplaats voor goed burgerschap. Zo stimuleren wij de kinderen om respect te
hebben voor de medemens, hun mening te vormen en hiervoor uit te komen. Er is ook
een link met de identiteit van de school, via goed burgerschap breng je de christelijke
identiteit in praktijk. Ontmoeten, respect en zorg voor elkaar.
Rapport en adaptief becijferen
Het rapport wordt in de loop van dit schooljaar verder gedigitaliseerd. Dat houdt in dat
wij gebruik maken van de gegevens die wij in ons Leerling Volg Systeem Parnassys
opslaan. In de rapportmap van ieder kind zitten ook andere werkstukken en overzichten,
bv een menstekening die ieder jaar weer wordt gemaakt, verslag van de talentenklassen,
de plusgroep en natuurlijk een overzicht van de resultaten van rekenen, taal , lezen en
de zaakvakken. Wij willen een breed beeld geven wat de ontwikkeling van de leerlingen.
Naast het adaptief onderwijs (onderwijs dat bij het kind past) dat in alle groepen wordt
gegeven, beoordelen wij de resultaten in groep 8 adaptief.
We willen de schoolkeuzewensen van kind, opvoeders en school bij elkaar brengen om zo
tot één gezamenlijke, voorlopige schoolkeuze te komen. De keuze voor de beoordeling in
groep 8 bestaat uit drie niveaus, namelijk havo/vwo, vmbo-t en vmbo-b/k. De
beoordeling komt tot stand door een aanpassing in het geven van cijfers en een
aanpassing in de eisen die we stellen aan het werk van de kinderen. Zo mogen de
kinderen die gekozen hebben voor een vmbo-b/k niveau meer fouten maken dan de
kinderen van het vmbo-t niveau. De kinderen van het havo/vwo niveau mogen nog
minder fouten maken. Als het gaat om de aanpassing in de eisen aan het werk van de
kinderen, kunt u denken aan de hoeveelheid werk dat af moet zijn, de eisen die we aan
de zinsbouw stellen en de eisen voor het geven van antwoorden.
Excursies en schoolreis
Gedurende het schooljaar gaan de groepen bij ons op stap, bijvoorbeeld omdat een
groep is uitgenodigd voor een activiteit van de brede school. De school bepaalt of de
groep deelneemt aan de excursie, waarbij er één belangrijk criterium gehanteerd wordt
nl. heeft het uitstapje een educatieve waarde die een aanvulling geeft op de lesstof.
Voor het vervoer naar zo’n activiteit wordt de hulp van opvoeders gevraagd. Moeten de
kinderen per auto vervoerd worden, dan zitten zij altijd in de gordel.
Jaarlijks gaan we met de groepen 3 t/m 7 op schoolreis. Meestal combineren wij tijdens
de schoolreis leren en spelen. Dan bezoeken wij bijvoorbeeld eerst een museum en
daarna een pretpark of speeltuin. De kinderen van groep 8 gaan niet op schoolreis,
omdat zij al op schoolkamp gaan en voor de kinderen van groep 1 en 2 wordt een
kleuterfeest georganiseerd ter vervanging van het schoolreisje.
JAVD
Onze school loopt ieder jaar mee met de Jeugdavondvierdaagse, 4 avonden waarbij we
routes door Gouda lopen onder begeleiding van ouders en leerkrachten. De
avondvierdaagse wordt afgesloten met een intocht waarbij alle kinderen een medaille
ontvangen.
13
Sportdag
Ieder jaar is er een sportdag voor de groepen 1 t/m 8, soms gecombineerd met de koningsspelen.
Huiswerk en agenda
In de hogere groepen is het gebruikelijk om de kinderen al te laten wennen aan
huiswerk, zodat de overgang naar de middelbare school wordt verkleind. In de groepen
4, 5 en 6 wordt een enkele keer wat huiswerk meegegeven, zoals het leren van de tafels,
de topografie voor aardrijkskunde of een oefentekst om te lezen. In groep 7 krijgen de
kinderen regelmatiger huiswerk mee. Op het schoolbord in de klas wordt een agenda
voor de komende weken bijgehouden, zodat ze daar al mee vertrouwd raken. In groep 8
leren de kinderen zelf hun agenda bij te houden, eerst samen met de agenda op het
schoolbord, later zelfstandig. In principe krijgen de kinderen een aantal dagen per week
huiswerk op voor taal, rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis. De leerkracht leert hen
hun huiswerk te plannen.
Verwijzing naar het voortgezet onderwijs
Aan het eind van het schooljaar zullen de leerlingen van groep 8 onze school verlaten om
hun opleiding voort te zetten op één van de scholen voor V.O.
Aan het einde van groep 7 en in september van het nieuwe schooljaar in groep 8 vinden
er voorlopige adviesgesprekken plaats door de leerkracht en IB-er met de ouders .
Vanaf november kunt u voorlichtingsbijeenkomsten bijwonen van de verschillende
voortgezette scholen in Gouda. In de herfst ontvangt uw kind informatie hierover. In
februari ontvangen de ouders het schooladvies m.b.t. de overgang van de leerlingen naar
het V.O. Daarbij wordt o.a. gekeken naar de resultaten van toetsen die in de afgelopen
jaren gemaakt zijn , maar ook naar de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind. De
resultaten van de Cito halfjaartoetsen in de groepen 6, 7 en 8 vormen het uitgangspunt
voor de plaatsingswijzer die door de leerkracht i.s.m. de IB-er gemaakt wordt. Het V.O.
gebruikt de plaatsingswijzer naast het advies van de leerkracht om te bepalen of een
aangemelde leerling toelaatbaar is. De aanmelding van leerlingen moet vóór 1 maart
gedaan zijn. De ouders bepalen voor welke school zij hun kind willen inschrijven. De
procedure eindigt wanneer de door de ouders gekozen school het kind officieel inschrijft
en de ouders daarvan in kennis stelt. De Centrale-Eindtoets wordt in april afgenomen.
De eindtoets is niet meer van invloed op plaatsing van leerlingen in het V.O.
Kinderen die in aanmerking komen voor het praktijkonderwijs of voor het leerweg
ondersteunend onderwijs hebben een ander traject van verwijzing dan hierboven
omschreven. Zij volgen een individueel traject omdat zij voor 1 februari aangemeld
moeten zijn bij de school voor voortgezet onderwijs.
De verwijzingspercentages van de leerlingen van groep 8 van het afgelopen schooljaar
kunt u vinden in de bijlage van de schoolgids.
Schoolkamp
Aan het begin van groep 8 organiseren we een schoolkamp. Ze hebben een leuke tijd
samen, waar ze de rest van het jaar en ook later, met plezier op terug kunnen kijken.
Het programma is afwisselend en bestaat uit leuke, leerzame en vormende activiteiten.
Afscheid groep 8
De laatste officiële schooldag worden de leerlingen van groep 8 officieel uitgezwaaid door
de leerlingen van school, de leerkrachten en hun ouders,
Groep 8 sluit het schooljaar af met hun eigen afscheidsavond en zij spelen die avond
voor hun ouders en genodigden een musical.
14
6. Ondersteuning en begeleiding
Passend Onderwijs.
Sinds 1 augustus 2014 is de Wet op het Passend Onderwijs van kracht. Onze school is
aangesloten bij het SWV PO Midden Holland waarin ruim 80 basisscholen uit Gouda en
omgeving samenwerken om kinderen de best denkbare onderwijsplek te bieden.
Steeds zal door school en ouders worden bekeken wat een kind nodig heeft om zich goed
te kunnen ontwikkelen. Zowel op cognitief als sociaal emotioneel gebied.
Om te zorgen dat ieder kind zich optimaal kan ontwikkelen wordt in de groepen gewerkt
op verschillende niveaus. Er zijn kinderen die sneller aan het werk kunnen na een
instructie, maar ook kinderen die juist extra instructie nodig hebben.
Om dit goed te kunnen volgen, maken wij gebruik van het LOVS( Leerling Ontwikkeling
Volg Systeem) Parnassys. Door middel van observaties en toetsen kunnen wij aansluiten
bij wat kinderen nodig hebben.
Om de organisatie van de ondersteuning en de begeleiding op de Koningin
Wilhelminaschool te structureren wordt jaarlijks gebruik gemaakt van een zorgkalender,
een toetskalender en het document ’de zorgstructuur op de Koningin Wilhelminaschool’.
Wat de school aan ondersteuning kan geven , maar ook wat niet mogelijk is op onze
school, staat beschreven in het School Ondersteunings Profiel.
Hierin staat beschreven hoe de ondersteuning en de begeleiding vorm wordt gegeven en
welke afspraken hierover zijn gemaakt.
Toetsen
Op onze school wordt gebruik gemaakt van Methodegebonden - en niet
Methodegebonden toetsen. Methode gebonden toetsen zijn opgenomen in de
handleidingen van de methoden van bijv. rekenen, taal en lezen. Deze worden na ieder
hoofdstuk afgenomen, zodat de leerkracht kan analyseren wat goed gaat en waar nog
extra aandacht aan moet worden besteed.
Niet-methodegebonden toetsen zijn de Cito toetsen. Deze worden in januari en in juni
ieder schooljaar afgenomen. Deze toetsen geven de leerkracht een beeld van de
ontwikkeling van het kind ten opzichte van het “gemiddelde kind in Nederland” op
verschillende vakgebieden. Dit zijn:
CITO Taal voor kleuters, CITO rekenen voor kleuters, CITO ‘Drie Minuten Toets’
(woordlezen), CITO Begrijpend lezen, CITO Leeswoordenschat, CITO
Spellingvaardigheid, CITO Rekenen & Wiskunde .
De resultaten hiervan geven informatie over:
 het individuele kind,
 het groepsgemiddelde,
 het schoolgemiddelde.
Bovenstaande toetsen worden afgenomen volgens de toetskalender. Daarnaast staat in
de zorgstructuur beschreven hoe deze moeten worden afgenomen en welke
aanpassingen er mogen worden gedaan, bijvoorbeeld bij dyslexie en dyscalculie.
In de groepen 1 en 2 wordt naast Cito gebruik gemaakt van een observatie instrument.
Het groepsplan
De leerkracht analyseert de toetsgegevens en observaties en verwerkt dit in een plan,
het groepsplan. Daarin staat bij alle kinderen beschreven welke doelen worden
nagestreefd, hoe dat wordt gedaan en wanneer dit wordt geëvalueerd. Tijdens de 10minuten gesprekken worden deze gegevens besproken met de ouders aan de hand van
een overzicht uit het digitaal leerlingvolgsysteem.
15
Intern begeleider
Op school hebben wij een Intern Begeleider (IB-er). De Intern Begeleider is
verantwoordelijk voor:
 de doorgaande lijn,
 de zorgverbreding,
 de organisatie en planning van toetsen en observaties,
 de leerling- en groepsbesprekingen,
 de organisatie van de speciale leerhulp,
 externe contacten,
 bewaking van procedures.
De IB-er bespreekt met de leerkracht zowel individuele leerlingen als de gehele groep.
Samen wordt bekeken of de leerkracht aan de onderwijsbehoeften van het kind en de
groep kan voldoen of dat er extra hulp nodig is. Daarnaast is de IB-er aanwezig bij
gesprekken met ouders en externen.
De IB-er bewaakt de leerling dossiers. Daarin worden alle documenten m.b.t. het kind
gearchiveerd: Inschrijfformulier, gespreksnotities, rapportkopieën, correspondentie,
aantekeningen van gesprekken, onderzoeksverslagen en onderzoeksgegevens die ons
door ouders zijn verstrekt. Ouders van leerlingen kunnen na afspraak met de IB-er op
school inzage krijgen in de gegevens van hun kind en desgewenst een toelichting hierop.
Deze dossiers zijn grotendeels digitaal opgeslagen in het systeem Parnassys en ernaast is
er ook nog een kleiner wordend papieren dossier.
Handelingsgericht werken
Op de Koningin Wilhelminaschool wordt gewerkt volgens het principe van
handelingsgericht werken. Dit houdt in dat door de leerkrachten steeds wordt nagegaan
wat dit kind in deze groep, bij deze leerkracht , bij dit vak nodig heeft. Daarbij wordt
gekeken naar de vaardigheden die een kind al beheerst of nog niet. Dit laatste kan
belemmerend zijn voor een goede ontwikkeling. De ouders worden steeds betrokken bij
gesprekken. Zij kennen hun kind immers het beste. Ook vinden er regelmatig ‘kind’ gesprekken plaats door de leerkracht met het kind. Samen wordt besproken wat het kind
nog wil leren of meer wil oefenen en wat al goed wordt beheerst. Zo krijgt het kind
inzicht in de eigen mogelijkheden. Vanaf groep 5 wordt gewerkt met een eigen werkplan,
waarin wordt aangegeven waar het kind zelfstandig mee aan de slag kan gaan. De basis
voor dit plan is het overzicht van de toets scores, observaties en de kindgesprekken.
Externe hulp
Het is de verantwoordelijkheid van de IB-er om de contacten en procedures met externe
deskundigen te onderhouden. Externe hulp wordt pas ingeschakeld na overleg met de
leerkracht(en) en de ouders. De school werkt samen met de volgende externe partners:
Logopediste (GGD), School Maatschappelijk Werk ( Kwadraad), Schoolarts (GGD),
Onderwijs Adviesdienst, Samenwerkingsverband PO Midden Holland , Bureau Leerplicht
en Centrum voor Jeugd en Gezin. Daarnaast zijn er contacten met externen die door de
ouders zelf zijn ingeschakeld zoals logopedisten, psychologen, kinderartsen en (
fysio)therapeuten. Hiervoor wordt vooraf aan de ouders toestemming gevraagd en
worden zij betrokken bij gesprekken op school.
Contactmomenten
De resultaten van de leerlingen van groep 3 t/m 8 worden driemaal per jaar in een
rapport met de kinderen meegegeven. In de groepen 1 en 2 wordt twee keer per jaar
een kleuterverslag meegegeven. Na elk rapport of kleuterverslag is er een
gespreksmogelijkheid voor alle betrokken ouders met de leerkracht. De leerkrachten
en/of IB-er nemen contact op met de ouders als er zorgen zijn over de ontwikkeling van
uw kind. Ouders zijn altijd welkom op school om over hun kind te praten. Ouders worden
uitgenodigd als de hulp over een langere periode gegeven moet worden en worden dan
betrokken bij het opstellen van een groeidocument.
16
De IB-er is vaak bij het gesprek aanwezig. Ouders worden ook betrokken bij de (tussen)
evaluatie van het groeidocument en op de hoogte gehouden van het verdere verloop:
toetsing door deskundigen, het inschakelen van hulpverleners, etc. Als het om een
psychologisch onderzoek gaat, kan dat alleen met schriftelijke toestemming van de
ouders; Bij inschakeling van hulpverleners door de ouders zelf (psycholoog, kinderarts,
kinderpsychiater, logopedist, fysiotherapeut, etc.), zijn de ouders uiteraard niet verplicht
de resultaten van de onderzoeken aan de school ter inzage te geven, maar het wordt wel
door ons op prijs gesteld. Hulpverleners van buiten de school mogen alleen met
toestemming van de ouders, de IB-er of leerkrachten van school benaderen voor
informatie of advies. Als de school na toestemming van de ouders informatie verstrekt
aan anderen, is die ook toegankelijk voor de ouders.
Extra ondersteuning in de groep
Op onze school werken we handelingsgericht. We bekijken wat uw kind nodig heeft. Door
middel van toetsen, observaties, analyse van het werk van uw kind en kind- en
oudergesprekken wordt de onderwijsbehoeftes van uw leerling in kaart gebracht. Deze
onderwijsbehoefte wordt door de leraar vastgelegd in een groepsoverzicht. Het
groepsoverzicht van juni vormt de overdracht naar de volgende groep. Soms blijkt dat
kinderen moeite hebben met een enkel onderdeel, bijv. technisch lezen of rekenen. Om
deze kinderen te helpen krijgen zij extra ondersteuning of van de leerkracht of van
ouders, die geïnstrueerd zijn om te helpen bij dat specifieke onderdeel. Op deze manier
proberen wij de kinderen weer op het niveau van de groep te krijgen. Ook krijgen
sommige kinderen pre-teaching door de leerkracht. Deze kinderen hebben baat bij het
vooraf doornemen van de stof die in de dagen daarop behandeld gaat worden.
Overdrachtsgesprekken.
Voor het eind van het schooljaar vinden gesprekken plaats tussen leerkrachten om de
algemene en bijzondere gegevens van leerlingen en de groep aan elkaar door te geven.
Deze overdracht is van groot belang voor de doorgaande lijn in de ontwikkeling en
begeleiding van de kinderen.
Extra zorg
Gedurende een schooljaar kan blijken dat een kind extra zorg nodig heeft. Dat kan zijn
op het gebied van bijvoorbeeld rekenen, taal, lezen of bij problemen rond de sociaalemotionele ontwikkeling. Om de problemen zo goed mogelijk in kaart te brengen en een
plan te maken voor extra hulp, wordt de manier van handelingsgericht werken gebruikt.
Uitgangspunt voor deze manier van werken is de hulpvraag van het kind: Wat heeft dit
kind, in deze groep, bij deze leerkracht, bij dit vak nodig? Om dit vast te stellen worden
stappen genomen, waarbij gesprekken tussen leerkracht, ouderrs en het kind centraal
staan. Er wordt steeds bekeken of de doelen haalbaar zijn of dat de extra zorg moet
worden aangepast en of er externe hulp of onderzoek moet worden ingeschakeld. Op
deze manier krijgt een kind zorg op maat.
Het School Ondersteuningsteam (SOT)
Wanneer er een extra zorg vraag is, kunnen de leerlingen, na schriftelijke toestemming
van ouders, worden besproken in het SOT. Daarin hebben zitting: - de IB-er en de
directie - de orthopedagoog van het samenwerkingsverband voor Passend Onderwijs begeleider van Onderwijs Advies - schoolarts - een maatschappelijk werker Als daar
behoefte aan is, kunnen gespecialiseerde deskundigen, zoals een logopedist of
psycholoog, uitgenodigd worden om aan het overleg deel te nemen. Ook aan de ouders
kan worden gevraagd aan dit overleg deel te nemen. Vooraf wordt door de leerkrachten,
de IB-er en de ouders een groeidocument opgesteld. Daarin staat verwoord wat de
hulpvraag is van school en ouders en wat de onderwijsbehoeften zijn van het kind.
17
Eigen niveau
Voor sommige kinderen is de verplichte leerstof van de basisschool te moeilijk. In overleg
met ouders en na onderzoek en advies van deskundigen wordt een individueel
programma vastgesteld. Dit kan voor één vak, maar kan ook voor meerdere vakken. We
noemen dit een eigen leerlijn met ontwikkelingsperspectief voor een individueel kind.
Over het algemeen geldt dat we een eigen leerlijn pas na groep 5 inzetten. De leerling
blijft wel in de groep, maar volgt voor dat vak een eigen leerlijn.
En als de extra hulp niet helpt?
Als blijkt dat de hulp die we een kind geven niet het gewenste resultaat heeft
opgeleverd, gaat het School Ondersteunings Team (SOT)met daarin de leerkracht, de
intern begeleider, de onderwijsspecialist en de schoolarts met de ouders om de tafel
zitten om te bespreken wat er gedaan moet worden. Als men het erover eens is dat
verdere hulp noodzakelijk is, wordt gekeken naar de volgende mogelijkheden:
 Vanuit het samenwerkingsverband wordt extra ondersteuning gegeven aan het
kind of aan de leerkracht, zoals een leesspecialist of begeleiding door een
gedragsdeskundige
 Het kind blijft op de basisschool en vanuit het speciaal onderwijs komt speciale
hulp en begeleiding door een PAB-er (Preventief Ambulant Begeleider). Deze geeft
tips aan de basisschool m.b.t. gerichte hulp voor het kind.
 De basisschool kan niet de hulp bieden die voor deze leerling nodig is. Er komt
een verwijzing naar het Speciaal Onderwijs ( SO).
 De basisschool kan niet de hulp bieden die voor deze leerling nodig is. Het kind
krijgt een verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs(SBO).
Deze procedures staan verwoord in de zorgstructuur.
Welbevinden, gedragsproblemen en SIJS
De sociaal emotionele ontwikkeling en het welbevinden van de leerling is een belangrijke
voorwaarde om te kunnen leren, fijn te kunnen omgaan met de andere kinderen in de
groep en met de leerkracht.
Wij volgen deze ontwikkeling door het observatie instrument ‘Zien’. Aan de hand van een
leerkrachten – en leerlingen vragenlijst wordt de sociaal emotionele ontwikkeling in kaart
gebracht. Met deze uitkomsten en met de observaties van de leerkracht kan actie worden
ondernomen. Indien nodig wordt dit besproken met ouders.
Mochten er door ouders of door de leerkrachten problemen worden geconstateerd, kan
een kind worden aangemeld voor de training SIJS Sterker In Je Schoenen( groep 2-8).
Er is een ‘kleine SIJS’ voor de groepen 2 en 3 en ‘Grote SIJS’ voor de groepen 4 tot en
met 8. De kinderen leren in een kleine groep, die wordt begeleidt door twee geschoolde
leerkrachten, hoe zij om moeten gaan met sociale situaties. Ouders geven hier
toestemming voor en worden op de hoogte gebracht van de inhoud van de training.
Mocht blijken dat er meer ondersteuning nodig is, kunnen ouders en leerkrachten dit
bespreken de IB-er. Een aanmelding bij School Maatschappelijk Werk van ‘Stichting
Kwadraad’ kan met ouders worden besproken. De gesprekken met de school
maatschappelijk werkster vinden doorgaans op school plaats. Zij kan naar aanmelding
van deze gesprekken en mogelijke observaties advies geven tot vervolgonderzoek door
externen.
Pestprotocol
Op het lesrooster staat ook tijd voor sociaal emotionele ontwikkelingslessen, deze
worden structureel gegeven. Er wordt structuur geboden door schoolregels voor de
school (kapstoregels) afspraken in de groep, het schoolplein. Vanzelfsprekend is het
beleid in de eerste plaats gericht op preventie. In de klassen wordt daarom op het niveau
van de groep aandacht besteed aan het omgaan met elkaar.
De kinderen moeten gedragsregels leren hanteren. Ze moeten nee leren zeggen, grenzen
leren stellen en grenzen van anderen leren respecteren.
18
Pesten komt overal voor, ondanks alle aandacht en zorg.
Als ouders pestgedrag op school constateren worden zij uitgenodigd daar met ons over te
komen praten om erger te voorkomen.
Het door ouders en school vastgestelde ANTI-PESTPROTOCOL is de kern van de aanpak
en ook dit protocol wordt elk jaar met de kinderen doorgenomen.
Als er sprake is van pestgedrag zetten wij het pestprotocol in. Wij willen een school zijn
waar alle kinderen zich veilig en welkom voelen.
Begaafdheid en kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong
Naast extra hulp voor kinderen voor wie de lesstof te moeilijk is, hebben wij ook
aandacht voor kinderen die meer aan kunnen. We willen voorkomen dat kinderen zich
onvoldoende ontplooien. Op de Koningin Wilhelminaschool is een beleidsplan
begaafdheid opgesteld, zodat goed onderwijs aan deze kinderen wordt geborgd.
Vanaf het moment dat een kind in groep 1 start wordt door de leerkracht bekeken of zij
signalen ziet die duiden op voorsprong of achterstand. Daarvoor zijn tijdens de
intakegesprekken al vragen gesteld aan de ouders of zijn er door de intern begeleider
inlichtingen ingewonnen bij de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. In de groepen 1
en 2 krijgen deze kinderen extra uitdaging aangeboden tijdens de kleine kring en overige
activiteiten. Het lees-en rekenonderwijs in groep 3 wordt hierop aangepast.
Vanaf groep 3 hebben wij de mogelijkheid dat deze kinderen zich kunnen verbreden,
verdiepen en versnellen.
Onder verbreden verstaan we het aanbieden van extra lesstof. Deze lesstof bevat
onderdelen die al behandeld zijn en kan in bekende vorm of in voor het kind nog
onbekende vorm worden aangeboden. Een kind dat regelmatig eerder klaar is met de
gewone opdrachten, komt hiervoor in aanmerking.
Verdiepen (of verrijken) gaat een stap verder. Dit is extra lesstof die verder ingaat op al
behandelde onderdelen. Het is niet alleen meer van hetzelfde, maar juist nieuwe stof in
het verlengde van al behandelde onderdelen. Het kind leert zo meer over een bepaald
onderdeel dan direct noodzakelijk is. Als een kind structureel eerder klaar is met de
gewone opdrachten, eventueel aangevuld met verbredingstof, dan krijgt het
verdiepingsstof aangeboden.
Bij versnellen gaat het om het aanbieden van de reguliere lesstof in een kortere tijd dan
normaal. Kinderen die hiervoor in aanmerking komen, hebben een aantoonbare
didactische voorsprong van minimaal één leerjaar op de gebieden taal (begrijpend lezen,
woordenschat en spelling) en rekenen. Op één van deze gebieden mag een minder grote
voorsprong zijn.
Hoe dit specifiek zal worden aangeboden, wordt met de ouders overlegd.
Plusklas
Twee keer per jaar is er een plusklas in 2 rondes van 6 weken voor de groepen 4/5/6/7/8
voor ongeveer 10 kinderen. Hiervoor wordt zoveel mogelijk gebruikt gemaakt van onder
andere ‘De Pittige Torens’( techniek), vreemde talen zoals Spaans of wordt gewerkt door
middel van projecten. Daarbij wordt aandacht geschonken aan het ‘leren leren’ : hoe
wordt een taak opgepakt, hoe wordt gepland en hoe wordt iets uitgevoerd. Deze
activiteiten worden ook beoordeeld, waardoor kinderen nog meer worden uitgedaagd om
zich in te zetten voor een opdracht.Ook tijdens de talentklassen zijn er een aantal rondes
voor de plusklas 3/4/5 en 6/7/8Om het begaafden beleid te borgen wordt tijdens
studiedagen en personeelsvergaderingen aandacht besteed aan deze activiteiten.
Onderwijskundig rapport
Als een kind tussentijds de school verlaat en naar een andere basisschool gaat, wordt
een onderwijskundig rapport opgesteld ten behoeve van de ontvangende school.
Andersom ontvangen wij een onderwijskundig rapport van een nieuw kind.
Kinderen worden in de groep geplaatst waar zij volgens hun leeftijd en naar hun
mogelijkheden in thuishoren. Het kan zijn dat de IB-er of de schoolleiding over duidelijke
aanwijzingen beschikt, die een andere keus rechtvaardigen. Er zal steeds worden
afgewogen of de school aan de onderwijsbehoeften van het kind kan voldoen.
19
In het School Ondersteunings Profiel (SOP) hebben wij als school aangegeven wat wij
aankunnen met of zonder hulp. Dit staat op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool
Kinderen met specifieke ondersteuning en begeleiding
Het streven is erop gericht ook deze kinderen op een zo normaal mogelijke manier het
onderwijs en de overige activiteiten op school te laten volgen. Waar nodig wordt extra
hulp gegeven. De school zelf is uitgerust met een traplift en is verder drempelloos.
In het School Ondersteuningsprofiel staat het als volgt omschreven.
Leerlingen met medische en fysieke problemen:
Voor leerlingen die slecht kunnen zien of horen, kan de school, bijvoorbeeld met
technische hulpmiddelen en/of extra menskracht, in veel gevallen een passende aanpak
ontwikkelen. Soms b.v. als leerlingen nauwelijks of niet kunnen zien of horen, ziet de
school daarvoor geen mogelijkheden.
Leerlingen met spraakproblemen kunnen in vrijwel alle gevallen rekenen op een
passende aanpak.
Voor leerlingen met motorische beperkingen, zoals (ernstige) spasmen of
rolstoelgebruikers, zijn de mogelijkheden voor een passende aanpak binnen onze school
beperkt. Wij hebben op school geen lift voor een rolstoel alleen een traplift met stoeltje.
Afhankelijk van de leerling zullen we soms een aanpak hebben of kunnen ontwikkelen,
maar in andere gevallen niet.
Voor leerlingen met andere kenmerken, zoals het syndroom van Down, zal de school per
individueel geval en per leerjaar moeten beoordelen wat mogelijk is.
De mogelijkheden die wij kunnen bieden, worden bekeken per zorgvraag en zijn mede
afhankelijk van leeftijd en ontwikkeling van het kind en de specifieke onderwijs- /
zorgbehoefte.
Wat de mogelijkheden zijn hangt niet alleen af van de leerling met een handicap of
probleem, ook van de groep waarin het kind terecht komt. Andere kinderen in de groep
moeten ook voldoende aandacht van de juf of meester kunnen krijgen voor hun
onderwijs. Dat is soms een lastige afweging. Wij zijn verantwoordelijk voor goed
onderwijs aan alle leerlingen.
20
7. Kwaliteit en veiligheid
Schoolplan
In het schoolplan staat beschreven hoe we het onderwijs inrichten, wat de visie en de
doelstellingen van ons onderwijs zijn.
Ook staat hierin vermeld hoe we de kwaliteit van het onderwijs de komende, vierjarige
periode willen verhogen. Het schoolplan ligt ter inzage op school.
Ouders, bestuur en inspectie hebben door middel van het schoolplan inzicht in wat er op
school gebeurt. Elk jaar wordt een onderdeel van het schoolplan, het
schoolontwikkelingsplan geëvalueerd, bijgesteld en vastgesteld voor het schooljaar
daarop.
Kwaliteit
De Koningin Wilhelminaschool wil kwaliteitsonderwijs leveren. Dat is onderwijs waarvan
de inhoud als kwalitatief hoogstaand wordt beoordeeld. In de schoolgids en in het
schoolplan staat wat de school doet en van plan is te gaan doen.
Kwaliteit heeft ook met prestaties te maken. De leerlingenprestaties worden gevolgd met
behulp van een leerlingvolgsysteem. Prestaties van kinderen zijn afhankelijk van de
mogelijkheden van het kind, de thuissituatie en het onderwijs en de leerkrachten op
school.
Onze school heeft een goede zorgstructuur en werkt systematisch aan
kwaliteitsverbetering. Het team volgt scholing om het onderwijs dat wij geven aan te
laten sluiten bij wat er in de samenleving wordt gevraagd en om onze bekwaamheid als
leerkracht op peil te houden.
In de bijlage van de schoolgids verantwoordt de school de ontwikkelingen van het vorige
schooljaar in het jaarverslag. Tevens wordt er vooruit gekeken naar de ontwikkelpunten
voor het aankomende schooljaar in het schoolontwikkelingsplan.
De verwijzingspercentages van de leerlingen van groep 8 naar het voortgezet onderwijs
kunt u vinden in de bijlage van de schoolgids onder het kopje “uitstroomcijfers”.
Om de kwaliteitszorg goed in kaart te kunnen brengen houden wij eens in de twee jaar
een ouderenquête en een leerlingenenquête. De leerlingenenquête wordt ingevuld door
de leerlingen van groep 5 t/m 8. De uitkomsten hiervan worden op de website geplaatst
en een korte samenvatting komt in de KW-krant te staan. Daarnaast worden
verbeterpunten opgenomen in het schoolontwikkelingsplan van het aankomende
schooljaar
De schoolraad bestaat uit een afvaardiging van ouders en zij spreken over de identiteit
en de kwaliteit van de Koningin Wilhelminaschool. In gesprek met de directeur passeren
onderwijszaken de revue. Bijvoorbeeld over ouderbetrokkenheid, communicatie,
zaakvakken en de plusklas.
Veiligheidsbeleid
In de Arbowet van 1998 staat beschreven hoe werkgevers en werknemers een goed
arbeidsbeleid moeten voeren voor een gezond en veilig klimaat voor leerkrachten en
kinderen. Het belangrijkste punt hieruit is de verplichte periodieke Algemene school
verkenning (A.S.V.) waarmee de school inzicht krijgt in gevaren die zich kunnen
voordoen aan leerlingen en werknemers. Ook de registratie van incidenten en ongevallen
is onderdeel van het veiligheidsbeleid evenals het opstellen van een plan van aanpak. In
de wet is vastgelegd dat ernstige ongevallen direct gemeld moeten worden aan de
Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie controleert of men zich aan de Arbowet houdt en
kan sancties opleggen bij het overtreden van de wet. De Arbowet is ook van toepassing
op ouders wanneer zij deelnemen aan schoolkampen, sportactiviteiten of activiteiten op
school.
21
Ons veiligheidsbeleid is via het schoolveiligheidsplan en het veiligheidsplan van stichting
“De Vier Windstreken” toegespitst op de bovenstaande wetgeving, maar heeft een aantal
onderdelen waar wij u graag iets meer over willen vermelden. Zo hanteren wij als school
de door het bestuur vastgestelde gedragscode inzake de omgang met kinderen en
collega’s en opvoeders. Deze gedragscode is te uitgebreid om in de schoolgids op te
nemen en ligt daarom ter inzage op school.
BHV
Alle leerkrachten op de Koningin Wilhelminaschool hebben een BHV diploma gehaald. Er
is een preventiemedewerker aangesteld en deze coördineert de bedrijfshulpverlening.
Op school is een BHV plan aanwezig, welke door de preventiemedewerker en de directie
jaarlijks wordt geactualiseerd. Het BHV plan beschrijft de noodzakelijke organisatorische
maatregelen en voorzieningen van de organisatie om de gevolgen van incidenten te
minimaliseren en te bestrijden.
Op school zijn er de aanwezige noodvoorzieningen, zoals blusmiddelen, vluchtwegen,
alarmeringsinstallatie, EHBO middelen, hulpmiddelen voor BHV organisatie,
noodverlichtingsinstallaties, hoofdafsluiters van gas, water en elektriciteit.
Tevens hebben wij draaiboeken en protocollen die in het geval van een calamiteit
gebruikt kunnen worden. U kunt hier bijvoorbeeld denken aan een ontruimingsplan met
een vluchtplan en plattegronden, een draaiboek “omgaan met calamiteiten en seksuele
intimidatie”, het “Gouds Protocol Grensoverschrijdend Gedrag” en een pestprotocol.
Elk schooljaar wordt er 1 a 2 maal per jaar een ontruimingsoefening gedaan met alle
leerlingen. Wij oefenen dan om snel en veilig met alle kinderen naar buiten te gaan. Alle
leerlingen zijn zo vertrouwd met deze procedure en weten waar ze moeten verzamelen.
Schoolarts
De Jeugdgezondheidszorg (voorheen schoolartsendienst) heeft als taak het behouden,
bewaken en bevorderen van gezondheid, groei en ontwikkeling van jeugd van 4 tot 19
jaar. Dit gebeurt o.a. door het begeleiden van de groei en de ontwikkeling van de
kinderen, het vroegtijdig opsporen van afwijkingen en gezondheidsvoorlichting- en
opvoeding. De schoolarts behandelt niet zelf, maar verwijst naar de huisarts. Eventueel
wordt verwezen naar bureau Jeugdzorg, diëtiste, e.a..
Jaarlijks worden de kinderen uit de groepen 2 en 7 van het basisonderwijs uitgenodigd
voor een onderzoek of screening.
In groep 2 worden de kinderen opgeroepen voor een periodiek gezondheidsonderzoek.
De kinderen worden uit de klas gehaald. De opvoeders krijgen hierover vooraf bericht en
hoeven niet mee te komen. Mochten er bijzonderheden gevonden worden, dan worden
de opvoeders hierover ingelicht.
In groep 7 zal een onderzoek plaatsvinden door middel van vragenlijsten die besproken
worden met de assistente. Daarnaast zullen er kinderen worden opgeroepen naar
aanleiding van een vorig onderzoek voor controle b.v. van de ogen, het gehoor, de
houding, etc. De opvoeders worden hiervan tijdig op de hoogte gesteld.
Los van deze reguliere onderzoeken kunt u altijd contact opnemen met de jeugdarts of
assistente voor advies of extra onderzoek. Ook kan het zo zijn dat de leerkrachten
vragen of zorgen hebben over uw kind; in overleg met u kan dan ook altijd de jeugdarts
of een sociaalverpleegkundige ingeschakeld worden om mee te denken.
22
Intern contactpersoon
Hier kunt u altijd terecht om, vertrouwelijk, een geval van (vermeend) machtsmisbruik of
een klacht te bespreken. Hij/zij luistert en bespreekt welke stappen ondernomen kunnen
worden en kan u doorverwijzen naar de externe vertrouwenspersoon aangesteld door het
college van bestuur.
Extern Contactpersoon
De externe vertrouwenspersoon is er om met u over uw klacht te praten en te
ondersteunen bij eventuele verdere stappen. De externe vertrouwenspersoon is
onafhankelijk en de gesprekken zijn vertrouwelijk.
Klachtencommissie
Op school is een klachtenregeling voor iedereen beschikbaar. Doel van de regeling is om
problemen op gebied van begeleiding of beoordeling van kinderen, discriminatie, pesten,
geweld, seksuele intimidatie, e.d. aan te kunnen kaarten. Hiertoe kunt u de
groepsleerkracht, de contactpersoon op school en ook direct de vertrouwenspersoon
benaderen. De vertrouwenspersoon kan als objectieve derde het probleem helpen op te
lossen of hulp bieden bij doorverwijzing naar gespecialiseerde hulpverleningsinstanties
en/of bij het indienen van een klacht bij de landelijke geschillen commissie.
De stichting De Vier Windstreken is aangesloten bij de landelijke
stichting Geschillen Commissie Bijzonder Onderwijs, GCBO,
Postbus 82324,
2508 EH Den Haag
070-386 16 97
e-mail: info@ gbco.nl
Toelating, schorsing en verwijdering
De Koningin Wilhelminaschool staat open voor elk kind van wie de ouders de grondslag
en de doelstellingen van de school respecteren. Daarnaast is er de voorwaarde voor
toelating dat wij als school kunnen voldoen aan de onderwijsbehoeften en de veiligheid
van het kind, zonder dat dit ten kosten gaat aan de onderwijsbehoeften en veiligheid van
andere kinderen en waarbij het onderwijsleerproces van het kind of van de andere
kinderen niet belemmerd zal worden. Door middel van de informatie op de website, de
schoolgids en in een kennismakingsgesprek worden de ouders geïnformeerd over de
school. In dat gesprek komen onder andere de volgende zaken aan de orde:
 de protestants-christelijke identiteit van de school en de wijze waarop hieraan
vorm wordt gegeven,
 een globale afspiegeling van de werkwijze en omgangswijze op de Koningin
Wilhelminaschool,
 als opvoeders hun kind inschrijven betekent dit dat aan alle schoolgebonden
activiteiten, zoals vieringen, wordt deelgenomen.
In het Reglement Disciplinaire Maatregelen van De Vier 4 Windstreken (ter inzage op
school) staat uitvoerig hoe de regels t.a.v. schorsing en verwijdering op onze school
worden gehanteerd.
23
8. Informatie en communicatie
Aanmeldprocedure
Na het lezen van deze schoolgids en een kennismakingsgesprek met de directeur en een
rondleiding door de school, kunt u een keuze maken. Kiest u voor onze school, dan kunt
u uw aanmeldingsformulier inleveren bij de directeur. Wij kiezen voor een persoonlijke
aanmelding omdat wij dan meteen met u kunnen bekijken of wij de juiste school voor uw
kind zijn en het juiste onderwijs , zorg en aandacht aan uw kind kunnen geven. Conform
ons toelatingsbeleid bepalen wij of wij uw kind bij ons in kunnen schrijven. Als er sprake
is van inschrijving, zal onze administratie de gegevens van uw kind verwerken. U krijgt
hiervan ter controle een kopie en een bewijs van inschrijving. De procedure aanmelding
staat op de website volledig te lezen. Zes weken voordat uw kind vier jaar wordt, neemt
de school contact met u op. Er worden afspraken gemaakt om uw kind te laten wennen.
De afspraak is dat een nieuw kind een aantal dagdelen mag komen wennen. De dag na
de vierde verjaardag mag uw kind elke dag naar school. U krijgt van de leerkracht van
groep 1 informatie over de gang van zaken in groep 1. Heeft u zelf vragen of
mededelingen komt u dan alstublieft even langs. Wij vinden het belangrijk dat we de
lijntjes met “thuis”van de leerlingen kort houden.
Als uw kind een paar weken op school zit, is er het eerste oudergesprek.
In dit gesprek vertelt de leerkracht hoe het op school gaat en u kunt vragen stellen.
Vanaf de 5e verjaardag zijn alle kinderen in Nederland leerplichtig en mogen zij niet
meer zonder geldige reden thuisblijven.
Leerplicht
Kleuters mogen op de dag na de vierde verjaardag naar school. Kinderen zijn leerplichtig
op de eerste dag van de maand volgend op de vijfde verjaardag. Dus als uw kind
bijvoorbeeld op 7 november vijf jaar wordt, dan is het leerplichtig vanaf 1 december.
Uw kind mag dan niet meer thuis gehouden worden. Toch kan het gebeuren, dat een
normale schoolweek voor een vijfjarige te zwaar is. Daarvoor is er een bijzondere
verlofregeling. Ouders mogen, in overleg met school, een vijfjarige ten hoogste 5 uur per
week thuis houden.
Wij verzoeken u vriendelijk zich te houden aan de vakanties zoals die staan vermeld op
de halfjaarkalenders. De leerplichtwet geeft mogelijkheden voor extra verlof bij
gewichtige omstandigheden zoals verhuizing, huwelijk van familieleden, overlijden van
familieleden, huwelijks- of ambtsjubilea en vervulling van godsdienstige plichten.
Opvoeders die wegens hun beroep niet in staat zijn om in de gewone schoolvakanties
weg te gaan, kunnen een beroep doen op de vrijstellingsregeling. De werkgever moet
hiervoor een schriftelijke verklaring geven. Let op: Wettelijk mag in geen geval verlof
worden verleend in de eerste twee weken van een schooljaar (dus aansluitend aan de
zomervakantie). Aanvraagformulieren voor verlof zijn bij de directie op te halen. Dit
formulier dient u ruim van tevoren in te leveren.
Op onze school wordt een verzuimregistratie bijgehouden. Door het bijhouden van de
absenten kan geconstateerd worden hoeveel dagen een kind in een cursusjaar afwezig is
geweest en om welke redenen. Indien er sprake is van ongeoorloofd schoolverzuim, is de
directie verplicht om de leerplichtambtenaar van Gouda hiervan in kennis te stellen.
Tegen de ouders die hun leerplichtige kinderen zonder toestemming van school thuis
houden, wordt door de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opgemaakt. Dit procesverbaal kan tot strafvervolging door de officier van justitie leiden.
24
Ziekten en ziekmelding
Het kan voorkomen dat uw kind ziek is, maar wanneer kunnen zieke kinderen naar
school en wanneer moeten zij thuisblijven? Soms ontstaat er veel schoolverzuim en
daarmee leerachterstand als opvoeders (te) snel geneigd zijn hun kind thuis te houden.
Anderzijds gebeurt het ook wel dat een kind naar school komt en ziek blijkt te zijn.
Bij schoolverzuim door ziekte spelen de volgende argumenten een rol:
 de gezondheid en het welbevinden van het kind,
 de schoolprestaties van het kind,
 de gezondheid van de andere kinderen.
Mocht u uw kind ziek willen melden, dan rekenen wij erop dat u uw kind voor 8.30 uur
ziek meldt. Dit kan het beste telefonisch gebeuren, omdat u dan zeker weet dat uw
bericht de school bereikt.
Bij besmettelijke ziekten kan, in bepaalde gevallen, de gezondheid van de andere
kinderen in het gedrang komen wanneer een ziek kind de school bezoekt. Veel
besmettelijke ziekten worden al overgedragen in de incubatietijd, zodat verwijdering van
een kind dat al ziek is vaak niet zinvol is. Bij veel ziekten, zoals onder meer verkoudheid
en waterpokken, is het in het algemeen niet mogelijk en ook niet noodzakelijk om
besmetting te voorkomen. In uitzonderingsgevallen kan een kind door een aandoening of
medische behandeling extra kwetsbaar zijn voor een bepaalde ziekte. Het is dan soms
zinvoller het kwetsbare kind tijdelijk thuis te houden dan het zieke kind te weren.
Overigens is het de verantwoordelijkheid van de opvoeders van een dergelijk kwetsbaar
kind de school hiervan op de hoogte te brengen. Het gaat hierbij niet om kinderen die
“snel kou vatten”, maar om bijzondere, specialistische ziektebeelden!
Het is de verantwoordelijkheid van de school om opvoeders op een duidelijke manier te
informeren over een op school heersende besmettelijke ziekte. Soms is het voldoende
om alleen opvoeders die een kind in dezelfde groep hebben te informeren.
Website
Op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool is alle informatie over onze school te
vinden. U kunt ook persoonlijk inloggen bij groep van uw kind en kijken op “Social
Schools.” Hier zijn alle nieuwtjes en activiteiten van de groep van uw kind te bekijken.
Wilt u een inlogcode aanvragen dan kunt u mailen naar [email protected]
KW-krant
Informatie krijgt u op veel verschillende manieren. Allereerst door de informatie die in
deze gids staat. Daarnaast verschijnt er eens in de twee schoolweken een KW-krant
waarin u allerlei actuele informatie aantreft die op dat moment belangrijk, interessant of
leuk is om te weten. De KW-krant wordt digitaal aan alle ouders verstuurd.
Informatieavond
Aan het begin van het schooljaar wordt in elke groep een informatieavond gehouden. U
kunt dan kennismaken met de leerkrachten en de ouders van de andere kinderen. De
leerkracht zal iets vertellen over de belangrijkste zaken voor het komende schooljaar en
u kunt de methodes en materialen voor dat schooljaar inzien.
10-minuten gesprekken
In alle groepen wordt u twee maal per jaar op school uitgenodigd. Dit zijn de
zogenaamde “10-minuten gesprekken”. Met deze activiteit willen we minimaal één
opvoeder van elk kind dat op school zit bereiken.
Ons beeld bij het 10-minutengesprek is dat opvoeders en leerkrachten informatie
uitwisselen over het welbevinden en de vorderingen van het kind en eventueel plannen
maken voor de volgende periode.
De opzet van het gesprek is tweerichtingsverkeer d.w.z. dat allereerst aan opvoeders
vragen worden gesteld over het rapport en het welbevinden van het kind. Het gesprek is
25
erop gericht dat opvoeders en leerkracht samen stappen bedenken om de vorderingen en
het welbevinden van het kind te optimaliseren.
Hiervoor zijn de volgende zaken nodig:
 vanaf groep 5 bespreekt de leerkracht het rapport met elke kind apart,
 de leerkracht geeft het rapport een aantal dagen voor het 10-minutengesprek
mee aan het kind zodat opvoeders dit kunnen bekijken,
 de leerkracht heeft per rapport een lijst van zaken over het welbevinden en de
resultaten van het kind die hij/zij wil bespreken met de opvoeders,
 tijdens het gesprek kunnen opvoeders inzage krijgen in het leerlingvolgsysteem
waarin de vorderingen en de ontwikkeling van het kind duidelijk zichtbaar uiteen
zijn gezet. Indien gewenst kunnen opvoeders een kopie hiervan krijgen,
 indien tijdens het gesprek blijkt, dat er van de kant van de opvoeders en/of de
leerkracht meer te bespreken valt dan in tien minuten mogelijk is, wordt er een
vervolgafspraak gemaakt.
Natuurlijk kunt u ook de leerkracht na schooltijd aanspreken of maakt de leerkracht
een afspraak met u indien daar aanleiding toe is.
Ouders in de klas
In november en februari zijn er data dat u kunt inschrijven om in de klas te komen
kijken. We willen niet meer dan 1 a 2 ouders per keer, omdat u anders nog niet goed
kunt zien hoe het in de klas “normaal” toegaat. U kunt eenmaal per jaar inschrijven.
Via de KWkrant en de website wordt verteld wanneer deze data zijn.
Algemene ouderavond
De Schoolraad, de MR en het team organiseren ieder jaar een algemene ouderavond.
Deze avond bestaat uit een presentatie van een thema rond opvoeding en onderwijs. U
kunt hierbij denken aan workshops van leerkrachten of aan een thema-avond door een
externe organisatie
Gesprekken vervolgonderwijs
De leerkrachten van groep 8 houden aan het begin van het schooljaar een aparte
informatieavond voor de opvoeders van de kinderen van groep 8. Tijdens deze
informatieavond wordt de weg van verwijzing naar het voorgezet onderwijs uitgelegd.
Ongeveer een week later houden de leerkrachten 10-minuten gesprekken om samen met
de opvoeders en naar aanleiding van de entreetoets het niveau te bepalen waarop het
kind gedurende groep 8 beoordeeld gaat worden.
Het definitieve schooladvies wordt in februari met ouders besproken. Meer informatie
over de procedure van verwijzing naar het voortgezet onderwijs in hoofdstuk 3.
Afsluiting project
Wij hebben op school één keer per jaar een schoolproject. Dit schoolproject duurt
meestal twee á drie weken en wordt dan in elke groep gehouden naar aanleiding van een
centraal thema. Aan het einde van de projectperiode houden wij een inloopmoment voor
ouders en andere geïnteresseerden. U bent dan samen met uw kind van harte welkom
om op school de resultaten van uw kind te komen bekijken. De datum staat op de
halfjaarkalender.
Andere contact momenten
Uiteraard zijn zowel de leerkrachten als de directie altijd bereid om in voorkomende
gevallen zaken betreffende school of uw kinderen te bespreken. Komt u dan na schooltijd
of maak een afspraak, om 8.30 en 13.15 beginnen wij met de lessen en kunnen wij u
niet te woord staan.
Bij heel erg dringende zaken mag u natuurlijk altijd aankloppen. Wilt u zeker weten dat
er voldoende tijd is voor een gesprek maak dan even een afspraak. Een afspraak maken
kan ook via de mail. Wij voeren geen gesprekken over de schoolprestaties van uw kind
via de mail. Dat doen wij met ouders persoonlijk.
26
9. Organisatie
Bestuursstructuur
De Koningin Wilhelminaschool valt onder het bestuur van de stichting “De Vier
Windstreken”, samen met zestien andere scholen. Deze stichting is op 1 januari 2000
opgericht. De directie van de school bestaat uit een directeur en wordt ondersteund door
een managementteam. St. PCPO De Vier Windstreken heeft een Raad van Toezicht, een
College van Bestuur en een stafbureau. De voorzitter van het college van bestuur is de
eindverantwoordelijke bestuurder.
Raad van
Toezicht
College van
Bestuur
GMR
GSR
stafbureau
beleids.
beleids.
beleids.
directiemedew.
medew.
medew.
beleids. medew.
secretaresse Onderwijs Financieel Personeel Huisvesting/facilitair
stafmedewerker
stafmedewerker
stafmedewerker ICT
Financieel en Personeel
Personeel
dir dir dir dir dir dir
16
dir
SCHOLEN
dir dir dir dir dir dir dir dir
dir
mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt
Onderwijsgevend Personeel (OP) en Onderwijs Ondersteunend
Personeel (OOP)
16x
16x Schoolraad
Medezeggenschapsraad
Medezeggenschapsraad (MR)
Op elke school in Nederland is een medezeggenschapsraad (MR) actief. De MR van de
Koningin Wilhelminaschool bestaat uit drie leerkrachten en drie ouders/verzorgers. De
MR spreekt met de directeur over zaken die van belang zijn voor kinderen, team en
ouders/verzorgers. Hierbij kunt u denken aan bijvoorbeeld besteding van geld, het
onderwijs, het beleid voor tussen- en naschoolse opvang en de manier waarop
ouders/verzorgers worden betrokken bij de school, de veiligheid. De MR heeft op basis
van wetgeving een stem in het beleid van school. Over bepaalde zaken heeft de MR
adviesrecht en bij andere zaken een zwaardere stem, het instemmingsrecht. Daarnaast
denkt de MR ook zelf actief mee. De leden van de MR worden voor een periode van 3 jaar
gekozen.
Schoolraad (SR)
De schoolraad (SR) is de denktank van de directeur en de school. De functie van de SR is
het bewaken van de identiteit en de kwaliteit van de school en heeft een
27
klankbordfunctie. Wat speelt er bij de ouders/verzorgers? Wat speelt er in de buurt? Wat
vinden ouders van de school? Wat gebeurt er in de maatschappij en hoe reageert de
school hierop? De SR staat naast het team om mee te denken, te brainstormen en te
adviseren. Zesmaal per jaar komen de SR en de directeur samen om deze zaken te
bespreken.
Voor meer informatie over de schoolraad en de Medezeggenschapsraad kunt u terecht op
de website www.d4w.nl/wilhelminaschool
Ouders/verzorgers
De betrokkenheid van ouders/verzorgers in het protestants-christelijk onderwijs is groot.
Ze denken mee over het beleid van de school, in de Schoolraad, de eigen
Medezeggenschapsraad of in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van
stichting “De Vier Windstreken” en in commissies op schoolniveau.
De ouders zijn betrokken bij activiteiten in de school. Er is bijvoorbeeld een
activiteitencommissie de helpt bij feesten en activiteiten, een klussencommissie, een
tuincommissie, een versiercommissie voor aankleding van de school en een
PRcommissie, schoonmaakouders, ouders die helpen bij talentenklassen of vanuit hun
professie een workshop geven, klassenouders etc….
Aan het begin van het schooljaar krijgen alle ouders de gelegenheid om de
“ouderactiviteitenlijst” in te vullen.
Alle activiteiten hebben een ondersteunend karakter; de leerkracht blijft verantwoordelijk
voor de groep leerlingen en het valt onder de verantwoordelijkheid van de school.
Daarom heeft de school een WA-verzekering afgesloten voor iedereen die binnen de
schoolorganisatie bezig is met de uitvoering van taken. Wij rekenen erop dat elke
ouder/verzorger bij minstens één activiteit per schooljaar meehelpt. Zonder ouderhulp
zijn de bijzondere activiteiten niet mogelijk en dat zou heel jammer zijn
Personeel van de Koningin Wilhelminaschool
Het personeel van de school heeft verschillende functies en verantwoordelijkheden
Wij hebben voor elke groep een of twee leerkrachten staan. Zij zijn verantwoordelijk voor
het onderwijs en de begeleiding van de leerlingen in hun groep.
De Intern Begeleider coördineert de zorg en begeleiding van alle leerlingen in alle
groepen.
De directeur heeft als taak de organisatie, de kwaliteit van het onderwijs, het
personeelsbeleid, de interne en externe contacten en het beheer te managen.
De directeur wordt geassisteerd door een ManagementTeam lid.
De administratief medewerker verzorgt de leerlingenadministratie, de betalingen, de
bestellingen en andere administratieve zaken.
De TSO coördinator verzorgt het overblijven.
De conciërge is verantwoordelijk voor huishoudelijke taken binnen de school.
Binnen ons team hebben verschillende collega’s zich gespecialiseerd. Specialisme zijn;
ICT, specialisaties op gebied van gedrag, kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong,
rekenen, ondersteuningsbehoefte van leerlingen en een coördinator die de studenten van
de PABO begeleidt .
Vervanging
Iedere groep heeft maximaal twee vaste leerkrachten. Als de vaste leerkracht afwezig is
door bijvoorbeeld ziekte, wordt de duo-collega allereerst benaderd. Mocht deze niet
kunnen invallen, dan proberen we via de invalpool een leerkracht te vinden. Gelukkig lukt
dat bijna altijd. Het kan in uitzonderlijke omstandigheden voorkomen dat er geen
vervanging te regelen is. Dan kan een groep over de andere groepen worden verdeeld of
naar huis worden gestuurd. Wordt een groep noodgedwongen naar huis gestuurd dan
wordt u schriftelijk of telefonisch op de hoogte wordt gesteld.
Kinderen voor wie er thuis geen opvangmogelijkheden zijn, worden opgevangen binnen
school. Alleen in geval van uiterste nood zal hiertoe worden overgegaan.
28
Nascholing
Als leerkracht in het basisonderwijs moet je alle ontwikkelingen in je vak bijhouden. Dat
betekent dat iedereen verplicht is nascholing te volgen.
De teamnascholing vindt plaats in het kader van het schoolontwikkelingsplan dat ieder
schooljaar wordt vastgesteld.
Vanuit persoonlijke interesse en talenten van de leerkracht kan er ook individuele
scholing worden gevolgd. De scholing heeft dan wel een meerwaarde voor de school en
het onderwijs. Nascholing die onder schooltijd plaatsvindt middels een studiedag, kunt u
vinden op de jaarkalender. Daarnaast worden ze in de KW-krant aangekondigd.
PABO’s: Partners in opleiding en ontwikkeling (POO)
De Vier Windstreken is voor wat betreft het opleiden van studenten in de praktijk, voor al
haar scholen, een partnerschap aangegaan met de Marnixacademie te Utrecht en de
Christelijke Hogeschool Ede (CHE). Dit project noemen we: partners in opleiding en
ontwikkeling (POO). Samen met deze twee PABO’s zijn we verantwoordelijk voor een
goede opleiding en begeleiding van de studenten. Dit betekent in de praktijk dat
studenten een aantal dagen aanwezig zijn, zelfstandig lessen geven en nadrukkelijk
worden betrokken bij de inhoud van de lessen, de activiteiten op school en het
functioneren binnen het team. Hierdoor zijn studenten na hun examen beter voorbereid
op de praktijk. Bovendien wordt de kennis/ervaring van de school, maar ook de nieuwe
didactiek en inhoud van de PABO’s beter en sneller gedeeld, zodat wij van elkaar kunnen
leren. We kunnen jaarlijks gemiddeld vier studenten een stageplek bieden.
Sinds 2013 is de Koningin Wilhelminaschool een gecertificeerde opleidingsschool voor de
Marnixacademie in Utrecht. Dit betekent dat wij een proeve van bekwaamheid hebben
afgelegd en scholing hebben gevolgd om studenten te kunnen en mogen begeleiden.
Bij incidentele aanvragen is er eventueel ook ruimte voor stagiaires van andere PABO’s.
Studenten van het Idee College uit Gouda die de opleiding voor onderwijsassistent
volgen, lopen ook stage op onze school.
Brede School Gouda
Kinderen leren niet alleen op school, maar ook thuis, op straat, in clubs en van vriendjes.
Voor een optimale ontwikkeling moeten de verschillende leersituaties goed op elkaar
afgestemd zijn. Maar niet alle kinderen krijgen thuis of in hun vrije tijd dezelfde
mogelijkheden om zich te ontplooien. Bekendheid met en interesse voor bijvoorbeeld
sporten, lezen, computers of kunstzinnige activiteiten zijn vaak afhankelijk van toevallige
factoren. Dit besef zorgt ervoor dat scholen steeds vaker buiten hun eigen grenzen
treden en zoeken naar mogelijkheden om het ontwikkelingspotentieel van kinderen
tussen de 4 en 12 jaar te vergroten. Vaak werkten ze hiervoor samen met andere
partijen, zoals opvoeders, andere scholen en instellingen op terreinen als sport, cultuur,
zorg en sociaal-cultureel werk. Door deze samenwerking is de zogenaamde “Brede
Scholen” ontstaan, ook in Gouda. De Brede School is dus niet zozeer een benaming voor
een bepaalde school, maar een organisaties die een netwerk heeft opgebouwd in
onderwijs, sport, zorg en welzijn rond kinderen en hun gezinnen.
De Brede School Gouda heeft een tweeledige doelstelling:
 het bieden van optimale ontwikkelingskansen voor kinderen, door samenwerking
van een aantal organisaties,
 het bevorderen van een actieve deelname aan de samenleving, door het
verbeteren van de (sociale) competenties van kinderen.
Samen muziek maken, toneellessen, iets moois knutselen, met vriendjes de natuur
ontdekken of je uitleven met een leuke sport: dat is Brede School Gouda.
Ook voor samen leren spelen, het vergroten van studievaardigheden en taalontwikkeling
bent u bij de Brede School aan het juiste adres. Of uw kind nu van natuur houdt, meer
wil weten van wetenschap of liever iets moois maakt: De Brede School heeft voor ieder
29
kind een activiteit die bij hem of haar past. Sommige activiteiten worden onder
schooltijd aangeboden, denkt u dan bijvoorbeeld aan kennismakingslessen sport onder
de gymtijd of een bezoek aan de natuurtuin.
Voor de naschoolse activiteiten wordt een kleine onkostenvergoeding in rekening
gebracht. Veel activiteiten zijn gratis. Indien school deelneemt wordt er van u als ouder
geen bijdrage verlangt. Voor meer informatie, waaronder een overzicht van geplande
activiteiten, verwijzen we u naar de website van De Brede School:
www.bredeschoolgouda.nl en het informatiebord in de hal van de school.
TSO/overblijf
De tussen schoolse opvang (TSO) die in de volksmond “de overblijf” wordt genoemd,
biedt de gelegenheid om, tegen een financiële vergoeding van €2,50 per keer, over te
blijven voor kinderen die tussen de middag niet naar huis kunnen om te lunchen. Deze
TSO valt onder de verantwoordelijkheid van de school.
Bij de TSO is er toezicht en begeleiding door vaste overblijfkrachten. De school is
verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid voor de kinderen die overblijven.
Wanneer uw kind op school komt en u gebruik wilt maken van de TSO of als u meer
informatie wilt over de TSO, kunt u contact opnemen met de TSO-coördinator. Deze is
bereikbaar via e-mail: [email protected]
Buitenschoolse opvang
De Koningin Wilhelminaschool heeft voor de opvang buiten de schooltijden een
overeenkomst met Quadrant Kindercentra. Samen spannen wij ons in om zo goed
mogelijk de vraag naar opvang te beantwoorden en streven er naar om een passend
aanbod te kunnen doen. Een ruimte binnen het eigen schoolgebouw heeft de voorkeur.
Zo ook voor de kinderen die naar de Koningin Wilhelminaschool gaan. Dit biedt vooral
voor jonge kinderen een rustige overgang tussen school- en bso-tijd. Voor een
rondleiding of vragen kunt u bso de
Kaketoe
bereiken
via
0681616578
Maar u kunt er ook voor kiezen om
naar een bso buiten de school te
gaan. Voor een rondleiding of vragen
kunt u bso de Kwikstaart
bereiken via 0182-530930 en bso de
Bijenboom via 06-41122116.
Waarom buitenschoolse opvang?
De tijd na school is erg waardevol. Juist door samen te spelen, samen niets doen,
knutselen, samen onenigheden oplossen, stoeien en alles wat je doet als je niet op
school bent, word je groot. En door al die dingen samen te doen, ontdek je nog meer.
Quadrant biedt naast naschoolse opvang (uit school – 18.30 uur) ook voorschoolse
opvang (van 7.00 uur tot aanvang school) én vakantieopvang (van 7.30 – 18.30 uur).
Vakantieopvang is ook los aan te vragen.
Quadrant Kindercentra is een stichting die al jaren kwalitatief goede kinderopvang in
Gouda biedt met het motto: ´samen voor het kind´. Samen met ouders en verzorgers
willen wij een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen. Als maatschappelijke
onderneming werkt Quadrant veelvuldig samen met andere organisaties die actief zijn in
de jeugdsector. Hierdoor is onder andere het activiteitenaanbod divers en uitdagend.
Heeft u behoefte aan buitenschoolse opvang?
Schrijf uw kind in via de website van Quadrant: www.quadrantkindercentra.nl of neem
contact op met afdeling Planning & Plaatsing via 0182 -689 896 voor meer informatie.
30
10. Overige zaken
Hieronder vindt u allerlei overige zaken. Om het overzichtelijk te maken zijn deze zaken
in alfabetische volgorde geplaatst.
Binnenschoolse en buitenschoolse activiteiten
Jaarlijks organiseren we diverse activiteiten op sportief, cultureel en vormend gebied.
Hieronder vallen vanzelfsprekend de christelijke feestdagen, de verjaardagen van
kinderen en leerkrachten en Sinterklaas. Per schooljaar wordt gekeken aan welke
activiteiten wij gaan deelnemen of welke wij gaan organiseren. Zo is er afwisseling in het
onderwijs en tijd om feest te vieren. De gekozen activiteiten staan ingepland op de
halfjaarkalenders van de school. De Brede School komt meerdere malen per jaar met een
aanbod. Dit is niet opgenomen in de bovengenoemde kalenders.
Het is al heel lang de gewoonte dat de Sint ons rond zijn verjaardag bezoekt. Als
Sinterklaas is binnengehaald in de school bezoekt hij uitgebreid de groepen 1 tot en met
4. De kinderen van groep 5 t/m 8 helpen hem door voor elkaar een surprise te maken.
Na de meivakantie vindt de Jeugdavondvierdaagse (JAVD) plaats. De kinderen van groep
2 t/m 8 mogen meelopen met de JAVD.
Op de koningsspelen dag wordt er een sportdag georganiseerd. Alle kinderen van de
school doen aan deze morgen mee, die in het teken staat van sport en spel.
Geschiedenis
De Koningin Wilhelminaschool is opgericht in 1953 door de stichting “Christelijke
Noorderzon”. Het logo van de school, een oranje ster, is afkomstig van de Noorderster.
De school bestond in die tijd uit drie klassen.
Pas in 1988 kwamen de kleuters, die in het Woelwatertje gehuisvest zaten, bij ons in het
gebouw. De golfjes in het logo herinneren nog aan het Woelwatertje.
Hoofdluis
Een onaangenaam verschijnsel! Het komt met regelmaat op de meeste scholen voor.
Controle is dan ook geen overbodige zaak. Op school worden de kinderen na elke langere
vakantie gecontroleerd door een aantal opvoeders die daarvoor zijn opgeleid. Wordt er
bij uw kind hoofdluis geconstateerd, dan wordt u daarvan door middel van een gesloten
brief op de hoogte gesteld.
Verder is op school meer informatie beschikbaar voor een goede behandeling. Daarnaast
stellen we het zeer op prijs z.s.m. op de hoogte gebracht te worden indien u een
besmetting heeft geconstateerd. Alleen dan kunnen we er aan werken dat herhaalde
besmettingen via school zo veel mogelijk voorkomen worden.
Ook hier geldt dat voorkomen beter is dan genezen. Daarom verplichten wij u een
luizencape te kopen waarin uw kind de jas kan ophangen aan de kapstok. U kunt via de
school een luizencape kopen. Hiermee voorkomt u dat de luizen van de ene jas naar de
andere overlopen.
Huisdieren
Bij sommige gelegenheden, bijvoorbeeld bij het houden van een spreekbeurt, vinden
kinderen het leuk om hun huisdier mee naar school te nemen. Helaas kunnen wij het om
gezondheids- en hygiënische redenen het niet toestaan om de dieren in de school te
ontvangen.
Huisvesting
De school is gevestigd in een gebouw dat dateert uit 1953 en is gebouwd volgens een
destijds heel nieuw principe dat de open school werd genoemd.
Ons schoolgebouw is een overzichtelijk gebouw met twee verdiepingen. De school heeft 7
klaslokalen voorzien van computers en digiborden, een speellokaal, een aula/hal en een
aantal andere ruimtes die voor het onderwijs ingezet kunnen worden.
31
De allerkleinsten hebben hun lokaal op de begane grond, dicht bij het kleuterspeelplein
en het inpandige speellokaal. Het kleuterspeelplein voor de groepen 1 en 2 is een apart
aangegeven deel aan de zijkant van de school. Het grote plein vóór de school wordt
gebruikt door de groepen 3 t/m 8. Voor de gymnastiek lessen van de hogere groepen
maken we gebruik van een gymzaal op 10 minuten loopafstand van de school.
In het schooljaar 2007-2008 is de school van binnen behoorlijk verbouwd. Het
speellokaal is vernieuwd. Het is groter geworden en er ligt een nieuwe gymvloer in. Op
de eerste verdieping zijn kantoorruimtes en een extra lokaal gerealiseerd. De oude
ramen zijn weer geopend, waardoor het overal licht is geworden. Door de nieuwe vloer
heeft de school een prachtige, moderne uitstraling gekregen. In het schooljaar 20092010 is de buitenkant van het gebouw geverfd en het schoolplein is voorzien van nieuwe
speeltoestellen.
Bij de school zijn fietsenrekken aanwezig. Deze zijn bedoeld voor diegenen die wat
verder van de school wonen en daarom met de fiets moeten komen. Kinderen die binnen
het gebied Burgvlietkade, spoorlijn, Statensingel en Thorbeckelaan wonen, komen in
principe lopend.Kleuters die hun fietsje meenemen naar school kunnen hun fiets stallen
op het gedeelte tussen berghok en speellokaal. Fietsen op het schoolplein is niet
toegestaan, dit om de veiligheid van een ieder die gebruik maakt van het schoolplein te
waarborgen.Houdt u er wel rekening mee dat we als school niet aansprakelijk zijn voor
schade aan fietsen.
Medicijnen
Het kan voorkomen dat uw kind medicijnen moet gebruiken om zijn of haar gezondheid
op peil te houden of te verbeteren. Als school bieden wij de mogelijkheid en de tijd om
deze medicijnen toe te dienen. Als leerkrachten mogen wij bij kinderen geen medicijnen
toedienen of verstrekken. Het gaat hier namelijk om een medische handeling, welke
alleen door medisch personeel uitgevoerd mogen worden.
Mobiele telefoons
We hebben afgesproken dat mobieltjes gedurende de lestijd uitgeschakeld zijn of op stil
staan en niet gebruikt worden. Een mobiel is niet meer weg te denken in deze tijd,
tijdens de les is het heel storend en willen wij geen mobiel zien of horen. Alleen in heel
bijzondere situaties is na overleg het gebruik van een mobieltje toegestaan.
Persoonsgegevens
Als het goed is, zijn op school alle persoonsgegevens van de kinderen bekend. Dit om in
het geval van nood u als opvoeder te kunnen bereiken en te kunnen handelen. Mochten
door omstandigheden de gegevens veranderen, bijvoorbeeld door een verhuizing, dan
gaan wij er vanuit dat u dit doorgeeft aan de school. In het kader van de privacy geven
wij geen gegevens aan derden door. De school is wettelijk verplicht om de gegevens van
ouders en kinderen op te slaan en te bewaren. Als uw kind van school gaat, blijven de
gegevens tot vijf jaar na het verlaten van de school bewaard.
Ouderbijdrage
Ieder jaar vragen we van elk gezin waarvan één of meer kinderen op onze school zitten
een vrijwillige bijdrage voor het ouderfonds. Veel dingen die anders niet mogelijk zijn,
worden uit dit fonds bekostigd. We willen daar enkele van noemen:
 Sinterklaasfeest,
 sportactiviteiten,
 kerstfeest,
 excursies,
 paasfeest,
 kleuterfeest.
Voor de hoogte van de bijdrage verwijzen we u naar de bijlage van de schoolgids.
32
Schaal van samen delen
De kinderen kunnen elke maandag geld meenemen voor de schaal van samen delen. Dit
geld wordt besteed aan wisselende projecten op het gebied van zending en
ontwikkelingssamenwerking. Regelmatig wordt u via de nieuwsbrief op de hoogte gesteld
hoe het geld besteed wordt.
Schoolfoto’s
Jaarlijks komt er een schoolfotograaf, die van de kinderen een portretfoto maakt en ook
de verschillende groepen fotografeert. Via internet kunt u de foto’s bekijken en betellen!
Sponsoring
Sponsoring van scholen door bedrijven of instellingen is wettelijk mogelijk. Ook de
Koningin Wilhelminaschool kan van deze mogelijkheid gebruik maken, mits zij zich hierbij
aan een aantal voorwaarden houdt.
Er is sprake van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie van de school verlangt.
Schenkingen vallen dus niet onder het begrip sponsoring.
De belangrijkste voorwaarden waaraan scholen bij sponsoring moeten voldoen zijn:
 sponsoring moet verenigbaar zijn met de grondslag en de doelstellingen van onze
school,
 het onderwijs mag niet afhankelijk worden van sponsoring,
 via een klachtencommissie hebben opvoeders de gelegenheid te melden of ze het
oneens zijn met het gevoerde beleid,
 bij sponsoring moet het kindbelang vooraan staan.
Overigens heeft onze school een ANBI-verklaring, waardoor er bij de belasting voor
schenkingen aftrek verleend kan worden.
Trakteren
“Gezond trakteren” is lekker en gezond. Besef daarbij dat kinderen al snel tevreden zijn
met iets feestelijks. Wij realiseren ons echter ook dat het best moeilijk is om steeds weer
origineel te zijn wat een traktatie betreft. Het jarige kind wordt in de pauze in de
gelegenheid gesteld de leerkrachten te trakteren. Het kind krijgt een kaart mee, waarop
de leerkrachten hun felicitatie kunnen schrijven.
Verzekeren
Wel of niet verzekeren tegen allerlei risico’s is een zaak voor de ouders.
Bij excursies en schoolreizen lopen de kinderen extra risico’s. Daarom hebben we voor de
kinderen een ongevallenverzekering voor het hele jaar afgesloten.
Nu wil er nog wel eens een misverstand over bestaan, welke kosten onder de dekking
van de schoolverzekering vallen.
In het algemeen: verzekerd zijn medische kosten die u niet via een eigen verzekering
vergoed krijgt en die ontstaan zijn op school of op de heen- of terugweg. Beschadigde
kleding, brillen e.d. vallen dus niet onder deze verzekering. Vergoedingen voor dit
soort schade kunt u alleen krijgen als de veroorzaker daarvoor aansprakelijk gesteld kan
worden.
Dit laatste zal in spelsituaties zelden het geval zijn. Als u vragen heeft dan kunt u
daarmee vanzelfsprekend op school terecht.
33
11. Afkortingen
AB
ASV
BHV
BSO
CHE
CITO
CVI
EHBO
GMR
HAVO
ICT
IB
JAVD
MR
OIDS
PAB-er
PABO
P.C.L.
PCPO
RT
REC
SEO
SIJS
SO
SR
TSO
VMBO-b/k
VMBO-t
V.O.
VWO
algemeen bestuur
algemene schoolverkenning
bedrijfshulpverlening
buitenschoolse opvang
christelijke hogeschool Ede
centraal instituut voor toetsontwikkeling
commissie voor indicatiestelling
eerst hulp bij ongelukken
gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
hoger algemeen voortgezet onderwijs
informatie- en communicatietechnologie
intern begeleider
jeugd avondvierdaagse
medezeggenschapsraad
opleiden in de school
preventief ambulant begeleider
pedagogische academie basisonderwijs
permanente commissie leerlingenzorg
protestants christelijk primair onderwijs
remedial teacher
regionale expertise centra
sociaal emotionele ontwikkeling
sterker in je schoenen(weerbaarheidstraining)
speciaal onderwijs
schoolraad
tussen schoolse opvang / overblijven tussen de middag
voorbereidend middelbaar onderwijs – basisberoepsgerichte
leerweg/kaderberoepsgerichte leerweg
voorbereidend middelbaar onderwijs – theoretische leerweg
voortgezet onderwijs
voortgezet wetenschappelijk onderwijs
De schoolgids is door de MR (medezeggenschapsraad) van de Koningin Wilhelminaschool
gelezen en akkoord bevonden.
34
Download