1.Algemene gegevens Adresgegevens Bestuur Schoolgids en bijlagen PC Basisschool Koningin Wilhelmina Willem de Zwijgersingel 220 2805 BW Gouda Tel: 0182-513746 e-mail: [email protected] website: www.d4w.nl/wilhelminaschool brinnummer: 04RQ-02 Stichting PCPO “De Vier Windstreken” te Gouda e.o. tel: 0182-526719 email: [email protected] Postadres : Postbus 2061 2800 BE Gouda Deze schoolgids wordt alleen op de website geplaatst. 2. INHOUDSOPGAVE 1..Algemene gegevens Adresgegevens De schoolgidsbijlage wordt elk jaar aan alle gezinnen op papier verstrekt, samen met de jaarkalender. In de schoolgidsbijlage staan de groepsverdeling, het jaarverslag, de schoolontwikkelingen en belangrijke namen en adressen. Bestuur Bijlagen 2. Inhoudsopgave 3. Inleiding 1 1 1 1 1 2 4 4. Identiteit en visie 5 Identiteit/ levensbeschouwelijk visie 5 Pedagogische visie 5 Onderwijskundige visie 5 5.. Onderwijs 6 Doelen onderwijs op de KWschool 6 Onderwijskundige inhoud 6 Onderwijs op maat 6 Extra ondersteuning 7 Doubleren 7 Ontwikkelingsvoorsprong hoogbegaafd 7 Talentenklas 7 Onderwijs kleuters groep 1 en 2 8 Onderwijs in groep 3 8 Onderwijs in groep 4 t/m 8 8 Sociaal emotionele ontwikkeling 9 Godsdienstonderwijs 9 Lezen 9 Schrijven 10 Taalonderwijs 10 Rekenen 10 Informatieverwerking 10 Wereld-oriëntatie 11 Thematisch werken 11 Aardrijkskunde 11 Geschiedenis 11 Natuur en Techniek 11 Verkeer 11 Engels 12 Expressieactiviteiten 12 Muziekonderwijs 12 Bewegingsonderwijs 12 Computers en ICT 12 Burgerschapsvorming 13 Rapport en adaptief becijferen 13 Excursies en schoolreis 13 JAVD 13 Sportdag 14 Huiswerk en agenda 14 Verwijzing Voortgezet Onderwijs 14 Schoolkamp 14 Afscheid groep 8 14 6. Ondersteuning en begeleiding 15 Passend Onderwijs 15 Toetsen 15 Het groepsplan 15 Intern Begeleider 16 Handelingsgericht werken 16 Externe hulp 16 Contactmomenten 16 Extra ondersteuning in de groep 17 Overdrachtsgesprekken 17 Extra zorg 17 Het School Ondersteuningsteam 17 Eigen niveau 18 En als de extra hulp niet helpt? 18 Welbevinden en gedragsproblemen Pestprotocol Weerbaarheidstraining, gedrag SIJS Begaafdheid en kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong Plusklas Onderwijskundig rapport Kinderen met een specifieke ondersteuning en begeleiding 7. Kwaliteit en veiligheid Schoolplan Kwaliteit Veiligheidsbeleid BHV Schoolarts Contact- en vertrouwenspersoon Intern contactpersoon Extren contactpersoon Klachtencommissie Toelating, schorsing, verwijdering 8. Informatie en communicatie Aanmeldprocedure Leerplicht Ziekte en ziekmelding Website KW-krant Informatieavond 10-minuten gesprekken Ouders in de klas Algemene ouderavond Gesprekken vervolgonderwijs Afsluiting project Andere contact momenten 9. Organisatie Bestuursstructuur Medezeggenschapsraad (MR) Schoolraad (SR) Ouders/verzorgers Personeel van de KWschool Vervanging Nascholing PABO’s: Partners in opleiding en ontwikkeling (POO) Brede School Gouda TSO/overblijf Buitenschoolse opvang Waarom buitenschoolse opvang? 10. Overige zaken Binnen schoolse en buitenschoolse activiteiten Geschiedenis Hoofdluis Huisdieren Huisvesting Medicijnen Mobiele telefoons Persoonsgegevens Ouderbijdrage Schaal van samen delen Schoolfoto’s Sponsoring Trakteren Verzekeren 11. Afkortingen 18 18 19 19 2 19 20 20 21 21 21 21 22 22 22 22 23 23 23 24 24 24 25 25 25 25 25 26 26 26 26 26 27 27 27 28 28 28 28 29 29 29 30 30 30 31 31 31 31 31 31 32 32 32 32 33 33 33 33 34 3.Inleiding 3 De Koningin Wilhelminaschool is sinds 1953 gevestigd aan de Willem de Zwijgersingel in Gouda. Wij zijn een kleine overzichtelijke stadsschool, waardoor iedereen elkaar snel kent. Veiligheid en gezelligheid zijn belangrijke voorwaarden voor ons schoolklimaat. De school staat open voor alle kinderen en ouders die zich kunnen vinden in onze missie en visie op onderwijs en onze christelijke identiteit willen respecteren. De basisschooltijd is een periode in het leven van ieder mens die nog regelmatig terugkomt. U als ouder/verzorger staat rond de derde verjaardag van uw kind voor de belangrijke keuze om een basisschool te kiezen, die het beste bij uw kind en uw wijze van opvoeden en levensvisie past. Deze schoolgids wil een overzicht geven van wat de Koningin Wilhelminaschool u en uw kind te bieden heeft. Wij vinden dat elk kind uniek is en het uitgangspunt moet zijn voor het pedagogisch en didactisch handelen op onze school. Wij geloven dat respect, openheid en vertrouwen basisvoorwaarden zijn voor het pedagogisch klimaat op school Wij geloven dat kinderen zich ontwikkelen door middel van de drie basisbehoeften: competentie, autonomie en relatie. Wij geloven dat de ontwikkeling van kinderen kan groeien in een omgeving waar veiligheid, structuur, duidelijkheid en uitdaging is. Wij willen kinderen de kans bieden om zich voor te bereiden op de toekomst, hun toekomst. Acht jaar vol belevenissen en ervaringen die een stevige basis zullen vormen voor de verdere schoolloopbaan en het leven van onze leerlingen. Wij willen daar samen met ouders/verzorgers graag ons onderwijssteentje aan bijdragen. Onze missie is: “Een stevige basis voor de toekomst van elk kind”. Iedereen is van harte welkom op onze school. Het uitgangspunt van ons aannamebeleid is dat wij kinderen het onderwijs willen bieden dat hen verder brengt. In het kader van Passend Onderwijs wordt bij aanmelding van een nieuwe leerling door de school bekeken of wij uw kind kunnen bieden wat het voor een optimale ontwikkeling nodig heeft. Zie aanmeld- en inschrijvingsprocedure. Voor persoonlijke informatie, een rondleiding door de school onder schooltijd en de aanmelding en inschrijving van uw kind, kunt u een afspraak maken met de directeur. Informatie staat op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool. Met vriendelijke groet, Gea van der Meijden Directeur Koningin Wilhelminaschool te Gouda 4 4.Identiteit en Visie Identiteit /Levensbeschouwelijke visie Wij zijn een open christelijke school waarin de ontmoeting centraal staat, vanuit de overtuiging dat elk mens gelijkwaardig en waardevol is. Wij geven onze kinderen de rijkdom van de bijbelverhalen mee als bron van inspiratie in het leven van alledag. Wij vieren de christelijke feestdagen. Wij vinden het belangrijk om dienstbaar en weerbaar te zijn en zorg te dragen voor onze medemens en de wereld waarin wij leven. Dit brengen wij in praktijk door activiteiten de organiseren gericht op duurzaamheid en aandacht voor elkaar en de wereld om je heen. Onze leerlingen willen wij vanuit deze visie voorbereiden op het toekomstig maatschappelijk functioneren. Pedagogische visie Het is voor onze school vanzelfsprekend dat wij de levensbeschouwelijke visie in de praktijk van onze pedagogische- en onderwijskundige visie tot uiting brengen. Vertrouwen, zelfvertrouwen, respect, openheid, weerbaarheid, zelfstandigheid, creativiteit, nieuwsgierigheid, onderzoeken, samenwerken en zorg voor elkaar en de omgeving zijn belangrijke elementen van het pedagogisch klimaat op onze school. Wij komen aan het unieke van ieder kind tegemoet door een omgeving te scheppen waar kinderen in zelfvertrouwen en welbevinden kunnen groeien en hun talenten en die van anderen leren ontdekken. Veiligheid, structuur en duidelijkheid zijn belangrijke voorwaarden voor een goed schoolklimaat. In ons onderwijs zijn de sociaal-emotionele ontwikkeling en de cognitieve ontwikkeling beide belangrijk. Wij leren kinderen verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij leren en wat zij doen. Kinderen verschillen van elkaar in aanleg en in achtergrond. Dit neem je als leerkracht bij het pedagogisch en didactisch handelen in je groep mee, om zo kinderen tot hun recht te laten komen in hun ontwikkeling op cognitief en op sociaal gebied. Wij zoeken in ieder kind zijn talent en geloven dat vanuit de positieve motivatie kinderen kunnen groeien en bloeien. Onderwijskundige visie Wij werken op onze school met het leerstofjaarklassensysteem en volgens het concept handelingsgericht werken en opbrengstgericht werken. Dit betekent dat we uitgaan van wat een kind al kan en wat het kind aan kwaliteiten en talenten heeft. Daar bouwen we op verder en werken zo aan de cognitieve en sociale ontwikkeling van onze leerlingen. De kerndoelen en referentieniveaus van rekenen taal, lezen, de zaakvakken en de cultureel maatschappelijke vakken in het primair onderwijs zijn ons cognitieve doel. In dit systeem is er veel ruimte en aandacht voor individuele verschillen in ontwikkeling en aanleg en het werken in verschillende niveaus. Door thematisch het onderwijs aan te bieden wordt de betrokkenheid en de verdieping vergroot. Ontdekken, proberen, onderzoeken, beleven, doorzetten, presenteren, samen leren, samen werken, zelfverantwoordelijk zijn, creativiteit, motivatie, waardering, verschillende werkvormen en een uitdagende leeromgeving zijn de begrippen die een heel belangrijke rol spelen in onze onderwijskundige visie. Veiligheid, structuur, duidelijkheid en uitdaging zijn hierbij belangrijke voorwaarden om tot leren te komen. Ieder kind verdient de kans zich optimaal te mogen ontwikkelen. Wij zoeken in ieder kind zijn talent en geloven dat vanuit de positieve motivatie kinderen kunnen ontdekken en leren. 5 5. Onderwijs Doelen van het onderwijs op de Koningin Wilhelminaschool Ons levensbeschouwelijk doel is leerlingen leren dienstbaar en weerbaar te zijn, zorg te dragen voor onze medemens en verantwoord en duurzaam om te gaan met de wereld waarin wij leven. Ons pedagogisch doel is het in praktijk brengen van het levensbeschouwelijk doel. Leerlingen leren verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen leren, wat hun talenten zijn en hun beperkingen, leerlingen leren zelfstandig keuzes te maken en een onderzoekende houding te leren, leerlingen leren samen te werken en zich te presenteren in een groep en met elkaar te zorgen voor een veilig en gezellig schoolklimaat. Onze cognitieve en onderwijskundige doelen zijn de kerndoelen en referentieniveaus rekenen taal, lezen, de zaakvakken en de cultureel maatschappelijke vakken in het primair onderwijs. Deze kerndoelen primair onderwijs zijn vastgesteld door het ministerie van onderwijs en wetenschappen. Het algemene doel van ons onderwijs is verwoord in onze missie; “Een stevige basis voor de toekomst van elk kind”. Onderwijskundige inhoud Onderwijs is jarenlang het overdragen van kennis en vaardigheden geweest. De samenleving is volop in verandering en het onderwijs speelt daar op in. Wij willen als school midden in de samenleving staan en onze leerlingen de vaardigheden meegeven voor het leven in de maatschappij van morgen. Kennis is door de digitale wereld makkelijker te verkrijgen. Kunnen lezen, schrijven en rekenen is een zeer belangrijke voorwaarde om met de digitale wereld en de wereld van morgen om te leren gaan. Taal- lees en rekenonderwijs staan op de eerste plaats omdat dit de basis is voor het begrijpen en ontdekken van de wereld om ons heen. Keuzes en onderscheid leren maken, onderzoeken, ontdekken en samen werken zijn belangrijke vaardigheden in deze samenleving. De zaakvakken, culturele maatschappelijke en creatieve vakken en bewegingsonderwijs zijn heel belangrijk om alles in het juiste perspectief te zien en de mensen om je heen te begrijpen. Bij deze vakken werken wij thematisch omdat dit de betrokkenheid en de verdieping vergroot. Onze school blijft in ontwikkeling om aan de kerndoelen voor primair onderwijs en de kwaliteit van onderwijs in deze tijd te voldoen. Wij zijn innovatief en houden de ontwikkelingen op onderwijs gebied bij door scholing van ons personeel. We maken gebruik van moderne methodes en werken met digitale middelen zoals digitale borden en PC’s en tablets, die het onderwijs ondersteunen en verrijken. Nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen worden getoetst aan onze visie op onderwijs en aan de kerndoelen voor primair onderwijs. Onderwijs op maat Ontwikkelen is een proces met twee kanten. Kinderen hebben een eigen ontwikkelingskracht en zijn tegelijk afhankelijk van hun omgeving. Niet alle kinderen van dezelfde leeftijd leren alles op hetzelfde moment en op dezelfde manier. Wij volgen de ontwikkeling van onze leerlingen door observaties van gedrag, welbevinden en betrokkenheid en door het volgen van de leerresultaten. Het aanbod kan van kind tot kind op onderdelen verschillen door differentiatie in werkvormen, aanbod en organisatie van de instructie en werken in niveaus. We werken met moderne methoden, 6 coöperatieve werkvormen, samenwerkend leren en zelfstandig werken, “kind gesprekken” over hun vorderingen en leervragen en inzet van digitale middelen. In alle groepen werken we op minstens drie niveaus. Een basisniveau dat is gekoppeld aan de leerdoelen van dat leerjaar en daarnaast twee niveaus van leerlingen die al verder zijn dan het basisniveau of leerlingen die nog niet zo ver zijn als het basisniveau van dat leerjaar. Dit valt allemaal onder de reguliere groep. Extra ondersteuning Leerlingen kunnen specifieke ondersteuning nodig hebben op het gebied van cognitie, gedrag of vanwege een handicap. Deze begeleiding wordt beschreven in hoofdstuk 4 van deze schoolgids en is uitgewerkt in het schoolprofiel voor Passend Onderwijs en het schoolplan 20152019 van de Koningin Wilhelminaschool. Doubleren Soms kan het voorkomen dat een kind, ondanks alle ondersteuning, niet goed mee kan komen met de groep. In overleg met u bekijken we of het verstandig is uw kind mee te laten gaan naar de volgende groep of dat het beter is dat het de groep nog eens herhaalt. Belangrijk daarbij is de vraag wat in het belang van uw kind is en de verwachting van het effect van het doubleren (blijven zitten). We laten alleen een kind doubleren, als we verwachten dat er hierdoor verbetering optreedt in de leerprestaties en hij of zij dus vooruitgang zal boeken. Doorgaans zien we dat kinderen die doubleren weer opbloeien en zelfvertrouwen krijgen, waardoor het leerproces zich weer verder kan ontwikkelen. We proberen kinderen die zich minder snel ontwikkelen zo vroeg mogelijk te signaleren. We zijn van mening dat kinderen beter op jonge leeftijd kunnen doubleren, dan wanneer ze bijvoorbeeld in groep 7 zitten. Veelal zal de leerkracht al tijdens het eerste 10minuten gesprek, in oktober of november, zijn of haar vermoedens over mogelijk doubleren met u bespreken. In een heel enkel geval doubleert een kind tweemaal op de basisschool. Echter, als een kind 14 jaar wordt, moet het naar het voortgezet onderwijs. Als een kind achterblijft ten opzichte van de groep, maar we niet verwachten dat doubleren het kind helpt zich verder te ontwikkelen, gaat het mee naar de volgende groep. Het kind zal wel werk op een aangepast niveau krijgen. Dit wordt ook in het rapport vermeld. Ontwikkelingsvoorsprong en/of hoogbegaafd Leerlingen die verder zijn en versnellen hebben ook een andere aanpak nodig. Dit noemen wij leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong en/ of hoogbegaafden. Het is voor alle kinderen belangrijk dat zij gemotiveerd blijven en de uitdaging en aanpak krijgen die zij nodig hebben. Dat is voor deze groep ook van groot belang. In het verleden was de gedachte; zij zijn slim en kunnen het zelf. Uit onderzoek blijkt dat deze kinderen net zoveel aandacht, instructie en structuur nodig hebben als andere kinderen, alleen op een andere manier. We werken op school bij de kleuters en groep 3 met materiaal dat op deze groep is afgestemd en vanaf groep 4 gaan we met deze groep met Compacten en Verrijken en werken we met b.v. “de rekentijgers” en “de pittige torens.” Talentenklas In een talentenklas gaan kinderen voor een periode van een vier tot zes weken aan de slag met een onderwerp dat ze willen ontdekken en ontwikkelen. Dat kan op allerlei vlakken zijn, sport, cultureel, taal, techniek, creatief, sociaal, enz.. Hiervoor worden leerkrachten en mensen van buiten,(bv ouders met een bepaald specialisme of hobby) ingeschakeld. Het doel hiervan is te ontdekken wat jouw talent is. Vanuit deze positieve beleving sta je sterker om ook zaken die je minder goed af gaan toch aan te pakken en leer je keuzes te maken.. We zijn allemaal verschillend, hebben allemaal een talent. Wij willen kinderen leren om je talent in te zetten en elkaar te waarderen. We maken hierbij ook gebruik van de meervoudige intelligentie. 7 Onderwijs aan kleuters in groep 1 en 2 Kinderen van vier jaar willen naar de basisschool om lekker te spelen met vriendjes en al spelende leren ze heel veel op het gebied van taal en het omgaan met elkaar. Spelend leren zijn de kernwoorden van kinderen in de kleuterfase. Er wordt in groep 1 en 2 gewerkt rond een thema. Alle spelletjes, verhalen, opdrachten en hoeken gaan over hetzelfde thema. Op deze manier wordt de woordenschat uitgebreid en wordt er spelenderwijs aan het ontwikkelen van vaardigheden gewerkt. We maken hierbij o.a. gebruik van de methode Piramide. Deze methode stimuleert de kinderen de taal- en denkvaardigheid te vergroten. De leerkracht organiseert meerdere malen per week een kleine kring. In de kleine kring wordt met een kleine groep kinderen een taalspelletje, een opdracht, herhalingsoefeningen of verrijkingsoefeningen gedaan, terwijl de andere kinderen zelfstandig spelen/werken. Vanaf groep 1 werken we aan de zelfstandigheid van onze leerlingen, het kiezen van eigen werk, keuzes maken en daar verantwoordelijk voor te zijn, natuurlijk op een niveau dat bij de leeftijd past. Per dag kunnen ze kiezen uit verschillende activiteiten die op het keuzebord staan vermeld. Beweging, buitenspelen en gymmen is voor kleuters heel belangrijk, omdat ze zo al spelende hun motoriek en ruimtelijk inzicht ontwikkelen. Motoriek en ruimtelijk inzicht heb je nodig om te leren lezen, schrijven en rekenen. Daarom wordt er iedere dag buiten gespeeld of gegymd en spelletjes gedaan in het speellokaal. Om te leren hoe je je in een groep moet gedragen en hoe je een plekje in de groep kunt verwerven, is samen spelen ook erg belangrijk. Al spelend wordt de sociale ontwikkeling gestimuleerd. Er is veel aandacht voor expressieve vakken. Met allerlei verschillende materialen en technieken leren de kinderen zich te uiten en ontwikkelen ze woordenschat, motoriek en vaardigheden: zingen, vertellen, voorlezen, drama, tekenen, knutselen, gymmen en buitenspelen. In groep 2 is er aandacht voor beginnende geletterdheid, we beginnen met lezen en rekenen op een manier die aansluit bij de leeftijd en de ontwikkeling. Wij vinden het belangrijk dat er voor alle kinderen op elk niveau een uitdaging is om mee te werken en te spelen. Er is daarom ook materiaal voor kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong, zodat zij de motivatie niet verliezen. Onderwijs in groep 3 De overgang van groep 2 naar groep 3 is ook een overgang naar een andere ontwikkelingsfase in het leven. Kinderen van 6 jaar zijn in een overgangsfase van concreet naar meer abstract kunnen denken. Leren lezen, schrijven en rekenen doet een beroep op het meer abstract kunnen denken. In groep 3 is er nog veel aandacht voor spel en extra beweging, omdat veel kinderen dat in deze fase nog nodig hebben. Het zwaartepunt van het onderwijs in groep 3 ligt bij lezen, schrijven en rekenen. Vanaf groep 3 werken wij op minimaal drie leerniveaus. Het gaat hier om een groep die op het gemiddelde niveau van de groep werkt, een groep die extra uitleg nodig heeft en een groep die de leerstof sneller oppakt dan de gemiddelde groep en verdieping nodig heeft. Onze methodes zijn allemaal op minimaal 3 niveaus geschreven. Onderwijs in groep 4 t/m 8 In groep 4 t/m 8 bestaat de schooldag uit lessen in sociale ontwikkeling, taal, Engels, lezen, schrijven, rekenen, de zaakvakken, cultuur en creativiteit, sport en spel. De zaakvakken komen vanaf groep 5 in een methode aanbod. Sociale emotionele ontwikkeling Sociale emotionele ontwikkeling (SEO) is belangrijk vak op onze school. Een veilig schoolklimaat is een basisvoorwaarde om jezelf te kunnen zijn en te kunnen ontwikkelen en groeien. Leerlingen leren verantwoordelijkheid te dragen voor wat zij willen leren, wat hun talenten en hun beperkingen zijn, leren keuzes te maken, een onderzoekende houding, samen te werken, zich te presenteren in een groep en met elkaar te zorgen 8 voor een veilig en gezellig schoolklimaat. De sociaal emotionele ontwikkeling leert je om te gaan met verschillende situaties, andere mensen en het leert je wie jij bent en wat jij kunt en het ontwikkelt je zelfvertrouwen. Lessen in sociaal emotionele ontwikkeling staan op het lesrooster. Wij gebruiken “kinderen en hun sociale talenten” en de godsdienstmethode “Trefwoord” Deze lessen worden soms gekoppeld aan spel of gymlessen. Duidelijkheid en structuur is hierbij belangrijk. Op onze school leren we vanaf groep 1 de vier “kapstokregels” en in elke groep zijn groepsafspraken gemaakt. Er is structurele aandacht voor het welbevinden en de betrokkenheid van leerlingen. Wij gebruiken hiervoor de methode ZIEN. In het najaar wordt door groep 5 t/m 8 een vragenlijst in gevuld, waarin de betrokkenheid en het welbevinden wordt gemeten. De leerkrachten van groep 1 t/m 8 vullen een vragenlijst in die de betrokkenheid en het welbevinden van alle leerlingen beschrijft. Bij de groepsbespreking wordt door de leerkracht en de Intern begeleider gekeken of de uitslag van dit onderzoek tot een actie moet leiden. Bij pestgedrag kan het pestprotocol worden ingezet. Een veilig en gezellig schoolklimaat en een positieve, gemotiveerde houding zorgt ervoor dat het kind zich optimaal ontwikkelt. Wij leren kinderen zelfstandig te werken en leren strategieën aan om vraagstukken van het werk en problemen met andere kinderen op te lossen. De talentenklassen moeten ook bijdragen aan een positief zelfbeeld; dit kan ik goed, dat is mijn talent, waardoor kinderen moeilijke zaken of vaardigheden ook durven proberen. Ontdekken, onderzoeken en uitproberen zijn vaardigheden die belangrijk zijn in de ontwikkeling van elk mens. Daarom vinden wij sociaal emotionele ontwikkeling een belangrijk vak op onze school. Godsdienstonderwijs Wij gebruiken de methode Trefwoord. Elke dag wordt er over het thema van die week een bijbelverhaal verteld of een gesprekje gehouden, een lied gezongen of een activiteit gedaan die in de methode staat. Uiteindelijk komen alle verhalen uit de bijbel in groep 1 tot en met 8 helemaal aan bod. In groep 8 krijgen de kinderen hun eigen bijbel. Eens in de maand op maandagmorgen wordt een gezamenlijke viering voor groep 1 t/m 8 gehouden in de school. Dit wordt afwisselend door één van de groepen voorbereid. In de hoogste groepen wordt aandacht besteed aan andere geestelijke stromingen. We gebruiken ook de methode “geloof in de buurt “ Wij zijn een school, waarin de ontmoeting centraal staat en we van elkaar willen leren. Kinderen vanuit een andere religieuze achtergrond vertellen ook wat hun geloof inhoud. Wij vieren alleen de christelijke feestdagen, zoals Kerst Pasen Hemelvaart en Pinksteren. Lezen In de laagste groepen maken de kinderen op allerlei manieren kennis met het (voor)lezen. Wij gebruiken in groep 1 en 2 een methode met veel speelleermateriaal. Er wordt met programma ’s en apps op de computer , tablets en het digibord gewerkt, zodat we elk kind op zijn/haar eigen niveau verder kan. In groep 3 helpen ouders bij het project “samen lezen”. In groep 4 lezen kinderen in tweetallen onder begeleiding van een ouder of leerling uit de bovenbouw, het zogenaamde duolezen. In de hogere groepen is er het tutorlezen. Hierbij lezen een goede en een zwakkere lezer samen. In groep 3 heeft het leren lezen de hoogste prioriteit. Wij gebruiken de methode “Veilig Leren Lezen” In de hogere groepen blijft de verdere ontwikkeling van het lezen belangrijk. De methode Estafette is voor het technisch lezen in groep 4 t/m 8 en we gebruiken onderdelen van de methode “Alles in 1” omdat dit bij het thema aansluit en woorden en verhalen gebruikt die bij het thema horen. In groep 4 t/m 8 komen andere accenten bij het lezen aan de orde: begrijpt het kind wat het leest, kan het de gewenste informatie uit een tekst halen, kan het een samenvatting maken. Dit wordt het begrijpend lezen genoemd. Wij zien dit als een belangrijk vak, 9 omdat het kind hiermee toegang krijgt tot alle andere informatie die maar denkbaar is. De methode die wij gebruiken is “Lezen in Beeld” en de methode” Alles in 1” die onderwerpen gebruikt die bij het thema van dat moment horen. Schrijven Om kinderen te leren schrijven, moet er aan verschillende voorwaarden voldaan worden. De belangrijkste daarvan is, dat de motoriek voldoende ontwikkeld moet zijn. Daarom is dit een belangrijk onderdeel in groep 1 en 2. In groep 2 wordt al wat gerichter gewerkt aan de schrijfmotoriek. Een goede pengreep is heel belangrijk. In groep 3 start vervolgens het eigenlijke schrijfonderwijs. De schrijflessen sluiten nauw aan bij het leesonderwijs. Leren de kinderen bij het lezen bijvoorbeeld de letter “m” van “maan”, dan leren ze bij het schrijven hoe die letter moet worden geschreven. We leren alle kinderen direct de lusletters aan om het aan elkaar schrijven te bevorderen. In de schrijflessen krijgen ook het creatief schrijven en temposchrijven de aandacht. Het schrijfonderwijs moet er toe leiden dat alle kinderen een duidelijk leesbaar en verzorgd handschrift krijgen. Medio groep 3 krijgen alle kinderen een vulpen. Ook na groep 3 besteden we nog aandacht aan het vlot en duidelijk schrijven, waarbij we gebruik maken van een schrijfmethode “Handschrift” waarin er aandacht is voor expressie en creativiteit. Taalonderwijs In de lagere groepen wordt het mondeling taalgebruik en de woordenschat uitbreiding op allerlei manieren geactiveerd. Belangrijk is dat dit steeds gebeurt in een voor het kind begrijpelijke samenhang, daarom werken we thematisch. We gebruiken hiervoor de thema’s uit de methode Piramide. Hierbij wordt er op gelet, dat regelmatig aandacht besteed wordt aan een aantal basisbegrippen (meer - minder; voorste - achterste, etc.). In de hogere groepen wordt er naast het mondeling taalgebruik meer aandacht gegeven aan het schriftelijk taalgebruik, zoals het schrijven van verhalen, gedichten en brieven, werkstukken maken, de spelling, grammatica. De methode is “Taal Apart” onderdeel van de methode “Alles in 1” Rekenen In de groepen 1 en 2 wordt op verschillende manieren de wereld om ons heen geordend, door het maken van logisch rangschikken, reeksen, hoeveelheden en uiteindelijk het tellen. Rekenkundige begrippen zoals meer, minder, veel / weinig komen regelmatig aan de orde in concrete situaties. In de eerste helft van groep 3 gaan we daar mee verder. Na de kerstvakantie begint het steeds meer op “echt” rekenen te lijken. Tijdens de rekenlessen wordt veel aandacht besteed aan het zelfstandig leren oplossen van rekenproblemen. Daarnaast is er veel aandacht voor de verschillen in capaciteit en tempo van de kinderen. Naast het inzicht, getalbegrip en de basisvaardigheden (optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen) wordt er regelmatig aandacht besteed aan rekenvaardigheid in praktijksituaties, zoals grafieken interpreteren, oppervlaktes berekenen, kaartlezen e.d. Voor kinderen die meer aan kunnen is er aanvullend rekenwerk, dat extra uitdagend is. We gebruiken de methode “Reken zeker” Informatieverwerking Op verschillende manieren leren we de kinderen informatie te verwerken. Vanaf groep 4 houden ze elk jaar een boekbespreking en geven de kinderen een spreekbeurt. In groep 5 komt daar het maken van een werkstuk bij. Hierbij leren de kinderen waar ze informatie vandaan kunnen en hoe ze deze informatie kunnen verwerken tot een begrijpelijk geheel. 10 Wereld-oriëntatie/zaakvakken; Thematisch werken Het verkennen van de wereld om je heen is heel belangrijk. In feite staan de vakken taal, lezen, schrijven en rekenen in dienst daarvan. Daarom kijken we met de kinderen regelmatig naar de ons omringende wereld. Met name in de laagste groepen gaat dat vaak in de vorm van projecten en zal het steeds gaan om “kennis maken met”. In de hogere groepen zal daarnaast ook het vergroten van kennis belangrijker worden. Aardrijkskunde De aardrijkskundelessen sluiten aan bij de belevingswereld van het kind. In groep 5 wordt er aandacht besteed aan de eigen omgeving, in groep 6 komt Nederland aan de orde, in groep 7 Europa en in groep 8 de wereld en het heelal. Aan topografie wordt regelmatig aandacht besteed. De kinderen kunnen dit als huiswerk meekrijgen. De methode is “Alles in 1”, een thematische methode die een groot project over het aardrijkskunde onderwerp behandeld Geschiedenis Tijdens het opgroeien wordt de tijdsbeleving van kinderen steeds ruimer. In de geschiedenislessen wordt hier op in gespeeld door elk jaar dezelfde onderwerpen terug te laten komen, die dan verder uitgediept worden. Centraal staat de tijdlijn, die ook elk jaar uitgebreider wordt. Op deze manier kunnen er meer verbanden gelegd worden tussen heden en verleden. De onderwerpen blijven niet beperkt tot de geschiedenis van ons land. In de hogere groepen wordt ook aandacht besteed aan de wereldgeschiedenis. Ook hierbij gebruiken we de thematische methode “Alles in 1” Natuur en Techniek Meer nog dan geschiedenis is dit een gebied waar we dagelijks middenin zitten. We maken er zelf deel van uit en we oefenen er hoe dan ook invloed op uit. Tijdens de natuurlessen komen verschillende onderdelen van de natuur en het milieu aan de orde. We bieden de leerstof op verschillende manieren aan. Omdat we natuureducatie belangrijk vinden, zullen de kinderen regelmatig zelf in de natuur bezig zijn. Dit gebeurt onder andere bij het Centrum voor Natuur- en Milieueducatie. Ook worden geregeld de leskisten van dit centrum gebruikt. De moestuin achter de school wordt in het tuinseizoen door de kinderen en ouders volop gebruikt. Ieder schooljaar is er ook een project uit de methode “Alles in 1” Verkeer Er worden door het schooljaar heen voor groep 1 t/m 8 praktijk en theorie lessen gegeven volgens de methode “School op Seef” Hiervoor krijgen we begeleiding en subsidie van de provincie Zuid Holland en VVN Veilig Verkeer Nederland levert 8 keer per jaar tijdschriften ten behoeve van het verkeersonderwijs in de groepen 4 t/m 8. In groep 4 wordt het tijdschrift “Stap vooruit” gebruikt. De leerstof past bij de leeftijd en het leesniveau van de kinderen. In “Stap vooruit” worden de afspraken die afgeleid zijn van wettelijke verkeersregels naar voren gebracht. Deze zijn geformuleerd in termen van gedrag, zodat de kinderen weten wat ze moeten doen in een bepaalde situatie. In de groepen 5 en 6 wordt met “Op voeten en fietsen” gewerkt. Per nummer wordt steeds één thema behandeld, bijvoorbeeld “Weer en verkeer” of “Verkeersborden”. Ook kunnen kinderen opdrachten uitvoeren. In groep 7 en groep 8 werken de kinderen met de “Jeugd Verkeerskrant”. Er wordt ook hierin steeds één thema behandeld, bijvoorbeeld “Lastig of prettig in jouw buurt” of “Verkeer in de grote stad”. Per nummer worden, vaak vanuit wisselende invalshoeken, actuele onderwerpen besproken. Ook hier kunnen kinderen opdrachten uitvoeren. In groep 7 wordt het theoretisch en praktisch verkeersexamen gedaan. Bij voldoende resultaat ontvangen de kinderen een diploma. 11 Engels In groep 5 t/m 8 wordt er Engels gegeven. We werken met de methode Lets do it. en zijn bezig om een nieuwe methode in te voeren. Binnen een jaar willen we naar Engels voor de groepen 1 t/m 8. Expressieactiviteiten In groep 1 t/m 8 is dit gekoppeld aan het thema dat op dat moment in de groep behandeld wordt. Allerlei technieken en materialen komen aan de orde met handvaardigheid, tekenen, muziek en drama Muziekonderwijs In de klassen worden liedjes aangeleerd. Muziekonderwijs staat ook op ons lesrooster en sluit aan bij thema’s die wij behandelen. Wij maken ook gebruik van de gastlessen de Brede School Gouda. Bewegingsonderwijs De kinderen van groep 1 en 2 spelen elke dag buiten of krijgen spel- en kleutergymlessen. Kleuters hebben veel beweging nodig om de motoriek en de ruimtelijke oriëntatie te ontwikkelen. De kleutergym en spelles worden in het speellokaal gegeven. Daar leren ze onder andere hun evenwicht bewaren, klimmen en worden allerlei spellen geleerd. Om meer bewegingsvrijheid te hebben doen de kinderen hun truien en lange broeken uit. Om de zelfstandigheid te bevorderen stimuleren we zoveel mogelijk dat de kinderen zichzelf omkleden. We willen graag dat ieder kind de beschikking heeft over een paar gymschoentjes zonder vetersluiting om in het speellokaal te dragen. Dit is prettiger voor uw kind en het is hygiënischer. Vanaf groep 3 gymmen de kinderen een keer in de week. Deze gymlessen vinden plaats in de zaal aan de Willem de Zwijgersingel. Voor de gymles hebben de kinderen geschikte gymkleding en gymschoenen nodig. Per week is er een uur gym per groep. Een toestelles waarbij de toestellen gebruikt worden of een spelles. Met de kinderen van groep 3 gaan we (zeker in het begin van het schooljaar) ook tussendoor nog wel eens een kwartiertje naar het schoolplein voor een spelletje of om even te kunnen uitrennen, omdat zij nog extra beweging nodig hebben.. De Brede School Gouda geeft ook regelmatig gespecialiseerde lessen in de gymzaal. b.v Judo, volleybal, tennis of rugby. Deze lessen worden dan tijdens de gymles gegeven door trainers van de verschillende sporten. De groepsleerkracht is eindverantwoordelijk en daarbij aanwezig. Computers en ICT De afgelopen jaren hebben we veel geïnvesteerd in computers, digitale schoolborden, tablets, een netwerk en software. De digitale middelen hebben een duidelijke en ondersteunende rol in ons onderwijs. Deze rol is ook aan het wijzigen. Door de ontwikkelingen op digitaal gebied zal er in de nabije toekomst meer gepersonaliseerd onderwijs kunnen worden gegeven. Doordat er software op de markt komt die leerlingen op verschillende niveaus kan bedienen en er ook nog eens voor zorgt dat de leerkracht hier het overzicht op heeft. In de lagere groepen wordt de computer voornamelijk gebruikt als ondersteuning van vakken zoals woordenschat, lezen, taal en rekenen. In de hogere groepen worden de kinderen meer wegwijs gemaakt op het internet en zijn er ook lessen in “Media wijsheid”. We gebruiken een filter om ongewenst en ongewild gebruik te voorkomen en leren de voor- en nadelen en de gevaren van internet. In groep 5 wordt een internetprotocol met de afspraken over het gebruik van internet vastgelegd en ondertekend. De digitale onderwijsontwikkelingen gaan snel, nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen worden getoetst aan onze visie op onderwijs en aan de kerndoelen voor primair onderwijs . We stemmen onze investeringen af op ons onderwijskundig aanbod. Niet alles kan meteen gerealiseerd worden omdat het budget niet toereikend is. De Vier windstreken heeft een stichting breed beleid op het gebied van ICT en de inkoop hiervan. 12 Burgerschapsvorming Burgerschapsvorming is geen apart vak. Bij burgerschapsvorming zijn kennis, vaardigheden en houdingen belangrijk. Het is een onderwerp dat in veel schoolvakken verweven zit Dit kan bijvoorbeeld bereikt worden door het oefenen van democratische principes in de klas en op school. Of door kinderen aan de kwaliteit van de school bij te laten dragen door ze verantwoordelijkheden te geven of ruimte voor eigen initiatieven. Zo leren de kinderen dus door te doen. Bepaalde onderdelen van burgerschapsvorming komen in een vak of leergebied aan de orde. Bijvoorbeeld: kennismaken met diverse religies (levensbeschouwing), discussiëren (taal) en het ontstaan van de democratie (geschiedenis).Gedrag en zaken die in de “echte samenleving” ook voorkomen, spelen zich ook in de klas, op het schoolplein, kortom: op school af. De school is voor kinderen dus een oefenplaats voor goed burgerschap. Zo stimuleren wij de kinderen om respect te hebben voor de medemens, hun mening te vormen en hiervoor uit te komen. Er is ook een link met de identiteit van de school, via goed burgerschap breng je de christelijke identiteit in praktijk. Ontmoeten, respect en zorg voor elkaar. Rapport en adaptief becijferen Het rapport wordt in de loop van dit schooljaar verder gedigitaliseerd. Dat houdt in dat wij gebruik maken van de gegevens die wij in ons Leerling Volg Systeem Parnassys opslaan. In de rapportmap van ieder kind zitten ook andere werkstukken en overzichten, bv een menstekening die ieder jaar weer wordt gemaakt, verslag van de talentenklassen, de plusgroep en natuurlijk een overzicht van de resultaten van rekenen, taal , lezen en de zaakvakken. Wij willen een breed beeld geven wat de ontwikkeling van de leerlingen. Naast het adaptief onderwijs (onderwijs dat bij het kind past) dat in alle groepen wordt gegeven, beoordelen wij de resultaten in groep 8 adaptief. We willen de schoolkeuzewensen van kind, opvoeders en school bij elkaar brengen om zo tot één gezamenlijke, voorlopige schoolkeuze te komen. De keuze voor de beoordeling in groep 8 bestaat uit drie niveaus, namelijk havo/vwo, vmbo-t en vmbo-b/k. De beoordeling komt tot stand door een aanpassing in het geven van cijfers en een aanpassing in de eisen die we stellen aan het werk van de kinderen. Zo mogen de kinderen die gekozen hebben voor een vmbo-b/k niveau meer fouten maken dan de kinderen van het vmbo-t niveau. De kinderen van het havo/vwo niveau mogen nog minder fouten maken. Als het gaat om de aanpassing in de eisen aan het werk van de kinderen, kunt u denken aan de hoeveelheid werk dat af moet zijn, de eisen die we aan de zinsbouw stellen en de eisen voor het geven van antwoorden. Excursies en schoolreis Gedurende het schooljaar gaan de groepen bij ons op stap, bijvoorbeeld omdat een groep is uitgenodigd voor een activiteit van de brede school. De school bepaalt of de groep deelneemt aan de excursie, waarbij er één belangrijk criterium gehanteerd wordt nl. heeft het uitstapje een educatieve waarde die een aanvulling geeft op de lesstof. Voor het vervoer naar zo’n activiteit wordt de hulp van opvoeders gevraagd. Moeten de kinderen per auto vervoerd worden, dan zitten zij altijd in de gordel. Jaarlijks gaan we met de groepen 3 t/m 7 op schoolreis. Meestal combineren wij tijdens de schoolreis leren en spelen. Dan bezoeken wij bijvoorbeeld eerst een museum en daarna een pretpark of speeltuin. De kinderen van groep 8 gaan niet op schoolreis, omdat zij al op schoolkamp gaan en voor de kinderen van groep 1 en 2 wordt een kleuterfeest georganiseerd ter vervanging van het schoolreisje. JAVD Onze school loopt ieder jaar mee met de Jeugdavondvierdaagse, 4 avonden waarbij we routes door Gouda lopen onder begeleiding van ouders en leerkrachten. De avondvierdaagse wordt afgesloten met een intocht waarbij alle kinderen een medaille ontvangen. 13 Sportdag Ieder jaar is er een sportdag voor de groepen 1 t/m 8, soms gecombineerd met de koningsspelen. Huiswerk en agenda In de hogere groepen is het gebruikelijk om de kinderen al te laten wennen aan huiswerk, zodat de overgang naar de middelbare school wordt verkleind. In de groepen 4, 5 en 6 wordt een enkele keer wat huiswerk meegegeven, zoals het leren van de tafels, de topografie voor aardrijkskunde of een oefentekst om te lezen. In groep 7 krijgen de kinderen regelmatiger huiswerk mee. Op het schoolbord in de klas wordt een agenda voor de komende weken bijgehouden, zodat ze daar al mee vertrouwd raken. In groep 8 leren de kinderen zelf hun agenda bij te houden, eerst samen met de agenda op het schoolbord, later zelfstandig. In principe krijgen de kinderen een aantal dagen per week huiswerk op voor taal, rekenen, aardrijkskunde en geschiedenis. De leerkracht leert hen hun huiswerk te plannen. Verwijzing naar het voortgezet onderwijs Aan het eind van het schooljaar zullen de leerlingen van groep 8 onze school verlaten om hun opleiding voort te zetten op één van de scholen voor V.O. Aan het einde van groep 7 en in september van het nieuwe schooljaar in groep 8 vinden er voorlopige adviesgesprekken plaats door de leerkracht en IB-er met de ouders . Vanaf november kunt u voorlichtingsbijeenkomsten bijwonen van de verschillende voortgezette scholen in Gouda. In de herfst ontvangt uw kind informatie hierover. In februari ontvangen de ouders het schooladvies m.b.t. de overgang van de leerlingen naar het V.O. Daarbij wordt o.a. gekeken naar de resultaten van toetsen die in de afgelopen jaren gemaakt zijn , maar ook naar de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind. De resultaten van de Cito halfjaartoetsen in de groepen 6, 7 en 8 vormen het uitgangspunt voor de plaatsingswijzer die door de leerkracht i.s.m. de IB-er gemaakt wordt. Het V.O. gebruikt de plaatsingswijzer naast het advies van de leerkracht om te bepalen of een aangemelde leerling toelaatbaar is. De aanmelding van leerlingen moet vóór 1 maart gedaan zijn. De ouders bepalen voor welke school zij hun kind willen inschrijven. De procedure eindigt wanneer de door de ouders gekozen school het kind officieel inschrijft en de ouders daarvan in kennis stelt. De Centrale-Eindtoets wordt in april afgenomen. De eindtoets is niet meer van invloed op plaatsing van leerlingen in het V.O. Kinderen die in aanmerking komen voor het praktijkonderwijs of voor het leerweg ondersteunend onderwijs hebben een ander traject van verwijzing dan hierboven omschreven. Zij volgen een individueel traject omdat zij voor 1 februari aangemeld moeten zijn bij de school voor voortgezet onderwijs. De verwijzingspercentages van de leerlingen van groep 8 van het afgelopen schooljaar kunt u vinden in de bijlage van de schoolgids. Schoolkamp Aan het begin van groep 8 organiseren we een schoolkamp. Ze hebben een leuke tijd samen, waar ze de rest van het jaar en ook later, met plezier op terug kunnen kijken. Het programma is afwisselend en bestaat uit leuke, leerzame en vormende activiteiten. Afscheid groep 8 De laatste officiële schooldag worden de leerlingen van groep 8 officieel uitgezwaaid door de leerlingen van school, de leerkrachten en hun ouders, Groep 8 sluit het schooljaar af met hun eigen afscheidsavond en zij spelen die avond voor hun ouders en genodigden een musical. 14 6. Ondersteuning en begeleiding Passend Onderwijs. Sinds 1 augustus 2014 is de Wet op het Passend Onderwijs van kracht. Onze school is aangesloten bij het SWV PO Midden Holland waarin ruim 80 basisscholen uit Gouda en omgeving samenwerken om kinderen de best denkbare onderwijsplek te bieden. Steeds zal door school en ouders worden bekeken wat een kind nodig heeft om zich goed te kunnen ontwikkelen. Zowel op cognitief als sociaal emotioneel gebied. Om te zorgen dat ieder kind zich optimaal kan ontwikkelen wordt in de groepen gewerkt op verschillende niveaus. Er zijn kinderen die sneller aan het werk kunnen na een instructie, maar ook kinderen die juist extra instructie nodig hebben. Om dit goed te kunnen volgen, maken wij gebruik van het LOVS( Leerling Ontwikkeling Volg Systeem) Parnassys. Door middel van observaties en toetsen kunnen wij aansluiten bij wat kinderen nodig hebben. Om de organisatie van de ondersteuning en de begeleiding op de Koningin Wilhelminaschool te structureren wordt jaarlijks gebruik gemaakt van een zorgkalender, een toetskalender en het document ’de zorgstructuur op de Koningin Wilhelminaschool’. Wat de school aan ondersteuning kan geven , maar ook wat niet mogelijk is op onze school, staat beschreven in het School Ondersteunings Profiel. Hierin staat beschreven hoe de ondersteuning en de begeleiding vorm wordt gegeven en welke afspraken hierover zijn gemaakt. Toetsen Op onze school wordt gebruik gemaakt van Methodegebonden - en niet Methodegebonden toetsen. Methode gebonden toetsen zijn opgenomen in de handleidingen van de methoden van bijv. rekenen, taal en lezen. Deze worden na ieder hoofdstuk afgenomen, zodat de leerkracht kan analyseren wat goed gaat en waar nog extra aandacht aan moet worden besteed. Niet-methodegebonden toetsen zijn de Cito toetsen. Deze worden in januari en in juni ieder schooljaar afgenomen. Deze toetsen geven de leerkracht een beeld van de ontwikkeling van het kind ten opzichte van het “gemiddelde kind in Nederland” op verschillende vakgebieden. Dit zijn: CITO Taal voor kleuters, CITO rekenen voor kleuters, CITO ‘Drie Minuten Toets’ (woordlezen), CITO Begrijpend lezen, CITO Leeswoordenschat, CITO Spellingvaardigheid, CITO Rekenen & Wiskunde . De resultaten hiervan geven informatie over: het individuele kind, het groepsgemiddelde, het schoolgemiddelde. Bovenstaande toetsen worden afgenomen volgens de toetskalender. Daarnaast staat in de zorgstructuur beschreven hoe deze moeten worden afgenomen en welke aanpassingen er mogen worden gedaan, bijvoorbeeld bij dyslexie en dyscalculie. In de groepen 1 en 2 wordt naast Cito gebruik gemaakt van een observatie instrument. Het groepsplan De leerkracht analyseert de toetsgegevens en observaties en verwerkt dit in een plan, het groepsplan. Daarin staat bij alle kinderen beschreven welke doelen worden nagestreefd, hoe dat wordt gedaan en wanneer dit wordt geëvalueerd. Tijdens de 10minuten gesprekken worden deze gegevens besproken met de ouders aan de hand van een overzicht uit het digitaal leerlingvolgsysteem. 15 Intern begeleider Op school hebben wij een Intern Begeleider (IB-er). De Intern Begeleider is verantwoordelijk voor: de doorgaande lijn, de zorgverbreding, de organisatie en planning van toetsen en observaties, de leerling- en groepsbesprekingen, de organisatie van de speciale leerhulp, externe contacten, bewaking van procedures. De IB-er bespreekt met de leerkracht zowel individuele leerlingen als de gehele groep. Samen wordt bekeken of de leerkracht aan de onderwijsbehoeften van het kind en de groep kan voldoen of dat er extra hulp nodig is. Daarnaast is de IB-er aanwezig bij gesprekken met ouders en externen. De IB-er bewaakt de leerling dossiers. Daarin worden alle documenten m.b.t. het kind gearchiveerd: Inschrijfformulier, gespreksnotities, rapportkopieën, correspondentie, aantekeningen van gesprekken, onderzoeksverslagen en onderzoeksgegevens die ons door ouders zijn verstrekt. Ouders van leerlingen kunnen na afspraak met de IB-er op school inzage krijgen in de gegevens van hun kind en desgewenst een toelichting hierop. Deze dossiers zijn grotendeels digitaal opgeslagen in het systeem Parnassys en ernaast is er ook nog een kleiner wordend papieren dossier. Handelingsgericht werken Op de Koningin Wilhelminaschool wordt gewerkt volgens het principe van handelingsgericht werken. Dit houdt in dat door de leerkrachten steeds wordt nagegaan wat dit kind in deze groep, bij deze leerkracht , bij dit vak nodig heeft. Daarbij wordt gekeken naar de vaardigheden die een kind al beheerst of nog niet. Dit laatste kan belemmerend zijn voor een goede ontwikkeling. De ouders worden steeds betrokken bij gesprekken. Zij kennen hun kind immers het beste. Ook vinden er regelmatig ‘kind’ gesprekken plaats door de leerkracht met het kind. Samen wordt besproken wat het kind nog wil leren of meer wil oefenen en wat al goed wordt beheerst. Zo krijgt het kind inzicht in de eigen mogelijkheden. Vanaf groep 5 wordt gewerkt met een eigen werkplan, waarin wordt aangegeven waar het kind zelfstandig mee aan de slag kan gaan. De basis voor dit plan is het overzicht van de toets scores, observaties en de kindgesprekken. Externe hulp Het is de verantwoordelijkheid van de IB-er om de contacten en procedures met externe deskundigen te onderhouden. Externe hulp wordt pas ingeschakeld na overleg met de leerkracht(en) en de ouders. De school werkt samen met de volgende externe partners: Logopediste (GGD), School Maatschappelijk Werk ( Kwadraad), Schoolarts (GGD), Onderwijs Adviesdienst, Samenwerkingsverband PO Midden Holland , Bureau Leerplicht en Centrum voor Jeugd en Gezin. Daarnaast zijn er contacten met externen die door de ouders zelf zijn ingeschakeld zoals logopedisten, psychologen, kinderartsen en ( fysio)therapeuten. Hiervoor wordt vooraf aan de ouders toestemming gevraagd en worden zij betrokken bij gesprekken op school. Contactmomenten De resultaten van de leerlingen van groep 3 t/m 8 worden driemaal per jaar in een rapport met de kinderen meegegeven. In de groepen 1 en 2 wordt twee keer per jaar een kleuterverslag meegegeven. Na elk rapport of kleuterverslag is er een gespreksmogelijkheid voor alle betrokken ouders met de leerkracht. De leerkrachten en/of IB-er nemen contact op met de ouders als er zorgen zijn over de ontwikkeling van uw kind. Ouders zijn altijd welkom op school om over hun kind te praten. Ouders worden uitgenodigd als de hulp over een langere periode gegeven moet worden en worden dan betrokken bij het opstellen van een groeidocument. 16 De IB-er is vaak bij het gesprek aanwezig. Ouders worden ook betrokken bij de (tussen) evaluatie van het groeidocument en op de hoogte gehouden van het verdere verloop: toetsing door deskundigen, het inschakelen van hulpverleners, etc. Als het om een psychologisch onderzoek gaat, kan dat alleen met schriftelijke toestemming van de ouders; Bij inschakeling van hulpverleners door de ouders zelf (psycholoog, kinderarts, kinderpsychiater, logopedist, fysiotherapeut, etc.), zijn de ouders uiteraard niet verplicht de resultaten van de onderzoeken aan de school ter inzage te geven, maar het wordt wel door ons op prijs gesteld. Hulpverleners van buiten de school mogen alleen met toestemming van de ouders, de IB-er of leerkrachten van school benaderen voor informatie of advies. Als de school na toestemming van de ouders informatie verstrekt aan anderen, is die ook toegankelijk voor de ouders. Extra ondersteuning in de groep Op onze school werken we handelingsgericht. We bekijken wat uw kind nodig heeft. Door middel van toetsen, observaties, analyse van het werk van uw kind en kind- en oudergesprekken wordt de onderwijsbehoeftes van uw leerling in kaart gebracht. Deze onderwijsbehoefte wordt door de leraar vastgelegd in een groepsoverzicht. Het groepsoverzicht van juni vormt de overdracht naar de volgende groep. Soms blijkt dat kinderen moeite hebben met een enkel onderdeel, bijv. technisch lezen of rekenen. Om deze kinderen te helpen krijgen zij extra ondersteuning of van de leerkracht of van ouders, die geïnstrueerd zijn om te helpen bij dat specifieke onderdeel. Op deze manier proberen wij de kinderen weer op het niveau van de groep te krijgen. Ook krijgen sommige kinderen pre-teaching door de leerkracht. Deze kinderen hebben baat bij het vooraf doornemen van de stof die in de dagen daarop behandeld gaat worden. Overdrachtsgesprekken. Voor het eind van het schooljaar vinden gesprekken plaats tussen leerkrachten om de algemene en bijzondere gegevens van leerlingen en de groep aan elkaar door te geven. Deze overdracht is van groot belang voor de doorgaande lijn in de ontwikkeling en begeleiding van de kinderen. Extra zorg Gedurende een schooljaar kan blijken dat een kind extra zorg nodig heeft. Dat kan zijn op het gebied van bijvoorbeeld rekenen, taal, lezen of bij problemen rond de sociaalemotionele ontwikkeling. Om de problemen zo goed mogelijk in kaart te brengen en een plan te maken voor extra hulp, wordt de manier van handelingsgericht werken gebruikt. Uitgangspunt voor deze manier van werken is de hulpvraag van het kind: Wat heeft dit kind, in deze groep, bij deze leerkracht, bij dit vak nodig? Om dit vast te stellen worden stappen genomen, waarbij gesprekken tussen leerkracht, ouderrs en het kind centraal staan. Er wordt steeds bekeken of de doelen haalbaar zijn of dat de extra zorg moet worden aangepast en of er externe hulp of onderzoek moet worden ingeschakeld. Op deze manier krijgt een kind zorg op maat. Het School Ondersteuningsteam (SOT) Wanneer er een extra zorg vraag is, kunnen de leerlingen, na schriftelijke toestemming van ouders, worden besproken in het SOT. Daarin hebben zitting: - de IB-er en de directie - de orthopedagoog van het samenwerkingsverband voor Passend Onderwijs begeleider van Onderwijs Advies - schoolarts - een maatschappelijk werker Als daar behoefte aan is, kunnen gespecialiseerde deskundigen, zoals een logopedist of psycholoog, uitgenodigd worden om aan het overleg deel te nemen. Ook aan de ouders kan worden gevraagd aan dit overleg deel te nemen. Vooraf wordt door de leerkrachten, de IB-er en de ouders een groeidocument opgesteld. Daarin staat verwoord wat de hulpvraag is van school en ouders en wat de onderwijsbehoeften zijn van het kind. 17 Eigen niveau Voor sommige kinderen is de verplichte leerstof van de basisschool te moeilijk. In overleg met ouders en na onderzoek en advies van deskundigen wordt een individueel programma vastgesteld. Dit kan voor één vak, maar kan ook voor meerdere vakken. We noemen dit een eigen leerlijn met ontwikkelingsperspectief voor een individueel kind. Over het algemeen geldt dat we een eigen leerlijn pas na groep 5 inzetten. De leerling blijft wel in de groep, maar volgt voor dat vak een eigen leerlijn. En als de extra hulp niet helpt? Als blijkt dat de hulp die we een kind geven niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd, gaat het School Ondersteunings Team (SOT)met daarin de leerkracht, de intern begeleider, de onderwijsspecialist en de schoolarts met de ouders om de tafel zitten om te bespreken wat er gedaan moet worden. Als men het erover eens is dat verdere hulp noodzakelijk is, wordt gekeken naar de volgende mogelijkheden: Vanuit het samenwerkingsverband wordt extra ondersteuning gegeven aan het kind of aan de leerkracht, zoals een leesspecialist of begeleiding door een gedragsdeskundige Het kind blijft op de basisschool en vanuit het speciaal onderwijs komt speciale hulp en begeleiding door een PAB-er (Preventief Ambulant Begeleider). Deze geeft tips aan de basisschool m.b.t. gerichte hulp voor het kind. De basisschool kan niet de hulp bieden die voor deze leerling nodig is. Er komt een verwijzing naar het Speciaal Onderwijs ( SO). De basisschool kan niet de hulp bieden die voor deze leerling nodig is. Het kind krijgt een verwijzing naar een school voor speciaal basisonderwijs(SBO). Deze procedures staan verwoord in de zorgstructuur. Welbevinden, gedragsproblemen en SIJS De sociaal emotionele ontwikkeling en het welbevinden van de leerling is een belangrijke voorwaarde om te kunnen leren, fijn te kunnen omgaan met de andere kinderen in de groep en met de leerkracht. Wij volgen deze ontwikkeling door het observatie instrument ‘Zien’. Aan de hand van een leerkrachten – en leerlingen vragenlijst wordt de sociaal emotionele ontwikkeling in kaart gebracht. Met deze uitkomsten en met de observaties van de leerkracht kan actie worden ondernomen. Indien nodig wordt dit besproken met ouders. Mochten er door ouders of door de leerkrachten problemen worden geconstateerd, kan een kind worden aangemeld voor de training SIJS Sterker In Je Schoenen( groep 2-8). Er is een ‘kleine SIJS’ voor de groepen 2 en 3 en ‘Grote SIJS’ voor de groepen 4 tot en met 8. De kinderen leren in een kleine groep, die wordt begeleidt door twee geschoolde leerkrachten, hoe zij om moeten gaan met sociale situaties. Ouders geven hier toestemming voor en worden op de hoogte gebracht van de inhoud van de training. Mocht blijken dat er meer ondersteuning nodig is, kunnen ouders en leerkrachten dit bespreken de IB-er. Een aanmelding bij School Maatschappelijk Werk van ‘Stichting Kwadraad’ kan met ouders worden besproken. De gesprekken met de school maatschappelijk werkster vinden doorgaans op school plaats. Zij kan naar aanmelding van deze gesprekken en mogelijke observaties advies geven tot vervolgonderzoek door externen. Pestprotocol Op het lesrooster staat ook tijd voor sociaal emotionele ontwikkelingslessen, deze worden structureel gegeven. Er wordt structuur geboden door schoolregels voor de school (kapstoregels) afspraken in de groep, het schoolplein. Vanzelfsprekend is het beleid in de eerste plaats gericht op preventie. In de klassen wordt daarom op het niveau van de groep aandacht besteed aan het omgaan met elkaar. De kinderen moeten gedragsregels leren hanteren. Ze moeten nee leren zeggen, grenzen leren stellen en grenzen van anderen leren respecteren. 18 Pesten komt overal voor, ondanks alle aandacht en zorg. Als ouders pestgedrag op school constateren worden zij uitgenodigd daar met ons over te komen praten om erger te voorkomen. Het door ouders en school vastgestelde ANTI-PESTPROTOCOL is de kern van de aanpak en ook dit protocol wordt elk jaar met de kinderen doorgenomen. Als er sprake is van pestgedrag zetten wij het pestprotocol in. Wij willen een school zijn waar alle kinderen zich veilig en welkom voelen. Begaafdheid en kleuters met een ontwikkelingsvoorsprong Naast extra hulp voor kinderen voor wie de lesstof te moeilijk is, hebben wij ook aandacht voor kinderen die meer aan kunnen. We willen voorkomen dat kinderen zich onvoldoende ontplooien. Op de Koningin Wilhelminaschool is een beleidsplan begaafdheid opgesteld, zodat goed onderwijs aan deze kinderen wordt geborgd. Vanaf het moment dat een kind in groep 1 start wordt door de leerkracht bekeken of zij signalen ziet die duiden op voorsprong of achterstand. Daarvoor zijn tijdens de intakegesprekken al vragen gesteld aan de ouders of zijn er door de intern begeleider inlichtingen ingewonnen bij de peuterspeelzaal of het kinderdagverblijf. In de groepen 1 en 2 krijgen deze kinderen extra uitdaging aangeboden tijdens de kleine kring en overige activiteiten. Het lees-en rekenonderwijs in groep 3 wordt hierop aangepast. Vanaf groep 3 hebben wij de mogelijkheid dat deze kinderen zich kunnen verbreden, verdiepen en versnellen. Onder verbreden verstaan we het aanbieden van extra lesstof. Deze lesstof bevat onderdelen die al behandeld zijn en kan in bekende vorm of in voor het kind nog onbekende vorm worden aangeboden. Een kind dat regelmatig eerder klaar is met de gewone opdrachten, komt hiervoor in aanmerking. Verdiepen (of verrijken) gaat een stap verder. Dit is extra lesstof die verder ingaat op al behandelde onderdelen. Het is niet alleen meer van hetzelfde, maar juist nieuwe stof in het verlengde van al behandelde onderdelen. Het kind leert zo meer over een bepaald onderdeel dan direct noodzakelijk is. Als een kind structureel eerder klaar is met de gewone opdrachten, eventueel aangevuld met verbredingstof, dan krijgt het verdiepingsstof aangeboden. Bij versnellen gaat het om het aanbieden van de reguliere lesstof in een kortere tijd dan normaal. Kinderen die hiervoor in aanmerking komen, hebben een aantoonbare didactische voorsprong van minimaal één leerjaar op de gebieden taal (begrijpend lezen, woordenschat en spelling) en rekenen. Op één van deze gebieden mag een minder grote voorsprong zijn. Hoe dit specifiek zal worden aangeboden, wordt met de ouders overlegd. Plusklas Twee keer per jaar is er een plusklas in 2 rondes van 6 weken voor de groepen 4/5/6/7/8 voor ongeveer 10 kinderen. Hiervoor wordt zoveel mogelijk gebruikt gemaakt van onder andere ‘De Pittige Torens’( techniek), vreemde talen zoals Spaans of wordt gewerkt door middel van projecten. Daarbij wordt aandacht geschonken aan het ‘leren leren’ : hoe wordt een taak opgepakt, hoe wordt gepland en hoe wordt iets uitgevoerd. Deze activiteiten worden ook beoordeeld, waardoor kinderen nog meer worden uitgedaagd om zich in te zetten voor een opdracht.Ook tijdens de talentklassen zijn er een aantal rondes voor de plusklas 3/4/5 en 6/7/8Om het begaafden beleid te borgen wordt tijdens studiedagen en personeelsvergaderingen aandacht besteed aan deze activiteiten. Onderwijskundig rapport Als een kind tussentijds de school verlaat en naar een andere basisschool gaat, wordt een onderwijskundig rapport opgesteld ten behoeve van de ontvangende school. Andersom ontvangen wij een onderwijskundig rapport van een nieuw kind. Kinderen worden in de groep geplaatst waar zij volgens hun leeftijd en naar hun mogelijkheden in thuishoren. Het kan zijn dat de IB-er of de schoolleiding over duidelijke aanwijzingen beschikt, die een andere keus rechtvaardigen. Er zal steeds worden afgewogen of de school aan de onderwijsbehoeften van het kind kan voldoen. 19 In het School Ondersteunings Profiel (SOP) hebben wij als school aangegeven wat wij aankunnen met of zonder hulp. Dit staat op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool Kinderen met specifieke ondersteuning en begeleiding Het streven is erop gericht ook deze kinderen op een zo normaal mogelijke manier het onderwijs en de overige activiteiten op school te laten volgen. Waar nodig wordt extra hulp gegeven. De school zelf is uitgerust met een traplift en is verder drempelloos. In het School Ondersteuningsprofiel staat het als volgt omschreven. Leerlingen met medische en fysieke problemen: Voor leerlingen die slecht kunnen zien of horen, kan de school, bijvoorbeeld met technische hulpmiddelen en/of extra menskracht, in veel gevallen een passende aanpak ontwikkelen. Soms b.v. als leerlingen nauwelijks of niet kunnen zien of horen, ziet de school daarvoor geen mogelijkheden. Leerlingen met spraakproblemen kunnen in vrijwel alle gevallen rekenen op een passende aanpak. Voor leerlingen met motorische beperkingen, zoals (ernstige) spasmen of rolstoelgebruikers, zijn de mogelijkheden voor een passende aanpak binnen onze school beperkt. Wij hebben op school geen lift voor een rolstoel alleen een traplift met stoeltje. Afhankelijk van de leerling zullen we soms een aanpak hebben of kunnen ontwikkelen, maar in andere gevallen niet. Voor leerlingen met andere kenmerken, zoals het syndroom van Down, zal de school per individueel geval en per leerjaar moeten beoordelen wat mogelijk is. De mogelijkheden die wij kunnen bieden, worden bekeken per zorgvraag en zijn mede afhankelijk van leeftijd en ontwikkeling van het kind en de specifieke onderwijs- / zorgbehoefte. Wat de mogelijkheden zijn hangt niet alleen af van de leerling met een handicap of probleem, ook van de groep waarin het kind terecht komt. Andere kinderen in de groep moeten ook voldoende aandacht van de juf of meester kunnen krijgen voor hun onderwijs. Dat is soms een lastige afweging. Wij zijn verantwoordelijk voor goed onderwijs aan alle leerlingen. 20 7. Kwaliteit en veiligheid Schoolplan In het schoolplan staat beschreven hoe we het onderwijs inrichten, wat de visie en de doelstellingen van ons onderwijs zijn. Ook staat hierin vermeld hoe we de kwaliteit van het onderwijs de komende, vierjarige periode willen verhogen. Het schoolplan ligt ter inzage op school. Ouders, bestuur en inspectie hebben door middel van het schoolplan inzicht in wat er op school gebeurt. Elk jaar wordt een onderdeel van het schoolplan, het schoolontwikkelingsplan geëvalueerd, bijgesteld en vastgesteld voor het schooljaar daarop. Kwaliteit De Koningin Wilhelminaschool wil kwaliteitsonderwijs leveren. Dat is onderwijs waarvan de inhoud als kwalitatief hoogstaand wordt beoordeeld. In de schoolgids en in het schoolplan staat wat de school doet en van plan is te gaan doen. Kwaliteit heeft ook met prestaties te maken. De leerlingenprestaties worden gevolgd met behulp van een leerlingvolgsysteem. Prestaties van kinderen zijn afhankelijk van de mogelijkheden van het kind, de thuissituatie en het onderwijs en de leerkrachten op school. Onze school heeft een goede zorgstructuur en werkt systematisch aan kwaliteitsverbetering. Het team volgt scholing om het onderwijs dat wij geven aan te laten sluiten bij wat er in de samenleving wordt gevraagd en om onze bekwaamheid als leerkracht op peil te houden. In de bijlage van de schoolgids verantwoordt de school de ontwikkelingen van het vorige schooljaar in het jaarverslag. Tevens wordt er vooruit gekeken naar de ontwikkelpunten voor het aankomende schooljaar in het schoolontwikkelingsplan. De verwijzingspercentages van de leerlingen van groep 8 naar het voortgezet onderwijs kunt u vinden in de bijlage van de schoolgids onder het kopje “uitstroomcijfers”. Om de kwaliteitszorg goed in kaart te kunnen brengen houden wij eens in de twee jaar een ouderenquête en een leerlingenenquête. De leerlingenenquête wordt ingevuld door de leerlingen van groep 5 t/m 8. De uitkomsten hiervan worden op de website geplaatst en een korte samenvatting komt in de KW-krant te staan. Daarnaast worden verbeterpunten opgenomen in het schoolontwikkelingsplan van het aankomende schooljaar De schoolraad bestaat uit een afvaardiging van ouders en zij spreken over de identiteit en de kwaliteit van de Koningin Wilhelminaschool. In gesprek met de directeur passeren onderwijszaken de revue. Bijvoorbeeld over ouderbetrokkenheid, communicatie, zaakvakken en de plusklas. Veiligheidsbeleid In de Arbowet van 1998 staat beschreven hoe werkgevers en werknemers een goed arbeidsbeleid moeten voeren voor een gezond en veilig klimaat voor leerkrachten en kinderen. Het belangrijkste punt hieruit is de verplichte periodieke Algemene school verkenning (A.S.V.) waarmee de school inzicht krijgt in gevaren die zich kunnen voordoen aan leerlingen en werknemers. Ook de registratie van incidenten en ongevallen is onderdeel van het veiligheidsbeleid evenals het opstellen van een plan van aanpak. In de wet is vastgelegd dat ernstige ongevallen direct gemeld moeten worden aan de Arbeidsinspectie. De Arbeidsinspectie controleert of men zich aan de Arbowet houdt en kan sancties opleggen bij het overtreden van de wet. De Arbowet is ook van toepassing op ouders wanneer zij deelnemen aan schoolkampen, sportactiviteiten of activiteiten op school. 21 Ons veiligheidsbeleid is via het schoolveiligheidsplan en het veiligheidsplan van stichting “De Vier Windstreken” toegespitst op de bovenstaande wetgeving, maar heeft een aantal onderdelen waar wij u graag iets meer over willen vermelden. Zo hanteren wij als school de door het bestuur vastgestelde gedragscode inzake de omgang met kinderen en collega’s en opvoeders. Deze gedragscode is te uitgebreid om in de schoolgids op te nemen en ligt daarom ter inzage op school. BHV Alle leerkrachten op de Koningin Wilhelminaschool hebben een BHV diploma gehaald. Er is een preventiemedewerker aangesteld en deze coördineert de bedrijfshulpverlening. Op school is een BHV plan aanwezig, welke door de preventiemedewerker en de directie jaarlijks wordt geactualiseerd. Het BHV plan beschrijft de noodzakelijke organisatorische maatregelen en voorzieningen van de organisatie om de gevolgen van incidenten te minimaliseren en te bestrijden. Op school zijn er de aanwezige noodvoorzieningen, zoals blusmiddelen, vluchtwegen, alarmeringsinstallatie, EHBO middelen, hulpmiddelen voor BHV organisatie, noodverlichtingsinstallaties, hoofdafsluiters van gas, water en elektriciteit. Tevens hebben wij draaiboeken en protocollen die in het geval van een calamiteit gebruikt kunnen worden. U kunt hier bijvoorbeeld denken aan een ontruimingsplan met een vluchtplan en plattegronden, een draaiboek “omgaan met calamiteiten en seksuele intimidatie”, het “Gouds Protocol Grensoverschrijdend Gedrag” en een pestprotocol. Elk schooljaar wordt er 1 a 2 maal per jaar een ontruimingsoefening gedaan met alle leerlingen. Wij oefenen dan om snel en veilig met alle kinderen naar buiten te gaan. Alle leerlingen zijn zo vertrouwd met deze procedure en weten waar ze moeten verzamelen. Schoolarts De Jeugdgezondheidszorg (voorheen schoolartsendienst) heeft als taak het behouden, bewaken en bevorderen van gezondheid, groei en ontwikkeling van jeugd van 4 tot 19 jaar. Dit gebeurt o.a. door het begeleiden van de groei en de ontwikkeling van de kinderen, het vroegtijdig opsporen van afwijkingen en gezondheidsvoorlichting- en opvoeding. De schoolarts behandelt niet zelf, maar verwijst naar de huisarts. Eventueel wordt verwezen naar bureau Jeugdzorg, diëtiste, e.a.. Jaarlijks worden de kinderen uit de groepen 2 en 7 van het basisonderwijs uitgenodigd voor een onderzoek of screening. In groep 2 worden de kinderen opgeroepen voor een periodiek gezondheidsonderzoek. De kinderen worden uit de klas gehaald. De opvoeders krijgen hierover vooraf bericht en hoeven niet mee te komen. Mochten er bijzonderheden gevonden worden, dan worden de opvoeders hierover ingelicht. In groep 7 zal een onderzoek plaatsvinden door middel van vragenlijsten die besproken worden met de assistente. Daarnaast zullen er kinderen worden opgeroepen naar aanleiding van een vorig onderzoek voor controle b.v. van de ogen, het gehoor, de houding, etc. De opvoeders worden hiervan tijdig op de hoogte gesteld. Los van deze reguliere onderzoeken kunt u altijd contact opnemen met de jeugdarts of assistente voor advies of extra onderzoek. Ook kan het zo zijn dat de leerkrachten vragen of zorgen hebben over uw kind; in overleg met u kan dan ook altijd de jeugdarts of een sociaalverpleegkundige ingeschakeld worden om mee te denken. 22 Intern contactpersoon Hier kunt u altijd terecht om, vertrouwelijk, een geval van (vermeend) machtsmisbruik of een klacht te bespreken. Hij/zij luistert en bespreekt welke stappen ondernomen kunnen worden en kan u doorverwijzen naar de externe vertrouwenspersoon aangesteld door het college van bestuur. Extern Contactpersoon De externe vertrouwenspersoon is er om met u over uw klacht te praten en te ondersteunen bij eventuele verdere stappen. De externe vertrouwenspersoon is onafhankelijk en de gesprekken zijn vertrouwelijk. Klachtencommissie Op school is een klachtenregeling voor iedereen beschikbaar. Doel van de regeling is om problemen op gebied van begeleiding of beoordeling van kinderen, discriminatie, pesten, geweld, seksuele intimidatie, e.d. aan te kunnen kaarten. Hiertoe kunt u de groepsleerkracht, de contactpersoon op school en ook direct de vertrouwenspersoon benaderen. De vertrouwenspersoon kan als objectieve derde het probleem helpen op te lossen of hulp bieden bij doorverwijzing naar gespecialiseerde hulpverleningsinstanties en/of bij het indienen van een klacht bij de landelijke geschillen commissie. De stichting De Vier Windstreken is aangesloten bij de landelijke stichting Geschillen Commissie Bijzonder Onderwijs, GCBO, Postbus 82324, 2508 EH Den Haag 070-386 16 97 e-mail: info@ gbco.nl Toelating, schorsing en verwijdering De Koningin Wilhelminaschool staat open voor elk kind van wie de ouders de grondslag en de doelstellingen van de school respecteren. Daarnaast is er de voorwaarde voor toelating dat wij als school kunnen voldoen aan de onderwijsbehoeften en de veiligheid van het kind, zonder dat dit ten kosten gaat aan de onderwijsbehoeften en veiligheid van andere kinderen en waarbij het onderwijsleerproces van het kind of van de andere kinderen niet belemmerd zal worden. Door middel van de informatie op de website, de schoolgids en in een kennismakingsgesprek worden de ouders geïnformeerd over de school. In dat gesprek komen onder andere de volgende zaken aan de orde: de protestants-christelijke identiteit van de school en de wijze waarop hieraan vorm wordt gegeven, een globale afspiegeling van de werkwijze en omgangswijze op de Koningin Wilhelminaschool, als opvoeders hun kind inschrijven betekent dit dat aan alle schoolgebonden activiteiten, zoals vieringen, wordt deelgenomen. In het Reglement Disciplinaire Maatregelen van De Vier 4 Windstreken (ter inzage op school) staat uitvoerig hoe de regels t.a.v. schorsing en verwijdering op onze school worden gehanteerd. 23 8. Informatie en communicatie Aanmeldprocedure Na het lezen van deze schoolgids en een kennismakingsgesprek met de directeur en een rondleiding door de school, kunt u een keuze maken. Kiest u voor onze school, dan kunt u uw aanmeldingsformulier inleveren bij de directeur. Wij kiezen voor een persoonlijke aanmelding omdat wij dan meteen met u kunnen bekijken of wij de juiste school voor uw kind zijn en het juiste onderwijs , zorg en aandacht aan uw kind kunnen geven. Conform ons toelatingsbeleid bepalen wij of wij uw kind bij ons in kunnen schrijven. Als er sprake is van inschrijving, zal onze administratie de gegevens van uw kind verwerken. U krijgt hiervan ter controle een kopie en een bewijs van inschrijving. De procedure aanmelding staat op de website volledig te lezen. Zes weken voordat uw kind vier jaar wordt, neemt de school contact met u op. Er worden afspraken gemaakt om uw kind te laten wennen. De afspraak is dat een nieuw kind een aantal dagdelen mag komen wennen. De dag na de vierde verjaardag mag uw kind elke dag naar school. U krijgt van de leerkracht van groep 1 informatie over de gang van zaken in groep 1. Heeft u zelf vragen of mededelingen komt u dan alstublieft even langs. Wij vinden het belangrijk dat we de lijntjes met “thuis”van de leerlingen kort houden. Als uw kind een paar weken op school zit, is er het eerste oudergesprek. In dit gesprek vertelt de leerkracht hoe het op school gaat en u kunt vragen stellen. Vanaf de 5e verjaardag zijn alle kinderen in Nederland leerplichtig en mogen zij niet meer zonder geldige reden thuisblijven. Leerplicht Kleuters mogen op de dag na de vierde verjaardag naar school. Kinderen zijn leerplichtig op de eerste dag van de maand volgend op de vijfde verjaardag. Dus als uw kind bijvoorbeeld op 7 november vijf jaar wordt, dan is het leerplichtig vanaf 1 december. Uw kind mag dan niet meer thuis gehouden worden. Toch kan het gebeuren, dat een normale schoolweek voor een vijfjarige te zwaar is. Daarvoor is er een bijzondere verlofregeling. Ouders mogen, in overleg met school, een vijfjarige ten hoogste 5 uur per week thuis houden. Wij verzoeken u vriendelijk zich te houden aan de vakanties zoals die staan vermeld op de halfjaarkalenders. De leerplichtwet geeft mogelijkheden voor extra verlof bij gewichtige omstandigheden zoals verhuizing, huwelijk van familieleden, overlijden van familieleden, huwelijks- of ambtsjubilea en vervulling van godsdienstige plichten. Opvoeders die wegens hun beroep niet in staat zijn om in de gewone schoolvakanties weg te gaan, kunnen een beroep doen op de vrijstellingsregeling. De werkgever moet hiervoor een schriftelijke verklaring geven. Let op: Wettelijk mag in geen geval verlof worden verleend in de eerste twee weken van een schooljaar (dus aansluitend aan de zomervakantie). Aanvraagformulieren voor verlof zijn bij de directie op te halen. Dit formulier dient u ruim van tevoren in te leveren. Op onze school wordt een verzuimregistratie bijgehouden. Door het bijhouden van de absenten kan geconstateerd worden hoeveel dagen een kind in een cursusjaar afwezig is geweest en om welke redenen. Indien er sprake is van ongeoorloofd schoolverzuim, is de directie verplicht om de leerplichtambtenaar van Gouda hiervan in kennis te stellen. Tegen de ouders die hun leerplichtige kinderen zonder toestemming van school thuis houden, wordt door de leerplichtambtenaar een proces-verbaal opgemaakt. Dit procesverbaal kan tot strafvervolging door de officier van justitie leiden. 24 Ziekten en ziekmelding Het kan voorkomen dat uw kind ziek is, maar wanneer kunnen zieke kinderen naar school en wanneer moeten zij thuisblijven? Soms ontstaat er veel schoolverzuim en daarmee leerachterstand als opvoeders (te) snel geneigd zijn hun kind thuis te houden. Anderzijds gebeurt het ook wel dat een kind naar school komt en ziek blijkt te zijn. Bij schoolverzuim door ziekte spelen de volgende argumenten een rol: de gezondheid en het welbevinden van het kind, de schoolprestaties van het kind, de gezondheid van de andere kinderen. Mocht u uw kind ziek willen melden, dan rekenen wij erop dat u uw kind voor 8.30 uur ziek meldt. Dit kan het beste telefonisch gebeuren, omdat u dan zeker weet dat uw bericht de school bereikt. Bij besmettelijke ziekten kan, in bepaalde gevallen, de gezondheid van de andere kinderen in het gedrang komen wanneer een ziek kind de school bezoekt. Veel besmettelijke ziekten worden al overgedragen in de incubatietijd, zodat verwijdering van een kind dat al ziek is vaak niet zinvol is. Bij veel ziekten, zoals onder meer verkoudheid en waterpokken, is het in het algemeen niet mogelijk en ook niet noodzakelijk om besmetting te voorkomen. In uitzonderingsgevallen kan een kind door een aandoening of medische behandeling extra kwetsbaar zijn voor een bepaalde ziekte. Het is dan soms zinvoller het kwetsbare kind tijdelijk thuis te houden dan het zieke kind te weren. Overigens is het de verantwoordelijkheid van de opvoeders van een dergelijk kwetsbaar kind de school hiervan op de hoogte te brengen. Het gaat hierbij niet om kinderen die “snel kou vatten”, maar om bijzondere, specialistische ziektebeelden! Het is de verantwoordelijkheid van de school om opvoeders op een duidelijke manier te informeren over een op school heersende besmettelijke ziekte. Soms is het voldoende om alleen opvoeders die een kind in dezelfde groep hebben te informeren. Website Op onze website www.d4w.nl/wilhelminaschool is alle informatie over onze school te vinden. U kunt ook persoonlijk inloggen bij groep van uw kind en kijken op “Social Schools.” Hier zijn alle nieuwtjes en activiteiten van de groep van uw kind te bekijken. Wilt u een inlogcode aanvragen dan kunt u mailen naar [email protected] KW-krant Informatie krijgt u op veel verschillende manieren. Allereerst door de informatie die in deze gids staat. Daarnaast verschijnt er eens in de twee schoolweken een KW-krant waarin u allerlei actuele informatie aantreft die op dat moment belangrijk, interessant of leuk is om te weten. De KW-krant wordt digitaal aan alle ouders verstuurd. Informatieavond Aan het begin van het schooljaar wordt in elke groep een informatieavond gehouden. U kunt dan kennismaken met de leerkrachten en de ouders van de andere kinderen. De leerkracht zal iets vertellen over de belangrijkste zaken voor het komende schooljaar en u kunt de methodes en materialen voor dat schooljaar inzien. 10-minuten gesprekken In alle groepen wordt u twee maal per jaar op school uitgenodigd. Dit zijn de zogenaamde “10-minuten gesprekken”. Met deze activiteit willen we minimaal één opvoeder van elk kind dat op school zit bereiken. Ons beeld bij het 10-minutengesprek is dat opvoeders en leerkrachten informatie uitwisselen over het welbevinden en de vorderingen van het kind en eventueel plannen maken voor de volgende periode. De opzet van het gesprek is tweerichtingsverkeer d.w.z. dat allereerst aan opvoeders vragen worden gesteld over het rapport en het welbevinden van het kind. Het gesprek is 25 erop gericht dat opvoeders en leerkracht samen stappen bedenken om de vorderingen en het welbevinden van het kind te optimaliseren. Hiervoor zijn de volgende zaken nodig: vanaf groep 5 bespreekt de leerkracht het rapport met elke kind apart, de leerkracht geeft het rapport een aantal dagen voor het 10-minutengesprek mee aan het kind zodat opvoeders dit kunnen bekijken, de leerkracht heeft per rapport een lijst van zaken over het welbevinden en de resultaten van het kind die hij/zij wil bespreken met de opvoeders, tijdens het gesprek kunnen opvoeders inzage krijgen in het leerlingvolgsysteem waarin de vorderingen en de ontwikkeling van het kind duidelijk zichtbaar uiteen zijn gezet. Indien gewenst kunnen opvoeders een kopie hiervan krijgen, indien tijdens het gesprek blijkt, dat er van de kant van de opvoeders en/of de leerkracht meer te bespreken valt dan in tien minuten mogelijk is, wordt er een vervolgafspraak gemaakt. Natuurlijk kunt u ook de leerkracht na schooltijd aanspreken of maakt de leerkracht een afspraak met u indien daar aanleiding toe is. Ouders in de klas In november en februari zijn er data dat u kunt inschrijven om in de klas te komen kijken. We willen niet meer dan 1 a 2 ouders per keer, omdat u anders nog niet goed kunt zien hoe het in de klas “normaal” toegaat. U kunt eenmaal per jaar inschrijven. Via de KWkrant en de website wordt verteld wanneer deze data zijn. Algemene ouderavond De Schoolraad, de MR en het team organiseren ieder jaar een algemene ouderavond. Deze avond bestaat uit een presentatie van een thema rond opvoeding en onderwijs. U kunt hierbij denken aan workshops van leerkrachten of aan een thema-avond door een externe organisatie Gesprekken vervolgonderwijs De leerkrachten van groep 8 houden aan het begin van het schooljaar een aparte informatieavond voor de opvoeders van de kinderen van groep 8. Tijdens deze informatieavond wordt de weg van verwijzing naar het voorgezet onderwijs uitgelegd. Ongeveer een week later houden de leerkrachten 10-minuten gesprekken om samen met de opvoeders en naar aanleiding van de entreetoets het niveau te bepalen waarop het kind gedurende groep 8 beoordeeld gaat worden. Het definitieve schooladvies wordt in februari met ouders besproken. Meer informatie over de procedure van verwijzing naar het voortgezet onderwijs in hoofdstuk 3. Afsluiting project Wij hebben op school één keer per jaar een schoolproject. Dit schoolproject duurt meestal twee á drie weken en wordt dan in elke groep gehouden naar aanleiding van een centraal thema. Aan het einde van de projectperiode houden wij een inloopmoment voor ouders en andere geïnteresseerden. U bent dan samen met uw kind van harte welkom om op school de resultaten van uw kind te komen bekijken. De datum staat op de halfjaarkalender. Andere contact momenten Uiteraard zijn zowel de leerkrachten als de directie altijd bereid om in voorkomende gevallen zaken betreffende school of uw kinderen te bespreken. Komt u dan na schooltijd of maak een afspraak, om 8.30 en 13.15 beginnen wij met de lessen en kunnen wij u niet te woord staan. Bij heel erg dringende zaken mag u natuurlijk altijd aankloppen. Wilt u zeker weten dat er voldoende tijd is voor een gesprek maak dan even een afspraak. Een afspraak maken kan ook via de mail. Wij voeren geen gesprekken over de schoolprestaties van uw kind via de mail. Dat doen wij met ouders persoonlijk. 26 9. Organisatie Bestuursstructuur De Koningin Wilhelminaschool valt onder het bestuur van de stichting “De Vier Windstreken”, samen met zestien andere scholen. Deze stichting is op 1 januari 2000 opgericht. De directie van de school bestaat uit een directeur en wordt ondersteund door een managementteam. St. PCPO De Vier Windstreken heeft een Raad van Toezicht, een College van Bestuur en een stafbureau. De voorzitter van het college van bestuur is de eindverantwoordelijke bestuurder. Raad van Toezicht College van Bestuur GMR GSR stafbureau beleids. beleids. beleids. directiemedew. medew. medew. beleids. medew. secretaresse Onderwijs Financieel Personeel Huisvesting/facilitair stafmedewerker stafmedewerker stafmedewerker ICT Financieel en Personeel Personeel dir dir dir dir dir dir 16 dir SCHOLEN dir dir dir dir dir dir dir dir dir mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt mt Onderwijsgevend Personeel (OP) en Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP) 16x 16x Schoolraad Medezeggenschapsraad Medezeggenschapsraad (MR) Op elke school in Nederland is een medezeggenschapsraad (MR) actief. De MR van de Koningin Wilhelminaschool bestaat uit drie leerkrachten en drie ouders/verzorgers. De MR spreekt met de directeur over zaken die van belang zijn voor kinderen, team en ouders/verzorgers. Hierbij kunt u denken aan bijvoorbeeld besteding van geld, het onderwijs, het beleid voor tussen- en naschoolse opvang en de manier waarop ouders/verzorgers worden betrokken bij de school, de veiligheid. De MR heeft op basis van wetgeving een stem in het beleid van school. Over bepaalde zaken heeft de MR adviesrecht en bij andere zaken een zwaardere stem, het instemmingsrecht. Daarnaast denkt de MR ook zelf actief mee. De leden van de MR worden voor een periode van 3 jaar gekozen. Schoolraad (SR) De schoolraad (SR) is de denktank van de directeur en de school. De functie van de SR is het bewaken van de identiteit en de kwaliteit van de school en heeft een 27 klankbordfunctie. Wat speelt er bij de ouders/verzorgers? Wat speelt er in de buurt? Wat vinden ouders van de school? Wat gebeurt er in de maatschappij en hoe reageert de school hierop? De SR staat naast het team om mee te denken, te brainstormen en te adviseren. Zesmaal per jaar komen de SR en de directeur samen om deze zaken te bespreken. Voor meer informatie over de schoolraad en de Medezeggenschapsraad kunt u terecht op de website www.d4w.nl/wilhelminaschool Ouders/verzorgers De betrokkenheid van ouders/verzorgers in het protestants-christelijk onderwijs is groot. Ze denken mee over het beleid van de school, in de Schoolraad, de eigen Medezeggenschapsraad of in de Gemeenschappelijke Medezeggenschapsraad van stichting “De Vier Windstreken” en in commissies op schoolniveau. De ouders zijn betrokken bij activiteiten in de school. Er is bijvoorbeeld een activiteitencommissie de helpt bij feesten en activiteiten, een klussencommissie, een tuincommissie, een versiercommissie voor aankleding van de school en een PRcommissie, schoonmaakouders, ouders die helpen bij talentenklassen of vanuit hun professie een workshop geven, klassenouders etc…. Aan het begin van het schooljaar krijgen alle ouders de gelegenheid om de “ouderactiviteitenlijst” in te vullen. Alle activiteiten hebben een ondersteunend karakter; de leerkracht blijft verantwoordelijk voor de groep leerlingen en het valt onder de verantwoordelijkheid van de school. Daarom heeft de school een WA-verzekering afgesloten voor iedereen die binnen de schoolorganisatie bezig is met de uitvoering van taken. Wij rekenen erop dat elke ouder/verzorger bij minstens één activiteit per schooljaar meehelpt. Zonder ouderhulp zijn de bijzondere activiteiten niet mogelijk en dat zou heel jammer zijn Personeel van de Koningin Wilhelminaschool Het personeel van de school heeft verschillende functies en verantwoordelijkheden Wij hebben voor elke groep een of twee leerkrachten staan. Zij zijn verantwoordelijk voor het onderwijs en de begeleiding van de leerlingen in hun groep. De Intern Begeleider coördineert de zorg en begeleiding van alle leerlingen in alle groepen. De directeur heeft als taak de organisatie, de kwaliteit van het onderwijs, het personeelsbeleid, de interne en externe contacten en het beheer te managen. De directeur wordt geassisteerd door een ManagementTeam lid. De administratief medewerker verzorgt de leerlingenadministratie, de betalingen, de bestellingen en andere administratieve zaken. De TSO coördinator verzorgt het overblijven. De conciërge is verantwoordelijk voor huishoudelijke taken binnen de school. Binnen ons team hebben verschillende collega’s zich gespecialiseerd. Specialisme zijn; ICT, specialisaties op gebied van gedrag, kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong, rekenen, ondersteuningsbehoefte van leerlingen en een coördinator die de studenten van de PABO begeleidt . Vervanging Iedere groep heeft maximaal twee vaste leerkrachten. Als de vaste leerkracht afwezig is door bijvoorbeeld ziekte, wordt de duo-collega allereerst benaderd. Mocht deze niet kunnen invallen, dan proberen we via de invalpool een leerkracht te vinden. Gelukkig lukt dat bijna altijd. Het kan in uitzonderlijke omstandigheden voorkomen dat er geen vervanging te regelen is. Dan kan een groep over de andere groepen worden verdeeld of naar huis worden gestuurd. Wordt een groep noodgedwongen naar huis gestuurd dan wordt u schriftelijk of telefonisch op de hoogte wordt gesteld. Kinderen voor wie er thuis geen opvangmogelijkheden zijn, worden opgevangen binnen school. Alleen in geval van uiterste nood zal hiertoe worden overgegaan. 28 Nascholing Als leerkracht in het basisonderwijs moet je alle ontwikkelingen in je vak bijhouden. Dat betekent dat iedereen verplicht is nascholing te volgen. De teamnascholing vindt plaats in het kader van het schoolontwikkelingsplan dat ieder schooljaar wordt vastgesteld. Vanuit persoonlijke interesse en talenten van de leerkracht kan er ook individuele scholing worden gevolgd. De scholing heeft dan wel een meerwaarde voor de school en het onderwijs. Nascholing die onder schooltijd plaatsvindt middels een studiedag, kunt u vinden op de jaarkalender. Daarnaast worden ze in de KW-krant aangekondigd. PABO’s: Partners in opleiding en ontwikkeling (POO) De Vier Windstreken is voor wat betreft het opleiden van studenten in de praktijk, voor al haar scholen, een partnerschap aangegaan met de Marnixacademie te Utrecht en de Christelijke Hogeschool Ede (CHE). Dit project noemen we: partners in opleiding en ontwikkeling (POO). Samen met deze twee PABO’s zijn we verantwoordelijk voor een goede opleiding en begeleiding van de studenten. Dit betekent in de praktijk dat studenten een aantal dagen aanwezig zijn, zelfstandig lessen geven en nadrukkelijk worden betrokken bij de inhoud van de lessen, de activiteiten op school en het functioneren binnen het team. Hierdoor zijn studenten na hun examen beter voorbereid op de praktijk. Bovendien wordt de kennis/ervaring van de school, maar ook de nieuwe didactiek en inhoud van de PABO’s beter en sneller gedeeld, zodat wij van elkaar kunnen leren. We kunnen jaarlijks gemiddeld vier studenten een stageplek bieden. Sinds 2013 is de Koningin Wilhelminaschool een gecertificeerde opleidingsschool voor de Marnixacademie in Utrecht. Dit betekent dat wij een proeve van bekwaamheid hebben afgelegd en scholing hebben gevolgd om studenten te kunnen en mogen begeleiden. Bij incidentele aanvragen is er eventueel ook ruimte voor stagiaires van andere PABO’s. Studenten van het Idee College uit Gouda die de opleiding voor onderwijsassistent volgen, lopen ook stage op onze school. Brede School Gouda Kinderen leren niet alleen op school, maar ook thuis, op straat, in clubs en van vriendjes. Voor een optimale ontwikkeling moeten de verschillende leersituaties goed op elkaar afgestemd zijn. Maar niet alle kinderen krijgen thuis of in hun vrije tijd dezelfde mogelijkheden om zich te ontplooien. Bekendheid met en interesse voor bijvoorbeeld sporten, lezen, computers of kunstzinnige activiteiten zijn vaak afhankelijk van toevallige factoren. Dit besef zorgt ervoor dat scholen steeds vaker buiten hun eigen grenzen treden en zoeken naar mogelijkheden om het ontwikkelingspotentieel van kinderen tussen de 4 en 12 jaar te vergroten. Vaak werkten ze hiervoor samen met andere partijen, zoals opvoeders, andere scholen en instellingen op terreinen als sport, cultuur, zorg en sociaal-cultureel werk. Door deze samenwerking is de zogenaamde “Brede Scholen” ontstaan, ook in Gouda. De Brede School is dus niet zozeer een benaming voor een bepaalde school, maar een organisaties die een netwerk heeft opgebouwd in onderwijs, sport, zorg en welzijn rond kinderen en hun gezinnen. De Brede School Gouda heeft een tweeledige doelstelling: het bieden van optimale ontwikkelingskansen voor kinderen, door samenwerking van een aantal organisaties, het bevorderen van een actieve deelname aan de samenleving, door het verbeteren van de (sociale) competenties van kinderen. Samen muziek maken, toneellessen, iets moois knutselen, met vriendjes de natuur ontdekken of je uitleven met een leuke sport: dat is Brede School Gouda. Ook voor samen leren spelen, het vergroten van studievaardigheden en taalontwikkeling bent u bij de Brede School aan het juiste adres. Of uw kind nu van natuur houdt, meer wil weten van wetenschap of liever iets moois maakt: De Brede School heeft voor ieder 29 kind een activiteit die bij hem of haar past. Sommige activiteiten worden onder schooltijd aangeboden, denkt u dan bijvoorbeeld aan kennismakingslessen sport onder de gymtijd of een bezoek aan de natuurtuin. Voor de naschoolse activiteiten wordt een kleine onkostenvergoeding in rekening gebracht. Veel activiteiten zijn gratis. Indien school deelneemt wordt er van u als ouder geen bijdrage verlangt. Voor meer informatie, waaronder een overzicht van geplande activiteiten, verwijzen we u naar de website van De Brede School: www.bredeschoolgouda.nl en het informatiebord in de hal van de school. TSO/overblijf De tussen schoolse opvang (TSO) die in de volksmond “de overblijf” wordt genoemd, biedt de gelegenheid om, tegen een financiële vergoeding van €2,50 per keer, over te blijven voor kinderen die tussen de middag niet naar huis kunnen om te lunchen. Deze TSO valt onder de verantwoordelijkheid van de school. Bij de TSO is er toezicht en begeleiding door vaste overblijfkrachten. De school is verzekerd tegen wettelijke aansprakelijkheid voor de kinderen die overblijven. Wanneer uw kind op school komt en u gebruik wilt maken van de TSO of als u meer informatie wilt over de TSO, kunt u contact opnemen met de TSO-coördinator. Deze is bereikbaar via e-mail: [email protected] Buitenschoolse opvang De Koningin Wilhelminaschool heeft voor de opvang buiten de schooltijden een overeenkomst met Quadrant Kindercentra. Samen spannen wij ons in om zo goed mogelijk de vraag naar opvang te beantwoorden en streven er naar om een passend aanbod te kunnen doen. Een ruimte binnen het eigen schoolgebouw heeft de voorkeur. Zo ook voor de kinderen die naar de Koningin Wilhelminaschool gaan. Dit biedt vooral voor jonge kinderen een rustige overgang tussen school- en bso-tijd. Voor een rondleiding of vragen kunt u bso de Kaketoe bereiken via 0681616578 Maar u kunt er ook voor kiezen om naar een bso buiten de school te gaan. Voor een rondleiding of vragen kunt u bso de Kwikstaart bereiken via 0182-530930 en bso de Bijenboom via 06-41122116. Waarom buitenschoolse opvang? De tijd na school is erg waardevol. Juist door samen te spelen, samen niets doen, knutselen, samen onenigheden oplossen, stoeien en alles wat je doet als je niet op school bent, word je groot. En door al die dingen samen te doen, ontdek je nog meer. Quadrant biedt naast naschoolse opvang (uit school – 18.30 uur) ook voorschoolse opvang (van 7.00 uur tot aanvang school) én vakantieopvang (van 7.30 – 18.30 uur). Vakantieopvang is ook los aan te vragen. Quadrant Kindercentra is een stichting die al jaren kwalitatief goede kinderopvang in Gouda biedt met het motto: ´samen voor het kind´. Samen met ouders en verzorgers willen wij een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van kinderen. Als maatschappelijke onderneming werkt Quadrant veelvuldig samen met andere organisaties die actief zijn in de jeugdsector. Hierdoor is onder andere het activiteitenaanbod divers en uitdagend. Heeft u behoefte aan buitenschoolse opvang? Schrijf uw kind in via de website van Quadrant: www.quadrantkindercentra.nl of neem contact op met afdeling Planning & Plaatsing via 0182 -689 896 voor meer informatie. 30 10. Overige zaken Hieronder vindt u allerlei overige zaken. Om het overzichtelijk te maken zijn deze zaken in alfabetische volgorde geplaatst. Binnenschoolse en buitenschoolse activiteiten Jaarlijks organiseren we diverse activiteiten op sportief, cultureel en vormend gebied. Hieronder vallen vanzelfsprekend de christelijke feestdagen, de verjaardagen van kinderen en leerkrachten en Sinterklaas. Per schooljaar wordt gekeken aan welke activiteiten wij gaan deelnemen of welke wij gaan organiseren. Zo is er afwisseling in het onderwijs en tijd om feest te vieren. De gekozen activiteiten staan ingepland op de halfjaarkalenders van de school. De Brede School komt meerdere malen per jaar met een aanbod. Dit is niet opgenomen in de bovengenoemde kalenders. Het is al heel lang de gewoonte dat de Sint ons rond zijn verjaardag bezoekt. Als Sinterklaas is binnengehaald in de school bezoekt hij uitgebreid de groepen 1 tot en met 4. De kinderen van groep 5 t/m 8 helpen hem door voor elkaar een surprise te maken. Na de meivakantie vindt de Jeugdavondvierdaagse (JAVD) plaats. De kinderen van groep 2 t/m 8 mogen meelopen met de JAVD. Op de koningsspelen dag wordt er een sportdag georganiseerd. Alle kinderen van de school doen aan deze morgen mee, die in het teken staat van sport en spel. Geschiedenis De Koningin Wilhelminaschool is opgericht in 1953 door de stichting “Christelijke Noorderzon”. Het logo van de school, een oranje ster, is afkomstig van de Noorderster. De school bestond in die tijd uit drie klassen. Pas in 1988 kwamen de kleuters, die in het Woelwatertje gehuisvest zaten, bij ons in het gebouw. De golfjes in het logo herinneren nog aan het Woelwatertje. Hoofdluis Een onaangenaam verschijnsel! Het komt met regelmaat op de meeste scholen voor. Controle is dan ook geen overbodige zaak. Op school worden de kinderen na elke langere vakantie gecontroleerd door een aantal opvoeders die daarvoor zijn opgeleid. Wordt er bij uw kind hoofdluis geconstateerd, dan wordt u daarvan door middel van een gesloten brief op de hoogte gesteld. Verder is op school meer informatie beschikbaar voor een goede behandeling. Daarnaast stellen we het zeer op prijs z.s.m. op de hoogte gebracht te worden indien u een besmetting heeft geconstateerd. Alleen dan kunnen we er aan werken dat herhaalde besmettingen via school zo veel mogelijk voorkomen worden. Ook hier geldt dat voorkomen beter is dan genezen. Daarom verplichten wij u een luizencape te kopen waarin uw kind de jas kan ophangen aan de kapstok. U kunt via de school een luizencape kopen. Hiermee voorkomt u dat de luizen van de ene jas naar de andere overlopen. Huisdieren Bij sommige gelegenheden, bijvoorbeeld bij het houden van een spreekbeurt, vinden kinderen het leuk om hun huisdier mee naar school te nemen. Helaas kunnen wij het om gezondheids- en hygiënische redenen het niet toestaan om de dieren in de school te ontvangen. Huisvesting De school is gevestigd in een gebouw dat dateert uit 1953 en is gebouwd volgens een destijds heel nieuw principe dat de open school werd genoemd. Ons schoolgebouw is een overzichtelijk gebouw met twee verdiepingen. De school heeft 7 klaslokalen voorzien van computers en digiborden, een speellokaal, een aula/hal en een aantal andere ruimtes die voor het onderwijs ingezet kunnen worden. 31 De allerkleinsten hebben hun lokaal op de begane grond, dicht bij het kleuterspeelplein en het inpandige speellokaal. Het kleuterspeelplein voor de groepen 1 en 2 is een apart aangegeven deel aan de zijkant van de school. Het grote plein vóór de school wordt gebruikt door de groepen 3 t/m 8. Voor de gymnastiek lessen van de hogere groepen maken we gebruik van een gymzaal op 10 minuten loopafstand van de school. In het schooljaar 2007-2008 is de school van binnen behoorlijk verbouwd. Het speellokaal is vernieuwd. Het is groter geworden en er ligt een nieuwe gymvloer in. Op de eerste verdieping zijn kantoorruimtes en een extra lokaal gerealiseerd. De oude ramen zijn weer geopend, waardoor het overal licht is geworden. Door de nieuwe vloer heeft de school een prachtige, moderne uitstraling gekregen. In het schooljaar 20092010 is de buitenkant van het gebouw geverfd en het schoolplein is voorzien van nieuwe speeltoestellen. Bij de school zijn fietsenrekken aanwezig. Deze zijn bedoeld voor diegenen die wat verder van de school wonen en daarom met de fiets moeten komen. Kinderen die binnen het gebied Burgvlietkade, spoorlijn, Statensingel en Thorbeckelaan wonen, komen in principe lopend.Kleuters die hun fietsje meenemen naar school kunnen hun fiets stallen op het gedeelte tussen berghok en speellokaal. Fietsen op het schoolplein is niet toegestaan, dit om de veiligheid van een ieder die gebruik maakt van het schoolplein te waarborgen.Houdt u er wel rekening mee dat we als school niet aansprakelijk zijn voor schade aan fietsen. Medicijnen Het kan voorkomen dat uw kind medicijnen moet gebruiken om zijn of haar gezondheid op peil te houden of te verbeteren. Als school bieden wij de mogelijkheid en de tijd om deze medicijnen toe te dienen. Als leerkrachten mogen wij bij kinderen geen medicijnen toedienen of verstrekken. Het gaat hier namelijk om een medische handeling, welke alleen door medisch personeel uitgevoerd mogen worden. Mobiele telefoons We hebben afgesproken dat mobieltjes gedurende de lestijd uitgeschakeld zijn of op stil staan en niet gebruikt worden. Een mobiel is niet meer weg te denken in deze tijd, tijdens de les is het heel storend en willen wij geen mobiel zien of horen. Alleen in heel bijzondere situaties is na overleg het gebruik van een mobieltje toegestaan. Persoonsgegevens Als het goed is, zijn op school alle persoonsgegevens van de kinderen bekend. Dit om in het geval van nood u als opvoeder te kunnen bereiken en te kunnen handelen. Mochten door omstandigheden de gegevens veranderen, bijvoorbeeld door een verhuizing, dan gaan wij er vanuit dat u dit doorgeeft aan de school. In het kader van de privacy geven wij geen gegevens aan derden door. De school is wettelijk verplicht om de gegevens van ouders en kinderen op te slaan en te bewaren. Als uw kind van school gaat, blijven de gegevens tot vijf jaar na het verlaten van de school bewaard. Ouderbijdrage Ieder jaar vragen we van elk gezin waarvan één of meer kinderen op onze school zitten een vrijwillige bijdrage voor het ouderfonds. Veel dingen die anders niet mogelijk zijn, worden uit dit fonds bekostigd. We willen daar enkele van noemen: Sinterklaasfeest, sportactiviteiten, kerstfeest, excursies, paasfeest, kleuterfeest. Voor de hoogte van de bijdrage verwijzen we u naar de bijlage van de schoolgids. 32 Schaal van samen delen De kinderen kunnen elke maandag geld meenemen voor de schaal van samen delen. Dit geld wordt besteed aan wisselende projecten op het gebied van zending en ontwikkelingssamenwerking. Regelmatig wordt u via de nieuwsbrief op de hoogte gesteld hoe het geld besteed wordt. Schoolfoto’s Jaarlijks komt er een schoolfotograaf, die van de kinderen een portretfoto maakt en ook de verschillende groepen fotografeert. Via internet kunt u de foto’s bekijken en betellen! Sponsoring Sponsoring van scholen door bedrijven of instellingen is wettelijk mogelijk. Ook de Koningin Wilhelminaschool kan van deze mogelijkheid gebruik maken, mits zij zich hierbij aan een aantal voorwaarden houdt. Er is sprake van sponsoring als de sponsor een tegenprestatie van de school verlangt. Schenkingen vallen dus niet onder het begrip sponsoring. De belangrijkste voorwaarden waaraan scholen bij sponsoring moeten voldoen zijn: sponsoring moet verenigbaar zijn met de grondslag en de doelstellingen van onze school, het onderwijs mag niet afhankelijk worden van sponsoring, via een klachtencommissie hebben opvoeders de gelegenheid te melden of ze het oneens zijn met het gevoerde beleid, bij sponsoring moet het kindbelang vooraan staan. Overigens heeft onze school een ANBI-verklaring, waardoor er bij de belasting voor schenkingen aftrek verleend kan worden. Trakteren “Gezond trakteren” is lekker en gezond. Besef daarbij dat kinderen al snel tevreden zijn met iets feestelijks. Wij realiseren ons echter ook dat het best moeilijk is om steeds weer origineel te zijn wat een traktatie betreft. Het jarige kind wordt in de pauze in de gelegenheid gesteld de leerkrachten te trakteren. Het kind krijgt een kaart mee, waarop de leerkrachten hun felicitatie kunnen schrijven. Verzekeren Wel of niet verzekeren tegen allerlei risico’s is een zaak voor de ouders. Bij excursies en schoolreizen lopen de kinderen extra risico’s. Daarom hebben we voor de kinderen een ongevallenverzekering voor het hele jaar afgesloten. Nu wil er nog wel eens een misverstand over bestaan, welke kosten onder de dekking van de schoolverzekering vallen. In het algemeen: verzekerd zijn medische kosten die u niet via een eigen verzekering vergoed krijgt en die ontstaan zijn op school of op de heen- of terugweg. Beschadigde kleding, brillen e.d. vallen dus niet onder deze verzekering. Vergoedingen voor dit soort schade kunt u alleen krijgen als de veroorzaker daarvoor aansprakelijk gesteld kan worden. Dit laatste zal in spelsituaties zelden het geval zijn. Als u vragen heeft dan kunt u daarmee vanzelfsprekend op school terecht. 33 11. Afkortingen AB ASV BHV BSO CHE CITO CVI EHBO GMR HAVO ICT IB JAVD MR OIDS PAB-er PABO P.C.L. PCPO RT REC SEO SIJS SO SR TSO VMBO-b/k VMBO-t V.O. VWO algemeen bestuur algemene schoolverkenning bedrijfshulpverlening buitenschoolse opvang christelijke hogeschool Ede centraal instituut voor toetsontwikkeling commissie voor indicatiestelling eerst hulp bij ongelukken gemeenschappelijke medezeggenschapsraad hoger algemeen voortgezet onderwijs informatie- en communicatietechnologie intern begeleider jeugd avondvierdaagse medezeggenschapsraad opleiden in de school preventief ambulant begeleider pedagogische academie basisonderwijs permanente commissie leerlingenzorg protestants christelijk primair onderwijs remedial teacher regionale expertise centra sociaal emotionele ontwikkeling sterker in je schoenen(weerbaarheidstraining) speciaal onderwijs schoolraad tussen schoolse opvang / overblijven tussen de middag voorbereidend middelbaar onderwijs – basisberoepsgerichte leerweg/kaderberoepsgerichte leerweg voorbereidend middelbaar onderwijs – theoretische leerweg voortgezet onderwijs voortgezet wetenschappelijk onderwijs De schoolgids is door de MR (medezeggenschapsraad) van de Koningin Wilhelminaschool gelezen en akkoord bevonden. 34