Veiligheid in en om de school

advertisement
Convenant Veiligheid in en om de school
Veiligheid in en om de school
Gemeenten Weert, Nederweert en Cranendonck
Convenant voor:
Voortgezet Onderwijs
Voortgezet Speciaal Onderwijs
Middelbaar Beroeps Onderwijs
Ondertekend op 7 november 2007 in Weert
1. Doelstelling
Het doel van dit convenant is om eenduidige en sluitende afspraken te maken over het voorkomen en
bestrijden van overlast, vandalisme en crimineel gedrag en het creëren van een (sociaal) veilig klimaat
op en rondom de scholen van de gemeenten Weert, Nederweert en Cranendonck. De volgende
partijen hebben de samenwerkingsovereenkomst ondertekend:



Gemeenten Weert, Nederweert en Cranendonck
Vijf scholen voor middelbaar en beroepsonderwijs, te weten:
o Het College Weert-Cranendonck
o Het Kwadrant
o Philips van Horne SG
o Citaverde College
o Gilde Opleidingen
Politie Limburg-Noord

Politie Brabant-Zuidoost

Bureau Halt Limburg-Noord

Openbaar Ministerie Parket Roermond
Bovengenoemde partners hebben een gezamenlijk belang: het creëren en in stand houden van een
veilig schoolklimaat. Met deze overeenkomst maken zij duidelijk dat zij zich inspannen voor een
herkenbaar en uniform veiligheidsbeleid. Dit houdt in dat de scholen hun interne regels en
sanctiebeleid baseren op dit convenant en het handelingsprotocol voor grensoverschrijdend gedrag.
De overige partijen zullen hen daar zoveel mogelijk in ondersteunen. De uitvoering van het convenant
en het handelingsprotocol worden jaarlijks geëvalueerd.
2. Taken en verantwoordelijkheden
Op het gebied van schoolveiligheid hebben de deelnemers aan het convenant de volgende
verantwoordelijkheden:
Het gemeentebestuur

Ontwikkelt een integraal veiligheidsbeleid en regisseert de integrale aanpak van
schoolveiligheid.

Organiseert de jaarlijkse evaluatiebijeenkomsten en het evaluatierapport op.

Adviseert en ondersteunt de scholen vanuit haar leerplicht- en RMC-taken bij het voorkomen
en bestrijden van schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten.

Stemt de afspraken die voortvloeien uit het convenant af met de activiteiten van de
leerplichtambtenaren en de door de gemeente gesubsidieerde voorzieningen voor jeugdzorg en jeugdhulpverlening.

Treft waar nodig en mogelijk - gelet op de regelgeving en eventuele andere beperkingen voorzieningen in de sfeer van de openbare ruimte.
De school

Is op grond van de wet Arbeidsomstandigheden verantwoordelijk voor de veiligheid en het
welzijn van leerlingen, docenten, onderwijsondersteunend personeel en bezoekers van de
school.

Is verantwoordelijk voor het ontwikkelen, vaststellen en actualiseren van het veiligheidsplan
binnen de school volgens de zorgsystematiek van de wet op de Arbeidsomstandigheden.

Neemt het veiligheidsplan op in haar schoolplan en spant zich er voor in dat de activiteiten
ook worden uitgevoerd.

Voert het handelingsprotocol uit en zorgt ervoor dat alle medewerkers, ouders/verzorgers en
leerlingen op de hoogte zijn van dit protocol en daar ook naar handelen.

Past indien nodig de schoolregels aan om ongewenst gedrag tegen te gaan en de benodigde
handhavingsmaatregelen te kunnen nemen.

Bevordert dat slachtoffers van strafbare feiten aangifte doen. De school doet altijd aangifte als
ze zelf de benadeelde partij is.

Verleent op basis van overleg medewerking aan eventuele (pre)justitiële sancties die een
leerling krijgt opgelegd. het ten uitvoer brengen van eventueel aan een leerling van de
betreffende school op te leggen (pré)justitiële sancties.

Werkt zoveel mogelijk mee aan maatregelen die de politie rond de handhaving van wet- en
regelgeving en de openbare orde noodzakelijk acht.

Meldt crimineel gedrag van leerlingen in en om de school of een vermoeden daarvan altijd bij
de politie. Zo nodig voert de school overleg over de te nemen maatregelen.

Spant zich in om te voorkomen dat leerlingen van school verwijderd worden. De school zal de
leerplichtambtenaar in een zo vroeg mogelijk stadium inschakelen.
In het schoolreglement staat in elk geval dat:




Binnen de school één of meer vertrouwenspersonen zijn aangesteld;
De school bij crimineel gedrag, zoals vandalisme, drugsbezit, diefstal, (seksuele) intimidatie,
bedreiging, mishandeling en discriminatie, in alle gevallen melding of aangifte doet bij de
politie;
De school handelt volgens de werkwijze van het ´handelingsprotocol bij grensoverschrijdend
gedrag´.
De school het recht heeft om de ter beschikking gestelde kluisjes en dergelijke te openen.
De politie

Handhaaft de wettelijke regels en de openbare orde namens het bevoegd gezag.

Maakt afspraken met de school over de manier waarop men aangifte kan doen van strafbare
feiten. De betrokken scholen doen dit op dezelfde manier. De politie houdt de school op de
hoogte van de voortgang van de zaak.

Geeft prioriteit aan een snelle interventie en afhandeling van een melding of aangifte van
crimineel gedrag van de deelnemende scholen. Met die kanttekening dat er zich andere
meldingen of aangiften kunnen voordoen die een hogere prioriteit verdienen.

Geeft, waar de wet dat toestaat, advies en informatie aan de school over pre justitiële acties
indien het een leerling van de deelnemende scholen betreft.

Verstrekt relevante informatie aan de school indien een leerling een strafbaar feit heeft
gepleegd. Dit gebeurt pas nadat betreffende leerling en zijn ouders/verzorgers daarmee
akkoord zijn gegaan.
Bureau Halt

Draagt bij aan het voorkómen en bestrijden van jeugdcriminaliteit bij jongeren tot 18 jaar.

Voert op verzoek van de deelnemende scholen activiteiten uit ter voorkoming van strafbare
feiten. Naast adviezen en voorlichting voert Halt lokale en regionale preventieprojecten uit.

Spant zich in om verwijzingen via de politie of het Openbaar Ministerie zo snel mogelijk af te
handelen. Indien de school direct betrokkenen is, zal Bureau Halt de afronding van de zaken
terugkoppelen.
Het Openbaar Ministerie

Is belast met de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde en met andere bij de wet
vastgestelde taken.

Verplicht zich tot een snelle en adequate afhandeling van het proces-verbaal nadat een
deelnemende school een strafbaar feit heeft gemeld.
3. Contactpersonen
Elke partij in het convenant wordt vertegenwoordigd door een contactpersoon of (bij diens
afwezigheid) een vervanger. De contactpersoon:





Informeert de andere partners in het convenant zodat elke partij zijn rol optimaal kan
vervullen;
Is eerste aanspreekpunt voor zijn eigen organisatie;
Zorgt voor een goede doorverwijzing binnen de eigen organisatie;
Informeert zijn eigen organisatie over ontwikkelingen en activiteiten rond de uitvoering van het
convenant en het handelingsprotocol;
Neemt deel aan de evaluaties van dit convenant.
4. Evaluatie
De scholen verstrekken aan de gemeente jaarlijks een overzicht van het aantal en type incidenten in
en om de school. Ook de locatie, het dagdeel waarop het incident heeft plaatsgevonden en de
getroffen maatregelen worden geregistreerd. Op basis van dit overzicht kan de gemeente een
evaluatiegesprek voeren met de school. Verder stelt de gemeente jaarlijks een evaluatierapport op en
organiseert ze een evaluatiebijeenkomst met de contactpersonen van de scholen, de gemeente, de
politie, Bureau Halt en het Openbaar Ministerie. Tijdens die bijeenkomst komen in elk geval het
evaluatierapport en de samenwerking tussen de convenantpartijen aan de orde. Indien nodig worden
het beleid (convenant, handelingsprotocol etc.) en/of de praktische uitvoering van dit convenant in
gezamenlijk overleg bijgesteld.
De scholen laten om de drie jaar een onderzoek uitvoeren naar de beleving van de veiligheid in en om
de school onder leerlingen, docenten en onderwijsondersteunend personeel. Dit onderzoek kan
aanleiding zijn om het beleid bij te stellen.
5. Duur van het convenant
Dit convenant treedt in werking op de datum van ondertekening en kan in overleg met alle partijen
tussentijds worden gewijzigd en/of beëindigd. Zonder wijzigingsbesluit wordt het convenant jaarlijks
stilzwijgend verlengd.
Download