Groep 6 tot aan de zomervakantie. Na twee weken meivakantie

advertisement
Groep 6 tot aan de zomervakantie.
Na twee weken meivakantie gaan we weer volop aan de slag met de laatste loodjes.
De citotoetsen komen er weer aan en we proberen de lesboeken uit te krijgen voor de
zomervakantie.
Ook sportieve activiteiten als de sportdag en de avondvierdaagse staan voor de deur en niet te
vergeten de feestelijke afsluiting van het schooljaar.
Maar voor dat laatste zover is, gaan we met de volgende vakken nog een aantal belangrijke dingen
leren, zodat de kinderen straks klaar zijn voor groep 7.
Rekenen
Optellen en aftrekken onder elkaar tot de 10.000.
Kennismaken met de getallen tot 100.000 .
Breuken :
-
Aanvullen tot een hele (de tank is voor 2/5 gevuld, er moet 3/5 bij)
Prijs berekenen (3/5 meter stof kost 1,20 euro; hoe duur is 1 meter)
Geld: betalen en terugkrijgen tot 100 (afronden op 5 cent, doortellen of terugtellen).
Tijd: rekenen van uren naar minuten en van minuten naar seconden.
Aflezen van een staafgrafiek, interpreteren cirkeldiagram.
Kommagetallen bij lengtematen: 2,84 m = 2 m 8 dm en 4 cm.
Combineren van vaardigheden bij een contextverhaal:
“De familie Bloem gaat op vakantie 840 km verderop. De auto rijdt 1 op 15. In de tank past 60 l. De
tank is voor 4/6 deel gevuld. Halen ze de camping zonder tanken?”
Spelling
Er zijn dit keer veel regels in te studeren (begrijpen en kunnen opzeggen):
De vergrotende en overtreffende trap: beroemder beroemdst (basiswoord + er of st).
Woorden die afgeleid zijn van des: ’s middags (des middags: op de plaats van de komt een ‘)
Topografische namen en woorden die daarvan afgeleid zijn schrijf je met een hoofdletter: NoordBrabant, Engelse.
Woorden die eindigen op een lange klank krijgen in het meervoud ‘s, behalve de ee: paraplu’s
Stoffelijk bijvoeglijk naamwoorden eindigen op –en: de
gouden medaille = de medaille die gemaakt is van goud.
De weetwoorden zijn afkortingen:
z.o.z. = zie ommezijde:
Goed uit het hoofd leren en letten op de punten.
Bij maateenheden wordt geen punt geschreven:
centimeter = cm
Werkwoordspelling: we oefenen met de ik-vorm, de hij-vorm en de wij-vorm.
Een bijzonder onderwerp is ‘jij’: soms gebruik je de ik-vorm en soms de hij-vorm:
Begrijpend lezen
We oefenen met een paar moeilijke termen, zoals alinea, kernzin, hoofdgedachte en conclusie.
Ook herhalen we wat het verschil is tussen een zin en een regel: een zin loopt van hoofdletter tot
punt en een regel van links naar rechts.
Een alinea is een stukje van de tekst, dat bestaat uit een paar zinnen die met elkaar samenhangen.
Aan het begin van een nieuwe alinea springt de tekst iets in (een paar spaties) of er is een witte
regel tussen twee alinea’s geplaatst.
De kernzin van een alinea is meestal de eerste zin.
De kernzin geeft de hoofdgedachte of het belangrijkste van de alinea weer:
De conclusie is de belangrijkste mening van de schrijver. Deze staat meestal in de laatste alinea van
een tekst.
Woordenschat
De woordenboeken worden flink gebruikt om de betekenis van moeilijke woorden op te zoeken,
zoals onwrikbaar.
We leren ook wat sommige stukjes van een woord betekenen,
zodat we de betekenis van moeilijke woorden ook zelf kunnen
bedenken.
Zo zitten de stukjes ‘on’ en ‘baar’ in het woord onwrikbaar.
On = niet
Baar = het kan of het is mogelijk
Wrik komt van het werkwoord ‘wrikken’ en betekent heen en
weer bewegen om los te maken.
Onwrikbaar betekent dus dat het niet los te krijgen is.
Aardrijkskunde
We leren van alles over de rivieren in Nederland en welke landschappen je daarlangs ziet.
Verder over hoe we ons beschermen tegen het water met winterdijken en zomerdijken en we
leren wat uiterwaarden zijn.Ook komen de
Zuiderzeewerken, polders, recreatie op het water en
natuurgebieden aan bod, zoals de
Oostvaardersplassen.
Bij topografie is Oost-Nederland aan de beurt.
Geschiedenis
Hier gaat het over de tweede helft van de Middeleeuwen.
We gaan veel leren over de Noormannen of Vikingen en zullen de lessenreeks afsluiten met het
knutselen van een drakenschip.
Meester Dirk-Jan
zal in de laatste weken van zijn stage een lessenserie geven
rond het thema “de VVV”. De kinderen moeten hierbij
opdrachten doen bij dit thema op verschillende vakgebieden
(lezen, rekenen, taal, aardrijkskunde, geschiedenis, tekenen en
handvaardigheid). Houd het fotoalbum van groep 6 in de
gaten…!
Download