Datum 6/2006 Auteur: Ruud van Iterson Cursusjaar 2005-2006 Vak wiskunde doorstroom HBO Lesstof diff/int Cijfer 9p/72 +1 --------------------------------------------------------------------------------------------------bijlage 1 formuleblad Opgave 1 (21p) Bepaal de afgeleide functie van: a b c d e f g f(x) = 5x4+ 5x3 –5x -5 f(x) = (4x4-4x)7 (niet nodig te vereenvoudigen) f(x) = sin 5x f(x)= (2x-1) f(x)= (x-3)5 .(3x-1)4 (niet nodig te vereenvoudigen) 5x f ( x) 4 2x x3 5 f ( x) 2 x Opgave 2 (12p) Bepaal de afgeleide : a f(x) = 2(5x)4 b f(x) = (5x)3 c f(x) = (cos(5x))3 d f(x) = e5-2x Opgave 3 (9p) A B C Gegeven is de zogenoemde H-x curve bij stroming van gassen.. Deze curve ontstaat wanneer bij verschillende stroomsnelheden (x) de weerstand H wordt bepaald. Uit diverse metingen is vast komen te staan: 4 H ( x) 0.6 x 13 met : x in ml per minuut x Schets de curve tussen x=0 en x=5 en geef het geschikte window op je GR Bereken met je GR bij welke stroomsnelheid minimale weerstand is. Geef exact aan welke functies op de GR je hiervoor gebruikt. Bereken algebraïsch bij welke stroomsnelheid de minimale weerstand H gemeten kan worden. Opgave 4 (12p) Van welke functie is de afgeleide precies gelijk aan f (anders gezegd: geef de primitieve functie van: a f(x) = 8x4 b f(x) = 0,2x7-3 x4 c f(x) = 3x- cos(2x) d f(x) = e5x Opgave 5 1 (9p) Gegeven is het oppervlak onder de curve 3x 4 .dx 0 a b Schets de grafiek en bereken met de GR het gevraagde oppervlak Laat zien hoe met de primitieve functie het oppervlak berekend kan worden Opgave 6 (9p) Door de grafiek van f(x)= x2 over een lengte van x=5,0 cm om de x-as te wentelen ontstaat een zogenoemde omwentelingsfiguur. Deze figuur wordt rechtop gezet. De 3-D vorm welke zo ontstaat wordt als mal gebruikt bij het vervaardigen van grote bekers. Bereken algebraïsch de inhoud van een beker in ml. einde toets Bijlage formule-blad Kettingregel F= f(g) dan F’ = f’(g). g’ Productregel F= f.g dan F ’ = f ’g + fg’ Quotiëntregel F f g dan F ' f ' g fg ' g2 Enkele standaard afgeleiden f(x) = a xn dan f ’(x)= an xn-1 f(x) = sin x dan f ’(x)= cos x f(x) = cos x dan f ’(x)= - sin x x f(x)= e dan f ’(x)= ex Primitieve functie F : het oppervlak onder f van a tot b: 1 n 1 x f(x) = xn dan F ( x) n 1 b a x b f ( x)dx F ( x)] x a F (b) F (a)