Romeinen

Romeinen
Romeinen
Grieken en Romeinen lijken op
elkaar qua levensstijl. Het
Romeinse rijk is ontstaan in Rome
(753 v. Chr.). De Romeinen
kwamen 50 v. Chr. naar
Nederland. De Romeinen hebben
het Latijns gebracht, het schrift,
stedenbouw, wegenbouw, wijn,
glas, geld en centraal bestuur in
Nederland.
Romeinen
Germanen
Germanen waren bewoners van
Noordwest-Europa en Scandinavië.
De Germanen leefde als boeren en
jagers, ze konden niet lezen en
schrijven. Ze hadden geen sterk of
groot leger. Ze zullen zich rot
geschrokken zijn toen ze het leger
van Caesar aan hebben zien komen.
Het noordelijke deel van het
Germaanse rijk zijn niet overheerst
door Caesar zoals de Friezen.
Germaanse rijk
Bataven
De Germanen kende geen verschil
tussen arm en rijk, ze zorgde allemaal
voor elkaar. Niemand had de macht
in de boerendorpjes maar de
Romeinen brachten daar verandering
in. Eén Germaanse stam en de
Bataven kregen de macht. Ze gingen
wonen tussen de twee rivieren: de
Maas en de Rijn. Ze vervulde de
bestuurs- en militaire taken voor de
Romeinen.
Veldslag waarin de Bataven de
Romeinen verslaan
Rome
In Rome staan veel oude en
nieuwe gebouwen door elkaar.
Er staan veel ruïnes uit de tijd van
de Romeinen. Ook krijg je een
indruk van het leven van toen. Er
is veel bekend uit die tijd
zoals: geld en Latijns.
Rome
Steden
De Romeinen zaten in legerkampen, die werden groter en groter.
Het werden zelfs steden. In die tijd werden de steden Nijmegen,
Voorburg, Heerlen en Maastricht gebouwd. De steden werden
met een weg verbonden aan Rome. Alle steden leken op Rome.
Ze bouwde tempels, theaters, thermen en badhuizen, net als in
Rome.
Julius Caesar
Julius Caesar was een belangrijke man in Rome. Hij heeft samen
met zijn leger het gebied rond de Middellandse
zee, bijna heel West-Europa en het zuidelijke deel
van Nederland. De Rijn diende als grens van het
Romeinse rijk. Julius Caesar maakte Rome groot.
Maar hij had ook vijanden in Rome. Hij wilde
absoluut de macht hebben in Rome. Maar veel
Romeinse politici wilde dit niet. Ze waren boos op
Julius Caesar maar tegelijkertijd waren ze ook bang
voor hem. Tijdens een vergadering werd en
gevochten en tijdens dit gevecht werd Julius
Caesar vermoord.
Julius Caesar
Geloof
Het geloof van de Romeinen leek sprekend op die van de
Grieken. Er waren veel goden maar de belangrijkste god
(oppergod) was Jupiter. De Germanen hadden ook veel goden
maar de belangrijkste god was: Wodan. Vanaf het jaar 300 werd
het Christendom het belangrijkste geloof van de Romeinen en de
Germanen. De velen goden werden vervangen door één God.
Taal
Romeinen spraken Latijns. Het werd een
elitetaal. Alle belangrijke mensen, rechters,
leraren en bestuurders spraken Latijns.
Latijns was voor hun een moeilijke taal om
te leren. De Germanen gingen niet naar
school. De taal van de Germanen
veranderde in de loop der jaren. De
Nederlandse taal stamt af van de
Germanen.
Latijns
Romeinse cijfers
Romeinse cijfers zijn bedacht door de Romeinen. Vroeger werden
de cijfers overal gebruikt. Voor nul staat
geen symbool. De symbolen die werden
gebruikt waren:
I = één
V = vijf
X = tien
L = vijftig
C = honderd
D = vijfhonderd
M = duizend
Romeinse cijfers
Amfitheater
Amfitheater is een heel chique woord voor theater. De Romeinse
theaters waren helemaal rond. Het beroemdste amfitheater is het
Colosseum in Rome, er passen wel 70.000 bezoekers in! Het
beroemde gebouw staat er nog
steeds. In de Nederlandse stadions
passen ongeveer 50.000 bezoekers in.
Het Romeinse theater bestaat uit vijf
gedeeltes. De bovenste ring was het
middenklasse. De middelste ring was
het grootst, hier zat de keizer met zijn
familie en regering. In het theater
werden gladiatorengevechten
gehouden, dieren gevechten en zeegevechten,
hiervoor werd het theater gevuld met water.
Amfitheater
Tempels
De Romeinen bouwde tempels voor hun
goden. Elke god had een eigen tempel.
Het was ook een plek voor mensen om
dichter bij de goden te komen. De
Romeinse tempels bestaan uit simpele
onderdelen: een blokvormige onderkant,
ronde zuilen en een driehoekig dak. Toen
de Romeinen christelijk werden, werden
de tempels een eigendom van God.
Romeinse tempel
Zuilen
Zuilen zijn grote pilaren. Zuilen worden
meestal gebruikt om iemand te eren. Vaak
staat er bovenop de zuil een standbeeld
van een belangrijk persoon. Op de zuil staat
een soort strip die iets vertelt over een
belangrijk gevecht/overwinning. Een
bijzondere zuil is ter ere van keizer Trajanus.
Op de zuil staat een strip van de
overwinning op Roemenië, dit is de eerste
strip die ooit gemaakt is.
Tajanus zuil
Thermen
Een therm is eigenlijk een badhuis. In Nederland heet dit de sauna.
Een keizer had een badhuis in zijn eigen paleis, voor het volk was
het badhuis in de stad. In het badhuis waren verschillende kamers.
De eerste kamer was een kleedkamer, hier
konden de mensen zich omkleden. Er waren
drie kamers met een bad. In de tweede
kamer was een koud bad, de derde kamer
een lauw bad en de laatste kamer was een
warm bad. De mensen gingen naar een
badhuis om zich schoon te maken. In huis
hadden de mensen geen douche of bad.
De mensen gingen er ook heen om zich
mooi te maken en elkaar te ontmoeten.
Romeins badhuis
Wegen
Wegen waren voor de Romeinen erg belangrijk. Zo
kon het leger sneller van stad naar stad. De wegen
begonnen in Rome. Het leger moest vaak uit Rome
komen. Maar de wegen moesten ook nog gelegd
worden. Eerst werd eer een geul gegraven. Dan
kwamen er een laag grote stenen op te liggen. Daarover kwam
een laag kiezelstenen te liggen. Bij
een stad werden er mooie straatstenen over gelegd. Romeinse weg