NY-11-0129 Word Proposal Template New

advertisement
www.pwc.com/dutch-caribbean
Belastingherziening
2015
Deze informatie is van
toepassing voor Curaçao.
In deze nieuwsflits worden
onder andere behandeld:
• Aftrekbare kosten eigen
woning beperkt.
• Beperking afschrijving
onroerend goed.
• Gebruikelijk loon regeling.
• Verlaging tarief
inkomsten- en
winstbelasting.
Inleiding
Per 1 januari 2015 zijn een groot aantal wijzigingen doorgevoerd in
de belastingwetgeving. Zo zijn de tarieven voor de
inkomstenbelasting en winstbelasting verlaagd. Daartegenover zijn
een aantal aftrekposten afgeschaft dan wel beperkt, waaronder de
onderhoudskosten van de eigen woning en de afschrijving op
bedrijfspanden, en is een bronheffing op rente ingevoerd. In dit
memo bespreken wij de belangrijkste van deze wijzigingen.
Algemeen
De belastingherziening voor 2015 betreft
wijzigingen in de inkomsten- loon- en
winstbelasting.
Het tarief van de inkomstenbelasting wordt in twee
jaren verlaagd. Het huidige schijventarief loopt van
12% tot 49%. In 2015 loopt het schijventarief van
10,75% tot 48,25% en in 2016 volgt een verdere
verlaging naar schijven van 9,75% tot 46,5%.
De winstbelasting wordt eveneens verlaagd, van de
huidige 27,5% naar 25% in 2015 en 22% in 2016.
Voor belastingplichtigen met een zogenaamd
gebroken boekjaar zijn bovengenoemde tarieven
van toepassing met ingang van het eerste boekjaar
dat aanvangt na 1 januari 2015 respectievelijk 1
januari 2016.
In combinatie met de tariefsverlaging worden een
aantal uitgaven in aftrek beperkt of geheel van
aftrek uitgesloten en worden een aantal andere
maatregelen ingevoerd.
Winstbelasting
-
Investeringsaftrek
Voor investeringen geldt met ingang van 2015 een
eenmalige investeringsaftrek van 10% (25% voor
monumentenpanden). Tot en met 2014 gold
hiervoor een aftrek van 2 x 8% (2 x 12% voor
investeringen in nieuwe panden of verbetering van
bestaande panden).
-
Vervroegde afschrijving
De mogelijkheid om tot ten hoogste éénderde van
de aanschafprijs van een bedrijfsmiddel vervroegd
af te schrijven komt met ingang van 2016 te
vervallen. In tegenstelling tot eerdere voorstellen is
de aftrek voor 2015 in stand gelaten om geen
belemmering op te leveren voor investeringsplannen die op 1 januari 2015 in een vergaand
stadium waren, maar nog niet zover gevorderd dat
in 2014 de vervroegde afschrijving zou kunnen
worden geclaimd.
-
Afschrijving tot 50% OZB-waarde
Met ingang van 2016 zal op onroerende zaken niet
verder kunnen worden afgeschreven dan tot op
50% van de waarde waarvoor elk object belast
wordt in de Onroerendezaakbelasting (OZB) per 1
januari van het betreffende jaar.
Voor de bepaling van de waarde moet zowel de
grondwaarde als de waarde van de opstal worden
genomen. Dit geldt ook als de eigendom van de
opstal en de grond niet in dezelfde hand zijn maar
toebehoren aan met elkaar verbonden personen of
lichamen. Van verbondenheid is bijvoorbeeld
sprake als een natuurlijk persoon 5% of meer van
de aandelen heeft van een vennootschap, of als een
natuurlijk persoon 5% van de aandelen houdt van
twee vennootschappen.
Voor belastingplichtigen die voor 1 januari 2015
een onroerend goed hebben aangeschaft of
gebouwd en daarop hebben afgeschreven, maar
minder dan 3 jaren, geldt de nieuwe regeling pas
nadat ten minste 3 jaar is afgeschreven op basis
van de oude regeling.
Voor belastingplichtigen die eind 2014 reeds meer
hebben afgeschreven dan 50% van de OZB waarde,
vindt met betrekking tot het verschil in afschrijving
geen herwaardering plaats.
-
Kosten van voedsel, drank, representatie
Tot en met 2014 werd de aftrek van voedsel, drank
en representatie, waaronder ook worden gerekend
feesten, studiereizen en excursies, beperkt tot 80%
van de uitgaven. Met ingang van 2015 wordt de
aftrek van deze kosten als volgt gewijzigd.
• Giften, relatiegeschenken en kosten van
cursussen, congressen, seminars, symposia en
dergelijke zijn volledig aftrekbaar.
• Kosten van voedsel en drank, alsmede de reisen verblijfkosten terzake van cursussen,
congressen, seminars, symposia en dergelijke
blijven voor 80% aftrekbaar.
• Kosten van representatie, daaronder begrepen
recepties en feestelijke bijeenkomsten,
excursies, studiereizen en dergelijke, met
uitzondering van de kosten van voedsel en
drank, zijn niet langer aftrekbaar. Dit betekent
voor recepties bijvoorbeeld dat in principe de
kosten van zaalhuur, personeelskosten en
eventueel optredende artiesten niet langer
aftrekbaar zijn.
Renteaftrek
Als een vennootschap rente betaalt aan een tot het
zelfde concern behorende vrijgestelde
vennootschap dan is deze rente slechts aftrekbaar
tot een lening van ten hoogste driemaal het eigen
vermogen van de schuldenaar.
Met ingang van 2015 geldt deze beperking ook
voor buiten Curaçao gevestigde tot het zelfde
concern behorende lichamen die niet aan een
belasting naar de winst zijn onderworpen. Het is
daarbij niet van belang of het gaat om een
beleggingslichaam of een actief bedrijf, slechts de
onderworpenheid telt.
Doelvermogen
Tot en met 2014 was het uitsluitend voor een
Stichting Particulier Fonds (SPF) of trust mogelijk
om de status te verkrijgen van doelvermogen. Een
doelvermogen is op verzoek onderworpen aan een
tarief van 10% in plaats van het algemene tarief
van, toen, 27,5%.
Met ingang van 2015 is de status van
doelvermogen ook mogelijk voor een naamloze
(NV) of besloten (BV) vennootschap. Om hiervoor
in aanmerking te komen moet wel worden voldaan
aan voorwaarden die ook voor de vrijgestelde
vennootschap gelden, zoals onder meer ten
aanzien van de directie, het bijhouden van een
aandelenregister van uiteindelijk gerechtigden en
de statutaire- en feitelijke werkzaamheden. Anders
dan de vrijgestelde vennootschap is het voor een
doelvermogen geen belemmering als meer dan 5%
van de inkomsten worden genoten uit dividend van
onbelaste beleggingslichamen.
Transparante vennootschap
Tot en met 2014 was het uitsluitend voor een NV of
BV mogelijk om te kiezen voor een transparante
status. Met ingang van 2015 is het ook mogelijk
voor buiten Curaçao opgerichte lichamen met een
in aandelen verdeeld kapitaal om voor deze status
te opteren, mits deze lichamen in Curaçao zijn
gevestigd. Dit maakt het regime van de
transparante vennootschap flexibeler en
aantrekkelijker voor internationale investeerders.
Inkomstenbelasting privé personen
-
Eigen woning
De uitgaven voor onderhoud van de eigen woning,
die tot en met 2014 aftrekbaar waren tot
NAf 3.000, zijn met ingang van 2015 niet meer
aftrekbaar. Met ingang van 2016 vervalt ook de
aftrek van de premie voor brand- en
ongevallenverzekering. De aftrek van
hypotheekrente en rente op persoonlijke leningen
wordt, in tegenstelling tot eerdere berichten, niet
gewijzigd.
Het wegvallen van de aftrek van onderhoudskosten
en brandverzekeringspremie kan tot gevolg hebben
dat sommige huiseigenaren per saldo weinig
voordeel genieten van de belastingverlaging.
-
Ziektekosten
De premie voor de ziektekostenverzekering blijft,
samen met andere ziektekosten, aftrekbaar
rekening houdend met een drempel van 5% van
het inkomen. Met ingang van 2015 is echter de
premie voor de Basisverzekering ziektekosten
(BVZ) niet langer aftrekbaar. Het is opvallend dat
de wetgever een specifieke categorie
ziektekostenpremies van aftrek uitsluit. Deze
aftrekbeperking vormt vooral een nadeel voor
personen die verzekerd zijn voor de BVZ maar niet
in loondienst zijn, of die naast inkomsten uit
loondienst neveninkomsten, bijvoorbeeld
vermogensinkomsten, genieten en een inkomen
hebben van minder dan NAf 150.000. Zij zijn over
hun (neven)inkomsten 13,6% BVZ-premie
verschuldigd en kunnen die niet meer in aftrek
brengen als buitengewone last. Dit kan oplopen tot
een nadeel van bijna NAf 10.000 bij een inkomen
van NAf 150.000 hetgeen meer is dan het voordeel
van de tariefsverlaging.
-
Rente en aflossing studieleningen
Met ingang van 2015 is het mogelijk om niet alleen
de rente maar ook de aflossing van studieleningen
in mindering te brengen op het inkomen. Hiervoor
komt een nieuwe aparte aftrek tot een bedrag van
NAf 10.000 per jaar. Het oogmerk van deze nieuwe
aftrek is het aantrekkelijker maken voor
afgestudeerden om terug te keren naar Curaçao.
De aftrek geldt per persoon voor een periode van
ten hoogste 10 jaren.
Daarnaast is het ook mogelijk voor werkgevers om
een onbelaste vergoeding te geven tot een bedrag
van NAf 10.000 per jaar gedurende een periode
van ten hoogste 10 jaren.
-
Bijzonder tarief lokale bankrente
De rente op rekeningen en deposito's bij lokale
banken werd tot en met 2014 belast tegen een
tarief van 6,5%. Daarnaast moesten ook nog
premies volksverzekeringen (AOV/AWW, AVBZ)
worden betaald. Voor iemand onder de 65 jaar kon
dit oplopen tot 24,5%. Voor wie ook nog
premieplichtig was voor de BVZ kon de totale
heffing over de bankrente oplopen tot circa 37%.
Met ingang van 2015 is het belastingtarief op
lokale bankrente verhoogd naar 8,5%, maar
daartegenover staat een vrijstelling voor de
premieheffing. Dit is een belangrijk
tariefsvoordeel.
-
Bijzonder tarief vermogensinkomsten
Met ingang van 2015 geldt een bijzonder tarief van
19,5% voor vermogensinkomsten. Dit tarief gold
tot en met 2014 alleen voor inkomsten uit
zogeheten aanmerkelijk belang (ab) maar geldt nu
voor alle vermogensinkomsten behalve inkomsten
uit de verhuur van onroerend goed. In
tegenstelling tot de heffing op bankrente zijn op
deze vermogensinkomsten naast de
inkomstenbelasting ook nog premies
volksverzekeringen en, indien van toepassing,
premies BVZ verschuldigd. Toch is de invoering
van dit bijzonder tarief een belangrijke
lastenverlichting omdat tot en met 2014 over deze
inkomsten (met uitzondering van ab-inkomsten)
het progressief tarief van ten hoogste 49% werd
geheven. Effectief is dus sprake van een
tariefsverlaging die kan oplopen tot 29%.
-
Bronheffing op rente
Met ingang van 2015 geldt een nieuwe bronheffing
op rente-inkomsten. Deze heffing wordt door
lokale banken ingehouden op rente die wordt
uitbetaald aan inwoners van Curaçao. Het tarief is
8,5%, gelijk aan het tarief in de inkomstenbelasting
op deze inkomsten.
De bronheffing geldt niet op rentebetalingen aan
buitenlandse rekeninghouders en aan lokaal
gevestigde vennootschappen en andere
rechtspersonen.
De bronheffing is vergelijkbaar met de
spaartegoedenheffing waar de lokale banken nu al
toe verplicht zijn op grond van de
spaartegoedenverdragen die Curaçao heeft
afgesloten met de landen van de Europese Unie.
De overheid heeft voor deze bronheffing gekozen
in plaats van een verplichting voor lokale banken
om gegevens over rentebetalingen aan de
belastingdienst door te geven (de zogeheten
renterenseignering). De lokale banken worden
verplicht de ingehouden rente per
kalenderkwartaal op aangifte af te dragen. De
inhouding en afdracht vinden voor het eerst plaats
met ingang van 1 juli 2015 over de periode 1
januari tot en met 30 juni.
-
Belastingkorting buitenlanders
Met ingang van 2015 geldt voor buitenlanders niet
langer de belastingkorting. Dit betekent
bijvoorbeeld dat een niet-ingezetene die op
Curaçao een woning heeft die hij verhuurt, over de
huur inkomstenbelasting moet betalen en niet
langer de eerste circa NAf 18.000 onbelast kan
genieten.
Op grond van de Belastingregeling voor het
Koninkrijk (BRK) zal dit niet gelden voor inwoners
van een van de andere landen van het Koninkrijk.
Zij behouden voorlopig het recht op de
belastingkorting. Wanneer de nieuwe
Belastingregeling met Nederland (BNC) inwerking
treedt, naar verwachting in 2016, zal de
belastingkorting ook niet meer gelden voor
inwoners van Nederland.
Loonbelasting
-
Gebruikelijk loon
Iemand die werknemer is van een vennootschap
waarin hij ook een aanmerkelijk belang heeft (5%
of meer van de aandelen) moet met ingang van
2015 ten minste een salaris aangeven van
NAf 50.000 of van 50% van de omzet van het
bedrijf als dat lager is. De vennootschap moet over
dit salaris de verschuldigde loonbelasting en
premies inhouden en afdragen. Het is daarbij niet
van belang of een dergelijk loon ook daadwerkelijk
wordt betaald. In de volgende gevallen kan van het
hiervoor vermelde bedrag worden afgeweken.
Lagere beloning
Indien aannemelijk is dat bij soortgelijke
dienstbetrekkingen een lagere beloning
gebruikelijk is kan van die lagere beloning worden
uitgegaan. In het jaar van oprichting en de drie
volgende jaren mag worden uitgegaan van de
commerciële winst van het lichaam.
Hogere beloning
Ingeval bij de vennootschap andere werknemers in
dienst zijn wordt het salaris in principe ten minste
gesteld op het hoogste salaris van de overige
werknemers.
Uitgezonderde lichamen
De gebruikelijk loon regeling geldt niet voor
dienstbetrekkingen bij bepaalde uitgezonderde
lichamen, zoals Vrijgestelde Vennootschappen,
offshore vennootschappen en E-zone
vennootschappen.
Doorbetaalde beloningen
Het komt voor dat een werknemer namens het
bedrijf waar hij in dienstbetrekking is een functie
vervult bij een ander lichaam. Hoewel dat als een
dienstbetrekking kan worden aangemerkt hoeft de
werknemer de beloning niet als zijn inkomen aan
te geven, mits de beloning door het andere lichaam
rechtstreeks wordt betaald aan de werkgever en
het andere lichaam geen andere beloningen aan de
werknemer toekent.
Voorwaarde hiervoor is wel dat het betalende
lichaam en de werkgever gezamenlijk hierom
verzoeken.
-
Fictieve dienstbetrekkingen
Met ingang van 2015 geldt een fictieve
dienstbetrekking ten aanzien van werknemers die
als uitzendkracht werkzaam zijn. De uitzendkracht
zal veelal in een gezagsverhouding staan tot de
inlener. Aangezien de inlener echter slechts een
vergoeding betaalt aan het uitzendbureau en deze
de beloning uitbetaalt aan de uitzendkracht is de
verhouding tussen uitzendbureau en uitzendkracht
bij fictie aangeduid als dienstbetrekking.
Hetzelfde geldt ook voor stagiaires en leerlingen
die stage lopen of een vakopleiding volgen bij een
bedrijf. Als de beloning van de stagiaire of leerling
ook uit een geldelijke of andere vergoeding bestaat,
anders dan het verkrijgen van onderricht, is sprake
van een fictieve dienstbetrekking en is over de
beloning loonbelasting en premies verschuldigd.
-
Rente en aflossing studiefinanciering
Zoals eerder opgemerkt is het vanaf 2015 voor de
werkgever mogelijk om tot een bedrag van
NAf 10.000 per jaar belastingvrij de rente en
aflossing op studiefinanciering van een werknemer
te betalen. Dit kan ten hoogste voor een periode
van tien jaren. Hierbij worden jaren waarin een
eerdere werkgever dergelijke vergoedingen heeft
gedaan meegerekend.
Uitkeringen uit levensverzekering
De rente begrepen in kapitaalsuitkeringen uit
levensverzekering is belast voor de
inkomstenbelasting. Tot en met 2014 werd de
rente begrepen in dergelijke kapitaalsuitkeringen
berekend op basis van een formule. Effectief werd
de rente derhalve niet volledig belast. Met ingang
van 2015 zal de rente begrepen in deze
kapitaalsuitkeringen echter volledig belast zijn
tegen het tarief van 19,5%.
Hierop gelden twee uitzonderingen waarbij de
rente onbelast kan worden genoten door de
begunstigde:
1e. De kapitaalsuitkering vindt plaats ten gevolge
van overlijden voor de leeftijd van 70 jaar;
2e. De uitkering is, samen met andere soortgelijke
uitkeringen, niet hoger dan NAf 15.000 en komt
tot uitkering na de leeftijd van 70 jaar.
Conclusie
De belastingwetgeving is met ingang van 2015 op
een aantal punten belangrijk gewijzigd. In 2016
volgen nog enkele wijzigingen. In het algemeen
kan het pakket aan maatregelen als gunstig worden
aangemerkt, met name omdat sprake is van een
belangrijke tariefsverlaging, zowel voor de
inkomstenbelasting als voor de winstbelasting.
Daartegenover staan echter een aantal
grondslagverbredende maatregelen die bepaalde
groepen belastingplichtigen zullen treffen. Zo
zullen eigenaren van een eigen woning
bijvoorbeeld per saldo weinig baat hebben van de
tariefsverlaging omdat zij twee belangrijke
aftrekposten verliezen en daarbij ook getroffen
worden door de met ingang van 1 januari 2014
ingevoerde Onroerendezaakbelasting welke een
belangrijke lastenverzwaring betekende.
In de winstbelasting zullen bedrijven rekening
moeten houden met het verlies van de vervroegde
afschrijving, de inperking van de
investeringsaftrek en de beperking in de
afschrijving op onroerend goed. Daartegenover
staat dat het tarief in een periode van twee jaren
wordt verlaagd van 27,5% naar 22%.
Gelet op de vele wijzigingen is het zinvol om te
inventariseren wat de effecten van het totale
pakket zijn voor uw specifieke situatie dan wel
voor uw bedrijf. Uiteraard zijn wij u graag van
dienst om te bezien of en zo ja welke aanpassingen
u kunnen helpen om uw fiscale positie te
optimaliseren.
Hoe kan PwC u van dienst zijn
Als u meer wilt weten of vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze nieuwsflits, kunt u contact
opnemen met:
Steve Vanenburg (Tax partner)
T: +599 (9) 430 0000
[email protected]
Zuleika Lasten (Tax partner)
T: +599 (9) 430 0001
[email protected]
Lennart Huijsen
T: +599 (9) 430 0006
[email protected]
René Kempkes
T: +599 (9) 430 0010
[email protected]
Farine Torres Larmonie
T: +599 (9) 430 0004
[email protected]
Ingemara Bak
T: +599 (9) 430 0127
[email protected]
Arne Kattouw
T: +599 (9) 430 0455
[email protected]
Terrence Melendez
T: +599 (9) 430 0456
[email protected]
Of stuur een email naar: [email protected]
©2015 PricewaterhouseCoopers Dutch Caribbean. All rights reserved.
PwC refers to the Dutch Caribbean member firm, and may sometimes refer to the PwC network. Each member firm is a separate legal entity. Please see www.pwc.com/structure for
further details.
This content is for general information purposes only, and should not be used as a substitute for consultation with professional advisors.
Download