In samenwerking met de Varinova, Tref Ego en BLGG is door DLV

advertisement
In samenwerking met Scotts, Tref Ego en BLGG is door DLV Potplanten bij
Varinova een onderzoek opgestart naar het effect van Fosfaat op de groei,
ontwikkeling en bloei van Cyclamen.
Samenvatting
Volgens de GLAMI-norm moet de fosfaatgift in Cyclamen omlaag. Doel van de
praktijkproef is vast te stellen welke effecten het bij de Cyclaam geeft bij een
verlaagde fosfaatgift en zo mogelijk daarmee ook de diameter van de plant te
sturen zoals toegepast bij andere gewassen.
Fosfaat is een belangrijke energie drager in de cellen en zorgt voor het transport
van de assimilaten in de plant. Beperking van fosfaat is van invloed op de groei en
ontwikkeling van de plant.
In de proefopzet is ook gebruik gemaakt van Compalox®-P buffer.
Compalox is een aluminiumoxyde waaraan fosfaat gebufferd kan worden. Fosfaat
komt daarna gedoseerd vrij door middel van diffusie.
In vier verschillende fosfaattrappen (0-0,5-1,0-2,0) zijn de Cyclamen geteeld aan
de druppelaar waarbij via dosatrons en A/B bak de bemesting is gedoseerd.
In week 22 zijn de zaailingen van 11 weken oud opgepot en in week 44 was de
eindbeoordeling.
Vanaf week 28 zijn iedere 4 weken grondmonsteranalyses genomen en op basis
daarvan de meegegeven EC wel/niet aangepast.
In de eindbeoordeling zijn metingen/tellingen uitgevoerd van de diameter van de
plant, het volume van de wortelkluit, het aantal bladeren, het aantal bloemen en de
grootte van de knol.
Tijdens de gehele teelt zijn geen/nauwelijks gebrekverschijnselen waargenomen.
In de eindbeoordeling had de groep planten met 0-fosfaat meer oude bloemen dan
de overige groepen.
De grondmonster analyses gaven een herkenbaar beeld met betrekking tot de
gegeven fosfaat hoeveelheid. Het aantal bladeren en bloemen in de groepen met
0-fosfaat was duidelijk lager dan de overige groepen en ook de diameter van de
planten was duidelijk kleiner. De knol van de 0-fosfaat groep was beduidend
groter. Bij stress van de Cyclaam is dit een bekend verschijnsel.
In de wortelkluit beoordeling waren de verschillende metingen niet éénduidig
waardoor er moeilijk conclusies uit vielen te trekken.
De verschillen in metingen van de groepen van 0,5 fosfaat tot 2,0 fosfaat waren
erg klein.
Het verschil in diameter tussen 0,5 fosfaat en 2,0 fosfaat was slechts 2 cm.
1/22
Fosfaat proef DLV plant/Varinova sep/okt 2005.
De toevoeging van Compalox gaf nauwelijks een meetbaar verschil in
plantkwaliteit maar gaf wel verschillen te zien in beschikbaar fosfaat in de
potgrond.
Naar aanleiding van de proefresultaten zou het goed mogelijk zijn de fosfaatgift te
reduceren.
Het huidige standaard advies is nu 1,0 wat teruggebracht zou kunnen worden.
Afhankelijk van de gewenste eindkwaliteit moet de juiste fosfaat dosering bepaalt
worden. De proef is uitgevoerd met het ras Maxora dat genetisch compact groeit.
Het is niet bekend hoe andere rassen op een reductie van de fosfaatgift reageren.
Vervolgproeven moeten meer duidelijkheid brengen in de ondergrens van de
fosfaatgift en de reacties van de verschillende rassen.
Probleemstelling
Volgens de GLAMI-norm moet elke tuinder tot 2010 met steeds minder
meststoffen, gewasbeschermingsmiddelen en energie werken.
De norm voor 2010 bedraagt afgerond 170 kg fosfaat per ha.
Omgerekend was de gebruikte hoeveelheid fosfaat in de proef:
0 mmol fosfaat
0,5 mmol fosfaat
1,0 mmol fosfaat
2,0 mmol fosfaat
0 kg fosfaat (zeer kleine hoeveelheid in de potgrond)
157 kg fosfaat
315 kg fosfaat
630 kg fosfaat
In de teelt van Cyclamen vormt de norm voor fosfaat een probleem. Om aan de
norm te voldoen, moet de gebruikte hoeveelheid fosfaat naar beneden. Hierbij valt
o.a. te denken aan de volgende mogelijkheden:
• Fosfaat-verlaging in gift en voorraadbemesting (PG-mix),
• Het gebruik van Compalox®-P buffer
Deze manieren brengen als probleem met zich mee, dat er een controle in de
potgrond moet zijn, om de lage fosfaattoestand te controleren. Er mag immers
geen gebrek optreden. Ook is moeilijk te bepalen wanneer een gebrek optreedt
en wat de gevolgen zijn van een laag fosfaat op de ontwikkelingssnelheid van
cyclamen.
Uit onderzoek met Compalox®-P buffer in éénjarige zomerbloeiers (2003/2005,
DLV Facet) blijkt, dat fosfaatbeperking een positief effect kan hebben op de
groeiremming. Fosfaatbeperking in cyclaam zou dus een extra stuurmogelijkheid
kunnen bieden om de diameter van het eindproduct beter te kunnen sturen.
Ook is het belangrijk om te weten wat de gevolgen van te weinig fosfaat kunnen
zijn op de teelt van cyclamen.
Compalox
Compalox is een product wat een fosfaatbuffer aanbrengt in de potgrond door
binding van fosfor aan aluminiumoxide. Het fosfaat wordt vastgelegd of is in meer
of mindere mate uitwisselbaar met het bodemvocht. Voornamelijk worden door de
plant voedingsstoffen uit het bodemvocht opgenomen welke in oplossing zijn.
Vastgelegd fosfaat ( en andere elementen) kunnen door overige milieufactoren
voor de plant beschikbaar komen tijdens het groeiseizoen. Er zal een evenwicht
ontstaan tussen gebonden ionen en de opgeloste ionen (zoals fosfaat) in het
bodemvocht.
Opname van ionen door wortels in het substraat vindt voornamelijk plaats vanuit
de bodemoplossing. De mogelijkheid tot directe overdracht van ionen van de
uitwisselings complexen in de grond is in theorie aanwezig maar is te
verwaarlozen. In de bodemoplossing kunnen de ionen de wortels bereiken door
diffusie en door de stroming mee met het water dat door de wortel wordt
opgenomen.
Bij overmaats- of gebreksverschijnselen zie je planten daarom ook meestal vrij
snel gunstig reageren op aanpassing van de voedingsoplossing. In de
glastuinbouw is er veel onderzoek en ervaring beschikbaar met telen om een zo
optimaal mogelijke groei en bloei van het gewas te verkrijgen.
In de glastuinbouw hebben we in bepaalde groeiseizoenen te maken met voor
planten een niet gunstige licht-/temperatuurverhouding met als gevolg een te
welige plant of een te vegetatieve plant.
Groeibeheersing wordt met veel ervaring gerealiseerd door sturing van de
osmotische spanning van het substraat doormiddel van droger telen en/of
verhoging van de EC-waarde.
Naast deze teelttechnische maatregelen wordt er gebruik gemaakt van remstoffen
om de planten te beheersen in groei.
Het gebruik van Compalox heeft als toepassing het sturen van de gewasgroei op
basis van een minimale ionspecifieke beschikbaarheid van fosfaat om de groei te
beheersen. Getracht wordt, dit te bereiken door minimale beschikbaarheid van
fosfaat uit de buffer (Compalox) en het niet toedienen van fosfaat in de
voedingsoplossing afhankelijk van de gewenste gewasgroei. Het doel is dus niet
een zo groot mogelijke groei maar juist een optimale (minimale) groei/strekking
middels een laag aanbod van een voedingselement.
Visuele gewasschade als gevolg van laag beschikbaar fosfaat zal niet snel
optreden.
Al eerder is vermindering van groei/strekking waar te nemen.
Functies van fosfaat in de plant tijdens de groei:
In tabel 1 zijn de functies van fosfaat weergegeven.
P (fosfaat)
Beschrijving en
functie:
De belangrijkste energiedrager in de cellen, het ATP, dankt
zijn functie aan een zeer energierijke fosfaatverbinding. P is
op verschillende manieren betrokken bij de stofwisseling van
suikers. De chemisch zeer sterke verbinding C-P-C is van
belang in duurzame structuren als DNA en celmembranen.
Mobiel in floëem:
ja
Remobiliseerbaar:
ja
Groeiremming; blad donkergroen, rood- of paarskleurig van
Gebrekssymptome bladnerven en stelen door anthocyaanvorming. Late bloei en
n:
vruchtzetting, verminderde zijscheutvorming vertraagde
vruchtrijping, vervroegd afsterven van het oudste blad.
Fysiologische
P is nodig voor het transport van assimilaten uit de
achtergrond van
chloroplasten. P-gebrek veroorzaakt daardoor ophoping van
gebrek:
suikers in de bladeren en tekorten niet-groene delen.
P-overmaat komt in grondteelt vrijwel niet voor door sterke
Overmaatverschijn
binding van P aan bodemdeeltjes. In substraatteelt mogelijk
selen:
remming van de opname van Zn en Mg.
Fysiologische
Door hoge P-concentratie in de plant wordt Zn
achter-grond van
geimmobiliseerd.
overmaat NO3
(stikstof/nitraat):
Doelstelling en afbakening van het onderzoek
• Mogelijkheden tot reductie van het fosfaatverbruik.
• Betere stuurmogelijkheid van diameter groei. (compactere of juist grotere
planten)
• Effecten van fosfaat te kort op de ontwikkeling en groei.
Te verwachten resultaat
Vaststelling van de (minimale) hoeveelheid voorraadbemesting fosfaat in
combinatie met Compalox®-P buffer in relatie tot fosfaatbesparing en
groeiremming.
Gebruikte Cyclamen rassen
• Cyclaam Maxora White
• Cyclaam Maxora Mix
Behandelingen
Tabel 1
Proeffactor
Voorraadbemesting Mestgift
(pg mix) in
potgrond
Cyclamen wit (deel 1)
A. Geen fosfaat
B. Weinig fosfaat
C. Gemiddeld fosfaat
10 - 3 - 31
10 - 3 - 31
15 - 10 - 20
Zonder fosfaat 0
weinig fosfaat 0,5
normaal fosfaat 1,0
D. Veel fosfaat
12 - 14 - 24
Veel fosfaat 2,0
Cyclamen mix proef met compalox
(deel 2)
E. + F. Geen fosfaat
G. H. Weinig fosfaat
I. + J. Gemiddeld fosfaat
K. + L. Veel fosfaat
10 - 3 - 31
10 - 3 - 31
15 - 10 - 20
12 - 14 - 24
Zonder fosfaat 0
weinig fosfaat 0,5
normaal fosfaat 1,0
Veel fosfaat 2,0
De Teelt.
De Cyclamen zijn bij Varinova BV geteeld.
Teeltschema:
Week 11:
zaai
Week 22:
oppotten
Watergift met regenwater.
Week 28:
Uitgezet aan druppelaars.
EC gift van 1,3.
Week 36:
EC gift aangepast naar 1,8 in 0,5 , 1,0 en 2,0 Fosfaat gift groepen
Week 40:
EC gift aangepast naar 2,3 in 0,5 , 1,0 en 2,0 Fosfaat gift groepen
Week 40:
Tussenbeoordeling door LTO Cyclamendag
Week 44:
Eindbeoordeling
Gebruikte potgrond:Tref/Ego nr. 7
Gebruikte meststoffen: Peters professional aangevuld met
meststoffen.
Gewasbescherming:
t/m week 39 tegen trips, rups en luis.
enkelvoudige
Bemesting.
Recepten
1.Geen
Fosfaat
2.Weinig
Fosfaat
3.
Gemiddeld
Fosfaat
4. Veel
Fosfaat
Bemesting is uitgevoerd via A/B bak voeding met Dosatrons.
Via onderstaande bemestingsschema’s.
Tabel 2
K
Ca Mg NH4 NH2 NO3 SO4 H2PO4 Fe
Mn
Zn
B
Cu
Mo
8,31 2,63 1,19 0,84 0,00 14,20 1,43
0,00 17,91 9,10 7,65 18,50 7,87 1,56
8,30 2,60 0,40 0,45 0,00 12,80 1,43
0,50 17,91 9,10 7,65 18,50 7,87 1,56
7,10 3,50 0,60 0,69 0,00 12,50 0,72
1,00 40,29 6,83 1,72 34,69 1,77 0,78
6,80 3,50 0,60 0,69 0,00 12,50 0,00
2,00 40,29 6,83 1,72 34,69 1,77 0,78
Resultaten
De volgende metingen/waarnemingen zijn uitgevoerd:
1. een 1:1,5 potgrondanalyse elke 4 weken
2. een PAL analyse van de potgrond elke 4 weken
3. een droge stof analyse van het blad bij de eindbeoordeling
4. Bloemkleur/veroudering waarnemingen tijdens de teelt
5. Symptomen van fosfaat gebrek/overmaat waarnemingen tijdens de teelt
6. Beoordeling van de wortelkluit bij de eindbeoordeling
7. Grootte van de knol bij de eindbeoordeling
8. Aantal bladeren bij de eindbeoordeling
9. Aantal bloemen bij de eindbeoordeling
10. Plantdiameter bij de eindbeoordeling
11. Algemene beoordeling
1. Potgrondanalyse 1:1,5.
Elke 4 weken is een 1:1,5 potgrond analyse gemaakt.
De bemonstering is gestart op 25 augustus 2005 (week 34).
De resultaten van de analyses staan in de grafieken hieronder.
Grafiek 1
Hoeveel Fosfaat
Fosfaat gemeten in 1:1,5 potgrond analyse
3,25
3
2,75
2,5
2,25
2
1,75
1,5
1,25
1
0,75
0,5
0,25
0
A-0 P
B-0,5 P
C-1,0 P
D-2,0 P
F-0 P+Comp
H-0,5 P+Comp
J-1,0 P+Comp
aug-05
sep-05
okt-05
L-2,0 P+Comp
Recept + Datum
De resultaten van de 1:1,5 potgrondanalyses laten duidelijk de verschillen in
fosfaatgift zien.
In de A-0 fosfaat en de B-0,5 fosfaat blijft de aanwezigheid van beschikbaar
fosfaat zeer laag.
In de C-1,0 fosfaat en de D-2,0 fosfaat zie je de hoeveelheid beschikbaar fosfaat
zich opbouwen in de potgrond.
De potgrond met compalox geeft in alle gevallen een iets lager beschikbaar
fosfaat cijfer zien dan de potgrond zonder compalox. De compalox heeft de fosfaat
voor een gedeelte gebufferd.
In de L-2,0 fosfaat + Compalox loopt het beschikbare fosfaatcijfer nog erg hoog
op. De Compalox buffer is hier mogelijk te klein om voldoende fosfaat te bufferen.
Grafiek 2
1,4
1,2
1
0,8
0,6
0,4
0,2
0
25-8-2005
22-9-2005
p
Co
m
P+
L2,
0
P+
Co
m
J1,
0
Co
m
P+
H0,
5
p
p
p
P+
C
om
P
F0
D2,
0
P
C1,
0
B0,
5
A0
P
28-10-2005
P
EC waarde
Gemeten EC in potgrond
Recepten
De gemeten EC in de potgrond toont een duidelijke lijn in de laatste bepaling.
De EC wordt lager naarmate de het fosfaat getal hoger is.
Dit heeft te maken met de plantgrootte per toegediend recept. (misschien moet je
eerst de plantgrote behandelen en daarna de gerealiseerde cijfers)
A-0 fosfaat en F-0 fosfaat+compalox hebben duidelijk kleinere planten dan de
overige recepten, waardoor de plant minder voeding uit de potgrond gebruikt. Zie
grafiek 11 “Diameter van de Plant”.
Grafiek 3
7
6,8
6,6
6,4
6,2
6
5,8
5,6
5,4
25-8-2005
22-9-2005
p
Co
m
P+
L2,
0
J1,
0
P+
Co
m
Co
m
P+
H0,
5
F0
p
p
p
P+
C
om
P
D2,
0
P
C1,
0
B0,
5
A0
P
28-10-2005
P
Gemeten pH
gemeten pH in potgrond
Recepten
In de gemeten pH is per recept geen significant verschil of een duidelijke lijn
gemeten.
2. PAL analyse
Elke 4 weken is een PAL analyse van de potgrond gemaakt. In de PAL analyse
wordt de totale hoeveelheid fosfaat bepaald, ook de fosfaat die gebufferd wordt
door de Compalox.
De bemonstering is gestart op 25 augustus 2005 (week 34).
De resultaten van de analyses staan in de grafieken hieronder.
Grafiek 4
300
250
200
150
100
50
0
25-8-2005
22-9-2005
p
Co
m
P+
L2,
0
P+
Co
m
J1,
0
Co
m
P+
H0,
5
p
p
p
P+
C
om
P
F0
D2,
0
P
C1,
0
P
B0,
5
P
28-10-2005
A0
Gemeten Totaal Fosfaat
Gemeten totaal Fosfaat in PAL analyse Potgrond
Recepten
De gemeten fosfaat in de PAL analyse geeft een duidelijk beeld van de gegeven
fosfaat in elk recept. De resultaten zijn grotendeels vergelijkbaar met de resultaten
van de 1:1,5 potgrondanalyse in grafiek 1. F-0 fosfaat+Compalox en H-0,5
fosfaat+compalox hebben een iets hoger fosfaat cijfer dan de A-0 fosfaat en de B0,5 fosfaat. Dat komt doordat de F en de H de fosfaat voor een gedeelte gebufferd
heeft. Daarnaast was in de A en B de fosfaat direct beschikbaar voor de plant.
3. Droge stof analyse
Tijdens de eindbeoordeling in week 44 zijn bladmonsters van iedere groep
genomen waarvan een droge stof analyse gemaakt is.
De resultaten van de analyse staan in de grafieken hieronder.
Grafiek 5
160
140
120
100
80
60
40
20
0
p
Co
m
P+
L2,
0
J1,
0
P+
Co
m
Co
m
H0,
5
P+
P+
C
F0
p
p
p
om
P
D2,
0
C1,
0
P
B0,
5
A0
P
28-10-2005
P
Gemeten fosfaat
Droge stof analyse Fosfaat in mmol/kg droge stof
Recepten
Grafiek 6
Droge stof analyse fosfaat in ppm
4500
4000
3500
3000
2500
2000
1500
1000
500
0
p
Co
m
P+
L2,
0
P+
Co
m
J1,
0
Co
m
P+
p
p
p
H0,
5
F0
P+
C
om
P
D2,
0
P
C1,
0
P
B0,
5
A0
P
28-10-2005
De resultaten van de droge stof analyse zijn duidelijk in lijn met de fosfaatgift per
recept.
In de recepten met Compalox is de gemeten fosfaat niet afwijkend in vergelijking
met de gemeten fosfaat in de recepten zonder compalox.
Uit de grafiek is duidelijk af te leiden dat wanneer er minder fosfaat gegeven wordt
er ook een lager droge stof gehalte gemeten wordt.
4. Bloemkleur/veroudering
Tussen de verschillende recepten was geen significant verschil in bloemkleur
waarneembaar.
In de 0-fosfaat groepen waren in de eindbeoordeling wél meer verouderde
bloemen aanwezig.
Hiervan zijn geen tellingen gedaan.
5. Fosfaat gebrek/overmaat
Tijdens de gehele proef zijn geen symptomen van fosfaat gebrek en/of fosfaat
overmaat waargenomen.
6. Wortelkluit
In de eindbeoordeling is de wortel kluit beoordeeld.
De foto hieronder geeft de normen aan hoe de kluiten beoordeeld zijn.
Vóór de beoordeling zijn de wortelkluiten zo goed mogelijk uitgespoeld.
Foto 1
De grafiek hieronder geeft de beoordeling van de wortelkluiten per recept.
Grafiek 7
Wortel beoordeling
L
K
J
I
H
G
F
E
D
C
B
A
Reeks1
G
em
id
de
ld
en
:
Wortelkwaliteit
3,5
3
2,5
2
1,5
1
0,5
0
Recepten
De resultaten van de wortelbeoordeling geven geen duidelijke lijn in vergelijking
met de gegeven recepten.
Waar in de Maxora White bij een oplopende fosfaatgift een verbeterende
wortelkluit geeft, is het bij de groep Maxora mix (Voor de wortelbeoordeling is
hieruit de Maxora Light Purple geselecteerd) een tegenovergesteld resultaat.
Compalox heeft geen invloed op de kwaliteit van de wortelkluit gehad.
7. Knolgrootte
In de eindbeoordeling is de knol beoordeeld. De diameter van de knol is gemeten
en de gegevens staan in de grafiek hieronder.
Grafiek 8
diameter knol
Diameter in mm
50,00
40,00
30,00
Reeks1
20,00
10,00
0,00
A
B
C
D
E
F
G
H
I
J
K
L
Recepten
De diameter van de knol is bij A-0 fosfaat en E+F-0 fosfaat+compalox duidelijker
groter dan in de overige recepten. Dit is goed te verklaren door de reactie van de
plant. Als een Cyclaam een gebrek heeft, geeft de plant een reactie alsof de plant
in rust gaat en wordt de knol dikker. Een andere mogelijkheid is dat door te weinig
fosfaat er te weinig transport van energie plaatsvindt waardoor de knol dikker is
geworden.
8. Aantal bladeren
In de eindbeoordeling is het aantal bladeren per plant per recept geteld.
De gegevens staan in de grafiek hieronder.
Grafiek 9
Aantal blaadjes per plant
L
K
J
I
H
G
F
E
D
C
B
A
Reeks1
G
em
id
de
ld
en
:
Aantal blaadjes
80
70
60
50
40
30
20
10
0
Recepten
Het aantal bladeren in de A-0 fosfaat en de E+F-0 fosfaat+compalox is duidelijk
lager dan in de overige recepten. Een overmaat aan fosfaat geeft niet een groter
aantal bladeren. In de recepten E t/m L is goed het effect van de compalox te zien.
F, H, J en L zijn in de Maxora Mix de recepten met compalox. Deze hebben in alle
gevallen een iets minder aantal bladeren dan de recepten zonder compalox. De
planten met weinig fosfaat hebben duidelijk minder bladeren.
9. Aantal bloemen
In de eindbeoordeling is het aantal bloemen per plant per recept geteld.
De gegevens staan in de grafiek hieronder.
Grafiek 10
Aantal bloemen per plant
L
K
J
I
H
G
F
E
D
C
B
A
Reeks1
G
em
id
de
ld
en
:
aantal bloemen
8
7
6
5
4
3
2
1
0
Recepten
Het aantal bloemen per plant wordt groter naarmate de fosfaatgift hoger wordt.
Het grootste verschil is er tussen de 0-fosfaat en de overige recepten.
Compalox heeft geen effect op het aantal bloemen per plant.
10. Plantdiameter
In de eindbeoordeling is de diameter per plant per recept gemeten.
De gegevens staan in de grafiek hieronder.
Grafiek 11
Diameter vd plant
L
K
J
I
H
G
F
E
D
C
B
A
Reeks1
G
em
id
de
ld
en
:
diameter in mm
350
300
250
200
150
100
50
0
Recepten
De diameter van de plant van de recepten zonder fosfaat (A, E, F) zijn duidelijk
kleiner dan de overige recepten. De verschillen in diameter tussen de recepten
van 0,5, 1 en 2 fosfaat zijn niet significant.
De compalox geeft een klein effect op de diameter. De planten van F, H, J en L
hebben een iets kleinere diameter in vergelijking met resp. E, G, I en K.
11. Algemene beoordeling
De planten van de recepten met 0-fosfaat waren van een matige kwaliteit. Zeer
compact, weinig blad en een matige plantopbouw. De bladeren waren dikker en
stugger dan de planten van de overige recepten. Ten opzichte van de plantgrootte
hadden de planten wél veel bloemen.
De verschillen tussen de 0,5 fosfaat, 1,0 fosfaat en de 2,0 fosfaat waren niet
significant.
Ter verduidelijking van het resultaat zijn hieronder een aantal foto’s ingevoegd van
de verschillende proef behandelingen
Foto 2
Foto is gemaakt op 5 september 2005 (week 36)
Foto 3
Recept 4
Recept 3
Recept 2
Recept 1
(2,0 P)
(1,0 P)
(0,5 p)
(0 p)
Hoog start
Norm. start
Lage start
Lage start
Fosfaat proef Maxora White 7 oktober 2005 ( week 40)
Foto 4
Recept 4
Recept 3
Recept 2
Recept 1
(2,0 P)
(1,0 P)
(0,5 p)
(0 p)
Hoog start
Norm. start
Lage start
Lage start
Fosfaat proef Compalox Maxora mix 7 oktober 2005 (week 40)
Foto 5
Recept 4
Recept 3
Recept 2
Recept 1
(2,0 P)
(1,0 P)
(0,5 p)
(0 p)
Hoog start
Norm. start
Lage start
Lage start
Fosfaat proef Maxora mix 7 oktober 2005 (week 40)
Opvallende zaken
-
De planten toonden geen gebrekverschijnselen van fosfaat
Het verschil tussen 0,5 fosfaat en 2,0 fosfaat was erg klein.
Fosfaat heeft een positief effect op de bloemkwaliteit maar de verschillen
per recept waren niet/nauwelijks waarneembaar.
-
Conclusie/aanbevelingen
• Het huidige fosfaat (1,0 mmol) niveau kan omlaag. Let op want dit is wel
afhankelijk van de PH, de gebruikte potgrond en gewenste einddiameter.
• Een te laag fosfaat niveau heeft wel negatieve effecten op de groei.
• Bij Maxora White en Maxora Mix geeft beperking van de fosfaatgift weinig
effect op de plantkwaliteit. Geen fosfaat gift heeft een slechte invloed op de
plantkwaliteit.
• De planten van 0-fosfaat waren van een matige kwaliteit. Er was nog wel
enige groei en bloei. Het lijkt erop dat de lage voorraad bemesting in de
potgrond en de mogelijk kleine fosfaat buffer in de knol in het zaailing
stadium fosfaat aan de plant beschikbaar stelt om deze groei te
waarborgen.
• Er is niet vastgesteld hoe andere rassen op fosfaat reageren.
• Een cyclaam laat slecht gebrek verschijnselen door een te laag fosfaat
niveau zien.
• Compalox heeft een klein effect op de diameter van de plant en op het
aantal bladeren per plant.
• Bepaal het fosfaat niveau vóór de teelt aan de hand van de gewenste
einddiameter.
• Breng het fosfaat niveau naar beneden in overleg met uw teelt adviseur.
Potgronden hebben een verschillende buffer voor fosfaat wat de
beschikbaarheid voor de plant kan verhogen of verlagen.
Aanbeveling
Zoek naar het optimale fosfaat niveau waarbij de cyclaam niet achter blijft in
ontwikkeling en groei. Het optimale fosfaat niveau zal naar aanleiding van dit
rapport ongeveer tussen een gift van 0,5 tot 1,0 mmol per liter fosfaat liggen.
Ga daar niet onder! Het is wel mogelijk maar besef wel dat het ook mis kan
gaan en dat het weinig meerwaarde geeft. Tevens is het niet nodig voor de
Glami-norm. Tenzij er cyclamen gekweekt moeten worden met een erg kleine
diameter.
Varinova BV en DLV plant gaan samen bespreken om in 2006 een vervolg op
deze proef uit te voeren.
Voor meer informatie:
DLV Potplanten, Martijn Gevers
Varinova BV, Bart Kuijer
Download