1. Klopt het dat de gemeente cliënten "veilt" die huishoudelijke hulp hebben? 2. Waarom heeft de gemeente voor dit nieuwe systeem gekozen? 3. Heeft de gemeente bij de invoering van dit nieuwe systeem met cliënten gesproken? 4. Hoe kom ik aan meer informatie over het nieuwe systeem en de tien aanbieders? 5. Hoe werkt het nieuwe systeem precies? Geldt in het nieuwe systeem dat de aanbieder met de laagste prijs wint? Is de prijs in het systeem de doorslaggevende factor? 6. Zorgt prijsconcurrentie er niet voor dat zorgaanbieders onder de kostprijs gaan werken en zo voor een neerwaartse prijsspiraal zorgen? 7. Krijg ik altijd de aanbieder die ik graag wil? 8. De voorkeur van de cliënt is niet absoluut gegarandeerd. Is dat niet in strijd met de keuzevrijheid uit de wet? 9. Hoe groot is de kans dat ik mijn vertrouwde hulp kwijtraak? 10. Kan ik de zorgaanbieder weigeren die voor mij is geselecteerd, als die niet mijn eerste voorkeur heeft? 11. Ik word gevraagd om een anti-voorkeur. Wat is dat en is het belangrijk? Wat moet ik doen als ik een bepaalde aanbieder pertinent niet wil hebben? 12. Ik heb de aanbieder die ik pertinent niet wil hebben, toch toegewezen gekregen. Hoe kan dat? 13. Waarom vindt er elk jaar een nieuwe selectie plaats en kan ik niet gewoon bij mijn zorgaanbieder blijven zolang ik dat wil? 14. Word ik vanaf nu elk jaar opnieuw geïndiceerd? 15. Komen al mijn privégegevens op internet? 16. Kan ik ook op een andere manier, dus niet via dit systeem, hulp in natura krijgen? 17. Wat moet ik doen als ik ontevreden ben over mijn aanbieder? Kan ik dan van aanbieder veranderen? 18. Aan welke eisen moeten aanbieders en hun personeel voldoen? 19. Hoe controleert de gemeente of de aanbieder goed zijn werk doet? 20. Hoe weet ik dat mijn indicatie afloopt en er een herindicatie moet plaatsvinden? 21. Hoe worden ik en mijn hulp geïnformeerd dat er iets gaat veranderen? 22. Hoe kan het dat mijn huidige aanbieder moet stoppen, maar er nog geen nieuwe aanbieder is? 23. Ik heb via de AWBZ verzorging/verpleging van een bepaalde aanbieder. Kan ik gegarandeerd ook de hulp bij het huishouden van deze aanbieder krijgen? 24. Ik krijg ineens een hulp die slecht Nederlands spreekt. Komt dat door het nieuwe systeem? 25. Ik krijg van mijn aanbieder geen vaste hulp(en), maar steeds een andere. Komt dat door het nieuwe systeem? 26. Ik moet elke dag gewassen worden, maar mijn verzorgende komt niet opdagen. Kan de gemeente hier iets aan doen? 1. Klopt het dat de gemeente cliënten "veilt", die huishoudelijk hulp hebben? Nee, de gemeente veilt geen cliënten. Een cliënt die recht heeft op ‘hulp bij het huishouden’, kan kiezen uit hulp in natura (geregeld door de gemeente) of een persoonsgebonden budget. Voor hulp in natura heeft de gemeenten met tien aanbieders een contract gesloten. Indien een cliënt kiest voor hulp in natura moet uit deze tien gecontracteerde aanbieders een keuze worden gemaakt wie de hulp gaat leveren. Deze selectie gebeurt op basis van meerdere factoren, zoals de voorkeur van de cliënt, de anti-voorkeur van de cliënt (wie wil hij niet), de levertijd, de kwaliteit/cliënttevredenheid en de prijs. Om de selectie uit te voeren, wordt een omschrijving van de hulpvraag (welke categorie hulp, hoeveel uur per week, in welk gedeelte van de stad) via een beveiligd niet-openbaar gedeelte van een website kenbaar gemaakt aan alle aanbieders. De aanbieder die intekent met de beste prijs/kwaliteitsverhouding, krijgt de meeste punten en wordt geselecteerd. 2. Waarom heeft de gemeente voor dit nieuwe systeem gekozen? Gemeenten zijn verplicht om “het product” hulp bij het huishouden zoals dat heet Europees openbaar aan te besteden. Dat is voor het eerst gebeurd in 2006. In 2007 en 2008 kwam het vaak voor dat cliënten die hulp aanvroegen bij de gemeente te lang moesten wachten op huishoudelijke hulp. Of dat de aanbieder waarvoor de cliënt een voorkeur had, geen nieuwe cliënten kon opnemen. Bovendien hadden cliënten soms te maken met een wisselende kwaliteit van de huishoudelijke hulp. Ook was er erg veel discussie tussen gemeenten en aanbieders over het tarief voor hulp bij het huishouden. Doorgaan met het oude systeem had daarom niet de voorkeur van de gemeente. Het gebruiken van de methode van aanbesteden uit 2006 kende bovendien een risico. Namelijk dat bepaalde inschrijvers, bijvoorbeeld een aanbieder met een goede kwaliteit maar ook een dure prijs, helemaal geen contract krijgen. Voor 2009 heeft de gemeente Leiden samen met de regiogemeenten gekozen voor een andere manier van aanbesteden. Elke geschikte aanbieder kon een contract krijgen van de gemeente, dus niemand viel buiten de boot. Daarnaast kozen de gemeenten tevens voor een nieuwe werkwijze, waarbij aanbieders beloond worden die de voorkeur van de cliënt hebben, die snel kunnen starten met hulp en aan wie cliënten een goed rapportcijfer geven. Zij maken de meeste kans om cliënten aan zich te binden. Ook hoeven aanbieders niet meer vooraf hun tarieven voor de duur van het contract (vaak 2 of 3 jaar) te bepalen. Zij kunnen hun tarieven nu dagelijks aanpassen op basis van actuele bedrijfsgegevens, zoals hun bezettingsgraad en de loonkosten van hun medewerkers. Zo zit een aanbieder nooit meer een paar jaar lang vast aan niet helemaal goed bekende tarieven, maar kan zij haar prijs elke dag bijstellen. 3. Heeft de gemeente bij de invoering van dit nieuwe systeem met cliënten gesproken? Jawel. De gemeente Leiden en omliggende gemeenten hebben over dit systeem uitgebreid gesproken met de adviesraden Wmo. Zij hebben ingestemd met de keuze die gemaakt is, namelijk dat de cliënt bij de aanvraag een voorkeur kan aangeven, dat deze voorkeur meetelt in het toewijzingssysteem en dat het systeem zo moet uitwerken dat veel cliënten (minimaal 85%) hun voorkeursaanbieder krijgen. De Wmo-adviesraden zijn het ook eens met het principe dat hierachter zit. Namelijk het principe dat er keuzevrijheid voor cliënten is, maar niet tot elke prijs, omdat de Wmo uit gemeenschapsgelden wordt betaald. 4. Hoe kom ik aan meer informatie over het nieuwe systeem en de tien aanbieders? Op de website van de gemeente Leiden (www.leiden.nl/wmo) vindt u meer informatie over zowel het nieuwe systeem als de tien aanbieders. U treft hier ook de folder “Hulp bij het Huishouden” en “Zorgaanbieders stellen zich aan u voor” aan. Ook de veel gestelde vragen staan op deze website. Voor andere vragen of het aanvragen van de genoemde folders kunt u contact opnemen met het Servicepunt Zorg. U kunt het Servicepunt Zorg van maandag t/m vrijdag van 9.00 – 16.00 uur telefonisch bereiken op 071-5165506. U kunt ook een email sturen aan [email protected]. 5. Hoe werkt het nieuwe systeem precies? Geldt in het nieuwe systeem dat de aanbieder met de laagste prijs wint? Is prijs in het nieuwe systeem de doorslaggevende factor? Cliënten die een aanvraag doen voor hulp bij het huishouden kunnen kiezen voor hulp in natura die geregeld wordt door de gemeente. Bij de aanvraag kunt u één aanbieder opgeven die uw voorkeur heeft en één aanbieder door wie u niet wilt worden geholpen. Als u recht heeft op hulp bij het huishouden, wordt een omschrijving van uw hulpvraag via een beveiligde niet-openbare website kenbaar gemaakt aan alle tien de aanbieders. De aanbieders kunnen aangegeven hoe snel zij de hulp kunnen leveren en voor welk tarief. Het systeem deelt punten uit voor: de voorkeur; de anti-voorkeur; het rapportcijfer voor cliënttevredenheid; de termijn waarop gestart kan worden met de hulp; de geboden prijskorting; (eventueel) het vervullen van de vangnetfunctie (bepaalde aanbieders hebben beloofd altijd cliënten te kunnen en willen opnemen). De prijs weegt dus inderdaad mee, maar is niet doorslaggevend. Voorbeeld Voor het rapportcijfer voor cliënttevredenheid krijgt een aanbieder per heel punt 40 punten (dus bij een rapportcijfer 8 krijgt men 320 punten). Een prijskorting van 1% staat gelijk aan 10 punten. Om op de factor prijs ook 320 punten te halen, moet een aanbieder een (niet reële) prijskorting bieden van 32%. Een opgegeven anti-voorkeur weegt zo zwaar mee, dat deze altijd gegarandeerd is. De aanbieder die intekent met de beste prijs/kwaliteitsverhouding, krijgt de meeste punten en wordt geselecteerd. 6. Zorgt prijsconcurrentie er niet voor dat zorgaanbieders onder de kostprijs gaan werken en zo voor een neerwaartse prijsspiraal zorgen? De prijsconcurrentie in dit systeem is nauw gekoppeld aan kwaliteit. Het feit dat het rapportcijfer voor cliënttevredenheid zwaar meeweegt in het systeem stimuleert aanbieders niet alleen te sturen op prijs, maar juist op kwaliteit. De gemeente gaat er namelijk vanuit dat je met te lage tarieven zeer waarschijnlijk ook niet dezelfde kwaliteit kan leveren als anderen en waarschijnlijk ook een lager rapportcijfer zal krijgen van cliënten en dus minder punten in het systeem. De prijsconcurrentie is er met andere woorden alleen op gericht om te komen tot een eerlijk marktconform prijsniveau. 7. Krijg ik altijd de aanbieder die ik graag wil? Meestal wel, maar niet altijd. Uw voorkeur is één van de factoren die de gemeente meeweegt bij de selectie uit de tien verschillende aanbieders, waarmee de gemeente een contract heeft. De aanbieder die intekent met de beste prijs/kwaliteitsverhouding, krijgt de meeste punten. Dat kan de aanbieder van uw voorkeur zijn, maar ook een andere aanbieder. Als uw voorkeur niet gehonoreerd wordt, kan dat verschillende oorzaken hebben: uw voorkeursaanbieder heeft niet ingetekend op uw hulpvraag; of uw voorkeursaanbieder heeft wel ingetekend, maar waarschijnlijk een latere startdatum aangegeven en/of een veel lagere prijskorting aangegeven dan de aanbieder die uiteindelijk voor u is geselecteerd. 8. De voorkeur van de cliënt is niet absoluut gegarandeerd. Is dat niet in strijd met de keuzevrijheid uit de wet? De keuzevrijheid uit de wet gaat er hoofdzakelijk over dat de cliënt het recht heeft om te kunnen kiezen tussen hulp in natura of een persoonsgebonden budget. Voor hulp bij het huishouden geldt bovendien dat de gemeente met meerdere aanbieders een contract moet sluiten. De gemeente voldoet dus op deze punten aan de wet. Ook in het oude systeem gold overigens dat de voorkeur van de cliënt niet volledig kon worden gegarandeerd, omdat bepaalde aanbieders niet konden leveren. 9. Hoe groot is de kans dat ik mijn vertrouwde hulp kwijtraak? Een garantie dat u uw vertrouwde hulp houdt, kan zowel de gemeente als uw zorgaanbieder niet geven. Net als voorgaande jaren kan uw aanbieder besluiten om uw bekende hulp te vervangen door een nieuwe hulp. Bovendien kan uw hulp een ander rooster krijgen, elders gaan werken of met pensioen gaan. Wat de gemeente wel van aanbieders vraagt, is dat zij zoveel mogelijk een vaste hulp aan cliënten geven. Het nieuwe systeem is zo in elkaar gezet dat veel cliënten van jaar op jaar hun voorkeursaanbieder zouden moeten krijgen. Als u uw voorkeuraanbieder krijgt, dan is het afhankelijk van uw aanbieder of uw vertrouwde hulp blijft komen. 10. Kan ik de zorgaanbieder weigeren die voor mij is geselecteerd, als die niet mijn eerste voorkeur heeft? Nee. De gemeente heeft ervoor gekozen om bij hulp in natura te kiezen voor dit systeem, waarbij er een selectie plaatsvindt uit tien aanbieders. Uw voorkeur weegt daarbij mee, maar is niet doorslaggevend. Het kan zijn dat uw voorkeursaanbieder helemaal niet heeft ingetekend op uw hulpvraag, omdat hij bijvoorbeeld op dit moment geen personeel beschikbaar heeft. Indien de selectie in uw geval niet de aanbieder van uw voorkeur heeft opgeleverd, krijgt u een andere aanbieder aangeboden die de hulp bij het huishouden ook goed kan uitvoeren. U heeft in dit geval de keuze: de aangeboden aanbieder te accepteren en die een kans te geven, een persoonsgebonden budget te nemen. Indien u de aangeboden aanbieder weigert én ook geen persoonsgebonden budget wilt, dan krijgt u geen hulp bij het huishouden via de gemeente. 11. Ik word gevraagd om een anti-voorkeur. Wat is dat en is het belangrijk? Wat moet ik doen als ik een bepaalde aanbieder pertinent niet wil hebben? Bij de aanvraag kunt u één aanbieder opgeven die uw voorkeur heeft en één aanbieder door wie u beslist niet wilt worden geholpen. Een opgegeven antivoorkeur weegt altijd zo zwaar mee, dat deze altijd gegarandeerd is. Indien u dus een bepaalde aanbieder niet over de vloer wilt krijgen, is het uitermate belangrijk om dit bij de aanvraag via de anti-voorkeur aan te geven. Bedenk hierbij overigens dat een aanbieder die wellicht een paar jaar geleden bepaalde zaken niet zo goed geregeld had, de zaken nu inmiddels weer op orde kan hebben gebracht. 12. Ik heb de aanbieder die ik pertinent niet wil hebben, toch toegewezen gekregen. Hoe kan dat? U heeft dan bij de aanvraag geen gebruik gemaakt van de mogelijkheid om een anti-voorkeur op te geven. De anti-voorkeur weegt zo zwaar mee, dat deze altijd gegarandeerd is. Indien u een bepaalde aanbieder niet over de vloer wilt krijgen, is het dus belangrijk om dit bij de aanvraag via de antivoorkeur aan te geven. Bedenk hierbij overigens dat een aanbieder die wellicht een paar jaar geleden bepaalde zaken niet zo goed geregeld had, de zaken nu inmiddels weer op orde kan hebben gebracht. 13. Waarom vindt er elk jaar een nieuwe selectie plaats en kan ik niet gewoon bij mijn zorgaanbieder blijven zolang ik dat wil? De gemeente maakt per cliënt een afspraak met een aanbieder in de vorm van een contract. Zo’n contract kan je niet sluiten voor langere tijd, omdat de wereld snel verandert. Zo verandert het salaris van het personeel elk jaar en ook andere kosten veranderen voortdurend. De gemeente heeft ervoor gekozen dat het contract per cliënt één jaar geldig is. Bij de nieuwe selectie wordt uw voorkeur als één van de factoren meegewogen. 14. Word ik vanaf nu elk jaar opnieuw geïndiceerd? Nee, uw indicatie is vaak voor meerdere jaren geldig en dat blijft zo. Wat verandert, is dat de gemeente elk jaar voor alle cliënten een nieuwe selectie doet. Bij de nieuwe selectie wordt uw voorkeur als één van de factoren meegewogen. 15. Komen al mijn privégegevens op internet? Nee, daar hoeft u niet bang voor te zijn. Om de selectie uit te voeren, wordt alleen een omschrijving van de hulpvraag (welke categorie hulp, hoeveel uur per week, in welk gedeelte van de stad, indicatieduur) kenbaar gemaakt aan alle tien aanbieders. Op het dynamisch selectiemodel worden dus alleen geanonimiseerde hulpvragen geplaatst. Deze geanonimiseerde hulpvragen zijn niet terug te herleiden tot een individuele cliënt. Pas als de hulpvraag aan een bepaalde zorgaanbieder is toegewezen, krijgt deze aanbieder net als voorheen de naam en adresgegevens van de cliënt. 16. Kan ik ook op een andere manier hulp, dus niet via dit systeem, in natura krijgen? Nee. De gemeente heeft ervoor gekozen om bij hulp in natura te kiezen voor dit systeem, waarbij er een selectie plaatsvindt uit tien aanbieders. Een andere manier voor hulp in natura (waarbij gemeente de hulp regelt en betaalt) is er niet. Het alternatief is het kiezen voor een persoonsgebonden budget. Daarmee kunt u zelf hulp inkopen. 17. Wat moet ik doen als ik ontevreden ben over mijn aanbieder? Kan ik dan van aanbieder veranderen? Als u ontevreden ben over uw aanbieder en/of haar medewerker, dan meldt u dat bij uw zorgaanbieder. Met wat soepelheid van beide kanten zullen veel problemen of klachten in goed onderling overleg kunnen worden opgelost. Als problemen na herhaaldelijke bespreking met uw aanbieder niet worden opgelost, meldt dit dan bij uw consulent van de Unit Zorg of het Servicepunt Zorg. Zij zullen kijken of het probleem alsnog kan worden verholpen. Als dat niet mogelijk blijkt te zijn, dan kan in het uiterste geval de gemeente een andere aanbieder voor u selecteren. Voor alle duidelijkheid: het gaat daarbij dan om klachten die verband houden met het aantoonbaar structureel slecht schoonmaken, het structureel geen vaste hulp inzetten of zonder overleg regelmatig een week de hulp overslaan. Dus niet om klachten over het minder goed kunnen vinden met uw nieuwe hulp of discussies tussen u en uw hulp over de precieze invulling van de hulp, bijvoorbeeld of ramen 1x per 2 of 3 weken gezeemd moeten worden. In die gevallen kunt u bij de nieuwe selectie (ieder jaar) de zorgaanbieder waar u niet tevreden over bent vermelden bij de anti-voorkeur. 18. Aan welke eisen moeten aanbieders en hun personeel voldoen? De gemeente biedt zowel kleine als grote aanbieders een kans om hulp in het huishouden te leveren aan cliënten. De tien gecontracteerde aanbieders moeten in staat zijn om zowel de eenvoudigere vorm van hulp (categorie A) als de hulp bij het huishouden aan minder zelfredzame mensen (categorie B) te leveren. Het personeel van de aanbieders moet aan de volgende eisen voldoen: Een goede beheersing van de Nederlandse taal Een servicegerichte en cliëntvriendelijke instelling Goede sociale en communicatieve vaardigheden Kennis en/of ervaring met hulp bij het huishouden; Het kunnen signaleren van bijzonderheden en veranderingen in de cliëntsituatie Inlevingsvermogen hebben en hulpvaardig zijn Respect voor geloofsovertuiging en/of leefwijze van de cliënt Discreet omgaan met vertrouwelijke informatie Basiskennis (of ervaring) met betrekking tot de omgang met specifieke doelgroepen (bijvoorbeeld mensen met een lichamelijke beperking, verstandelijke beperking, psychisch (sociale) problematiek, allochtone cliënten) Het stimuleren van de zelfredzaamheid van de cliënt 19. Hoe controleert de gemeente of de aanbieder zijn werk goed doet? De gemeente biedt aan bijna 2500 cliënten hulp in het huishouden. Zij kan niet elke week controleren of het huishoudelijke werk bij al deze cliënten goed is gedaan. De gemeente kijkt steekproefsgewijs of de aanbieders en hun personeel hun werk goed doen. De oren en ogen van cliënten zijn dus belangrijk voor de gemeente. Indien u als cliënt ontevreden bent over het werk van uw aanbieder, meldt dit dan zo snel mogelijk bij deze aanbieder. Geef deze aanbieder de tijd om zichzelf te verbeteren. Als er onverhoopt geen verbetering komt, meldt dit dan bij uw consulent van de Unit Zorg of het Servicepunt Zorg. Daarnaast zal de gemeente twee keer per jaar via een korte vragenlijst naar uw tevredenheid vragen. Vul in wat u van uw hulp, het verrichte werk en uw aanbieder vindt. Ook op basis van deze signalen krijgt de gemeente zicht op de prestaties van aanbieders bij de cliënten thuis. 20. Hoe weet ik dat mijn indicatie afloopt en er een herindicatie moet plaatsvinden? In de beschikking die u van de gemeente heeft gekregen, staat ook hoe lang uw indicatie geldig is. Noteer de einddatum in uw agenda en vraag tijdig een nieuwe indicatie aan. U bent zelf verantwoordelijk voor een nieuwe aanvraag en dat deze tijdig bij de gemeente is, zodat er eventueel een aansluitende nieuwe indicatie kan volgen. U krijgt circa 8 weken voor het aflopen van uw indicatie tevens een herinneringsbrief van de gemeente. 21. Hoe worden ik en mijn hulp geïnformeerd dat er iets gaat veranderen? Indien u vanwege het aflopen van uw indicatie een nieuwe aanvraag heeft ingediend, ontvangt u bericht van de gemeente of u nog steeds recht heeft op hulp bij het huishouden. Indien u nog steeds recht heeft op huishoudelijk hulp vindt een nieuwe selectie plaats uit de tien aanbieders. Indien u uw herindicatie tijdig heeft aangevraagd, gebeurt dit ruim voor het einde van uw oude indicatie. U ontvangt dan in principe een paar weken voor de ingangsdatum van een nieuwe indicatie, bericht van de gemeente welke aanbieder is geselecteerd. Uw huidige aanbieder en uw hulp weet in dat geval circa een maand van te voren of zij de hulp aan u blijven leveren. Vanwege de overgang naar het nieuwe systeem kan in een aantal gevallen in januari en februari 2009 zijn voorgekomen, dat de termijn waarop u en uw hulp hoorden van een mogelijke verandering soms korter was. 22. Hoe kan het dat mijn huidige aanbieder moet stoppen, maar er nog geen nieuwe aanbieder is? Dit kan gebeuren indien u vanwege het aflopen van uw indicatie niet tijdig een nieuwe aanvraag voor indicatie heeft ingediend. Als u te laat bent met het aanvragen van een verlenging van uw indicatie, is er een kans dat uw huidige aanbieder al moet stoppen met de hulp, terwijl er nog geen nieuwe aanbieder is gevonden. Regel uw herindicatie daarom op tijd! Het kan ook voorkomen dat u uw aanvraag voor een nieuwe indicatie wel tijdig heeft ingediend. Maar dat het de gemeente vanwege bijzondere omstandigheden niet lukt uw indicatie tijdig opnieuw vast te stellen. In die gevallen zal de gemeente regelen dat uw hulp blijft doorlopen. Vanwege de overgang naar het nieuwe systeem kan het in de eerste maanden van 2009 bij een aantal mensen gebeurd zijn dat het stoppen van de huidige aanbieder en het starten van de nieuwe aanbieder soms niet helemaal naadloos aansloot. 23. Ik heb via de AWBZ verzorging/verpleging van een bepaalde aanbieder. Kan ik gegarandeerd ook de hulp bij het huishouden van deze aanbieder krijgen? Nee. De gemeente is verantwoordelijk voor de huishoudelijke hulp en niet voor de AWBZ-zorg. De gemeente werkt bij hulp in natura met een systeem waarbij gekozen wordt uit tien aanbieders. Uw voorkeur weegt daarbij mee, maar is niet doorslaggevend. Het kan dus voorkomen dat u de huishoudelijke hulp van de ene instelling krijgt en de AWBZ-zorg van een andere instelling. Bedenk hierbij trouwens dat de opleidingseisen aan een verzorgende die u bijvoorbeeld komt wassen anders zijn dan aan diegene die uw huis komt schoonmaken. Indien u de huishoudelijke hulp en de zorg wel van één thuiszorginstelling zou krijgen, dan worden er om die reden vaak sowieso twee verschillende personen ingezet. 24. Ik krijg ineens een hulp die slecht Nederlands spreekt. Komt dat door het nieuwe systeem? Nee, net als voorheen verlangt de gemeente van het personeel van aanbieders dat zij de Nederlandse taal goed beheersen. Indien u een hulpverlener krijgt die geen Nederlands spreekt, komt dit niet door het nieuwe systeem, maar betekent dit dat uw aanbieder op dit moment op dit onderdeel niet de afgesproken kwaliteit levert. 25. Ik krijg van mijn aanbieder geen vaste hulp(en), maar steeds een andere. Komt dat door het nieuwe systeem? Nee, dit probleem is er immers al langer in de thuiszorg. Net als voorheen verlangt de gemeente echter dat cliënten zoveel mogelijk met één vaste hulp of een paar vaste hulpen te maken krijgen. Indien u steeds een andere hulpverlener krijgt, komt dit niet door het nieuwe systeem, maar betekent dit dat uw aanbieder op dit moment op dit onderdeel niet de afgesproken kwaliteit levert. 26. Ik moet elke dag gewassen worden, maar mijn verzorgende komt niet opdagen. Kan de gemeente hier iets aan doen? Nee. De gemeente is verantwoordelijk voor de huishoudelijke hulp en niet voor de AWBZ-zorg, zoals persoonlijke verzorging of verpleging. Voor klachten over de AWBZ-zorg moet u bij de aanbieder van die zorg zijn.