De Gouden eeuw in de Nederlanden De politieke achtergronden • Luther en Calvijn hadden een aantal principiële bezwaren die hoorden bij het katholieke geloof • 1517: de 95 stellingen op de kerk in Wittenberg Één van de grote bezwaren • Aflatenhandel - Luther werd de wegbereider voor de hervorming - groot voordeel voor hem was de boekdrukkunst! • Antwerpen was Europees handelscentrum • Gewesten waren erg verschillend, ondanks dat er één vorst was: Karel V • Karel V wilde een echte eenheidsstaat en was streng tegen calvinisme • Gevolg beleid: tussen 1523-1566 meer dan 1300 mensen ter dood veroordeeld Leiders van De Nederlanden 1566: Beeldenstorm als aanloop tot de 80-jarige oorlog (1568-1648) Tijdens die opstand: Een nieu Geusen Lieden Boecxken (1570) Waaruit ook ons ‘Wilhelmus’ • Het ‘Wilhelmus’ is een lied tégen de Spaanse overheersing Het Wilhelmus Een Nieu Christelick Liedt Wilhelmus van Nassouwe Ben ick van Duytschen bloet, Den Vaderlant getrouwe Blyf ick tot in den doot: Een Prince van Oraengien Ben ick vrij onverveert, Den Coninck van Hispaengien Heb ick altijt gheeert. Sociaal-economische achtergronden • 1585: De val van Antwerpen Prent, 1613 • Amsterdam werd na 1585 nieuw centrum van de macht • De economische bloei was enorm, onder ander ook door de handel via de • In de groeiende stad werd ook veel gebouwd. • Belangrijke architecten zijn Hendrik de Keyser en Jacob van Campen Welk gebouw is dit en wie is de architect? • • • • De gegoede burgerij regeerde de Republiek Kunst werd door en voor burgers Nieuwe codes voor in de stad dmv kunst bepaald Tijd voor luxe en vermaak (nieuwe schilderkunst en literatuur) De Gouden eeuw in de Nederlanden • In de schilderkunst: Jan Steen, Rembrandt, Frans Hals en Johannes Vermeer Vermeer, Het meisje met de parel Jan Steen, De burgemeester en zijn vrouw • In de literatuur: Christiaan Huygens, P.C. Hooft, Bredero en Joost van den Vondel • Voor de opleiding van de grote schrijvers waren nog steeds de rederijkers van grote invloed. • D´Egelantier (Bredero, Hooft, Coster), Het Wit Lavendel (Vondel) Jan Steen, De rederijkers 1664 De Renaissance vanuit Italië • Algemeen idee: wedergeboorte van de klassieke oudheid • Architectuur: Vitruvius als bron en klassieke gebouwen Brunelleschi, Iglesia de san Lorenzo Florence • In de schilderkunst werden voornamelijk thema´s uit de klassieke oudheid overgenomen. Amor vincit omnia • Rafaël, School van Athene 1610 • In de literatuur kwam hernieuwde aandacht voor klassieke genres als de komedie en de tragedie. • Nieuwe genres: emblematiek en het sonnet. Het humanisme • Tijdens de heroriëntatie op klassieke kunst, ook op klassieke denken • Zelfontplooiing centraal • Grote ontwikkelingen op het gebied van de natuur. • Copernicus, Galileo e.a. ontdekten de zon als middelpunt van ons heelal Hoe van Italië naar Nederland? • De ideeën uit de Renaissance verspreidden zich langzaam over de rest van Europa: eerst Spanje, dan Frankrijk, Engeland, Nederland en Duitsland. • De boekdrukkunst en post of nieuwsberichten waren belangrijk voor verspreiding De literatuur in De Nederlanden • Lyriek. Vaak over de liefde, waarbij onderscheid werd gemaakt tussen platonische en zinnelijke liefde. • Beroemd werk is Het Antwerps liedboek (1544) • Het sonnet. 14 dichtregels met vast rijmschema en een volta. • Gebaseerd op Petrarca (1304-1374), die veel over zijn geliefde Laura dichtte Sonnet van Petrarca DIE OGEN Die ogen gloedvol door mij beschreven, die armen, handen, voeten en gezicht, waardoor ik vaak innerlijk werd ontwricht en met geen mensen kon samenleven; Krulharen met filigraan geweven, die zoete glimlach op mij gericht, in een verloren paradijs gezwicht, waar elk goed gevoel werd prijsgegeven. Zo leef ik, vol woede en levenswee, zonder haar uitstraling die ik aanbad, nu mijn schip leksloeg op de levenszee. Ga weg, liefdeslied, uit mijn gedachten, nu de gave verdween die ik bezat; Van nu af aan bral ik jammerklachten. Anti-petrarkisme door Fockenbroch 1 Aan juffrouw NN Hoe zal ik best u lof verhalen? O schone! die zo menig malen Mijn deur, en stoep de eer aan doet, Van daar uw weg verbij te maken: En die mij schier mijn gal doet braken, Als ik u over straat ontmoet. 2 Helaas! Hoe menig duizend werven Heb ik gedacht door u te sterven? Uit pure ontzinde razernij; Wanneer ik u niet kon ontwijken, Maar juist dat bakhuis aan moest kijken, Dat steeds de koorts jaagt door mijn pij. 3 Derhalve, om niet stil te blijven Wil ik uw deugd eens gaan beschrijven, Mits ik van ganser harte wens, Dat ieder eens mag oordeel strijken, Een beest, een nikker of een mens. … 8 Uw kromme neus staat op uw bakhuis; Gelijk een schoorsteen op een kakhuis; En is, als recipient Van verrotte exhalatie, Die door vuile distallatie Uw gorgel steeds naar boven zendt. 9 Uw mondje vol gehuurde tanden, Zo wijd als twee span van mijn handen, Spreekt met een dodelijke galm; En word van lipjes toegesloten, Die, spijt Robijn, en ro’ Caroten, Gekleurd zijn als gekookte zalm. • Toneel. Werd vooral in steden gespeeld, was o.i.v. stadsbestuur, opiniërend • Functie was het publiek een spiegel voor te houden • Twee genres: klucht/komedie en tragedie • Tragedie: hooggeplaatste personages gaan ondergang tegemoet • De taal is verheven en de stof is ontleend aan bijbel, klassieken of geschiedenis • Vaste structuur volgens Seneca of Aristoteles • Komedie en klucht. Lagere klassen in de hoofdrol, happy end • Taal was spreektaal • Personages lieten zich altijd leiden door primaire driften • Emblematiek. Drieledig: motto, pictura en onderschrift.