Buitenland 2 Economie proefwerkweek 4 Buitenland 2 Op de valutamarkt -> geheel van vraag en aanbod van valuta’s -> hier worden de valuta’s gewisseld Koers van de valuta = de waarde van de valuta uitgedrukt in een andere valuta Bv 1€ = 1.27$ De koers wordt bepaald door: vraag en aanbod -> zwevende koersen Vraag naar de valuta Aanbod + + Koers stijgt Koers daalt Appreciatie Depreciatie Als Europese bedrijven naar het buitenland exporteren dan gaat het globaal zo. OF En als Amerika naar ons exporteert dan zal het geld natuurlijk net andersom lopen. Export je kan natuurlijk verschillende dingen exporteren. Deze hebben dan ook allemaal een eigen deel op de betalingsbalans Export: 1. Goederen 2. Diensten - kaas - varkens - elektronica - auto’s - enz… - toerisme - transport 3. Inkomens - verzekeringen -> primaire inkomen -> overdracht 4. kapitaal *loon (arbeid) *winst (kapitaal) * ontwikkelingshulp - investeren - krediet (lening) - beleggen Betalingsbalans De betalingsbalans is een systematisch overzicht van ontvangsten van het buitenland en uitgaven aan het buitenland Vb. betalingsbalans van een euroland. Goederenrekening 100 80 +20 Dienstenrekening 50 40 +10 Inkomensrekening 65 100 -35 Lopende rekening 215 220 -5 Kapitaalrekening 30 10 +20 Materieel saldo van de betalingsbalans 245 230 +15 Door een positieve betalingsbalans zal de koers van de € appreciëren Valuta reserve opbouwen Deviezen reserve opbouwen Internationale betaalmiddelen De goederen en kapitaalrekening worden ook wel de handels en de vermogensrekening genoemd Invloed wisselkoers op de export en de import Export Import Koerstijging (appreciatie) Koersdaling (deppreciatie) Flexibele wisselkoersen euroland + Werkgelegenheid + - + Saldo betalingsbalans + als het saldo van de betalingsbalans positief is dan stijgt de koers van de € (appreciatie) daardoor daalt de export maar stijgt de import daardoor daalt de betalingsbalans dan daalt de import dus ook weer en stijgt de export … enz… conclusie: de wisselkoers zorgt er voor dat te korten op de betalingsbalans automatisch verdwijnen (dit is een voordeel) Nadelen: - valuta risico door onvoorspelbare koersen - onzekerheid Vaste wisselkoersen Voordelen: - meer zekerheid (de prijs ligt vast) - minder risico / minder kosten Nadelen: - tekort op de betalingsbalans berdwijnt niet van zelf (door middel van appreciatie / depresciatie ) - door tekorten put je je deviezen voorraad uit. Oplossing: land met tekorten moet de munt devalueren (= verlagen van de vaste munt in de wisselkoers) Land met overschotten moet hun munt revalueren (= verhogen van de waarde van de vaste munt) Inflatie Inflatie is het stijgen van het prijspijl dus als je een algemene inflatie stijgen alle prijzen met ongeveer dat getal