Complicatie Verschijnselen Oorzaak Behandeling Voorkomen Een ophoping van bloed. Een lekkend bloedvat, t.g.v. een mislukte punctie bij het inbrengen of bij het verwijderen van de canule. Omhooghouden van het lichaamsdeel. Bij het verwijderen van de canule, gedurende 3-4 minuten licht op de punctieplaats drukken. Zwelling na de punctieplaats. Temperatuur verschil. I.p.v. in het bloedvat loopt het infuus subcutaan (in het omliggende weefsel). Vroegtijdig ontdekken. Onmiddellijk verplaatsen. Cardiale, pulmonale en/of cerebrale problemen. Lucht in het systeem. Behandelen van de verschijnselen. Cardiale, pulmonale en/of cerebrale problemen. Een bloedstolsel aan de katheter of vaatwand wat loslaat en door de veneuze bloedstroom naar het hart en de pulmonale circulatie wordt getransporteerd. Behandelen van de verschijnselen. Zorgen voor voldoende veneuze stuwing en een zorgvuldig voorbereide venapunctie. Probeer nooit een vat te prikken dat niet duidelijk afgetekend is. Gebruik van soepele catheters. Correct fixeren. Controle temperatuur van de huid. Let op mogelijke zwelling. De perifere vene (met canule) mag zich niet boven het infuus bevinden. Alles moet goed ontlucht zijn, alvorens het wordt aangesloten. Zorg dat het infuus afgesloten wordt voordat de zak leeg is. Gebruik infusiesets die lang genoeg zijn om tot beneden de insteekplaats te zakken. Het systeem dient te zijn voorzien van goede luer-lock aansluitingen. Gebruik van een canule met een kleine diameter. Zo min mogelijk gebruik maken van de benen. Wanneer het infuus stopt t.g.v. stolselvorming, moet de canule verplaats worden (spoel de catheter niet door!). Hematoomvorming Infiltraatvorming Luchtembolie Trombo-embolie 1 Complicatie Flebitis Sepsis Verschijnselen Oorzaak De eerste symptomen zijn roodheid en pijn op de plaats waar het infuus is ingebracht. Later ontstaan er een zwelling en een palpeerbare veneuze streng boven het gebied waar zich de canule bevindt. Verhoogde temperatuur kan op een plaatselijke infectie wijzen. Hoge koorts. Koude rillingen. Sterke moeheid. Bloedingen. Shock. Anorexie. Degeneratieve orgaan verschijnselen. Chemische of mechanische irritatie, of van een infectie. Ernstige gevallen (roodheid tot meer dan 5 cm en etter ter plaatse van de insteekopening) kunnen zich ontwikkelen tot een sepsis. Behandeling Voorkomen Afname van bloed voor bloedkweken en uitgebreid overleg. Aseptisch werken. Kleinst mogelijk diameter gebruiken. Voorkom bewegen van de katheter. Verdun irriterende geneesmiddelen. Verplaats het infuus iedere 48 tot 72 uur. Gebruik een katheter in polyurethraan die in de vene soepeler wordt. Afname van bloed Aseptisch werken. voor Kleinst mogelijk bloedkweken en diameter uitgebreid gebruiken. overleg. Voorkom bewegen van de katheter. Verdun irriterende geneesmiddelen. Verplaats het infuus iedere 48 tot 72 uur. Gebruik een katheter in polyurethraan die in de vene soepeler wordt. 2