Literaire activiteitenschaal in ontwikkelingsperspectief (onvolledig) belevend toetsend over literatuur met literatuur taalgebruik van personages toetsen aan de realiteit identificerend met gerichte ondersteuning opvallende metaforen betekenis geven geschiedenis (fabel) navertellen (samenvatting): beknopte samenvatting maken (chronologie reconstrueren & hoofdzaken en bijzaken onderscheiden, hoofdlijn volgen) (uiterlijk van) personages beschrijven en diens handelen navertellen inleven in personages (zou jou zoiets kunnen overkomen, of ken je iemand die zoiets is overkomen) normerend (zwart/wit) reageren op het gedrag van personages, bijvoorbeeld keuzes, daden, opvattingen, diverse beoordelingswoorden gebruiken mbv beoordelingsschalen persoonlijke oordeel formuleren (niet alleen kreten, maar ervaring ook toelichten) spiegelen: wat zou ik gedaan hebben … reflecteren over de vraag: wat is het verschil tussen een leuk boek en een goed boek? advies van docent bij leerling van hetzelfde niveau ondersteunen informatie verschaffen aan medeleerlingen (zonder de clou te verklappen) vraaggesprek met medeleerling over persoonlijke mening Theo Witte – Literaire ontwikkeling analyserend letterkundig verdiepend academisch beschouwend spontaan opvallende metaforen ontdekken en betekenis geven (of met gerichte ondersteuning weinig expliciete metaforen ontdekken en betekenis geven) samenvatting van internet halen, kritisch lezen en eventueel aanpassen spontaan metaforen ontdekken en betekenis geven experimenteel taalgebruik herkennen; verschillende stijlfiguren (ironie, paradox etc.) als stijlmiddel herkennen de stijl van een roman karakteriseren zich verplaatsen in verschillende personages (bijv. Maarten en Vera in Hersenschimmen) en hun gedrag verklaren (motieven zoeken) op basis van de tekst gedrag van personages verklaren vanuit de tekst, maar ook vanuit cult.historische context (bijv. Beatrijs, Max Havelaar) psychoanalytische motieven herkennen (zoals verdringing, projectie, Oedipuscomplex) eigen respons analyseren: waarom vond ik dat nou mooi? of waarom kwam ik er niet doorheen? is zich ervan bewust dat hijzelf als lezer de interpretatie kleurt (onderscheid maken tussen subject en object: wat zit er in het boek en wat zit er in mij?) leeservaringen, interpretaties en oordelen uitwisselen met leeftijdsgenoten en deze kritisch vergelijken interpretaties van experts (recensenten kwaliteitsbladen) bestuderen en deze afzetten tegen de eigen interpretatie en leeservaring voert gelijkwaardige dialoog met expert (docent). HSN – 15 november 2003 presentatie parafrase, samenvatting tekening schriftelijke antwoorden op (tamelijk) gesloten vragen grafiek spanningsopbouw (met toelichting) Theo Witte – Literaire ontwikkeling ander einde verzinnen en schrijven dagboek of gefingeerde briefwisseling dramatische verwerking (met groepje iets in scène zetten) medeleerling interviewen scenario, script, verfilming van bijvoorbeeld een sleutelfragment rollenspel interview auteur opstel over morele kwesties (bijv. bij Rico’s vleugels, De aanslag) studie periode literatuurgeschiedenis, biografie auteur zelf een kort verhaal schrijven vergelijking met andere literaire werken recensie – voor docent studie van letterkundig artikel (bijv. over motieven bij Mulisch, of over klassieke thema’s bij Claus) gelijkwaardige dialoog met expert studie poetica auteur HSN – 15 november 2003