Inhoud Tabel 1. Frequentie van extraglandulaire manifestaties (%) bij primair syndroom van Sjögren Tabel 2. Amerikaans-Europese criteria voor het stellen van de diagnose syndroom van Sjögren Tabel 3. Therapie Tabel 1. Frequentie van extraglandulaire manifestaties (%) bij het primaire syndroom van Sjögren vermoeidheid 70-90 artritis (niet-erosief) 20-30 fenomeen van Raynaud 40-50 lymfadenopathie 15-20 vasculitis 5-20 pulmonale betrokkenheid 20-30 renale betrokkenheid 10-15 betrokkenheid van maag, darm, 5-60 lever endocriene aandoeningen 10-20 perifere neuropathie 15-20 myositis 1-2 maligne lymfoom 5-10 Tabel 2. Amerikaans-Europese criteria voor het stellen van de diagnose syndroom van Sjögren 1 Oogsymptomen Positief antwoord op ten minste één van de volgende drie vragen: a Hebt u sinds meer dan drie maanden dagelijks aanhoudende klachten van droge ogen? b Hebt u een steeds terugkerend zandkorrelgevoel in de ogen? c Gebruikt u meer dan driemaal daags kunsttranen? 2 Mondsymptomen Positief antwoord op ten minste één van de volgende drie vragen: a Hebt u sinds meer dan drie maanden dagelijks klachten van een droge mond? b Hebt u last van steeds terugkerende of aanhoudende speekselklierzwellingen op volwassen leeftijd? c Moet u regelmatig drinken bij het eten van droog voedsel om het eten weg te slikken? 3 Oogtesten Objectieve aanwijzing voor oogaantasting, gebaseerd op een positief resultaat bij ten minste één van de volgende twee testen: a Schirmertest, uitgevoerd zonder anesthesie ( 5 mm/5 min.). b score met Bengaals rood of een andere oogkleur ( 4 volgens Van Bijsterveld-score, schaal 09) 4 Histologische kenmerken Focusscore 1 in biopt van lipspeekselklieren (definitie focus: agglomeratie van 50 mononucleaire cellen; definitie focusscore: aantal foci/4 mm2 lipspeekselklierweefsel) 5 Speekselklieraantasting Objectieve aanwijzing voor speekselklieraantasting, gebaseerd op een positief resultaat bij ten minste één van de volgende drie testen: a daling van de secretie van ongestimuleerd totaal speeksel (sialometrie) tot 1,5 ml/15 min. b sialectasieën bij parotissialografie c verminderde opname, verminderde concentratie en/of verminderde excretie van tracer bij speekselklierscintigrafie 6 Autoantistoffen aanwezigheid van Anti-Ro/SS-A of Anti-La/SS-B of beide in het serum Regels voor classificatie primair syndroom van Sjögren (pSS): a de aanwezigheid van vier van de zes items, zolang item 4 (histopathologie) of 6 (serologie) positief is, of: b de aanwezigheid van drie van de vier objectieve items (items 3, 4, 5, 6) (zie volgende pagina) Secundair syndroom van Sjögren (sSS) Voor patiënten met een potentieel geassocieerde ziekte (b.v. een andere goed gedefinieerde bindweefselaandoening) is de aanwezigheid van item 1 of item 2 plus nog twee van de items 3, 4 en 5 een indicatie voor het secundair syndroom van Sjögren Tabel 3. Therapie symptomen Therapie Oogheelkundig zandkorrelgevoel, droge ogen, brandende ogen Mondheelkundig monddroogheid ’s nachts, wel speekselklierfunctie na stimulatie – – – – – kunsttranen/gel (Duratears, Vidisic) topicaal corticosteroïden topicaal ciclosporine 0,05% traanwegen pluggen farmacologische stimulatie (Pilocarpine; Salagen) of viskeus kunstspeeksel (Oral Balance) monddroogheid ’s nachts, onvoldoende speekselklierfunctie na stimulatie monddroogheid overdag, wel speekselklierfunctie na stimulatie – viskeus kunstspeeksel (Oral Balance) – – – monddroogheid overdag, onvoldoende speekselklierfunctie na stimulatie recidiverende parotitis – gustatoire stimulatie (zuur, mint) mechanische stimulatie (kauwgum) farmacologische stimulatie (pilocarpine; Salagen, 5 mg, max. 4× daags) combinatie viskeus en minder viskeus kunstspeeksel (Xialine, Saliva Orthana) – – stimulatie met vitamine C en massage amoxicilline/clavulaanzuur (3× daags 625 mg p.o., ten minste 2 weken) mild: artralgie, myalgie, moeheid – – – nsaid’s lage dosis steroïden (7,5-15 mg/dag) hydroxychloroquine (200-400 mg/dag) Systemisch ernstige – orgaanbetrokkenheid (vasculitis, long, nier, darm, – zenuwstelsel) – MALT-lymfoom – – – – – hoge dosis prednisolon: 0,5-1 mg/kg/dag methylprednisolonpuls: 1000 mg/dag (3 dagen) azathioprine, cyclofosfamide (i.v./oraal), ciclosporine, methotrexaat biologicals (in studie) expectatief chirurgie radiotherapie/chemotherapie anti-CD20 monoklonale antistoffen (MabThera)