NOTA voor Burgemeester en Wethouders Onderwerp: Structuur Brandweer Regio Stedendriehoek Notanr.: 2001.2845 BRW/BHV 15 februari 2001 Agenda BenW 23 FEB 2001 agendapunt: 1 B&W dd. 23-2001.2001 Besloten wordt: 1. In hoofdlijnern in te stemmen met de notitie inzake de structuur van de Brandweer Regio Stedendriehoek; 2. De notitie te bespreken in de commissie ABZ; 3. Na bespreking in de commissie ABZ de gemeentelijke reactie voor het DB regio Stedendriehoek op te stellen. OPENBAARMAKING: dit besluit openbaar te maken COMMUNICATIE: FINANCIELE ASPECTEN: Financiële gevolgen gemeente? nee TOELICHTING/OVERWEGINGEN: Naar aanleidingvan een aantal - min of meer autonome – ontwikkelingen in de brandweersamenwerking in de regio Stedendriehoek heeft op verzoek van enkele gemeenten (waaronder Deventer) een nadere discussie in het portefeuillehoudersoverleg plaatsgevonden over de wijze waarop de structuur voor de brandweersamenwerking in de regio voor de komende jaren gestalte zou moeten krijgen. Een van de randvoorwaarden daarbij was dat een eventuele structuuraanpassing niet belemmerend mocht zijn voor de in gang gezette ontwikkelingen waar het betreft het samengaan van Regionale Brandweer en Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen (GHOR) in casu ambulancezorg in de Regio Stedendriehoek met die van de Regio'’ Achterhoek en Noordwest Veluwe per uiterlijk 2003.Deze ontwikkeling van samengaan past overigens in het Rijksbeleid om te komen tot grotere en samenhangende hulpverleningsregio’s van politie, brandweer en GHOR/ ambulancezorg. Het projectvoorstel om te komen tot samengaan van enerzijds de Brandweerregio’s en anderzijds de GHOR/ambulancezorg, waaronder de brandweeralarmcentrales en Centraal Posten Ambulancevervoer (CPA), is in voorbereiding en zal in februari/maart aan de gemeenten voor commentaar worden gezonden. De voorliggende notitie is voorbereid door een werkgroep, bestaande uit burgemeesters van Apeldoorn (vz), Bathmen, Gorssel en Voorst en de commandant van de Regionale Brandweer met ondersteuning van dhr. Assies, hoofd beleidszaken van de Regionale brandweer en mevr. Hoekstra, bestuursondersteuner van de gemeente Deventer. Het portefeuillehoudersoverleg van december 2000 en het DB van 10 januari j.l. hebben inmiddels met het voorstel ingestemd. Het ligt in de bedoeling het stuk in maart a.s. aan de regioraad ter vaststelling voor te leggen. Het project Versterking Brandweer en de verschillende rampsituaties die landelijk de afgelopen jaren hebben plaatsgevonden hebben een enorme impuls gegeven aan het streven tot kwaliteitsverbetering van de brandweerorganisatie, het nadenken over de wijze waarop deze moet zijn toegerust en voorbereid op alle onderdelen van de zgn veiligheidsketen. Vanuit de gewenste kwaliteitsverbetering, regionale samenwerking en kostenoogpunt is het voor deze punten noodzakelijk om op grotere schaal intensievere samenwerking te zoeken. Door op deze wijze samen te werken zal de kwaliteitsverbetering van de basisbrandweerzorg ook doorwerken in de organisatie voor het grootschalig optreden. Tevens kan op deze wijze een eenduidig beleid voor preventie, pro-aktie en oefeningen worden opgezet waarbij de continuïteit is gewaarborgd. Het is duidelijk dat de beschreven, voorgestane organisatiestructuur en het geschetste model in de bijlage van de notitie niet het eindplaatje kan zijn. Waar herbezinning op de samenwerking op het gebied van brandweerzorg sowieso aan de orde was, dient dit thans te worden geplaatst in het licht van de eerder genoemde ontwikkelingen van samengaan met de brandweerregio’s Achterhoek en Noordwest Veluwe en de ontwikkelingen rond de vorming van de GHOR regio. Naast organisatorische consequenties zal een en ander te zijner tijd tevens consequenties hebben voor de gemeenschappelijke regeling. In de notitie staan kort samengevat de volgende voorstellen: 1. de omvang van het takenpakket van de regionaal commandant, die naast regiocommandant tevens commandant is van de brandweerkorpsen Apeldoorn, Deventer, Lochem en Zutphen en Vorden bereikt het maximum van wat menselijkerwijs verwacht mag worden. 2. In de nieuwe samenwerkingsstructuur is de regionaal commandant verantwoordelijk voor de uitvoering van de regionale taken en de kwaliteitsbewaking van de uitvoering van de gemeentelijke brandweerzorg. 3. De steunpunten Deventer, Apeldoorn en Zutphen vormen met de omliggende gemeenten drie clusters. 4. Deze clusters krijgen een (cluster)commandant die verantwoordelijk is voor het commandantschap in de steunpuntgemeente en de andere clustergemeenten. De (cluster)commandant blijft voor specifieke onderdelen van zijn functie hiërarchisch onder de regionaal commandant vallen. In de overige clustergemeenten wordt een zgn. coördinator basisbrandweerzorg aangesteld die voor de dagelijkse gang van zaken het aanspreekpunt is voor de burgemeester en het brandweerkorps van die betreffende gemeente. Dit leidt tot een districtachtige structuur, die ook inpasbaar zal zijn in de opgeschaalde brandweerregio. Elke gemeente blijft cf. de wet verantwoordelijk voor de brandweerzorg, maar de wijze waarop kan op verschillende manieren geregeld worden. Duidelijk is dat er sprake is van een groeimodel. Voor Deventer is dit model goed werkbaar, maar de steunpuntfunctie en de daarbij behorende taak voor omliggende gemeenten vereisen alert te zijn op de (toekomstige) organisatorische en financiële gevolgen hiervan. Door de portefeuillehouders is besloten de structuur nu nog niet door te voeren omdat op vrij korte termijn de samenvoeging met de andere regio’s tot stand moet worden gebracht en dat dit dan weer organisatorische aanpassingen tot gevolg zullen hebben. De voorgestelde structuurwijziging wordt ingebracht als uitgangspunt voor de Regio Stedendriehoek. Daarbij zullen de ondernemingsraden betrokken zijn. De “Notitie inzake de structuur van de Brandweer Regio Stedendriehoek” is de OC van de sector BHV ter hand gesteld.