Koningin Wilhelminalaan 5 | 3527 LA Utrecht Postbus 2758 | 3500 GT Utrecht T 030 - 233 23 37 | [email protected] Postbank 194416 | KvK 40532318 Midden-Nederland Notitie Datum: Onderwerp: Aan: Van: 20 september 2013 Factsheet analyse Miljoenennota onderdeel Werk en Inkomen Divosa-leden Luciënne Middelhof | T 030 – 233 2337 | [email protected] De belangrijkste beleidsvoornemens Arbeidsmarktimpulsen > Sectorplannen Het kabinet stelt 600 miljoen euro beschikbaar voor cofinanciering van plannen van werkgevers en werknemers die bijdragen aan behoud van werk. In het sociaal akkoord is afgesproken dat het kabinet door cofinanciering van sectorplannen ondersteuning zal bieden bij inspanningen om mensen die hun baan dreigen kwijt te raken via (inter-)sectorale mobiliteit en scholing aan de slag te houden. Ook het bieden van kansen aan mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt kan rekenen op steun, evenals het bieden van kansen aan jongeren om werkervaring op te doen. Daarnaast kunnen sectorplannen bijdragen aan duurzame inzetbaarheid van werknemers, bijvoorbeeld door het inzetten van oudere vakkrachten voor coaching en begeleiding. > Jeugdwerkloosheid Uit het Europees Sociaal Fonds wordt 30 miljoen extra beschikbaar gesteld voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Dit geld komt boven op de 50 miljoen die al eerder voor dit doel is uitgetrokken. Jongeren in het middelbaar beroepsonderwijs worden via het School Ex programma gestimuleerd langer door te leren en te kiezen voor een opleiding met meer arbeidsmarktrelevantie. Daarnaast wordt een impuls gegeven aan de regionale aanpak van de jeugdwerkloosheid. > Werkloze ouderen In totaal is voor de jaren 2013 en 2014 in totaal 67 miljoen extra uitgetrokken om oudere werklozen aan het werk te helpen. Hierbij gaat het om extra inspanningen op het gebied van re-integratie van oudere werklozen, het intensiveren van netwerkgroepen en het organiseren van inspiratiedagen voor oudere werklozen om hen te helpen bij het vinden van werk. Participatiewet > In 2014 treffen het Rijk, (organisaties van) gemeenten, sociale partners, cliëntenorganisaties en anderen samen de voorbereidingen voor de invoering van de Participatiewet per 1 januari 2015. Deze wet biedt ondersteuning aan mensen met een grote afstand tot de arbeidsmarkt. > In 2014 komen de eerste 5000 banen beschikbaar voor mensen met een arbeidsbeperking. Deze banen maken deel uit van de afspraken uit het Sociaal Akkoord om 125.000 banen voor mensen met een arbeidsbeperking beschikbaar te stellen. Als er niet voldoende banen worden gerealiseerd dan voert het kabinet alsnog een wettelijke quotumregeling in. WWB-maatregelingen: Er is een wetsvoorstel Maatregelen WWB in voorbereiding met hierin aandacht voor: > Kostendelersnorm Per 2015 wordt een kostendelersnorm ingevoerd in de bijstand. Het normbedrag van de WWB wordt verlaagd naarmate in een huishouden meer inwonende volwassenen aanwezig zijn. Dit levert een besparing op van 95 miljoen structureel vanaf 2015. > Fraudewet De in 2013 in werking getreden Wet aanscherping handhaving en sanctiebeleid SZW-wetgeving (Fraudewet) zal de komende jaren op zowel de invoering als de uitvoering worden gemonitord. Het kabinet zal extra maatregelen nemen om misbruik en fraude bij toeslagen tegen te gaan. Deze zullen door de Belastingdienst en BZK worden geïmplementeerd. > Naleving Naleving van de arbeids- en re-integratieplicht. Ernstige misdragingen tegen ambtenaren worden zwaarder bestraft en ook belemmering van uitstroom naar werk door kleding of gedrag worden strenger aangepakt. > Handhaving Via de programma Effectiviteit & Vakmanschap wordt ingezet op scholing van de uitvoerders. Handhaving staat of valt namelijk met de vakbekwaamheid van de uitvoerders. Aanvullend start in 2014 een cultuurtraject met de uitvoering. De kern hiervan is uitvoerders te wijzen op het belang van het aanspreken van cliënten op de naleving verplichtingen. In 2014 worden ook de regels tegen het licht gehouden en wordt gekeken waar het simpeler kan. Ook voorlichting draagt hieraan bij. De campagne «Weet hoe het zit» wordt verbreed en er komt ook voorlichting over het naleven van de plicht om alles te doen om werk te vinden en Nederlands te leren. Bundeling van regelingen > Huishoudentoeslag In de huishoudentoeslag zullen de huidige zorgtoeslag, het kindgebonden budget, de huurtoeslag en een ouderencomponent worden geïntegreerd tot 1 toeslag per huishouden. De huishoudentoeslag wordt gefaseerd ingevoerd. In 2015 zal in plaats van de huidige regeling voor ouderen (MKOB) en de fiscale ouderenkortingen een ouderencomponent voor de huishoudentoeslag worden geïntroduceerd. waarin het budget van de fiscale ouderenkortingen wordt opgenomen. In 2017 wordt het kindgebonden budget toegevoegd aan de huishoudentoeslag. Daarna zal ook de huurtoeslag in vereenvoudigde vorm deel gaan uitmaken van de huishoudentoeslag. > 2 Kindregelingen Het kabinet hervormt, vereenvoudigt en versobert de kindregelingen. Doel hiervan is de beschikbare middelen op een rechtvaardige en effectieve manier in te zetten voor inkomensondersteuning aan ouders en om arbeidsparticipatie van ouders te bevorderen. De bedragen voor het kindgebonden budget worden bevroren. De kinderbijslag voor oudere kinderen gaat stapsgewijs omlaag naar die van kinderen tot 6 jaar. Het stelsel van kindregelingen wordt vanaf 2015 teruggebracht tot vier regelingen met elk een eigen logisch doel: kinderbijslag; kindgebonden budget; combinatiekorting en de kinderopvangtoeslag. In 2017 wordt het kindgebonden budget toegevoegd aan de huishoudentoeslag. Armoedebeleid / Schuldhulpverlening / Wtcg > Voor 2014 is er 80 miljoen beschikbaar voor het aanpakken van armoede en schulden. In de jaren daarna wordt dat 100 miljoen. Het belangrijkste doel is het tegengaan van armoede onder gezinnen met kinderen, zodat ook deze kinderen een goede start kunnen maken. Een deel van deze middelen – circa 5 miljoen euro – wordt gebruikt om de Sportimpuls te verhogen en de subsidie aan het Jeugdfonds te verlengen. > Schuldpreventie zal steeds meer nadruk krijgen. Dan gaat het bijvoorbeeld om het versterken van de zelfredzaamheid van burgers door gerichte voorlichting en het vergroten van het financiële bewustzijn onder jongeren. Maar ook om problematische betalingsachterstanden vroegtijdig te signaleren en te stimuleren dat verantwoordelijke partijen zoals gemeenten en schuldeisers meer dan nu het geval is hun verantwoordelijkheid nemen. Daar waar toch problematische schulden zijn ontstaan, is het van belang het bestaansminimum te garanderen via de beslagvrije voet die een minimum bedrag om van te leven garandeert, via de inrichting van een beslagregister en via het opstellen van een rijksincasso visie. Het kabinet informeert de Tweede Kamer eind dit jaar over de uitwerking en concretisering van de visie op het rijksincasso. > De tegemoetkoming voor arbeidsongeschikten op grond van de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg) gaat van 342 naar 247 euro netto per jaar. > Het kabinet schaft per 2014 de landelijke inkomensregelingen voor financiële compensatie voor chronisch zieken en gehandicapten af. Het gaat om de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg), de Compensatieregeling Eigen Risico (CER) en de fiscale regeling voor aftrek van specifieke zorgkosten en de daarmee samenhangende Tegemoetkoming Specifieke Zorgkosten (TSZ). Na een korting zal het budget van de bestaande regelingen worden overgeheveld naar het gemeentefonds. Het gaat om een bedrag van € 700 miljoen structureel vanaf 2017. Gemeenten kunnen maatwerk bieden door het compenseren van beperkingen met voorzieningen via de Wmo of het geven van directe inkomenssteun via de individuele bijzondere bijstand. De middelen zijn niet geoormerkt. Concrete vragen, suggesties, toevoegingen en op- of aanmerkingen kunt richten aan Luciënne Middelhof, bereikbaar via 030 – 233 2337 en het mailadres [email protected]. 3