Grensoverschrijdende Toekomstvisie Cultuur 2015-2020

advertisement
Grensoverschrijdende
Toekomstvisie Cultuur
2015-2020
INTERREG IVA People-to-People-project
Deskundigenonderzoek
Auteur: Bernward Tuchmann
Mede mogelijk gemaakt door:
www.deutschland-nederland.eu
TUCHMANN Kulturberatung
Kellermannstr. 8 · 48149 Münster
Gustav-Müller-Str. 39 · 10829 Berlin
[email protected]
www.tuchmann-kulturberatung.de
Inhoud
TUCHMANN Kulturberatung
TUCHMANN Kulturberatung
1. Opdrachtp. 04
2. Methode p. 05
3. Subsidiebeleid van de partners p. 07
4. Evaluatie van de interviews p. 11
5. Samenvattingp. 19
6. Informatiep. 21
7. Deskundigenp. 22
8. Projectpartners p. 23
3
1. Opdracht
2. Methode
Het INTERREG IV A/People-to-People-project “Grensoverschrijdende Toekomstvisie
Cultuur 2015-2020” is een samenwerkingsproject van de provincies Gelderland en Overijssel,
de Emsländische Landschaft e.V. voor de Landkreise Emsland en Grafschaft Bentheim,
de Bezirksregierung Münster en de Landkreis Osnabrück. De EUREGIO treedt binnen dit
project niet als stakeholder op, maar fungeert primair als lead partner in een coördinerende
en ondersteunende rol.
Om tot een betrouwbaar overzicht te komen, zijn in het kader van de door de EUREGIO
verleende opdracht diverse onderzoekmethodes toegepast:
Het project zal worden afgesloten met een symposium begin 2015. Tijdens dit symposium
zullen de resultaten van dit onderzoek worden besproken en de verdere stappen om te komen
tot een nieuw, nog uit te werken EUREGIO-project (INTERREG-programma) op het gebied van
cultuur worden bediscussieerd.
In de opdrachtverlening voor dit onderzoek waren de volgende concrete doelstellingen
geformuleerd:
- een euregionaal overzicht verschaffen waarin wordt weergegeven welke raakvlakken er
zijn tussen de politieke beleidsplannen en strategieën, de feitelijke activiteiten van culturele
instellingen en de wensen van cultuurliefhebbers. Aan de hand daarvan kunnen concrete,
duurzame en grensoverschrijdende vormen van samenwerking worden geïnitieerd en
projecten worden gerealiseerd.
- concrete aanbevelingen doen voor mogelijke grensoverschrijdende projecten binnen
het Euregio-gebied. Doel is het identificeren van veelbelovende en specifieke thema’s,
die mogelijkheden voor breed gedragen cultuurprojecten openen. Daarnaast is het doel
de voorwaarden te benoemen, die voor het welslagen van grensoverschrijdende cultuurprojecten noodzakelijk zijn.
TUCHMANN Kulturberatung
Voorafgaand aan de opdrachtverlening hebben de projectpartners een voorstel gedaan
welke culturele organisaties en deskundigen bij het onderzoek betrokken c.q. voor het project
geïnterviewd kunnen worden. De feitelijke selectie van de interviewpartners is door de opdrachtnemer gedaan. Onderzocht is welke mogelijkheden voor grensoverschrijdende samenwerking
er naar de mening van de geïnterviewden zijn, welke daarvan door deze deskundigen en hun
organisaties gedragen kunnen worden en of zij in grensoverschrijdende samenwerking een
meerwaarde zien.
4
Het onderzoek ging in augustus 2014 van start met eerste afstemmingsgesprekken tussen de
EUREGIO als opdrachtgever en TUCHMANN Kulturberatung als opdrachtnemer. Vervolgens
heeft de opdrachtnemer individueel met de opdrachtgever EUREGIO en elk van de projectpartners gesproken. De communicatie met de opdrachtgever en de projectpartners verliep in de
beleving van de auteur in een professionele, open en collegiale sfeer.
De onderzoeksresultaten worden hierbij, in overeenstemming met de opdracht, in de vorm van
een bondige en resultaatgerichte tweetalige (Nederlands, Duits) rapportage voor het eind van
2014 overlegd.
Het centrale element ofwel het “hart” van het voor u liggende onderzoeksrapport bestaat uit de
resultaten van interviews, die zijn gehouden met beleidsambtenaren, culturele organisaties en
deskundigen op cultureel gebied in alle regio’s van de projectpartners. De vragen, die aan de
interviews ten grondslag lagen, zijn in nauw overleg met de EUREGIO geformuleerd. Tijdens de
interviews is erop gelet dat het ging om een regionaal onderzoek naar de belangstelling voor en
wensen tot mogelijke grensoverschrijdende samenwerking. Dat wil zeggen dat projectsubsidiëring e.d. uitdrukkelijk geen onderwerp van dit onderzoek was.
Voor wat betreft de inhoud van het onderzoek is ervoor gekozen het begrip “cultuur” zeer breed
te definiëren en het niet al bij voorbaat in te perken. Hetzelfde gold voor het begrip “grensoverschrijdend”. Mogelijke (toekomstige) samenwerkingsvormen kunnen daarmee zowel programma-inhoudelijk als logistiek worden geïnterpreteerd.
De communicatie tussen de onderzoeker en de interviewpartners verliep in drie fasen:
de uitgekozen deskundigen kregen via een voor alle interviewpartners en deelregio’s gestandaardiseerd verzoek (per e-mail in zowel het Nederlands als het Duits) met een korte toelichting op het project het verzoek door middel van een interview medewerking te verlenen aan
het project. Vervolgens zijn met de gesprekspartners afspraken voor individuele gesprekken
gemaakt. Ter voorbereiding op dit gesprek kregen zij vooraf een lijst met vijf voor het onderzoek
relevante kernvragen toegestuurd.
Het feit dat alle projectpartners vooraf informatie over het onderzoek hebben verspreid en de
regionale deskundigen om hun medewerking hebben verzocht, vormde een belangrijke steun
voor de werkzaamheden van de onderzoeker.
Degenen die op de eerste uitnodiging niet hadden gereageerd ontvingen na een redelijke tijd
een “vriendelijke herinneringsmail” waarin zij opnieuw het verzoek kregen mee te werken aan
een interview. Wanneer zij ook op tweede verzoek niet reageerden, ontvingen de personen,
die niet tot een interview bereid of in staat waren, een verzoek om de vragen schriftelijk te
beantwoorden. Daartoe kregen zij de vragen als tekstbestand, waarin de antwoorden rechtstreeks konden worden ingevuld, toegestuurd.
De interviews met de deskundigen werden in alle vijf partnerregio’s gehouden in de periode
7 oktober t/m 20 november 2014. Vanwege het grote aantal gesprekken dat moest worden
gevoerd en omwille van een efficiënte logistiek en tijdsplanning vonden de meeste gesprekken
gebundeld plaats op een aantal achtereenvolgende dagen en op enkele centrale locaties
(voornamelijk Osnabrück, Nordhorn, Münster, Deventer, Arnhem).
TUCHMANN Kulturberatung
Het project “Grensoverschrijdende Toekomstvisie Cultuur 2015-2020” bestaat uit meerdere
delen. De basis wordt gevormd door het nu voor u liggende externe onderzoeksrapport dat is
opgesteld met het doel de wensen en “visies” van de culturele instellingen en organisaties voor
wat betreft Nederlands-Duitse culturele samenwerking te documenteren.
Er is een flankerend onderzoek uitgevoerd om informatie te verzamelen over een aantal wezenlijke vragen en thema’s. Centraal daarbij stond het huidige cultuurbeleid van de projectpartners.
In dit flankerende onderzoek kwamen vragen aan de orde als “Aan welke culturele activiteiten
hebben de partners in hun regio tot nu toe steun verleend?”, “Welke thema’s en ontwikkelingen
binnen de cultuursector of culturele deelgebieden zijn van belang?”, “Zijn resultaten van eerder
onderzoek naar de wensen van cultuurliefhebbers beschikbaar?”, “Welke grensoverschrijdende
cultuurprojecten zijn al uitgevoerd en welke conclusies kunnen daaruit worden afgeleid?”
5
Vooraf was met 69 organisaties en potentiële interviewpartners contact gelegd. Daarvan namen
er 46 (precies 2/3 deel) aan het onderzoek deel. Er zijn 32 interviews gehouden met in totaal 37
deskundigen; 14 organisaties reageerden door de vragen schriftelijk te beantwoorden.
3. S
ubsidiebeleid
van de projectpartners
De gesprekken duurden telkens 45-60 minuten en hadden steeds dezelfde structuur. Eerst werd
gevraagd op welke terreinen en binnen welke speerpunten de organisatie actief is. Vervolgens
werd gevraagd de vijf vragen te beantwoorden. De inhoud van de gesprekken werd geregistreerd door middel van geluidsopnames, aangevuld met schriftelijke notities. Om te waarborgen
dat de kwaliteit van de gesprekken taalkundig gezien aan beide zijden van de grens gelijk was,
werd de onderzoeker tijdens de gesprekken met Nederlandse deskundigen bijgestaan door een
vertaalster.
Hieronder wordt in een bondig euregionaal overzicht weergegeven wat het cultuurbeleid van de
projectpartners inhoudt en welke subsidiebeleid zij op cultuurgebied hanteren. Het overzicht is
een samenvatting en alfabetisch gerangschikt (Emsländische Landschaft, Gelderland, Münsterland, Osnabrücker Land, Overijssel). De websites van de projectpartners (zie bijlage) bieden
gedetailleerdere informatie.
Tijdens het onderzoek is bovendien geconstateerd dat gedegen en betrouwbare analyses
over de concrete behoefte aan en gebruik van culturele voorzieningen onder cultuurliefhebbers
ontbreken.
3.1 Emsländische Landschaft
De Emsländische Landschaft verleent met middelen van de deelstaat Niedersachsen steun
aan regionale projecten op het gebied van onafhankelijk professioneel theater, theaterpedagogie, musea, muziek, literatuur, beeldende kunst, sociaal-culturele thema’s, kunstscholing voor
jongeren, regionaal dialect en heemkunde. Zo is in 2013 subsidie verleend aan meer dan
60 regionale projecten. De grondslag voor de subsidieverlening is een tussen het Ministerium für
Wissenschaft und Kultur (MWK) van de deelstaat Niedersachsen en de Emsländische Landschaft gesloten prestatieovereenkomst.
69 organisaties en
potentiële interviewpartners
46 deelnemers
32 interviews
37 deskundigen
14 organisaties reageerden schriftelijk
De regionale cultuursubsidies zijn bedoeld voor kunstenaar en cultuurmakers, verenigingen,
groepen, maar ook voor individuele personen, die een subsidieverzoek kunnen indienen.
Besluitvormende organen van de Emsländische Landschaft, die zich door deskundigen laten
bijstaan, bepalen hoe de middelen worden ingezet
De Emsländische Landschaft organiseert om het jaar een bijeenkomst met het doel de aandacht
te vestigen op actuele onderwerpen, die in het landelijke gebied spelen. In voordrachten en
workshops worden uiteenlopende facetten van de thema’s, die op dat moment centraal staan,
belicht en wordt ingegaan op actuele maatschappelijke veranderingen. De thema’s, die tot nu
toe aan de orde kwamen, waren: “Demografie”, “De toekomst van onze dorpen”, “Plattdeutsch”
(regionaal dialect) en “Eerste Wereldoorlog”.
6
3.2 Provincie Gelderland
De sleutelwoorden binnen het huidige cultuurbeleid van de provincie Gelderland zijn “talentontwikkeling” en “innovatie”. In het Gelderse cultuursubsidiebeleid is in de afgelopen jaren een
verschuiving te zien geweest van de klassieke subsidieverlening naar een professionalisering
van de cultuur, die in de concrete beleidsuitvoering als “professioneel partnerschap” wordt
omschreven: de provincie investeert in cultuur op basis van heldere afspraken en definieert de
tegenprestaties. Als belangrijk geldt daarbij vooral een duidelijke economische en maatschappelijke meerwaarde.
TUCHMANN Kulturberatung
TUCHMANN Kulturberatung
Daarnaast wordt regionale betrokkenheid gewaardeerd door middel van de uitreiking van
diverse prijzen. Zo worden een “landschapsmedaille” verleend aan personen met bijzondere
verdiensten en de “prijs van de Emsländische Landschaften” aan sterk betrokken verenigingen
en personen. De “landschapsstimuleringsprijs” en de “scholierenprijs voor cultuur en geschiedenis” zijn speciaal bedoeld voor jongeren die bijzondere prestaties hebben geleverd.
De Emsländische Landschaft ondersteunt uit eigen middelen de werkgroepen “volksdans en
folklore” en “dialecttheater” en vervolgopleidingen voor muziekverenigingen in de regio.
7
Met het programma “Cultuur en Erfgoed 2013-2016” ontstond een nieuwe werkwijze. Doordat
het cultuurbudget aanzienlijk is verlaagd, is de rol van de provincie veranderd. De “klassieke”
wijze van subsidieverlening is verdwenen en in plaats daarvan investeert men nu, samen met
de nationale overheid, gemeenten en bedrijven, in nieuw creatief talent, innovaties in de cultuursector en kwaliteitsverbetering.
3.4 Landkreis Osnabrück
Hoofdtaken van het cultuurbureau zijn cultuurbevordering en vorming van culturele netwerken
in de Landkreis Osnabrück. Subsidie wordt verleend aan culturele activiteiten met een regionale
betekenis. Het cultuurbureau fungeert daarbij als contactbureau voor iedereen die op cultuurgebied in een netwerk actief wil zijn.
De provincie stelt zich daarbij in gelijke mate als partner, regisseur, financier en makelaar op.
Inhoudelijke speerpunten voor de subsidieverlening zijn de deelgebieden “cultuur”, “cultureel
erfgoed” en “cultuur en erfgoed”:
Het cultuurbureau van de Landkreis Osnabrück richt zich met zijn cultuurbeleid op de doelstellingen en speerpunten zoals verwoord in de eerste cultuurnota van de deelstaat Niedersachsen
(2010). Centrale thema’s zijn het aanspreken van de jongere generatie en deze tot maatschappelijke betrokkenheid stimuleren, inspelen op de demografische veranderingen en de integratie
van migranten.
3.3 Bezirksregierung Münster
Het regionale cultuurbeleid van de deelstaat Nordrhein-Westfalen is gericht op profilering
en vergroting van de aantrekkingskracht van de historisch gegroeide culturele regio’s. In het
bijzonder gaat het daarbij om het tot stand brengen en intensiveren van communicatie en
samenwerking tussen cultuurmakers en cultuurverantwoordelijken in de regio. De deelstaat
ondersteunt bundeling van het bestaande potentieel en van de beschikbare middelen met het
oogmerk het culturele aanbod te verbeteren en culturele activiteiten in stand te houden
Volgens het regionale cultuurbeleid dient de cultuur gerelateerd te zijn aan andere beleidsvelden
zoals stadsontwikkeling, toerisme, economie, sport, monumentenzorg e.d., onder andere om de
interesse van nieuwe partners te verwerven.
TUCHMANN Kulturberatung
Culturele regio’s zijn in de loop van de geschiedenis gegroeid en hebben zich landschappelijk
verschillend ontwikkeld. De “Culturele regio Münsterland” is een van de in totaal tien culturele
regio’s (vijf in Westfalen en vijf in het Rheinland) in NRW. Subsidies zijn mogelijk voor:
8
-projecten en activiteiten die bijdragen aan verbetering van de culturele structuren, van het
regionale voorzieningenniveau (theater, orkest, museum, bibliotheek, muziekschool, volkshogeschool, vrije kunstsector) en de uitwisseling van informatie
-projecten en activiteiten die de toegankelijkheid van culturele evenementen en instellingen
verbeteren, bijdragen aan de ontwikkeling van cultuurmarketing en afstemming van het
cultuuraanbod, bijv. gezamenlijke afspraken over programma’s en prioriteiten
-culturele scholingsactiviteiten, bijv. ondersteuning van initiatieven voor nieuwe cultuurvormen, gespreksrondes, ontwikkeling van initiatieven met een voorbeeldfunctie
-projecten waarbinnen nieuwe vormen van samenwerking tussen cultuur en economie
centraal staan
-initiatieven ter behoud van cultuurgoederen in de regio’s
Daarnaast streeft men ernaar een groter deel van de bevolking bij cultuur te betrekken en
meer dan tot nu toe in te zetten op regionaal gerichte en drempelverlagende cultuurpromotie.
De deelstaat Niedersachsen heeft zich grondwettelijk ertoe verplicht zijn culturele erfgoed te
beschermen, maar staat tegelijkertijd open voor nieuwe culturele impulsen.
Culturele vorming is niet alleen in het cultuurbeleid van de deelstaat, maar ook in de Landkreis Osnabrück een hoofdthema. Het doel is mogelijkheden te bieden voor deelname aan het
culturele landschap die ertoe bijdragen dat kunst en cultuur integraal deel van de samenleving
worden.
Cultuur voor een breed publiek en sociaal-culturele activiteiten vragen om bijzondere samenwerking tussen samenleving en politiek. Daarom ondersteunt de Landkreis Osnabrück, behalve de
culturele activiteiten van regionale verenigingen en organisaties, ook musea in het gebied van
de Kreis. Daarnaast is het voor cultuur in het landelijke gebied noodzakelijk speciale beleidsdoelen vast te stellen. Culturele economie wordt in toenemende mate beschouwd als een
economische (vestigings-)factor omdat de economische aantrekkelijkheid en betekenis van een
regio erdoor worden beïnvloed en de betekenis van een regio als bestemming voor een dagtocht
of een vakantie hiermee wordt versterkt.
3.5 Provincie Overijssel
In de provincie Overijssel gelden kunst, cultuur en cultureel erfgoed als kernelementen van de
culturele identiteit. Doel van het regionale cultuurbeleid van de provincie Overijssel is het behoud
en de verdere ontwikkeling van deze identiteit.
Cultuur wordt beschouwd als motor voor ontwikkeling en groei, die daarom in al haar facetten
brede steun verdient. Kunst, cultuur en cultureel erfgoed versterken als identiteitskenmerk de
lokale economie, dragen bij aan innovatie en werkgelegenheid, vergroten de aantrekkingskracht
voor recreanten en toeristen en zorgen bovendien voor sociale cohesie.
Ook de provincie Overijssel heeft in haar beleidsprogramma cultuur 2013-2016 centrale doelstellingen op het gebied van het behoud en de ontwikkeling van de culturele identiteit geformuleerd.
Genoemd worden de volgende hoofddoelstellingen:
-behoud en ontwikkeling van cultureel erfgoed
Voor subsidieaanvragen kan in het Regierungsbezirk Münster contact worden opgenomen met
het Kulturbüro van Münsterland e.V. in Greven.
-bevordering van de culturele identiteit (bieden van een kansrijke en inspirerende
omgeving aan creatieve talenten en hun cultureel ondernemerschap)
-voortzetting van de bevordering van cultuuronderwijs en cultuurparticipatie
TUCHMANN Kulturberatung
-cultuur (ondersteuning van toptalent en de creatieve industrie binnen de sectoren podiumkunsten, beeldende kunst, mode en design, bibliotheken en media, festivals)
-cultureel erfgoed (sector erfgoed is innovatief en ondernemend, begeleiding van publiek
van musea, voorstellingen en concerten, cultureel erfgoed zichtbaar maken)
-cultuur- en erfgoedpact (dynamiek door bestuurlijke partnerschappen met gemeenten,
vraaggericht werken, meer middelen voor uitvoering in plaats van voor coördinatie,
programmaprioriteiten: vrijetijdseconomie, cultuurparticipatie, regionale identiteit)
9
De culturele basisinfrastructuur van de provincie Overijssel bestaat uit vijf instellingen, waarvoor
in beginsel jaarlijks middelen in de begroting worden gereserveerd. Andere culturele instellingen
met een bijzonder aanbod kunnen voor hun activiteiten eveneens subsidiemiddelen aanvragen.
4. Evaluatie van de interviews
De ontwikkeling van de identiteit wordt rechtstreeks gekoppeld aan ondernemerschap en
innovatie. Deze identiteit wordt bepaald door tradities, verbondenheid, (cultuur-)landschap en
cultureel erfgoed. Men wil de identiteit behouden door het “reanimeren van cultureel erfgoed”
en door duurzaam gebruik van de ruimte. Door concentratie op kerntaken en verhoging van de
effectiviteit en de efficiëntie kunnen structurele besparingen worden gerealiseerd. Tegelijkertijd
worden echter ook investeringen aangekondigd.
4.1 Geslaagde cultuurprojecten
“Kunt u voorbeelden noemen van huidige of eerdere grensoverschrijdende cultuurprojecten,
die naar uw mening geslaagd zijn? Zo ja, waarom zouden deze projecten als richtpunt moeten
dienen c.q. welke aspecten in deze projecten verdienen navolging?”
Hieronder volgen korte beschrijvingen van de projecten, die in de gesprekken meerdere keren
zijn genoemd en daarom vanuit de de vraagstelling een voorbeeldfunctie hebben.
Opvallend vaak is op de beginvraag naar geslaagde Duits-Nederlandse samenwerkingsprojecten het project “Kunstwegen” (link: zie bijlage) genoemd. Bij dit project gaat het om een
sculpturenpark met ruim 80 internationale kunstwerken, dat zich over een traject met een lengte
van 140 km in beide landen uitstrekt en daarmee een van de grootste open musea van Europa
vormt:
“Over een periode van meer dan twintig jaar zijn langs de oever van de Vecht in en rond Nordhorn ruim 30 sculpturen geplaatst die nu, bijna als toonbeeld dienend, op internationaal niveau
de recente geschiedenis van de kunst in de publieke ruimte zichtbaar maken. In dezelfde
periode zijn vanaf 1987 aan Nederlandse zijde in het stedelijke gebied langs de Vecht kunstwerken geplaatst op de stations tussen Emmen en Zwolle. Vanaf 1998 zijn de tot dat moment
ontbrekende schakels over de grens opgevuld met nieuwe werken van in totaal 15 kunstenaars
uit binnen- en buitenland, die zich hebben verdiept in de lokale geschiedenis en het landschap.”
Het project was bedoeld om de kunstenaars met elkaar te laten samenwerken en om een zeer
attractief kunstaanbod voor cultuurtoeristen, die in beide landen op ontdekkingstocht willen
gaan, neer te zetten. Het project heeft de culturele samenwerking op het gebied van “kunst in
de publieke ruimte” tussen beide zijden van de grens een solide basis gegeven, niet alleen door
de uitvoering van dit voor Europa unieke project, maar ook door de oprichting van een grensoverschrijdend promotie- en beheersplatform (Kunstwegen EWIV - Europäische Wirtschaftliche
Interessen Vereinigung).
10
Daarbij werd wel aangetekend dat ook voor dit project eerst zendingswerk noodzakelijk was.
Een wezenlijk deel van het succes is te danken aan het feit dat de burgers in een vroegtijdig
stadium bij het project zijn betrokken, waardoor onder de bevolking het voor het welslagen van
dit project noodzakelijke draagvlak kon worden gevormd.
Een ander geslaagd voorbeeld van samenwerking tussen Nederland en Duitsland, dat navolging
verdient, is het tot en met 2014 uitgevoerde project “GrensWerte” (link: zie bijlage). In het kader
van “GrensWerte” zijn kunstprojecten rond het thema “grens” tot uitvoering gebracht, die ook
landelijke regio’s hebben bereikt en de communicatie tussen kunstenaars en bezoekers uit beide
landen hebben bevorderd.
TUCHMANN Kulturberatung
TUCHMANN Kulturberatung
Het project biedt een platform voor productieve samenwerking dat ertoe heeft geleid dat, naast
de integratie van de deeltrajecten tot één kunstweg, gezamenlijke publicaties en manifestaties
hebben plaatsgevonden. De concretisering van plannen en innovatieve ideeën binnen dit project
kan dienen als voorbeeld voor nieuwe initiatieven en heeft het bovendien mogelijk gemaakt dat
een ontbrekende schakel tussen twee sculpturenroutes door het werk van kunstenaars, onder
hen enkele zeer toonaangevende, is ingevuld, waardoor het project ook in Nederland een hoog
aanzien heeft verworven.
11
Ook de musicalproductie “YVA”(link: zie bijlage) werd meerdere keren genoemd. “De première
van de musical zet (…) in het bijzonder de toneelwereld als legende neer en geeft een vrijwel
vergeten kunstenares, kundige zakenvrouw en sterke persoonlijkheid, 70 jaar nadat zij werd
vermoord, een profiel, een gezicht en een stem.”
Weliswaar ontbrak het bij dit project aan een professionele leiding, maar desondanks kan het
als groot succes worden aangemerkt. Dat is ook de reden waarom de wens werd uitgesproken
het project te herhalen. De musical is geschreven door een Duitse auteur en werd door Nederlandse acteurs opgevoerd. Een van de uitvoeringen vond plaats op 4 mei 2013, de datum dat
in Nederland jaarlijks de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog worden herdacht. De media
lieten hierover hun waardering blijken en concludeerden: “4 mei stopt niet aan de grens” (De
Twentsche Courant Tubantia, 07-05-2013).
Juist het feit dat de opvoering op deze historische datum plaatsvond, droeg bij aan een succesvolle samenwerking en wederzijds begrip. Bovendien bleek voor dit project een sterk draagvlak
in de politiek te bestaan, dat uitmondde in concrete ondersteuning, die naar het oordeel van de
geënquêteerden onmisbaar is voor een goed verloop en het welslagen van kleine projecten.
Ook het project “Spoorwegen” werd meerdere keren genoemd. Dit project betrof een expositie
in het midden van de jaren negentig, die door deskundigen “richtinggevend” werd genoemd.
Deze expositie was aan beide zijden van de grens te zien.
Verder werd nog een groot aantal andere grensoverschrijdende samenwerkingsactiviteiten
tussen Duitse en Nederlandse partners genoemd, waarvan men in enkele gevallen vond dat
deze navolging verdienen, (bijv. de “Felix Nussbaum-tentoonstelling”, “Biennale Gelderland”,
“Morgenlandfestival”, “Emsbürener Musiktage”, “Culture en Castles”).
4.2 Kansrijke thema’s
“Zijn er thema’s voor grensoverschrijdende cultuurprojecten in het EUREGIO-gebied te
noemen, die met een goede kans op succes uitgevoerd kunnen worden? Zo ja, welke zijn
dit en hoe kunnen al bestaande projecten hiermee eventueel inhoudelijk gekoppeld worden?”
TUCHMANN Kulturberatung
Deze vraag werd bewust in algemene termen gesteld waarmee aan de geïnterviewden ruimte
werd gelaten de vraag individueel te interpreteren. In praktijk bleek inderdaad dat de interviewpartners vooral het begrip “thema” op verschillende manieren uitlegden, soms zeer concreet,
soms ook sterk abstract.
12
Het vaakst noemden de geïnterviewden het thema “grens“. Velen vinden dat dit thema bepalend
is voor het karakter van de regio. De grens is in hun ogen gelijktijdig zowel een verbindend als
scheidend element. Bovendien passen, bijv. onder het motto “hier en daar”, inhoudelijk sterk
uiteenlopende culturele projecten uit alle cultuursectoren bij uitstek onder dit thema
Doordat Nederlandse docenten werkzaam zijn aan Duitse muziekscholen zijn alleen al in de
muzieksector samen met Nederlandse partners tal van thema’s en samenwerkingsinitiatieven
inhoudelijk uitgewerkt. Zo is onlangs een Duits-Nederlands boek met kinderliedjes uitgebracht
dat, gekoppeld aan het dialect van de grensstreek, zich richt op het liederenrepertoire dat aan
beide zijden van de grens te vinden is.
De deskundigen zijn van mening dat vooral de historische aspecten, die met de grens samenhangen, een veelbelovend thema voor de culturele samenwerking tussen beide landen vormen.
Zo werd de mogelijkheid genoemd biografieën in de vorm van “grensverhalen” uit te werken,
hetzij met een algemene inhoud, hetzij toegespitst op de grensoverschrijdende (arbeids-)
migratie uit het verleden (bijv. de Duitse seizoenarbeiders ofwel “Hollandgänger”).
Andere thema’s, die uitgewerkt zouden kunnen worden, gaan over het cultuurgoed dat via
Nederland in Europa is terechtgekomen, de handel vroeger en nu, godsdienst en de veranderende opvattingen aan beide zijden van de grens over levensvragen en de samenleving, architectonische invloeden en overdracht van technische kennis. Als mogelijke subthema’s denken
de geïnterviewden aan grote historische onderwerpen als “Romeinen en Germanen”, “Vrede van
Münster” en religieuze stromingen.
In relatie met het thema “grens”, maar ook onafhankelijk daarvan, werden het thema “identiteit”
en het nauw daarmee verbonden thema “taal” genoemd. Vanuit de culturele invalshoek zouden
de vraag wat taal kenmerkt en welke kansen een (bijv. speelse) vergelijking van talen oplevert
interessante aanknopingspunten kunnen bieden.
Een ander thematisch complex is “demografische ontwikkeling” c.q. de “generatiewisseling”. In
dit verband werden ook de onderwerpen “vrijwilligerswerk” en “omgaan met ouderen” genoemd.
Het thema “Tweede Wereldoorlog” en daarmee samenhangend “bezetting” en “dwangarbeid” werden genoemd omdat de oorlog in beide landen tot arbeidsmigratie heeft geleid. In dit
verband noemden de geïnterviewden ook “vrede” als thema dat geschikt is om - vooral muzikaal
- verder uit te werken.
Verder zijn genoemd “tuinarchitectuur”, “de geschiedenis van het bos”, “architectuur”, “erfgoed”
(oral history”), “water” (bijv. de Dinkel), “mobiliteit” en “fysieke verbindingen” (rivieren, autosnelwegen, spoorlijnen), “tradities”, “culturele eigenheden”, “monumentenzorg”, “cultuurprojecten
met een ecologische achtergrond” (duurzaam gebruik van grondstoffen en energie), “toerisme”,
“partnerschappen tussen gemeenten” en “inclusie”.
Als middel om thema’s te identificeren werd het vaakst de beeldende kunst genoemd omdat de
hiervoor noodzakelijke openheid naar het oordeel van de geïnterviewden veel interpretatieruimte
biedt.
4.3 Voorwaarden waaraan projecten moeten voldoen
“Aan welke voorwaarden moeten projecten voldoen om cultuur grensoverschrijdend
te verbinden?”
De antwoorden op deze vraag waren omvangrijk en liepen sterk uiteen. Desondanks was in
de antwoorden een rode draad herkenbaar, die in bijna elk interview terugkwam.
De geïnterviewden vinden het uitermate belangrijk dat de projecten vanuit een stabiele basis
worden ontwikkeld. Vele geïnterviewden zijn van mening dat deze stabiele basis dient voort
te komen uit nauwe onderlinge contacten van waaruit een gezamenlijk idee kan ontstaan, dat
vervolgens wordt uitgewerkt. Van groot belang is een goede projectleider, die als trekker en
aanjager fungeert, die in staat is te motiveren en er uiteindelijk voor zorgt dat alle ontwikkelingsfases van een project gerealiseerd worden.
TUCHMANN Kulturberatung
Meerdere geënquêteerden lieten zich in positieve bewoordingen over dit project uit, onder
andere omdat de bureaucratische eisen, die vanuit nationaal en Europees niveau aan de
aanvragers werden gesteld, versoepeld en vereenvoudigd waren. Vooral kleinere deelnemende
partijen hebben dit zeer op prijs gesteld. Daarnaast gaven enkele interviewpartners aan dat de
structuur en een overkoepelend motto weliswaar vooraf waren bepaald, maar dat het project
inhoudelijk een “open” karakter had. Dit project heeft geleid tot vervolgactiviteiten en nieuwe
vormen van samenwerking.
13
In dit verband werd steeds weer het belang van een duidelijke en eenvoudige aanvraagprocedure benadrukt. Op dit punt treden vaak obstakels op die ertoe kunnen leiden dat goede ideeën
al in de aanloopfase stranden. Een van de geïnterviewden deed in dit verband het voorstel een
gezamenlijk communicatieplatform op te richten waarop de aanvrager en de ontvanger van de
aanvraag elkaar kunnen ontmoeten, met elkaar kunnen communiceren en informatie uitwisselen.
Een ander voorstel hield in een EUREGIO-netwerkexpert in te schakelen, die als verantwoordelijke de stabiliteit, duurzaamheid en continuïteit zou moeten waarborgen. Behalve het idee voor
een aanvraagplatform werd het idee naar voren gebracht een gezamenlijk mediaplatform op te
richten. Verder werd richting de EUREGIO de wens geuit dat zij in de toekomst nog sterker als
platform voor culturele belangenorganisaties zou moeten optreden, haar communicatiestructuur
zou moeten uitbreiden en waar mogelijk zich niet “te neutraal” zou moeten opstellen.
Naar de mening van een groot aantal geraadpleegde deskundigen geldt ook als voorwaarde dat
de wens tot samenwerking aan beide zijden van de grens even sterk dient te zijn. Vastgesteld
moet worden dat dit slechts het [het?] mogelijk is wanneer de samenwerking voor beide zijden
van de grens voordelen biedt en individueel profijt oplevert. Zowel Nederlandse als Duitse
interviewpartners hechten grote waarde aan samenwerking “op ooghoogte”, het vastleggen van
gezamenlijke kwaliteitseisen en een solide ambtelijke en bestuurlijke ondersteuning aan beide
zijden van de grens, die niet afhangt van individuele doelen en ambities.
Om elkaar te leren kennen is er behoefte aan een professioneel platform van culturele instellingen en cultuurmakers, dat potentiële partners de mogelijk biedt zich te oriënteren en gezamenlijke thema’s te vinden. Op dit moment weten slechts enkele actoren van het bestaan van
de anderen en daardoor ontmoet men elkaar ook niet rechtstreeks. Conferenties, werkgroepen
en symposia maken het mogelijk dat potentiële partners met elkaar in contact komen en na
verloop van tijd zelfs een eerste samenwerking aangaan.
TUCHMANN Kulturberatung
Het is vanzelfsprekend van belang vooraf rekening te houden met de cultuurverschillen die
tussen beide zijden van de grens bestaan. Partners moeten daarom bereid zijn elkaar te leren
begrijpen en voor de ander open te staan. In dit verband werd vaak het sleutelwoord “taal”
genoemd. Belemmeringen, die het elkaar “verstaan” in de weg staan, moeten worden weggenomen, zodat begrip voor elkaars cultuur mogelijk wordt; ook op het gebied van taal mogen
geen barrières bestaan (wat bereikt kan worden door bijv. tweetalige informatiepanelen en
internetportalen).
14
Er zou gebruik gemaakt moeten worden van al bestaande vriendschappelijke betrekkingen.
In de ideale situatie worden bij de voorbereiding en uitwerking van een project de al langer
bestaande structuren, die hun waarde in praktijk hebben bewezen, benut. Alle geïnterviewden
waren het erover eens dat voor een goede samenwerking niet alleen goede plannen en strategieën noodzakelijk zijn, maar ook regelmatig contact en persoonlijke communicatie.
Een goede projectplanning kenmerkt zich door voldoende flexibiliteit, in overeenstemming met
de Nederlandse mentaliteit, en tegelijkertijd het bestaan van bindende afspraken volgens de
Duitse mentaliteit. Dit betekent overigens niet dat kennis van en begrip voor onderlinge culturele
verschillen en het verminderen van de taalbarrière de enige basisvoorwaarden voor een mogelijke samenwerking zijn. Noodzakelijk is ook een degelijk inzicht in het culturele landschap aan
de andere zijde van de grens en in de daar bestaande bestuurlijke verhoudingen.
Het ontdekken van duidelijke of nog verborgen cultuurverschillen biedt bovendien de kans om
van elkaar te leren en elkaar te inspireren. Daarom is het belangrijk dat men in staat is van het
eigen gezichtspunt af te stappen om dan te kunnen zien hoe anderen te werk gaan en zo van
elkaar te leren. Dit is bijvoorbeeld mogelijk door sterker dan tot dusverre gebruik te maken van
bestaande contacten tussen partnergemeenten. In dit kader legde men het accent echter ook
steeds op het streven naar samenwerking van duurzame aard.
De geïnterviewden wezen verder op het belang van het imago van de regio als “samenhangende grensregio”. Gemeenschappelijke waarden, tradities en rituelen behoren centraal te staan
waarbij de vraag gesteld zou moeten worden wat ons met de regio verbindt. De antwoorden op
deze vraag (taal, partnerschappen, kwaliteitsbewustzijn) zouden vervolgens op een professionele manier moeten worden samengevat en vervolgens worden verspreid. Dit kan niet zonder
een effectieve communicatie op operationeel niveau, want “slechts enkelen weten wat aan de
andere kant van de grens leeft”.
Zowel aan Nederlandse als Duitse zijde is het culturele aanbod zeer omvangrijk, maar op het
mentale vlak manifesteert de grens zich nog steeds zeer nadrukkelijk. Het gevolg daarvan is
dat het bezoekerspotentieel aan de andere kant van de grens te weinig wordt aangesproken en
aangeboord.
4.4 Samenwerking tussen Duitse en Nederlandse partners
“Hoe zou een goede samenwerking tussen Duitse en Nederlandse partners op het gebied
van cultuur er naar uw oordeel in de toekomst uit kunnen zien?”
Aansluitend op de vraag welke voorwaarden voor grensoverschrijdende samenwerking zouden
moeten gelden werd als logische vervolgstap gevraagd hoe een goede samenwerking tussen
Duitse en Nederlandse partners er concreet uit zou kunnen zien. In veel gevallen moeten de
antwoorden op deze vraag worden gezien in samenhang met de antwoorden op de eerdere
vraag naar de noodzakelijke voorwaarden.
De antwoorden weerspiegelen de uitgangspunten van iedere succesvolle samenwerking. Goede
samenwerking houdt in: gezamenlijk werken aan een opdracht, zich gezamenlijk voor een doel
inzetten, communicatie en goede inhoudelijke samenwerking. Een wezenlijke voorwaarde om
dit te bereikten is dat er sprake is van gezamenlijke belangen en onderwerpen waarmee beide
zijden zich kunnen identificeren.
Vele geïnterviewden vinden het belangrijk dat zij profijt hebben van de kwaliteiten en capaciteiten van de projectpartner. Dit betekent dat beide partners in staat moeten zijn elkaar op alle
niveaus kwaliteit te bieden. Goede samenwerking hangt af en wordt bepaald door de personen
die gemotiveerd zijn en achter de samenwerking staan. In dat geval maakt het niet uit of op
regionaal of nationaal niveau of tussen landen wordt samengewerkt. Daardoor worden projecten
vaak gekenschetst als “afhankelijk van personen” aan wie het succes, maar ook het eventuele
mislukken wordt toegeschreven. Het project “slaapt in” zodra er geen enthousiaste trekkers
(meer) zijn.
TUCHMANN Kulturberatung
Vele geïnterviewden verbinden deze solide basis met een geïnstitutionaliseerde structuur c.q.
met een geïnstitutionaliseerd kader. Deze structuur dient transparant te zijn en zowel coördinerende taken te vervullen als een zekere financiële speelruimte te bieden. Voorwaarde is
“duidelijkheid over de vraag wie eindverantwoordelijk is en over het financieringsmodel”. Men
heeft partners nodig zoals de EUREGIO, waarop men kan rekenen en die in staat zijn contacten
voor een langdurige samenwerking, die aan Nederlandse en Duitse zijde zijn geworteld, aan te
dragen.
15
Zoals ook al bij de vraag naar de noodzakelijke voorwaarden werd aangegeven, vonden de
geïnterviewden het ook in dit geval belangrijk rekening te houden met c.q. zich eerst bewust te
worden van de behoeftes en wensen van en de cultuurverschillen tussen beide landen. Essentieel is dat men zich bewust is van de verschillende invalshoeken en organisatiestructuren,
die er in praktijk toe kunnen leiden dat een beoogd project in Duitsland zich ontwikkelt via “de
organisatie naar de concrete uitvoering”, terwijl in Nederland de omgekeerde weg “van concrete
uitvoering naar organisatie” wordt bewandeld.
Meerdere deskundigen spraken in dit verband de wens uit dat een professionele structuur op
EUREGIO-schaal zou moeten worden opgezet. Alleen via een dergelijke structuur zou het
mogelijk zijn culturele instellingen en betrokkenen uit het Nederlands-Duitse onderzoeksgebied
systematisch in een geschikt communicatienetwerk samen te brengen. Ter vergelijking kunnen
hier de activiteiten van de “Emsländische Landschaft” worden genoemd. Deze organisatie
verricht met middelen van de deelstaat, die aan de regio zijn toegewezen, coördinerende taken
voor de Landkreise Emsland en Grafschaft Bentheim.
Wat betreft concrete projecten kwam van meerdere kanten het advies zich niet te richten op een
beperkt aantal grote evenementen, die doorgaans slechts een kortdurend effect hebben, maar
op een permanente langdurige samenwerking. Daarnaast is het mogelijk dat samenwerkingsinitiatieven wetenschappelijk begeleid, geëvalueerd en wellicht ook gesubsidieerd worden.
TUCHMANN Kulturberatung
Ook bij deze vraag werd het belang van het elkaar eerst leren kennen benadrukt, juist omdat
het vaak ontbreekt aan inzicht in het aanbod en de betrokken partijen, die dit aanbod zouden
kunnen realiseren. Opnieuw werd hierbij de EUREGIO genoemd als mogelijke (en enige)
partner, die in staat is de betrokkenen en mogelijke toekomstige partners actief en effectief
bijeen te brengen. Daarbij werd gesteld dat het gewenst is regelmatig plaatsvindende bijeenkomsten te organiseren en projecten uit te werken waarvoor mensen met ideeën nodig zijn,
die met zelfvertrouwen en overtuigingskracht kunnen optreden. Ook persoonlijke kwaliteiten en
moed om anderen te benaderen zijn onmisbaar.
16
Op het moment dat een gezamenlijk thema is gedefinieerd, is het noodzakelijk het partnerschap
uit te breiden en te stabiliseren. Daarbij moet rekening worden gehouden met de hierboven
beschreven verschillen in aanpak tussen Duitsland en Nederland. Hierbij is het de taak van de
ambtelijke organisaties in beide landen om een solide basis te verschaffen, ook al hangt goede
samenwerking uiteindelijk altijd af van het enthousiasme en de betrokkenheid van individuen.
Voorwaarde daarbij is dat sprake is van “chemie” tussen de partners.
Voor grensoverschrijdende samenwerking geldt dat op de diverse niveaus met uiteenlopende
aspecten rekening moet worden gehouden:
-Als verantwoordelijke organisator van culturele evenementen dient men uiteraard ook de
doelgroep aan de andere kant van de grens te benaderen. Is men echter bezoeker ofwel
“consument”, dan is het vanzelfsprekend dat men ook belangstelling ontwikkelt voor het
programma dat aan de andere kant van de grens wordt aangeboden en hiermee rekening
houdt bij de individuele keuze uit het culturele aanbod.
-De beslisbevoegde personen in officiële bestuurlijke en ambtelijke organisaties op gemeentelijk, regionaal of regionaal niveau zouden als “ambassadeurs” moeten optreden. Zij dienen
daarbij over de grens te kijken zodat zij inzicht krijgen in wat op cultureel gebied aan de
andere kant van de grens speelt en waar zich mogelijkheden voor samenwerking voordoen.
Grensoverschrijdende samenwerking zou voortdurend en ook voor de lange termijn op de
politieke agenda moeten staan.
-Op operationeel niveau kan worden gedacht aan het publiceren van cultuurkalenders waarin
het gehele aanbod van een grensoverschrijdende regio wordt opgenomen. Uitgebreide
informatie over dit regionale culturele programma kan daarbij worden aangeboden via digitale “cultuurnieuwsbrieven” met een bijbehorende website, inclusief agenda en links naar
relevante instellingen en organisaties, en via social media. Daarin kan ook aandacht worden
besteed aan bijzondere evenementen zoals exposities en concerten.
-Een geschikt middel om wederzijds begrip tussen Nederlandse en Duitse partners en andere
betrokkenen te kweken is het organiseren van euregionale cultuurconferenties van hoge
kwaliteit (programma, deelnemers). Om ervoor te zorgen dat grensoverschrijdende thema’s
steeds onderwerp van discussie zijn, zou een dergelijke conferentie bijvoorbeeld ieder half jaar
kunnen worden gehouden, afwisselend aan Nederlandse en Duitse zijde, in alle partnerregio’s.
4.5 “Toekomstvisie”
“Hebt u, ter afsluiting, een algemene toekomstvisie op de grensoverschrijdende samenwerking
op cultuurgebied?”
Elk interview werden afgerond met een open vraag. De geïnterviewde kreeg hierbij de gelegenheid, niet gehinderd door ervaringen of misschien zelfs opgelegde druk, zich geheel vrij uit te
spreken over de vraag of bij hem of haar een visie op de toekomst van de grensoverschrijdende
samenwerking leeft en welke wensen uit deze visie voortvloeien. Zoals bij een dergelijke open
vraagstelling te verwachten was, werden zeer uiteenlopende antwoorden gegeven, die hieronder
in sterk samengevatte vorm worden weergegeven:
Mijn visie is:
- dat de grens tussen Duitsland en Nederland uit het bewustzijn verdwijnt, terwijl tegelijkertijd
het beste uit twee culturen behouden blijft, want het spannende element van “typisch Duits/
typische Nederlands” zou niet verloren mogen gaan. De verschillen zorgen niet voor een
scheiding, maar zijn interessant en werken verbindend.
- dat op cultureel gebied geen mentale grenzen meer bestaan. Integendeel, wij versterken,
verrassen en verrijken elkaar met een geweldig cultuuraanbod, dat niet meer aan nationale
of mentale grenzen is gebonden.
- dat grenzen in Europa slechts een tijdverschijnsel zijn, geen rol meer spelen en niet meer
ervaren worden. Er zijn zo veel gezamenlijke wortels dat grenzen niet meer de kans krijgen
deze van elkaar te scheiden.
- dat grensoverschrijdende cultuurprojecten een brug slaan tussen de regio’s in Duitsland en
Nederland en er “grenspodia” bestaan, die open staan voor een brede culturele dialoog.
- dat een grensregio is ontstaan met voortdurende onderlinge contacten, die ertoe leiden dat
men op een dag zoveel kennis van en begrip voor elkaar heeft gekregen dat samenwerking
zonder problemen mogelijk is en relaties zijn ontstaan, net zoals die zich ook tussen (deel)
staten hebben ontwikkeld. Daarvoor is nog een lange weg te gaan, maar aan beide zijden
van de grens is de bereidheid daartoe aanwezig.
TUCHMANN Kulturberatung
In dit verband viel regelmatig de term “duurzaamheid”, waarbij de deskundigen naar voren
brachten vooral waarde te hechten aan een “duurzame” grondslag voor de samenwerking.
Daarbij is het van belang structuren voor een effectieve onderlinge afstemming te vormen,
kansen te benutten en zodanig te werk te gaan dat zoveel mogelijk mensen worden bereikt.
Zinvol is bestaande partnerschappen, die in praktijk hebben bewezen goed te functioneren,
structureel te ondersteunen in plaats van te veel moeite te doen om nieuwe partnerschappen te
ontwikkelen en daaraan energie te verspillen. Omdat het Nederlands-Duitse samenwerkingsverleden op dit moment betrekkelijk beperkt van omvang is, verdient het aanbeveling de samenwerking binnen de al bestaande partnerschappen te intensiveren.
17
- dat cultuurmakers uit alle sectoren kunnen deelnemen aan fora waarin zij grensoverschrijdend gedachten en ideeën kunnen uitwisselen, kunnen samenwerken en waardoor het
mogelijk wordt dat via een gezamenlijk “cultuurplatform” eenzelfde inzicht ontstaat in het
culturele aanbod aan Nederlandse en Duitse zijde.
- dat “tafelrondes” gevormd worden met deelname door actoren uit de cultuursector en
ambtelijke en bestuurlijke vertegenwoordigers van beide zijden van de grens en waarin
ruimte wordt gecreëerd voor discussies, netwerkvorming en creatieve uitingen.
- dat grote en kleine partners, maar ook de “basis” in gelijke mate worden betrokken bij en
invloed kunnen uitoefenen op planontwikkeling.
- dat culturele instellingen zich minder door concurrentiedenken laten leiden en sterker dan
tot nu toe grensoverschrijdend, internationaal en vraaggericht denken en handelen.
- dat tweetaligheid in grensregio’s meer en meer vanzelfsprekend wordt en dat de politiek het
belang van tweetaligheid onderkent en benadrukt.
- dat cultuur, toerisme en het bedrijfsleven in de Europese cultuurregio onderling harmoniëren
en grensoverschrijdend samenwerken.
- dat de aanvraagprocedure voor cultuurprojecten eenvoudiger en transparanter dan tot nu
toe wordt, zodat het aanvragen van subsidiemiddelen op een voor iedereen begrijpelijke
manier mogelijk wordt.
en verder:
- dat de visie al begonnen is werkelijkheid te worden omdat de grens al lang is verdwenen.
5. Samenvatting
Het INTERREG IVA People-to-People-project “Grensoverschrijdende Toekomstvisie Cultuur
2015-2020”, een samenwerkingsinitiatief van de provincies Gelderland en Overijssel, de
Emsländische Landschaft e.V. voor de Landkreise Emsland en Grafschaft Bentheim, de
Bezirksregierung Münster en de Landkreis Osnabrück onder coördinatie en begeleiding van de
EUREGIO, is succesvol verlopen. Duitse en Nederlandse deskundigen uit verschillende cultuursectoren hebben door hun actieve inbreng in het project bijgedragen aan het succes van het
onderzoek, dat in het kader van dit project is uitgevoerd.
5.1 Resultaten
Interviews met en schriftelijke reacties van 46 verantwoordelijke deskundigen van culturele
instellingen en uit ambtelijke en bestuurlijke organen vormden een wezenlijk onderdeel van
het onderzoek. De reacties van de geïnterviewden op elementaire vragen over de toekomstige
samenwerking waren essentieel om noodzakelijke informatie te verzamelen en kennisleemtes
op te vullen. Weliswaar vormden de gesprekken slechts een eerste aanzet om te komen tot
intensivering van de communicatie, maar zij hebben er wel toe bijgedragen dat een beeld kon
worden geschetst van de ontwikkelingsmogelijkheden van de samenwerking tussen Duitse en
Nederlandse actoren in de culturele sector.
Uit een euregionale beschouwing van de strategieën en uitgangspunten, die aan het cultuurbeleid aan beide zijden van de grens ten grondslag liggen, is gebleken dat als gevolg van veranderde denkbeelden een fundamentele koerswijziging in het Nederlandse cultuursubsidiebeleid
heeft plaatsgevonden, terwijl aan Duitse zijde de cultuursteun nog steeds volgens het beproefde,
traditionele model plaatsvindt.
De provincies Gelderland en Overijssel hebben in hun cultuurbeleid voor de komende jaren
nieuwe speerpunten geformuleerd (in steekwoorden: behoud en ontwikkeling van het culturele
erfgoed, bevordering van de culturele identiteit, bevordering van cultureel ondernemerschap,
effectiviteit en efficiëntie, culturele vorming en cultuurparticipatie). Ook spelen zijn als “partners”,
“financiers” en “investeerders” voortaan andere rollen dan vroeger. De cultuursubsidiëring door
de provincies, die zich richt op kunst, cultuur en cultureel erfgoed, is gebaseerd op afspraken,
concreet beschreven tegenprestaties en meetbaar profijt.
18
Samenvattend kan worden vastgesteld dat het cultuurbeleid aan Duitse en Nederlandse zijde
programmatisch overeenstemt op het punt van de zorg voor het culturele erfgoed. Als het gaat
om concrete subsidieverlening, dan staan aan beide zijden projecten met een regionale betekenis en activiteiten ter behoud van cultuurgoed centraal.
Het was niet mogelijk diepgaande analyses uit te voeren van de bij het cultuurpubliek bestaande
vraag naar en de feitelijke benutting van cultureel aanbod in het gehele euregionale gebied.
TUCHMANN Kulturberatung
TUCHMANN Kulturberatung
Bij de Duitse partners is de regionale cultuursteun gericht op projecten binnen een groot aantal
cultuursectoren (theater, musea, literatuur, beeldende kunst, kunstopleidingen, taal, heemkunde)
en op uiteenlopende actoren (kunstenaars, cultuurmakers, verenigingen, koepelorganisaties,
groepen, individuele personen). De subsidieverlening is breed georiënteerd (in steekwoorden
o.a. culturele vorming en participatie, “breedtecultuur” en sociaal-culturele activiteiten). Subsidies
zijn bedoeld voor projecten en activiteiten ter waarborging van een regionaal voorzieningenniveau en ter verbetering van de culturele structuur en van de toegankelijkheid van culturele
evenementen en organisaties.
19
Daarnaast moet worden vastgesteld dat de heterogeniteit van de resultaten van dit onderzoek
in de huidige fase van het project geen concrete aanbeveling over “het” uit te voeren grensoverschrijdende cultuurproject toelaat.
6. Informatie
Het aantal voorbeelden van huidige en vroegere geslaagde grensoverschrijdende projecten, die
de deskundigen meerdere keren hebben genoemd, is slechts klein (bijv. “Kunstwegen”, “GrensWerte”). Deze worden als geslaagd aangemerkt omdat zij direct of indirect op het thema “grens”
betrekking hebben, ook landelijke gebieden bereiken en de communicatie tussen kunstenaars
en bezoekers aan beide zijden van de grens stimuleren. Verder zijn vele andere samenwerkingsinitiatieven genoemd, doorgaans met een voornamelijk lokaal karakter.
Partners
Emsländische Landschaft e.V. voor de Landkreise Emsland en Grafschaft Bentheim
Schloss Clemenswerth, 49751 Sögel
www.emslaendische-landschaft.de
5.2 Aanbevelingen
Voor de verdere voortgang zijn vooral de uitspraken over de voorwaarden, die aan projecten
gesteld moeten worden, van grote betekenis. Duidelijk is geworden dat, naast creatieve ideeën
en personen, voor een duurzame en geslaagde samenwerking nog een factor c.q. “pijler”
onontbeerlijk is en wel een passend en vooral professioneel communicatiekader. Vanuit het
onderzoek is vastgesteld dat dit kader een onmisbare basis vormt voor het functioneren van de
samenwerking op middellange en lange termijn.
Landkreis Osnabrück
Am Schölerberg 1, 49082 Osnabrück
www.landkreis-osnabrueck.de
In dit verband is bij herhaling de suggestie gedaan de organisatie EUREGIO een wezenlijke rol
bij de vorming van het bovengenoemde kader toe te kennen. Uit een afrondende reflectie kwam
bovendien naar voren welke rollen de EUREGIO in het grensgebied, ook op cultureel gebied,
zou moeten of kunnen spelen (subsidiegever, facilitator, organisator, moderator). Eerst moet
echter duidelijk worden hoe de EUREGIO zichzelf in de toekomst als “verbindend element”
waar het cultuur betreft strategisch zal positioneren en of zij, onafhankelijk van de wensen van
derden, uiteindelijk een andere rolopvatting zal aannemen.
EUREGIO e.V.
Enscheder Str. 362, 48599 Gronau
www.euregio.eu
TUCHMANN Kulturberatung
Op grond van het onderzoek krijgt de EUREGIO op basis van de verzamelde voorstellen en
suggesties het advies een actieve rol op dit punt te spelen en, bijv. via deskundigen in hun
hoedanigheid als contactpersonen of projectleiders voor cultuur in het Nederlands-Duitse grensgebied, ondersteuning te bieden en zo voor continuïteit en een solide basis voor communicatie
zorg te dragen. Voor een goede samenwerking is, naast strategieën, regelmatige uitwisseling
van gedachtes en ideeën noodzakelijk, die potentiële partners de mogelijkheid biedt zich te
oriënteren en thema’s voor grensoverschrijdende samenwerking te kiezen. Dit voorstel en de
precieze beschrijving van de daarmee samenhangende taken dienen vooraf met de projectpartners te worden besproken.
20
Bezirksregierung Münster
Domplatz 1 – 3, 48143 Münster
www.bezreg-muenster.de
Binnen dit onderzoek is de vraag naar mogelijkheden van grensoverschrijdende samenwerking tussen Nederlandse en Duitse
partners diepgaand aan de orde geweest. Daarbij is gebleken dat
de wederzijdse belangstelling groot is en er zeker draagvlak voor
samenwerking bestaat. Voor zover het kader hiervoor wordt verbeterd, zoals voorgesteld, lijkt het mogelijk dat op lange termijn de
door één van de geraadpleegde deskundigen als ideaal aangeduide
“professionele vriendschap” realiteit wordt. De communicatie, zoals
die tot nu toe tijdens de projectuitvoering plaatsvond, vormt naar het
oordeel van de auteur hiervoor een collegiaal en goed fundament.
Münster, 30-12-2014
Bernward Tuchmann
Provincie Overijssel
Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle
www.overijssel.nl
Projecten
Project “Kunstwegen”
www.kunstwegen.org
Project “GrensWerte”
www.grenswerte.eu
Musical “YVA”
www.musical-yva.com
TUCHMANN Kulturberatung
Het spectrum aan gedefinieerde projectthema’s voor toekomstige samenwerking is voortgekomen uit een zeer brede definitie van het begrip “cultuur”. Dit spectrum omvat de thema’s
“grens”, “identiteit”, “taal”, “tradities”, “culturele eigenheden”, “toerisme”, “gemeentelijke partnerschappen” en verder “inclusie”, “demografische ontwikkelingen” en een aantal historische
onderwerpen van uiteenlopende aard. Deze thema’s betreffen alle cultuursectoren.
Provincie Gelderland
Markt 11, 6811 CG Arnhem
www.gelderland.nl
21
8. Projectpartners
Rob Ansink (Gemeente Winterswijk)
Dirk Baalman (Het Oversticht, Zwolle)
Heinz-Josef Bausen (Musikschule der Niedergrafschaft Uelsen)
Winfried Bettmer (Filmwerkstatt Münster e.V.)
Hans-Peter Boer (Kreisheimatverein Coesfeld e.V.)
Josef Brüggemann (Heimatverein Grafschaft Bentheim e.V., Nordhorn)
Franz Buitman (Kreisheimatbund Bersenbrück e.V.)
Marion Carey-Yard (lichtsicht gGmbH Bad Rothenfelde)
Paul Cornelisse, Nicolas Mansfield (Nederlandse Reisopera, Enschede)
Han Derckx (Gemeente Nijmegen)
Kristina Dröge (Kreis Steinfurt)
Dr. Michael Gander (Gedenkstätte Augustaschacht, Hasbergen)
Johan Godschalk (Cultuurmij Oost, Arnhem)
Ulrich Gottschalk (Schillergymnasium Münster)
Heike Herold (Landschaftsverband Westfalen-Lippe, Münster)
Bernhard Jansen (Landkreis Grafschaft Bentheim, Nordhorn)
Hans Jungerius (Stichting Verborgen Landschap, Arnhem)
Michiel van der Kaaij (Kunstvereniging Diepenheim)
Gerda van de Kamp (Kwatta Jeugdtheater, Nijmegen)
Ralph Keuning (Museum de Fundatie, Zwolle)
Thomas Kolmes (Feuerwehrmuseum Salzbergen)
Alex Kühne (Stichting 4 Oost, Deventer)
Dr. Britta Kusch-Arnhold (Stadtmuseum Borken)
Uta Meier (Stichting Gebroeders van Limburg, Nijmegen)
Prof. Dr. Markus Müller (Picasso-Museum Münster)
Dr. Thomas Niemeyer (Städtische Galerie Nordhorn)
Eberhard Niewedde (Heimatbund Osnabrücker Land e.V.,
Georgsmarienhütte)
Christoph Otten (Meyerhaus Museum Berge, Fürstenau)
Reinhard Prüllage,
Gisela Büsching-Stark (Kulturausschuss Stadt Nordhorn)
Annemarie Reitsma (Kameroperahuis Zwolle)
Petra Rosenbach (Tourismusverband Osnabrücker Land e.V., Osnabrück)
Dr. Joseph Rottmann (Varusschlacht im Osnabrücker Land gGmbH, Bramsche)
Gerlinde Schmidt-Hood (AG Plattdeutsches Theater Nordhorn)
Heike Schoo (Stadt Bocholt)
Linda Schopmann (Gemeente Hardenberg)
Saskia Schwis (Samtgemeinde Spelle)
Andre Sebastian, Lars Krolik (Münsterland e.V., Greven)
Dr. Susanne Tauss (Landschaftsverband Osnabrücker Land e.V., Bad Iburg)
Edith Uhlenberg (Kulturkreis Kirchspiel Emsbüren)
Stans van der Veen (Natura Docet Wonderryck Twente, Denekamp)
Diana Visser (Kasteel Huis Bergh, ´s-Heerenberg)
Bert de Vries (Historisch Centrum Overijssel, Zwolle)
Prof. Dr. Friso Wielenga (Zentrum für Niederlande-Studien, Münster)
Ton Wiggers (Introdans, Arnhem)
Marc Wingens (Gelders Erfgoed, Arnhem)
Bodo Zehm, Angela Hauf (Stadt- und Kreisarchäologie Osnabrück)
Emsländische Landschaft e.V., Maleen Knorr
Provincie Gelderland, Bianca Roelink
Bezirksregierung Münster, Georg Veit
Landkreis Osnabrück, Burkhard Fromme
Provincie Overijssel, Bertil Schulte
EUREGIO e.V., Dr. Elisabeth Schwenzow, Dick Smits
TUCHMANN Kulturberatung
TUCHMANN Kulturberatung
22
7. Deskundigen
23
Mede mogelijk gemaakt door:
www.deutschland-nederland.eu
Grensoverschrijdende Toekomstvisie Cultuur 2015-2020
Download